serland voortzetten, was him dochtertje bezig tiaar
wederwaardigheden cp' paptfcr to zetten.
HOOFDSTUK V.
Do gescheurde jurk.
IIoo prettig en vol afwisseling* Roek hoi op
Dennenheuvel ook vcmd ien ho© gciod zfj mot JM
vroolfk® Ire-e-pje kon .opschieten, toch brak er in
da tweede wede van haar verblijf in Gelderland
om dag aan, waarop zij mot het vaifoerdö been
uit bod slapie.
Z|i) wildet dit ziidizielve natuurlijk niet bekennen,
maar zélfs de anders zloo aanstek»! ijlke vrolijk
heid van Miek scheen- dien dag geen vat op. lil iar
to hob ben.
't Begon hij heil allereerste begin; zto irok haar
kous binnenstebuiten aan zonder dat ze 't meukte.
Toon z'ij in den tuin Kwam, riep Miek, die ge
woonlijk zulke kleinigheden niet scheen oip to
letten
„Ik zlie, ik zie, wat jij niet Ziet".
„Zeg het dan maar", Zei hoek', die heelenual
niet in een stemming was om lang te raden.
„Ken kous, die binnenstebuiten zlit", klonk het
vroolijk.
„0, is 't anders niet", zlei boek gemelijk'.
Niet graag werd zlij uitgelachen, vooral niet
waar liet haar uiterlijk betrof en zjj liep haastig
naar haaf kamer terug, waar zij de fout spoedig
herstelde.
Toen z'e weer in den tuin Kwam, liep ziijl achter
niet naar Miek', maar ging juist don tegenovorgie-
stetklen kant uit.
1 „Mevrouw is angebrand, i
O, o, wat heeft zé 'tland".
ziong Miek, die zelf niet gauw boes er eeu
grapje van maakte. Ken woedende blik van haar
nichtje deed haar echter inzien, dat zie o-p dia
manier boek niet over hoax boosheid heen hielp
Dus probeerde zij het op oen andere wijze.
Zo lic|p np ooi' den tuin in en naina oen pad,
waarop ze boek moest tegenkomen, backend tra,cl
zla haar legcmoel en Zei:
„Zullen we touwtje springen?"
„Dank je we], voel te warm", luidde het on
vriendelijke antwoord.
Ook dat hielp dus niet en met oen plotseling
inzicht boven haar jaren begreep Miek, dat Liet
verstandigst was, beek maar aan haar lot over
te laten, ie zocht daarom haar lievelingsplekje
in den ouden boom op en blcof daar zitten, tot
do bel voor hel ontbijt ging.
Toon allen om do tafel zalen, zag tante Truus
dadelijk, hoe d,e Zaken büji jbook stemden, al be
sloot C[(.!o doen, ,of z'ij niets bemerkte. Diajt buitje
ziou wel weer overdrijven, dacht zij. De zon jaagt
immers du donkerste wolken op die vlucht.
Oom moest dien morgen naar do stad. Tante ha,cl
hot druk in huis on zlij woog de vier oudsten eem
boodschap voor haar te dcian olp Kuim'zidUt, een
groot buiten op een liajf uur afstands.
Haar eigen kinderen, de drie Tervarentjes Waren
er ^middellijk toe bereid en daar ook niet
durfde weigeren, schikte ziijl zicli in Wet onvormij
ddjka door met hen mee te gaan.
Onderweg was or allerlei dat haar afleidde on
haar ooozte bui deed vergeten, bliek verheugde
zich hierover, al was ze "zoo verstandig er 'niet
cip te zinspelen en toen het viertal oipl Ruimzicht
aankwam, zou niemand getóegd hebben, dat één
van hen dien morgen do bokkepiuik had opgehad.
Hun boodschap was spoedig gedaan en mevrouw
de Vonk, de eigenaresse vaii kuimzieht gaf mon
deling het antwoord mee.
Zei leidde de jeugd rond op liet pisachtige, uitge
strekte! buiten on bleef geruimen tijld met hen
Kijken naar de arelo jonge die-ran, die er Waren op
da bijibehoorendo boerderij als: biggen, kuikentjes,
kl-nino eendjes -en oen jorng geitje.
Vooral boek koek haar oogan uit en allen hl-even
verrast staan, tc-en oen prachtige pauw het plotse
ling in Sip ijdolen bol -kreeg to pronken on zlijn
schitterenden staart bewonderen liot.
-'tWteircl'laat, voo-r zjij het visten -en toon me
vrouw do Vonk plotseling uitriep; „Maar kandoren,
'tis ,al kwart voor twaalf. Moeder ziaf niet weten
waar jullie blijft", namen allen haastig afscheid
en spc-edden zljj zich naar huis.
„baten we den k'ortsten weg door do velden
nmar nemen", stelde Bol> voor,
In vluggen stap ging liet nu door de velden
naar Dennenheuvel lenig. Iloog stcind het koren
aan weerskanten van de smalle pnadj-e-s, waarop
aij als kippen achter elkaar aan Jiepien. Op som
mige plaatsen was reeds wet maaien begonnen en
stonden de bossen aan sdicxoiveii.
't Was uarm in do zon -en vooral Look ver
langde naar huis.
Plotseling riep Bob verschrikt uit:
,„0, kijk oens( prikkeldraad. B-at is hier nooit
geweesf.
TW'as een echte Jobstijding, wantwaar prik
keldraad is, wordt de weg versperd en meet omge
keerd worden.
En we zijn -er bijna" riejp Hans spijtig.
VVa kunnen er onmogelijk door", Was Bobs
meening,
,,'tMcet", zei Miek met groot-e beslistheid. ,|,\Ve
hebben onmo-gelijfc tijd een kwartier o(m te
loopen".
gunnen we er onderdoor?" vroeg Hans, die
Zijn beentjes begon te voelen c-n niets van „een
kwartier omloopen" hebben moest.
,'tZal best gaan", antwoordde Miek. fBoib en
ik zullen het prikkeldraad met onze handen zoa
hoog mogelijk hc-uden. Ga, jij nu plat cipi den
grond liggen en sclutif er dan zoo onder clear"
„Ilans dooft wat hem gezegd werd -en was weldra
onder het gevaarlijke prikkeldraad doorgekropen.
„Nu boek", zei Miek.
„Dank jci wc-1. Ik doe het niet", riep haar nichtje
uit. En haar boosheid, die doper het bez'oetó aan
Ruimzicht geheel verdewenen scheen te Zijn, dook
plotseling weer op.
„Hou jij dan hot prikkeldraad a.an dozen kant
vast, dan kruipen Bob -en ik er om beurten onder
door", zlcsi Mi-elk, ,a!s vond zij het lieol gewoon.
book zag zich wel genoodzaakt hot bevel op te
volgen en deed dit met -een. boos gezicht eerst
mot Bob, zoo-dat Miek er -onder (laoir ki;o(üp -en
toen met haar nichtje aan den anderen Kant,
Zoodat Bc-b gelegenheid had ziclh! bij de anderen
to vo-egen.
„Nu jij nog", zei Miek, die wel b'egroepf dat
bodlc er niet voer te vilden zJou Zijn, alleen achter
té blijven.
„Ik doe 'tniet", hield boek echter koppig vol.
„Dan gaan Wij' verder", -zei Bob zander eenig
medelijden te toon-en. „Meisjes zijn Pok altijd
Zoo vervelend. Ze diuVen niks".
(Nadruk verboden).
(Wordt verenigd).
c l
f