VERSLAG VAN DEN GEMEENTERAAD.
P
Foriïnbras* Toovermacht,
-Hl-
Vergadering van Dinsdag 8 Deo. 1931.
j 's avonds 8 uur.
Li'
Voorzitter: do burgemeester, de lieer
II. Stulemoijer.
De gemeentebegrooting 1932.
Aigemeene beschouwingen.
{Vervolg I.
Do Voorzitter opent de vergadering
m stelt aan do orde de verdere bohande
ling van de begroeting 1932.
Op breede basis.
Do lieer P, de Bruin vil thans een
onkel woord of missdhien wel een
paar wcoixlen wijden aan wat naar zlijn
mooning do oorzaak is, dat bij de behande
ling van de begroeting der gemeente men
;ddlï gaat bewegen op algemeen maatschap
pelijk gebied en men er toe overgaat zlijn
inzichten uiteen te zet'.en en. uit to vis-
scfen.
Kr geschiedt zelden iels zender bedoeling.
Ook bijl fi et besturen van een gemeente is
lesr een bedoeling. Werken op de manier
van de brandweer: brand gaan blusstihere
waarmee de levenstaak een einde neemt, is
voor een gemeentebestuur niet mogelijk. We
moeten uitgaan van een breedere basis dam
loet betrokken vraagstuk; van een breedeie
basis dun het gem eentje, dat we dienen en
zelfs van een breedere basis dan liet natio
naal belang.
De Lijk op do ontwikkeling en do toe
komst van de maatschappij} bepaalt onze
bending.
Als men een maatschappelijke overtuiging
heeft, dan Jiandelt men op grand van. een
principioele overtuiging. Er is een tijö ge-
weesip dat men aardig kon thearotisce-
ren over beginselen; er is een tijd geweest,
dat men het liedje, door mr. Van Vel zen
hier gezongen, in alle toonaarden kon hoo-
ïen een klank, waarvan spr. even is ge
schrokken, de vordeelmg van den maatschap
pclipoem rijkdom. Zoo'n verdeeling ziou een
dwaasheid Zijn, want morgen waren de
porlie's toch weer ongelijk.
Er is een tijd geweest, dat men traoh te
van de sec.-dein. een carricatuur te maten
en men sterk was in het bestrijden van de
carricatuur. Maar bij geen wetenschappelijk
socialistisch schrijver- zal men do mee
ning verkondigd vindon, dat verdooling van
den rijkdom de oplossin,, zou brengen.
Vroeger was men alleen tevreden, als alle
menschen een zelfden hoogen hoed droegen
en nu kan men alleen nog iemand met
zsoo'n ding zien rondscharrelen-, die hem in
een. rornmelwinke! heeft opgeduikeld.
De heer Hoogendam: Dat is over
dreven.
Do heer P. de Bruin: Er blijkt in ieder
geval uit, dat ik een vrij diepe minachting
voor dat ding heb.
Er is een lp geweest, dat gestreden,
werd over conservatisine en democrat ie.
De beer Dinkelaar heeft er reeds op ge
vezen, dal men van zekere zijdie liever
spreekt orer den strijd tusschen geloovi-
gen en ongeloovigen, maar dat is een. heel
andere scheidingslijn. Men meet niet willen
trachten het rad van den tijd terug te
draaien.
Constructie-fontei).
Do crisis is gekomen en het getheoreti
seer ,over beginselen heeft afgedaan; de
crisis komt nu eens met zijn korte golf
en dan weer met zijn lange golf van. de
pressie. Alle vraagstukken worden be-
heerscht door de crisis. In de machineka
mer van de maatsdhappij zijn constructie
fouten waargenomen en de zaak dreigt
spaak te loopcre Er komen van allen kant
monteurs, om de machine weer op gang
to brengen, maar zelfs aan de knaps'en is
liet niet gelukt haar weer te la'en draaien.
Hevige slagen rijn aan de maatschappij toe
gebracht en er is ellende over de goh ede
wereld, als misschien nooit gekend. Vroe
ger werd gesproken over beurserjses; bet
verschil met nu en vroeger is, dat thans
baar het Engelscb van William Locke,
door J. F, d. B. K.
de crisis veel dieper en broeder gaat.
Zonder ons mm to matigen, dat onze
lijk alleen juist is en dat wij do oplossing
uit den mouw zouden kunnen schudden,
zonder deze pedanterie is het toch onmo
gelijk zich te onttrokken aan den indruk,
dien de crisis maakt. Hoe klein is het per
soonlijk, liet gemeentelijk, ja zielfs liet na
tionaal belang in vergelijking, met wat y.idh*
bezig is te voltrokken. We krijgen begrip
van do ontwikkeling der wetenschap, van-
tc-clmischo mogelijkheden, en nooit karnen
we aan het eind; we krijgen er begrip van,
welk, een hoogst belangrijken lijd wij bele
ven en welk een geweldige bladzijde in het
geschiedenisboek van de mensclihcid- ge
schreven wordt.
De heer Van Vclzen heeft hedenmiddag
getracht te verklaren, waarom* do raad van
Schiedam thans anders is dan voor de
laatste verkiezing; waarom inplaats van
den heer Fetter hier de heer Frenay is ge
komen cm waarom do Ijnkscbc elementen-
bij do soc.-dem. naar voren, treden. De ver
klaring van dit verschijnsel zoekt spr. niet
in toevalligheden, in wenscihon, of rich
tingen, of lief doen tegen richtingen, maar
in maatschappelijke oorzaken. Laat ons
oens niet naar den Schiedamaohen raad
maar naar het Duitscho volk kijken, dat
voor 191-1 een toonbeeld van seheppings-
cn organisatie-kracht was, met een bijna
onuitputtelijke energie. Dat is 11 u 'n toon
beeld van verwarring in de maatschap
pelijke verhoudingen; do economise he
macht, de voorlbrengingsmachl is aan hot
Duitscho volk ontnomen. Het Dui'sche volk
is ilmns niet slechter dan vc-or 1911, maar
als wanliopigen xooals een rat uit een
val dosneods in het vuur loopt zo»
rennen vele Duitsohers van het communis
me naar het fascisme. Maar als liet Duit
scho volk straks tot rust komt, zal liet die
infccfieven afschudden en weer een plaats
innemen in do vcorhosdo van de Vester-
sche beschaving.
Nu er rampen vallen op de volken,
moet men er zich niet over verbazen, dat
zij zceken naar verweer.
Do strijd zelf was er, bleef er en werd
scherp, maar do vennen zlijn na 1911 ver
anderd.
Iri dezen tijd van ellende zullen co'.c de
voorgangers van de sociaal democratie niet
kunnen volharden bij- ito toepass ng van
de oude meilieden, o.nda-t z'ij niet ingericht
zijn op den brand, die losgebarsten is. Er
zijn betere tijden geweest en we krijgen
die wellicht niet zoo gauw weer terug.
Kapitalisme en piivaatbezit.
Er is bezwaar gemaakt tegen het woo -1
kapitalisme als stelsel. Spr. verbindt <ian
het woord kapitalisme het begrip: privaat
bezit van den grond en de prolucliemid-
delen. Dat kapitalisme hoeft zijn verdedi
gers en aanhangers, zelfs hartstochtelijke
verdedigers maar ook zlijn besLriJters.
liet kapitalisme is nauw verbonden met
het privaat bezit. Dat privaat bezit is wel
eens voorgesteld a's een heilig recht, waar
aan niet geraakt mag worden. Er is ech
ter een tijd geweest, cok hier, dat het pri
vaat bezit niet bekend was. Er waren
geen bezitters van den grond. De Ger
manen
Do heer ir. Houtman: Dit is lang
geleden!
De hec-r P. de Bruin: Ja, dat is 1 mg
geleden. Maar we hebben thans le maken
met do vraag, of hot privaat bezit - en hei
lig recht is, niet door menschen ingesteld.
Daarom moet spr. wel een heel eind terug-
wandelen in het verleden. Julius Cea ar.
die ook een van de voornaamste geschied
schrijvers was, vertelde van de bewoners
van deze stroken, dat z'ij den akkerbouw
niot kenden; niemand had een e'gen s'uk
grond, de menschen dwaalden van de eoae
naar de andere streek. Later is de veeteelt
en de landbouw ontstaan, men is blijven
zit ten op de plaats, waar men op een
gegeven oogenblik was aangeland en men
is gaan spreken van m ij n'groml.
'Anderen, die een beter stuk grond had
den bezet, werden daar afgejaagd en men
is onderling coilcg gaan voeren. De over
wonnene werd veilost van zlijtn bezit en
van zlijn vee en werd niet zelden cd'c nog
door den overwinnaar meegevceid' als slaaf
Er zijn andere verhoudingen ontslaan en
do productiewijze is grondig gewijzigd. Spr.
aal niet over do positie van de slaven uit
wijden. De arbeider van thans is echter de
moderne slaaf en het kapitalisme is de ina-
demo slavernij.
Geroep: Zoo erg is het niet.
Do heer P. de Bruin: Er wordt meege
deeld, dat aan dia slaven een rantsoen
brool met afgevallen olijven werd ver
strekt en ais ai) uitgeput waren, werden aij
mot pekel en a-rijn weer opgelapt en moes
ten weer voort. Cf.n de 2 jaar kregen ae
een soort kiel en oen paar klompen.
Spr. kan zich indenken, dat in dien tijd
de 'christenen tegen liet privaat bezit ge
ageerd hebben en de eerste kerkvaders
het communisme gepredikt hebben.
Dra heer v. d. Kraan: Dat is niet on
bekend
Do beer P. de Bruin: Noen, dat zal
wel, maar men meent rvel eens, dat het
communisme iets is van dezen tijd.
Do hoer m r. Van V e 1 zo nneen.
De heer P. de Bruin: Telkens, als de
economische onderbouw veranderingen on
derging. mcesten de banden van den bo
venbouw barsten. Met de Franscho revo
lutie kon bet gihlewezen zich niet meer
handhaven. Er is ook in dat opzicht geen
nieuws onder do zon. In de gildebricven
was al uitgewerkt, wat wij nu een collco
lief arbeidscontract zouden kunnen noe
men. Torn het gebniik van machines een
groolere produc'io mogelijk en noodzakelijk
maakte, kon men die gilden niet meer ver
dragen. En nu kan njeo van rechts de
Franscho revolutie met al haar b!a„\lcng-
heid wel trachten uit te spelen tegen ue
socialisten, maar de Franscho ïcvolu.iewas
niet oen socialistische bewegirg; zij tasL-
to hot privaatbezit niet aan. De Frausoho
revolutie heaft den tijd van do stoomma
chine en de groote produc.ie ingeleid en
hoeft in heel t\ est-E uropa gebracht den
vrijen arbeid, de vrije ooncurrenlie en de
vrije uitbuiting.
Men beeft een lijd lang gemeend, dat
dit allemaal genoeglijk en geinoediliji ko:i
gaan. Er is intussctieu veel aan geestelijke
goederen verloren gegaan. Niet door bod-
denstonners, maar d<x»r de nieuwe pro
ductie wijze is meegesleept, wat aan heilig
heid was opgebouwd in de gezinnen. Het
jonge kapitalisme heeft zijn vleugels uitge
slagen.
liet Communistisch Manifest
En nu wordt er gezegd: Geven jullie,
soc.-dem., de oploss.ng van do nieoiJijk-
heden. Die ciseli to stellen is dwaas.ie.d.
Spr kan niet in koffiedik lezen, maar
spr. heeft gelezen en neg eens nageslagen
het Communistisch Manifest van 184S, van
Marx. Do sce.-dem. staan niet op ho,t s'and-
punt, dat liet Communist! reh Manifest nu
nog, voor dezen tijd, in alles geaccepteerd
moot worden. Er zlijn grondgcdach en on
stellingen in hot Communistisch Manifest,
die spr. niet accepteert. Maar nu er een
crisis heerscht als nooit te voren; nu er
een ruïne is geschapen, waarin men den
weg niet kent, nu heeft spr. me', belang
stelling nog eens gelezen, wat Marx reels
zag, teen hij zijn Communistisch Manifest
schreef. Het slaat er in wat zware taal,
Spr. zou zich bijna laten verleiden iets
uit dat manifest voor te lozen, maar hei
werd wat veel. Een enkele passige u.e
toepasselijk is o phet heden, heeft spr. aan
gestreept, die hij voorleest.
De heer Collé: Lees het slot ook eens
veer!
Do heer P. de Bruin: Dit is het ver
schrikkelijke, dat, als deze crisis ten einde
aal Zijn, het spel weer opnieuw zal be
ginnen. Men zal de productie weer ter
hand nemen en zxo hard als men kan
prcducoeren, met behulp van nog meer ge-
[>oi fecti on eerde machines in tot hof uiter
st© gerationaliseerde bedrijven.
En dan zal na een zekere periode voer
een crisis komen. We zien die lawine nu
2)
Eens had hij zijn baard laten groeien;
in do oog en van zijn barbier een prach
tigere vollen baard, maar de dochter van
zijn hospita, met wie hij op tamme ma
nier zoo'n beetje aan het flirten was, wat
zij bad uitgelokt, vond die baard heel lee-
lijk. Die bekoorlijke m mph was nu lang
getrouwd met den deugdzamen koperslager,
die zijn bad moest repareeren, maar om
baar tevreden te stellen, had hij zijn baard
agfeschoreri en droeg hij nu con zielig
snorretje. Een d edgewone, onopvallende
jonge man was Martin Overshaw Maar
rnct zijn eenvoudig, discreet optreden, vrien
delijk glimlachend legen den schunniren
portier en don dikken Monsieur*Bocaruon,
had bij toch door zijn beleefde manieren,
zoo iets beschaafds over zich, dat hij
zelfs grovere naturen, luins ondanks, ccn
soort respect afdwong. Misschien gaf zijn
lange Techte neus met de snel trillende
neusvleugels hem wel dat beschaafde voor
komen. Over neuzen is heel wat te ver-
tdien. De groote kenner van neuzen, La
wrence Stcme, heeft dit onderwerp niet
aangedurfd. Kwam het misschien door zijn
lang, smal gezicht, stompe kin en gedul
dige oogen, dat Mar,'in op Mar itt's school
den bijnaam had gekregen van „liet trek
paard"? Maar nu liep het trekpaard in
de wei, in Parijs in do maand Augustus.
Hij was er nu drie dagen en zijn hoofd
liep oin van al het nieuwe en wonder
lijke. Toen hij nu in de loome scheme
ring den aangeduiden weg volgde, kreeg
hij een gevoel van vrijheid', van iets ro
mantisch. Hij liep den Boulevard Sébasto-
pol al, langs do Tour St. Jacques, kruiste
de Place du Chaielet, ging de Pont au
Change over cn dwars over l'Ile de la
Cité, naar den Boulevard St. Michel, toen.
sloeg hij 7echts om langs den Boulevard
St. Germain, totdal hij in de Rue Bona
parte het oord van zrjn bestemming be
reikte. Ilt-i was een drukkend warme avond.
Heel Parijs zat buiten voor de café's; in
nauwe straten, in hemdsmouwen, met de
japonnen wat open aan den hals, voor do
winkeldeuren, aan stoflige tafeltjes voor
kleine restaurants. Voetgangers slenterden
rend, in de hoop hier en daar een zit-
plaatsjc te zullen vinden. Langs do groote
verkeerswegen gingen de autobussen hun
gewonen weg, maar de taxi's toeterden
weinig en zij, die auto's Jiaddan, waren
naar kodcr oorden op de rivo gauehc
(linkeroever) gegaan. De oude paarden van
de fiacres (huurrijtuigen) lieten de hoofden
hangen. De bewoners van don- Boulevard
St. Michel, bleven waar ze waren. Maar
het leek een sprookjesland aan den geéman-
cipeerden leeraar in partibus, die nu en
dan stil stond, om te luisteren naar de
vreemde zinnetjes, die hij in zijn moeder
taal hoorde zeggen en die hem zoo on
gewoon in de ooien klonken. En uit Parijs
«tegen dien warmen avond zulke wonder
lijke, vreemde geeuren op; voor Martin
Overshaw was het 't aroma van de toover-
stad.
Zonder moeite vond hij het café-restau
rant Dufour, het verguldsel van den naain
deed het bescheiden uitliangbord van de
Petit Coniichou in het niet verzinken, maar
de maan stond 'met witte letters op deur
en ramen. Onder het schild van „het
kleine Augurkje" cn 'Opheel onafhankelijk
van het prachtige Bufourgebouw stond' daar
duidelijk: „Déjeuners 1 fr. 50, Diners 2
francs, vin compris. (Twaalfuurtje 1 fr. 50,
middageten 2 fr., wijn inbegrepen). De be
nedenverdieping was een klein café, met
nieuwe muurschilderingen, waarop zeer
weinig aangekleede dames rozen strooiden
op lieeren met bokspooton, symptomen van
den vo-oruitstrevendo geest van Monsieur
Dufour. Slechts twee tafeltjes waren in
genomen cIoot provincialen, die koffie dron
ken en domino spookten Een bleoke knecht
kwam naar Martin toe, die verlegen stond
rond te kijken.
Monsieur dósire? (Wat wensclit u,
mijnheer)
Le restaurant. (De eetzaal.)
C'est en haut monsieur, au premier.
(Die is boven mijnheer, op do eerste ver
dieping.)
Hij wees naar een smalle trap links.
Martin ging naar boven en kwam in een
spookachtige leege kamer met kleine ta
feltjes. Er verscheen een andere bleeke
bediende, die ook vroegMonsieur désire?
en in do vraag school iets van verrassing
en nieuwsgierigheid.
Ik vernacht een dame, zei Marl in.
Bien monsieur. (Heel goed, mijnheer).
Een tafel voor twee. Ilier hebt u er
een.
En hij trok een stoel achteruit, die tot
zitten noodde.
Ik zou graag hier bij het raam zit
ten, zeide Martin. Daar de eetzaal in het
entiesol (tusschenverdieping) was, was de
verdieping laag en het roo-k er naar lang
vergelen diners van 1 fr. 50 of 2fr.
liet spijt me, mijnheer, maar die tafel
is bespreken doer een dame, die hier
alle maaltijden gebruikt. U kunt bet zien
aan de aangebroken flesch mineraalwater.
En hij tilde de flesch op Ion bewijze
dat hij dè waarheid sprak. Dwars over
het etiket stond geschreven: blad. Has
tings.
Mademoiselle Hasting, zei Martin, dat
is do dame die ik verwacht. De bediende
glimlachte. Was mijnheer een vriend! van
Mademoiselle Bashings? Dat was natuurlijk
iets anders. Mademoiselle had gezegd, dal
ze vanavond terug kwam en daarom was
de flesch mineraalwater voor haar be-
rceds aankomen en niemand édMjint in
staat haar te keeren.
Een afzetcrisis.
We beleven nu een crisis van overvloed
een af/ietcjisis, die het typo van de crises
van do toekomst zou kunnen worden; een
productie-crisis. I I 1 I II
Ford huldigt de theorie van de hooge
lotomen: stel de massa in staat meer te
koapcire Ctp dio manier zou do afaetcrisis
l>eteugeld kunnen worden. Dio iKeiCrio van
Ford telt weinig aanhangers, maar spr. stelt
haar tegenover een andere theorie cn dan-
kijkt spr. nog al eens naar da N.R.O., die
pleit voor salaris- en loonsverlaging cn
zooveel mogelijk. Als we hier te doen heb
ben met een afzetcrisis, is éèn ding dui
delijk: Hoe meer men de koopkracht ver
laagt, hoe minder afzet het gevolg zal zijn
De prijs van liet produot zal door doling
van de Iconen verlaagd kunnen worden. De
voornaamste producten hebben leeds den
prijk "van 1914 bereikt of zlijn daaronder
beland, naar beweerd woidt. Do liberale
economen moeten durven zien, dat deze
crisis is losgebarsten in een periode van
lioogeonjunctuur, waarbij niet eon gnoiol
dcei van flo werkers uitgeschakeld was
van het productie-proces. Dus iu een tijd
perk, waarin de beschaafde wereld op d^
markt aanwezig was cn kccht en de hoog
ste Iconen verdiend werden, on-'.stcnd een
afzetcrisis. Spr.'s vers'and dat beperkt
is zegt: Als een afzetcrisis geboren
wordt in oen periode van algonifcno wel
vaart, zal men die crisis met bezweren
door do koopkracht nog vendor te vermin
deren. Ongeveer 40 pCt. van alle arbeiders
is werkloos en nu aou men de afzetcrisis
willen beslrijden met verlaging van de
koopkracht. Dat lijkt spr. een soort econo
mie van den kouden grond.
Da heer ir. Houtman: Men heeft het
er anders lang mee gedaan.
De hoer P. de Bruin: Dat geloof ik
niet.
Do heer ir. Houtman; Toch tot nu
tcei
De heer P. dc Bruin: We zijn r.og
niet aan het einde van de ontwikkeling.
Waarom zioudeze vorm van domaatsdhappij
er blijven? We hebben de laatste 2000 jaar
reeds zooveel vormen van eigendomsrecht
en productiviteit gezien, dat er geen en
kele reden aahwez'ig is om aan te nomen,
dat dit liet einde en de laa's'e vorm zlou
mcctein zlijn.
Een zeker deel van do crisis is aan de
rationalisatie to wijten. Die rationalisatie
had ccn zegen kunnen zijn vcor de nic-nsch-
boidze had geen ramp behoeven te worden.
De hoer Steens had de gerede draad le pak
kan, teen hj bei oogde, dat het distributie
apparaat to koit is gescho'en in zlijn taak
Er was geen evenwicht lusschen aanbod
en afzet.
Deze toeriaml kan niet altijd Wijven voort
duren. Er zijn menschen, die pessimistisch
z!ijn, maar spr. hoeft ook economen van
naam hcoren zeggen: Je bent uit do crisis
vcor je het weet. Spr. zial zich niet sdiaien
aan do sijdo van de uiterste optimisten.
Communisten en fascisten.
Gaai het naar den chaos?
Die vraag is niisschien niet zco klem
mend vcor ons land als vcor andore jndus-
Iric-Ianden, maar z.o is icdh ook vcor ons
klemmend. Er rij., er, die bewust op den
chaos aansturen. Communisten en fancisten
dienen zich dan, om met geweld de we
reld to redden, maar dat zo-u neerkomen
op een burgeroorlog. En dat zou er nog
maar aan ontbreken: Hot bewust aansturen-
op een burgeroorlog, een gewelddadige
revolutie.
Wij leven hier op een droog eilandje in
vergelijking met de menschen in Duilsch-
land, oo'c al piepen wij over de hicoge be
lastingen. Spr. kan. zich voorste!! em en ver
haast aicih (laar in T geheel niet over, dat
in wanhoop menschen naar ïiot communis
me en fascisme vluchten en als men te
leurgesteld is aan 't ééne eind bij de
communisten vlucht men naar het an
dere eind naar de fascisten en om
gekeerd.
Ongeaeht wie dia kans krijgt om me!
gewc-ld de macht te grijpen spr. licopt
HET A. B. C. VAN 'T NEDER, i
LANDSCn FABRIKAAT. f->
ets: geef meer bekendheid aan .on'aa
industrie, .liaie prestaties oh...
n noden f
dat niemand die kans krijgt man aal do
produeliewij'ze niet in een hand omdraai
kunnen ^veranderen. Vrij, soc.-dem. ziijh te-
gonstandera van dezen maatschappij'-vorm;
maar wij wenschen geen verantwoorJelijlk-
beid to aanvaarden vcor een maatschappij!
orde cn een productie-stelsel, dat op ver.
keerde grondslagen rust. We kioimcn niet
uit do moeilijkheden, zoolang Üo productie
en het distributie-systeem niet op de be.
hoef te, maar op de winst berekend is. Da
gemeenschap mag er niet langer berusten
in een ongebreidelde prcducüa en com
stelselloos disIributie-systoein
Do persoonlijke belangen zullen moeten
wijken bij do toepassing van nieuwe vor
men in do voortbrenging en bij do distri
butie en bot bankwezen zal onder staats
toezicht moeten worden gesteld, omdat mil-
lioencn niet genieten van. den wereldrijk!-
dom. Men kan voor hot nieuwe huiverig
rijn en oude;, bevoorrechte potsitie's wil
len handhaven, maar er is een, tijdstip,,
waarop men een keuze moet doen lus
schen eon geordende samenleving of den
chaos.
Do lieeren Van Veizen en Mak moge©
zich verbazen over verschillen tussdhon een
rechter- en een linkervleugel in do S. D.
A. P., aoo'artg soo.-dem. gewone menschen
zijn, niet braver en niet slechter dan an-
dore menschen; niet knapper maar ook
niet dommer, zal er verschil vare inzicht
en tactiek blijven. Al barelen die verschil
len, naar spr.'s smaak, op ongeleden oogen-
blikken uit en Zijn de kibbclpariïjtjes daar
over ook onsmakelijk.
Do soe.-deon. staat editor op liet stand
punt: ncoit cn onder geen enkele voer»
waordo naar den chaos.
{Wordt vervolgd.)
Klunst eu Wetenschap.
Opgravingen in Tripoli.
Bjeeds verscheidene jaren is men in
Tripoli bezig met opgravingen bij Lepfcis
en Sabratlm en met de meest verrassende
resultaten.
Te Leptis zijn reeds do kaden langs de
oude haven met een rij gebouwen blootge
legd; op bet oogenblik wordt aan bet
Forum Imperiale (Keizersforuin) gewerkt,
terwijl de Arcus Quadrificmtis (ter oaro
van Septimus opgericht) zoo goed als ge
heel opgegraven is. Onlangs beeft man
ook een oud Romcinsch marktplein go-
vonden. Op het oogenblik hebben de on
derzoekingen hoofdzakelijk ten doel, in
grooto trekken de topografie van de oude
stad te reconstrueeren.
In Sabratlïa, de oude Phocnicisdie markt
plaats, dat een der belangrijkste graan
markten van bet antieke Afrika maat ge
had hebben, wordt aan de opgraving van
bet rechtsgebouw cn liet Itomoinsolia
theater gewerkt; een onlangs opgegraven
straat verbindt den hoofdverkoersweg
(decumanus) met bet theater.
Verleden jaar te Leplis Magna een
Archaeologiscb Museum geopend en in'
Sabraiha worden nu ook eenigo Realitei
ten ais oudheidkundig museum ingericht.
Kerk en ScliooL
Ned. Horv. Kerk.
Beroepen te Hillcgersbarg (Vereen, van
Vrijzlinnig-lfervoTmden), mr. AL H. van Eiijtd,
cand. te Leiden.
Faillissementen. i
Opgegeven door Van der Graaf en Ca
(Afd. Handelsinformatie.)
In do week valn 49 April 1932 zijn ial
Nederland uitgesproken 91 faillissementen.
waard. Zij was de eenige overgeblevene
van dc vole personen, dio het restaurant
bezochten. liet was een restaurant voor
studeerenden. In gewone lijden waren alle
faldljes bezet en bad een vreemdeling
geen kans. De studenten betaalden per
week of per maand een zekere som voor
bun voeding. Het was een pension om
to eten, zonder logies. Wanneer de stu
denten in do vacanties niet in Parijs wa
ren, werkto liet restaurant met verlies.
In Parijs zette je altijd- de tering naar
de nering. Brave provincialen en Emgel-
sche toeristen bezochten het nog wel eens.
Dan wees men hun de muurschilderingen,
waaronder een paar meesterstukken. Nog
een paar dagen geleden had een Ameri
kaan een paar foto's genomen. Wildo mijn
beer do goedheid hebben zo oens te be
kijken
Mijnheer had de goedheid. Op de ge-
sausdo muren waren teekeningen van krijt
cn van crayon. Karikaturen, naaktschilde-
ringen, notolialken met molodiën, brokstuk
ken van salirieke verzen, handteekeningen
met krullen, dio alle spraken van vele
generaties van studenten.
Het amuseert ben en 't geeft deze
zaal iets aparts, zei do bediende. Ilij wees
naar de meesterstukjes, toen door do deur
een jonge stem vroalijk riep:
Zoo, dag Martin.
Martin draaide zich om en blinkte in
de vriendelijke oogen van Cor inn a lias-
lings, blond, slank, netjes gekleed in eön
blauw serge wandelpak, met een eonvou
dig klein hoedje op, waaraan een faisan-
tre.reertje iets kranigs gaf.
Je bent een echt buitenkansje, zei
zij. Ik dacht eï juist over om in hol
water te springen. Maar op dio verlaten
brug was niemand om er mij uit to vis
scben. Ik ben het eenige menschelij-kc
wezen dat in Parijs is gebleien.
,\Vat een geluk voor mij, dat ik
je dan gevonden lieb, Corinna. Want jij
bent de eenigo die ik in Parijs keu.
Hoe kwam jo aan mijn adres?
Ik ben in Wendlcbury geweest.
Dus je hebt zo allemaal gezien?,
zeide Corinna, toen zo aan do tafel bij
het raam gingen zitten. Vader en moe
der en Betsy on Johanna on Ada, o.nz.,
enz., tot do nieuwo baby incluis. De nieu
we baby is no. 10, maar eigenlijk is hij
no. 14. Ik bon benieuwd hoeveel or nog-
meer komen'zuilen.
- Ik denk niet, dat er nog meer zul
len komen, zeide Martin ernstig,
Corinna proestte van bet lachen.
Wel, wat weet jij daarvan?
Dit satirieke gezegde dreef hel bloed.
naar Martin's wangen. Ja, wat wist hij
van do intieme verhouding tussch'cn ds.
Thomas Hastings en zijn vrouw.
Ik geloof, dat ze nu al moeite heb
ben om ïond te komen, gaf hij als ver
klaring.
Ik denk, dat ze hot allemaal best.
maken, dat ze tennis en golf spelen, op-
bazars verkoopen en kibbelen over de hulpr
predikers.
Zo schijnen zich heel golukkig to
voelen, zei Martin, dio niet erg ingonomefttj
was met do luchtige manier waarop zd
over haar familie sprak. Hij, zelf de een
zaamste van de mannen, had voel wel
dadige hartelijkheid ondervonden bij dia
drukke, vriendelijke meisjes. En het hin
derde bom minachtend over haar to boe
ren spreken.
iWas het de ©ersto maal dat jo es
kwaamt na...? Ze hield op.
Nadat mijn moeder stierf. Ja. Zo
stierf in liet begin van Mei, zooals je
weet
't Is een heel groot verlies voor je,
zeide Corinna op zachter toon.
(Wordt vervolgd).
t