Wat het Maantje vertelt.
K m je bij iMusch uurwerken en brille»
koopen?
4. Iijn eerste dient om sommige dieren te
vangen, mijn tweede wordt op school ge
bruikt en mijn geheel is een ander woord
voor dal.
VOOR KLEINEREN.
1. Als t donker wordt, verspreid 'k vaak licht,
Da is nu eenmaal zon mijn plicht
Schud inij dooreen en 'k word een plant,
Die groeit ook in ons vaderland.
Vi ;r letters noemen deze twee,
Raadt allen nu eens heel vlug mee'
2. Met D lig ik soms over 't land, met t» hen
ik pen vogel, met G niet langzaam, met
I niel warm en niet kond en met KL heb
ben roofdieren mij.
3. Mijn geheel wordt met G letters geschreven
en ligt midden in het vate.r
Een 6 4, 3 ligt tusschen bergen.
3, 1, 5, 4 is een meisjesnaam.
6, 4 5, 2, 1, 3 is een jongensnaam.
Een 3, 1, 2 dient om op te schrijven.
4. Een lekker sappig vruchtje.
Gioeit in liet bosch in 't wjld.
Het heeft reeds menig wand'laar
Den dorst wat good gestild.
't Groeit aan een struik met doornen,
Die prikken soms geducht'
Wees daarom onder t plukken,
Geen Ilans-ldjk-inde lucht'
róMM'Ht"1*
Maantje met je zilv'ren stralen,
Die daar aau tien hemel sla,at,
'Och toe, wil uiij eens vertollen,
Wanneer jij toch slapen gaat'
Meisje met je blonde liaren,
Ik ben lieuseli ook wel ms moe
En dan ga ik- zonder pruilen
'0, zoo graag naar bedje toe
'k Kruip dan in een wolkemviegje
En een nevel is 't goidijn
Op die z ach ie, 'donzen wolken,
-- Slaap ilc rustigjes en fijn
'Ook do stenen gaan dan ruston,
Kruipen slil ig 't wol konbod
- Eéi voor öén dooven hun lichljes.
Heb jo 't wel eens opgelet?
- Maar als 's avonds aan dc kimme,
Zach de zoimo is gedaald,
- Word ik mol haar laatste stralen
Vlug m'n bedje uitgehaald!
- Ik herval m'n nacht'lijk werkje,
Gluur dan vaak door een gordijn
- 'Om te kijken, of de kind'ren
Rustig al naar bod loo zijn.t
- Lieve Maan jo hebt gelijk, hoor'
Ik zal ook gauw slapen gaan.
- Dank je voor je mooi vei aaltje,
Wel te rusion, lieve Maan
110 FRANKFORT.
t
i
I