VACA!\ HE-PRET
Raadselhoekje,
den knecht mee to nemen en gal tante Lize einde
lijk haar toestemming, doch niet dan nadat allen
beloofd hadden, regelrecht naar het huis to gaan.
Onderwijl vertelden de jongens den knecht, het
geen wij reeds weten.
Do hekken van Boschwljk' stonden tot aller ver
bazing open Zij hadden zich niet anders voor
gesteld, of zij moesten er overheen klimmen en
zij vroegen zich verwonderd af, wat dit botee-
kende, tonvijl ze zwijgend door de oprijlaan naar
het oude huis liepen. it
HOOFDSTUK XV.
Quicik woirdt gevonden!
Toen de jongens alle drie een versiohillendeq
kant uit waren gelootpen, ten einde meer kans
te hebben aan hun vervolgers te ontsnappen, kwam
Boib weldra tot de ontdekking, dat hij dit gedeelte
van het hosch nog niet kende. Het was bijl het
zoeken naar Quicik nog nooit zijn ontdekkingster-
rein geweest en het duurde dan ook niet lang, of
hij wist heelem'aal niet, welken kant hij moest
uitgaan, om den muur veilig te bereiken.
De maan scheen helder, maar dit feit was hem
va» geen nut, daar de boomen olp die plaats zoo'n
dik bladerdak hadden, dat het er heelemaial don
ker onder was. Telkens als liiji zijn vervolgers
meende te hooren, liep Mj' op goal geluk den
één of andoren kant uit.
Eindelijk scheen het, dat één Oer beide man
nen regelrecht op hem1 aifkwam. Hij' moest in de
tegenovergestekle richting vluchten, wilde hHj! hem
niet in handen vallen; dooh hij had1 geen flauw
vermoeden waar Mj zou uitkomen. Al dichter en
dicht erbij kwamen de voetstappen.
Bob trachtte zich in het dicihte krouplelhout zoo
vlug mogelijk uit de Voeten te maiken. Hiijl voelde
meer dan hij zag, dat hij een heuvel öpïiep. Hij
had echter geen tijld om hierover' na te denken,
want op dit 'oogenhlik zat zijn vervolger hem zoo
dicht Op de hielen, dat Mj hem' kon hooren
Mjigen van het harde loopen. Boh deed een wilden
sprong en kwam terecht in buitengewoon dicht
struikgewas. Aan alle kanten was Mj door braam-
takken omgeven.
Dit was al erg genoeg maar betgeea er in bet
volgend oogenbiik gebeurde, wals nog veel ergjer,
al zou het tenslotte op zij» redding uittoepen.
(Wordt vervolgd).
door
C. E. DE LILLE HOGERWAARD.
Op een grooton boeren walgen
Rijdt dd boer met Han naar 'tland
Komt Ilan langs zijn huis, dian wuift Mj
Moeder toe .met ééne hand.
In de andTo houdt het haasje
Dan zijn mond-harmonicja1,
'Aardig klinlct z'ijin Vroolijk wlijsje:
"ra-la-la! Tra-la-Iajtal
Want zegt Ilannio Bruin het paardje,
- Loopt zoo gced op de muziek!
Bruin is niet zoo jong meer, weet je,
En heeft last van rheumatiek.
Boer en Han gaan naar de rogge,
Die al reeds aan schoovan staat,
Ifannie moet op 't paardje passen.
Als de boer aan 't laden gaat.
Met den wagen vol geladen
Kecren zij dan saam terug,
Boven p de korenschoven
Ligt Han spelend o(p teijin rug.
Helder klinkt zijn vroolijk liedje,
'tls een liedje van den oogst,
Want Mj 't koren binnenlialoni
Stijgt de vreugde op zijn hoogst.
E: zoo gaat het vele dagen:
Steeds mag Han weer mee naar 'tland
Wat de boer daar ook te doen beeft,
Ifannie is steeds Mj de hand.
Jongens, jongens, zoo'n vacaintie
Is juist iets naar Iljannio's hart,
'tls gezond, al zijn zij'n handen
's Avonds wel een beetje zwart!
Maar aan alles komt een einde!
Ook aan do Vacantie-pret!
Dan moet Haimie weer naar school toe
En dan dient er opgelet!
Han wil immers later warden:
'nBioer met bouwland en veel vee.
Maar je moet dan kunnen reek'nen,
Ilannie! Dat valt vast niet mee!
Want als jij den prijs der rogge
Uit te reelc'nen, vindt eer toer,
Wordt je dat is vast en zeker!
- Nooit, neen nooit een goede boert
Daarom opgelet hoor, baasje!
Doe op school dus flink je best!
Want dan komt het boerenleven
Heusch vanzelf wel met de rest!
Oplossingen der Raadsels uit 't
vorige nummer.
VOOR GROOTEREN.
1. Griekenland. Eland, gier, dreg, Dirk, eend.
2. Rol, de; Rolde.
3. Bent u leGEN EVEntueeiLE. ONgelukken ver
zekerd (Geneve en Leon)
In deze kaiMER, AN, Ontmoette ik je tante
voor het eerst. (Morano)j
We dansten MET Zijn achten, maar Hor-
tenSE DiANsto h'et best. (jVfetz en Sedan).
Was JaiaP ER Met do hoole Mas geweest?
1 (Perm).
Op den terugweg werd TOAlj'S Kleine hond-
je overreden. (Tomsk en Omsk).
I