LIEGKK-A.-AJR/T'.
1
B E
B
p E
t S| 0
Cr
0i
p
1
N
i
t
1 A
3. Ik bo)j vooR HEDEN genoeg vain jo ma/ilk.
i (ith.ed.en en Edo).
Iljj booD RU TEN minste ziyn verontschul
digingen awn. (Draten).
Je moet MAAR Nergens over s'preken a's
jo ha,air ontmoet. (Manen)
lliij 'vond oen sdflAT ÏE Midden van puin.
i (Ilaltem,)
4. Nieuw, poortNiouwpoort.
VOOR KLEINEREN.
I Bloem. i i
2. Reus, roos, Hos, reis.
3 Krakeling.
4. Eén zwaluw maakt npg geen zomer.
Ilooge fonemen 'Vangen veel wind.
Blaffende honden Wijten niet.
Het is niet al goud wat er blinkt.
Om op ie lossen.
VOOR GROOTEREN.
I. Maak plaatsen in Europa on de rivieren,
waaraan zij' liggen van:
een spijs a'ri
beer Bpïjl (Ton.
Tholen don mos.
footer m i or
2. 'Kruisraiadsel. j
Op de 'beide kruisjeslijnon komt de naam
van een stad in Gelda-land.
X
X.
.x.
xxxxxxx
-X'
•X-
X
le rij oen medeklinker.
2e Hij oen rivier, die gedeeltelijk door ons
land stroomt.
3e Hij iots, dat t,ot liet gereedschap van een
timmerman behoort,
4e Hij 't gevraagde woord.
5e rij oen getal.
6e rij oen scherp voorwerp.
7e rij een medeklinker.
3. In noem een voorwierp, dat dient om uit te
drinken. Neem mijn middelste lettor weg cn
ik wordt een root&lier.
ms
Hier hebben jullie weer eens oen legkaart. Deze
stelt voor: Negen apen in oen 'boom.
K,uri je ze er allo nogan in krijgen?
Be achtergrond is Voor de duidelijkheid ge
streept, maiair dio gestreepte stukjes moiet je a-
tuurlijk Wegknippen i'
Veel plezier mot de aapjes.
G
"T"r