uwe vel gril bum den ter elo zand. Een bakkertje, in 'twt gekleed, Droog op een dag bel wa,s iice! SiivO1. Een mnnd met brood recht op ?Sjin bol, Hoe ]|ield zeo'n bakken tje dat vol? De mand bleef gced in evenwchlt En werk'lijk was «f tccli n.et 1 ebt. Met beide banden in zlijn zak •Liep 't bakkertje cp zijn gemak. Zijn baas bad tegen hem ge ze id Loc lp vlug, dan klom je neg op tijd. Maar 't bakkertje was wed wat lm En in een heel langzame bui.. Plots zag hij aan den waterkant, 'Gezeten cp den bldcgen rand, Een hi&ng'laar, die aan 'tvssclien was, Aan 'tvisschten aal cm diepen plas. Ons' lmkk'ert bleef lalmend slaan, Had niet veel z n om vciort le gaan, Vergat de mand met broed en al En dacht: Of h]er veel v sld\ zlijn zal? i r Steeds meer voorover bciog hij hoofd Och, bakkertje, je had beloofd 't Broed vlug (o brengen snaai' ui klanl. Wat deodt jij aan den wa'cifeni? 1 1 f Maar lieve helpi. Foe.. Wat wasl dat? Werd 't bakkertje rijn bol plods glad? 4. Mij eerste s een uurwerk, jn tweed' een gebouw, 'i heel vj it inen n vruchten, Niet alle. Baadt nu gauw. D'O mand gleed eensklaips met een vaart Och heden, 't Was een kiekje waard. En schoot jn 'Iwaier. Alles di ef, Geen broodje dat er d erg b'jf bleef. Ja, nu was gcedo raad wed duur En 't bakkertje keek lce'ijlk zuur. Do mand dreef met den stroom fluks vosart, Geen broodje v.cl er eve bee d Maar 't bakker je was ze toch kwijt. Ocli, och, wal Ihad 5dj nu een spijt. 1 Er zat natuurlijk li eed wat op. IIol was me ook een rouac-s'rop. Hij1 moest Ve hard do s ra£ ook leek. C'p 't einde van d o nare week Al '1 broed be'alen van zl'jn loon. De bakker zeiIk denk mijn zeen, Dat jij zee dam net bent vcortaan Om aan den waterkant ie staan. Als ik jo met een boodschap stuur. De les voor 't bakkertje was duur, Maar beeft gohclpcn en 'I; wie' vast, Dut bij nu cp zijn bieed good past. (Nadruk verboden). t I I i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 10