van DEmg
fl ^~1 SCHIEDAMSCHE COURANT 3 g
I let verhaal van den
>uden Wilgenboom
A!s het regent
No725~ BIJVOEGSEL VAM DE SCHIEDAMSCHE COURANT VAN 24 JUNI 1933.
door
C. E. DE L1LLE HOGERWAARD
I!. (Slot).
Iloe goed herinnerde lijj zich' nog zijn jeugd,
toen de tegenwoordige oude b.oer als kleine jongen
op- hel erf wocnt'e mol zij'n ouders an de tegen
woordige cude boerin als klein buurmeisje dik
wijs bij! baar vriendje spelen kwam'. Altijd waren
die twc.e samen. Soms plukten ze bloemen Ln de
wei of tic!,en ze een klomp als een bootje in de
sloot varen,
Hoe goed herinnerde de 0;ude wjlgeb'qofiu zich
ook nog, dal het meisje zich! wat te ver voorover
gebogen had, in het water getuimeld was en
door den jongen naar dan kant gelrokken! word.
Zouden zJij' zelf dat nu ook nog weten, ,011 is het
geheugen der mensdhten minder sterk dan dat der
wilgeboom.cn?
Grooter en grooter waren het meisje en do j,ran
gen geworden, maar de witgebo.om was liun vriend
gebleven. Dikwijls nog kwamen zijl aan dan kant
dor sloot zitten, al werd het Jangzamioi'h.and al
leen maar 's avonds, als ze vjBA hun vermoeien
de dagtaak uitrustten,
Hard werkten ze .overdag.
Op een kfcer was er groot feest: bruiloft. De
jongen en het meisje trouwden samen werden nu
•I/boer en boerin" c(p dlo hofstede. Er was een
groole raerepoort van grpien en bloemien gomaakt,
waarboven stond:
WEDK.OM BRUID EN BRUIDE,GOM
Dit had de wjlgeboom wel niet kunnen lozen,
maar vrool'ij'kc boeren en boerinnen hadden'liet zóó
dikwijls gezegd daarbij' nar de vrecmd'e fgren klij-
kend dat hij tocln, wel begreep* dat Wrat dali 'belieo-
kenenmeest. Een bo,om, dio vanaf z'ijn jougd
ooren en oog'en g'oed den kost grolt', legiijlpt moer
dan"de menschon soni's denken. En evenals] dq ééne
mensch vlugger van begrip' is dan de ndero, is
nok do ééne wilgebooin in'eer ontwikkeld dan z'ijn
soortgenooten. I I I
Na eenigen tijd liep er weer een betel klc|in
boertje langs de sloot en het blraef er niet blij, 'één,
steeds meer kwamen er.
Waarschuwend hief dö wilgeboom, die nu ook
jaartje ouder begon to worden, een arm op «m
bun te 'beduiden: niet al to diclht aan den kant
lie komen en 'twas net, of 'tjonge goödje hem
begreep. Zij' zorgden we], dal ze niet n del sloot
tuim'elden. De» wjlgcb'oo'ni wist niet, dat moeder
lien gewaarschuwd had en daahi, d,at ze alleen
op zt. waarschuwing zoo voorzichtig waren.
1 Ook deze 'kinderen werden groot. Sommige hie
ven pp do hoeve, anderen trokken ver weg en
do ,oudo wil gje boom! zag ze slechts nu an dan! te
rug] Toch deed lljet zij'n oude hart altijd goed', als
bij lljeu dan na een lange afwezigheid tegen,' olkaiar
hoorde zeggen:
iKife, daar staaL de oude, holle wilgebraom
ook nog" I I
Maar dat sprak toch vanzelf, dat ihlijl dam* stond.
Zo moes ten niet denken, dat hljij zij'n post raoij
zou verlaten om do wereld in ta trekken^ Neon,
als de wereld hem zien wilde, moest zij' maar
bijl hem 'komen. Hij' bleef, waar hjijl was.
Weldra speelden de kleinkinderen van den boer-*»
en do boerin in z'ijn bowl. Hot ltWen honhjanida
zicli sleeds. Dat was aardig. Mjalar do oude wilgo
booin vond het zelf minder aardig, dat Hjiji Zelf
zoo .oud en gebogen werd, al troostte 'therm wel
wat„ dat de boer en db boerin zo„ op1 hom '.be
gonnen to gelijken.
De holle "plek werd steeds gro.oler. Kwam' ih'et
misscliien daardoor, dat lb|ij' zich al zwakker fin
zwakker begon le voelen?
Iliijl kon soms zóó kraken, dat bij! veel leek o.p
iemand, die kreunde van p'ijh. Dat had ihjij vroeger
toch nooit zóó erg gedaan
Midden in den nacht was er een orkaan over
het Weiland en omgeving losgebroken.
't Was om hang t'e worden m de ,oude wilgcboom
had staan sidderen, En o-, wal l'yul bijl gekraakt, tol
plotseling'tloek wel, of hlijl doormidden ge
scheurd werdinteer wist f'jijïj licit'. Ilijj verloor
liet bewustzijn.
Maar toen de oucte boer den volgenden morgen
zag, dat de oude wilgeboom! geveld in het weiland
lag, zuchtte bij diep. Infer zei hij' tegen zijn
vrouw; 1
,'TI'ij Was een vriend van ons, al heeft Mijl 'tnocit
geweien".
.„Ben je daar wol zoo zeker van, dat bij 't'niiol
gewet' n heeft?" vroeg de boerin en ook zlijl ba-
trcurde haar entten vriend.
(Nadruk verheden).
door
C. E. DE L1LLE H'OGERW'AARD.
Raegendruppols vallen tikkend,
Regelmatig tikkend neer
En de kind ven m'öpp'ren: 'tRegeint.
Is me dat een aak'lig weer.
<-
KI N DER-I 1 AD