De geleende Sfee.
H SCH1EDAMSCHE COURANT
VAN DE
II. (Slot).
Tel tens weer trok Mick de slee oinhoog en
vleog <lan omlaag. Maar o wee, eon jongen stootle
met zijn sloe Legen de hare aan. Mtek sloeg em,
maar kwam gelukkig in de zachte snoomv terecht.
Doch de slee, waar was die*? Miek zag 'in juist kien
herrii af in het water glijden.
„Die ben je kwijt'S beweerd© ecu van <le jonge-
'lui weinig bemoedigend. Ja, MlJc wist wel, dal do
vijver diep was. Br zat niets anders op dan .naar
huis te gaan Op eens was allo pret bij Miek
weg. Ze werd gekweld door eon akelig schuld
gevoel.
„Was ik tooli maar direct naar huis gegaan"1,
■verweet ze zichzelf. „Hoe moot ik dal m aan
Tootje's moeder zeggen? Wat zal zo bois zijn
En natuurlijk moet ik een nieuwe slee geven, lloe
moest dat gaan? En dan kom ik nog voel lelaut
thuis. Vader zal wel geweldig brommen".
Dat kwam nu allemaal van die fijne sneeuw.
„Eerst maar naar de buren gaan", peinsde Miek,
„Ut neer, dal kan ik straks wol doen. Anders
'kom ik nog laler thuis",
Toen zo hij haar huis kwam, stond de auto
van den dokter bij L'ooijc voor de deur. Ziezoo,
nu kon ze nieL eens gaan.
Ze belde en rammelde rret do brievenbus.
Moeder deed haar zelf epen,
„Nti, jij weet ook van geen ophouden, Miok. Ja
hel tdat 'vader ook laat was. lion maar gmw.
Dat viel mee gee-i. standjes. Maar Tan'ore
kou niet meevallen. Miek zat maar t-o lobben
en zei niets. Zo wist, dal zo op moest (biechten,
docl; stelde bet uit.
>o Miekj vertel eons wat van to sneeuwpret",
zei vader. 1
ick vertelde van den slceöntrom. Maar met
weinig vuur.
„Zo is moe"|, dacht moeder.
even uur werd er geheld. 1 lat was Tootjo's
moeder. J
'u k°mt t), schrok Miok, „mevrouw kamt
do doe terugvragen
Maar neen, movroujw 'kwam zegg n, dat 't niet
Jootje minder goed was. Dokter was niet tovn>
0 11 nu wilde mevrouw den ijs zak Io-uion
Over do slee sprak zo niet. En' Mo! begon
or ook met over. 8
I>on volgenden dag d'ooide hot. En mot groot,
snelheid smolt de heerlijke sneeuwlaag weg. Alle
sleetjes werden weer aan den kant gezet.
Soms wandelde Mic-k langs de plak van hel
ongeluk en tuurde naar. de verloren pnkskoe. Ze
kon niets ontdekken.
Toen trad er oen vorstperiode- in, db vijver
kwam dicht to liggen en de she 'van To lag good
opgeborgen.
Tootje werd beter, kwam .ook weer bui'ea en
ging weer naar school. Naar een andoro dan die
van Miek. 1
Miek had nog altijd niet tegen Too'.je's' moedor
gesproken over het wegiaken van de geleend»
slee. Miek ontweek haar buurvrouw gedurig. Kooit
zou zo binnenkomen als mevrouw er was. nooit
meer liep ze langs het huis van de luien en zag
zo do buurdame aankomen, dun slo:g Miok' gauw
eon zijstraat in Want altijd was ze bang dait
mevrouw over de slee zou beginnen. E,nMiek'
went voorLdurend gekweld door ecu angst, dat
het zou gaan sneeuwen. Want dan zou Tootje na
tuurlijk haar slee ini-scn
Micks vader, moeder en broer vonden hot erg
vreemd, dat liet kind plotseling niets op de sneeuw
gesteld was, maar wijdden er niet voel aandacht
aan.
'I U eg ore (barder te vriezen en ook word er oen
scherpe wind. Op een avond dat Miok naar bod
zou gaan, hooide ze wat tegen dj ruilen slaan.
Zo deed tón van de gordijnen op-en ©n o, schrik;
het sneeuwde: oen fijne jaeldsiiccuw. EnMick
kon wel huilen. Heel den nacht had ze a lerakolig-
sto droomen van sleetjes, waarop ze in h.el wal r
rood oil van boo/.e mm ohem, db haar beknorden.
„Fij(i| weer sneeuw, lm Miek", zei Wim aan
de ontij ijl tafel. i
,,'t Is allemaal tegen do huizen gewaaid"; har-
nam Miok zonder blijdschap. Zo wist wel, dat zo
anders mot deze sneeuw toch blij geweest zou
zijn. A'u was ze dat nier.
,'L Is geen paksnecmv";, verteld© Aafje, die de
melk binnen bracht. ,Em zoo guur",
„Ja| ik heb 'Ikoud gehad vannaciht, Aat". -Te
moet dio laalste wollen deken noj maar uit do
dekenkist halen en op m'n bol locr^m".
„Ik zal het direct doen"! beloofde Aai.
1 cn later kwam dc gedie nslig-o terug. 1
„Nu raadt u nooit;, wat ik in. de kist gevon
den hob", zei ze.
Moeder schrok.
„Toch geen moltcni riep ze uit.
Nee'do sif,0l jiiij stond naast dp kussens,
onder de deken".
Miek voukto zich warm en koud worden. Tri
am-
KINDER-BLAD
I 1 izaa aSS "ttliiftS
RIJVOEGSEL VAN DE SCHIEDAMSCHE COURANT VAN 1 DEC 1933
k1!»