.r~ Het verhaal var den ouden Wilgenboom J J SCHIEDAMSCHE COURANT f~J 5 i B-VAN DE lai-1 1 aa1""1" No. 24 BIJVOEGSEL VAN DE SCHIEDAMSCHE COURANT VAN 17 Juni 1933 door C. E. DE LILLE 'ROG ER WAARD. Mei gekromdon rug en gebogen ledematen stond do oude Avilgtenboom aan den kant van liet wei land, IliJ stond, daar reeds vele, vota jaren. Wals liet 'wonder, dat zijn rug dus ntel moer retlhjt was? Regen en wind hadden hem, niet gespaard en h'ijl sLond daar net als een oud mannetje, 'met gebogen mg en do,or rhoumatiek verwrongen le dematen. i j Heel wat stormen had Rij! getrotseerd. Wanneer in het najaar en dm vinier do wind mjct zóón geweld over do woi Mies, dat li'ijf Ihenl in do vart'o al kon hooren aankomen, mjoiost 'bjijl zich schrap zotten ,omi geen arm to -verliezen in den dein strijd. Rillend stond hij daar dan te mklden. van ■koude en yoclit, sidderend van angst. Had 'Rij niet met ©igen oogeai gezien, dat ziijln buurman plots hevig krakend doormidden brak? E'n was dit niet hol begin van 'het einde geweest? Hoij droevigjq einde, waarbij! een houthakker to pas was gekoraonl die met zfija scherpe bijt oen eind maakte aan zijln kwijhend bestaan. Maar gelukkig was er niet altijd regen en wind. Er was ook zon. En als de zon scheen, do zott\ die hom met Shaar warme belangstelling zoo koes teren kon, zag alios er op eens veel prettiger <on opgewekte- uit. Jo A'odda je dan heel anders; edit zonnig an blij'. 'tL(eek net, alsot do zon met haar vuurgloed iets binn>an-in Jo ontstoken lh,ad, zsoodat je wel blij zijn mio>esfc, ot jo wilde ol niet. Alles stond dan te schitteren. Hoe .heerlijk sap pig zag dat malschc gras er uit en hoe blank wa ren do madeliefjes mot hun stralenkrans, terwijl' hun .hartje van goud was. ZJiji lekian op de zon. Daardoor kwam het zdker, dat do oude Avilgeboiom zooveel van h,on lliieid. En wat Avaren da dotter bloemen langs don kant der sloot en da boter bloemen in do Avei mooi glanzend. De lamanetj.es huppelden, dat dilet oen lust was de kal venen darteldon, det koeien holden oen ili/riol eind weg en or kwainl toch geen trein aan. liet veulen draaide ook al met zfij|n moeder door do Avei. s A] dio AToolrjiklicid kwatö door do zon, d'e stra- lendio zon, diet iedereen 'en alles schoen tc| ver anderen, zoodra ziij mot haar lac|b.'emd gozidlit aan het uitspansel verscheen. En de Avilg'eboom zolf Avas niet alleen, veel opgeAvekte, maar hij. voelde, zidbl ook voel jonger en krachtiger, zoodra do koesterende Avarmte rail zlij'n vriendin hem tot in zijn merg Arnrkwikto. Rhcumatiek? Hij' dadht zolfs niet moer aan '/lijm kwaal. De zon had dio Ib^oleimaai AVegge- tooverd. 1 Hij wist, dat hij oud Avas en 'hooi oud ook!, maar op zulke dagen voelde lij 'tniot. En wat fcwftim het er dan op aan? Wajl gaf (het, dat Mj! ial lang neit moor recht van liji on. loden was, dat zijn lichaam Amrmolmd en 'Rol1 Avas? Hij had teen groote holle plek, dio (er mleit do jaren niet klei ner op Avord. Als storm en rogm zich om lliet h'ardsb probeer den te doorn gelden, voelde lrlijl dia {bjotHto pffick süefdds. 'tLeek avoJ, of do Avind hot con grapje vondj, er zoo hard mogelijk in to blazen car do luie regen druppels dio daar toevallig terecht lrwamem, nu vonden, dal hun r-eis zitlhl var genoeg uilsLrekte. Rustig hleA-en zo daar liggen m aa Avaron soms met zoovelen, dat zo eon hoeb plasjo vormden. W at gaven kijl er onr, dat da oude Avilgaboom ziojo. koud en nat van binnen Avertl Maarals de zon schoon, konden »o daar niet blijven. Was het dus niet Ihoel begrijpelijk, dat do oude Avilge'boom dankbaar legen de zon Avuif- do .om zïj'n Aweugde over haar tegomvoprdigihjeid te kennen te geven? Als hij een stom bezeten, had, zon luji stellig eeai liodjo Van blijdschap gezongen 'hebben. Nu luisterde hij ecfilter naar. alle geluiden in de na tuur. Kon h'iji op storm1- en regendagen Rot geloei der koeien niet al te b'cst verdragen, nfe klonk 'them h&el anders in do ooren .En 't geblaat dm' lammeren Avas Avork olijk snoezig. IIo,og in de lucht jubelde do leeuwerik en 's aArond.s als do zou naar huisj AyaiS gegaan, kwaak ten do kikkers nog oen lied van dankbaarheid. Do menscheii zoiden: ,,Dat voorspelt miorgon oom Avannon dag", on beeJamaal ongelijk hadden Zij niet. llun voorspelling kwami dikwijls uit. Al stond do Avilgonh'otonr steeds op hetzelfde plekje aan dan kant dor sloot, Avas bijl du,s eigenlijk nooiL „van huis" gewftest, al had bijl dam ook niet Zoo lieol A'eel van do Avereld gezien, van! dei raien- schen Avist Mj een massa af. n Natuurrijk kende hij do menscjhjem, dio do bocrctn- hoeve, ziijln ho.oreniho.ovei, beAV0|önden, het aller best. Ook zij Avaren oud an gebogen en hadden last A'an rhcumatiek. Odfi ja, er Avas voel overeenkomst tuss'c>h)en mem- sidlien en Avilgcmboonaen. De schilder, di|a hier onangs zlijn, portret had gesdhildard, liad tegen oom voorbijganger gezegd, toon hij' mot ziijln Averk Maar AVaisi en ziijln sdddorisbanoodig^iblpden Mj elkaar pake ^'tLijlóji not mksnsöben, Ilea langer jo MjlkR Ibjoa meer gelijkouis jo anldcikC. Deze hier en Ihjij Avees op ziijln AA'ox'k is net oen oude, gebogen;, en rheumatischje baas. Zijln buurman lijlkt voel op KIM D E R - E LID

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1933 | | pagina 1