TW EEDE BLA B
SCHIEDAMSCHE COURANT
Mijmeringen.
Gemengd Nieuws
Had ëoprogramma's
ELFJES VERJAARDAG.
SCHIEDAMSCHE COURANT
Van een vacantia, die slecht
begon, maar goed eindigde,
.x.
xxxxxxx
VAN DE
i
DEB
ZATERDAG, 28 JULI 1934, No. 20704.
Op'staad cu opstanduig.
'Uprtand en opstanding. Twee zelfstan
dige naamwoorden, die maar drie letters
verschillen; afgeleid zijn van het zelfde
werkwoord en toch in bcteekenis onein
dig verschillen. Twee beteokenissen, die,
wanneer ze slaan op het innerlijk leven
van menschcnkindercn, hun karakter ten
\oeto iiitfoekenen. Eeneilci wedervaart twee
menschende een komt er door tot in-
nerlijkcn opstand; de ander tot opstanding.
Beiden slaan op, maar welk een onder
scheid! We zullen wM doen, wanneer we
daarop acht geven om eigen levenswijs
heid ie kunnen vermeerderen.
We lezen in de geschiedenis van vele
volkeren van opstand. We gaan uit van
0e veronderstelling, dat in de meeste ge
vallen die opstanden er van overtuigd wa
ren, dat zo liet recht aan hun zijden
hadden. De vaan van den opstand word
in naam van het recht gelieven. Van het
recht op vrijheid meestal. Vrijheid' van
geweten; vrijheid als volk of wat dies
meer zij. Maar de geschiedenis is over
dat alias heengegaan. Hot bruisehenda op-
stands-heden werd verloden, de menschheid
iiet het hoe langer lioo verder achter zich.
ten ander geslacht stond op, dat wat
geschied was, oor/aak en gevolg, duide
lijker zag zoo veroordeelde de geschie
denis menigen opstand', Ms een volk door
opstand' niet tot opstanding ten nieuwen
leven kwam dus kan de regel wel
gesteld worden dan bewees het uitblij
ven dier opstanding het onrechtmatige van
den opstand. En daarom openbaart juist
de geschiedenis hier recht of onrecht.
We gaan van het groote wereld tooneel
af_ en schouwen toe op het kleine too
neel van het leven der enkele menschen.
m "is nog de vraag, wat belangwekkender
is, -'dat kleine of dat groote tooneel. Dit
staat" wel vast, lat wie het klein-tooneel
ongespannen gadesloeg, te beter verstaat
waf op het groote tooneel wordt gespeeld',
c:S.l;it de menschheid de verzameling is
van "de enkele menschen. En ook die en
kele menschen plegen opstand. Maar ook
'hier is het de opstanding, die oordeólt.
lEomt er opstanding, dan is de opstand
igerechtvaardigd. Blijft de opstanding uit,
jüan is de opstand tot in <bo wortel met
.oortdeél geslagen.
Hoe menige jonge mm nt v i„ in
sarren monde het huis uitgegaan, omdat de
geest van do ouderlijke woning hun niet
beviel, omdat d'e tucht er te streng was,
omdat ze belet werden „hun vleugels uit
te slaan". Buiten, in de groote wereld,
daar zouden zo zich een eigen atmosfeer
scheppen, al was hel maar op een zolder
kamertje in de groote stad'; daar zouden
ze zich uit kunnen leven; daar zouden ze
tot hun recht kunnen komen. Dat heen
gaan was ook opstand; opstand legen het
gezag van vader en moeder. En de toe-
Komst moest toen leeren, of hun opstall
eenigen grond had, omdat er nu in hun
leven opstanding kwam. Omdat zo inder
daad wat werden; omdat in de vrijheid1
een talent zich ontplooide-. Wat terneder
werd gedrukt in hen, kon opstaan in volle
kracht. Maar het kon ook gansch anders
wezen. Dat ze terug kwamen, gebroken
en geplukhaard: lam geslagen; als verlo
ren zoon. 'Ook dan werkte do opstand een
opstanding, maar van gansch anderen aard.
Een innerlijke opstanding tot een innerlijk
leven op hcoger plan. Aanvang, waarborg
niet zelden voor zichtbare levcnsverhef-
fing.
Maar ook, wij ouderen I Hoe vaak muo
nen we alle roden te hebben om in op
stand te komen. We hebben onzen levens
weg, onze levenstaak uilgestippeld. Zóó
moet het gaan. Maar zóó gaat het niet.
De levensweg wordt moeizaam; de levens
last zwaar; de levensbaak een andere. Dan,
in moede ©ogenblikken, breekt de opstand
in ons los; waarom, waarom juist ik? En
liet antwoord komt niet. In raadselen wan
delt do mensch vaak, niet begrijpend en
onbegrepen. IIoo zal zulk een opstand in
onze overleggingen eindigen, In doffe be
rusting of in een opstanding. Een op
standing, welke zichtbaar wordt in een
krachtiger gaan op dien mooizamen weg;
in een de schouders zetten onder den le
venslast; in een de tandon op elkaar klem
men, om dio levenstaak te volbrengen.
Dit alles is openbaring van den over
wonnen opstand tegen het leven; van de
innerlijke opstanding. Zoo kan ook hier wat
wij opstand noemen, tot opstanding lei
den. En wie weet we hebben toch
hier te doen met vaak onder-bewuste wer
kingen of niet het verlangen naar op
standing te voren den opstand uitlokte.
J. Nagel.
De verspillende vrouw.
Ten eiinde oirnoodigo verspilling zooveel
mogelijk te vermijden, is men er ook in
de telegraaf-kaintorcn van Groot-Brittanniö
toe overgegaan op verzoek van d'e(n)gene,
die voornemens is een telegram te ver
zenden, telkens slechts óéin formulier to
verstrekken. Voorheen huldigde men name
lijk in Engeland het systeem, om op de
lessenaars aaneengeregen bundeltjes for
mulieren voer het publiek beschikbaar te
stellen.
Dit gaf tot een geweldige papiervormor-
sing aanleiding, wamt, terwijl m totaal
in één jaar aan de telegraafkantoren
58.000.000 blanco formulieren werden ver
strekt, bleken er slechts 32.000.000 inder
daad voor de verzending van telegram
men te zijn gebezigd1. Do resleercndo
26.000.000 waren verdwenen of vermorst.
Men heeft de zaak toen systematisch
onderzocht, waarbij aan het licht kwam,
dat vooral do dames zich aam deze pa
pierverspilling schuldig maakten. De moeste
barer bleken niet in staat te zijln, onmid
dellijk op het eerste formulier het bericht
ineer" te schrijven, dat zij wilden Maten
overseinen. Als het al op bet tweede luk
te, was het een pracht' prestatie, maar
een stuk o£ vier, vijf was het normale
aantal, terwijl er ook kampioenkladsters
waren, die per telegram vijftien a twintig
formulieren moedig hadden.
ZONDAG, 29 Juli 1934.
Hilversum, 1875 M.
9 u. VARA. 12 u. AVRO. 5 u. VARA.
C u. VPRO- 8 u. AVRO.
9 u. Poslduivenherichten. 903 ut Tuin-
houwhalfuur. 9.30 u. Orgelspel. 10 u.
Declamatie. 10.15 u. Klein VARA-ensam-
ble. 11 u. Gramofoon 12 u. Kovacs La1-
jos en gramofoon. 2 'u. Boekenhalfuur.
2.30 u. Pianorecital W. Zonderland. 3 m.
Residentie orkest, M. Vrcemon, zang. 4 30
u. Gramofoon. 4 45 u. Vaz Dias. 5 u. Kin
derkoor „De kleine Stem" en gramofoon,
5.30 u. Orgelspel. 5.40 u. Sport van
den dag. 6 u. Lezing Prof A. Mr Rar-
nouw. 6.45 u. Wijdingsdienst, Riek Broek
man, zang en Coba Swaan, piano. 8 u.
Vaz Dias. 8.15 u. Haarl. Orkestvcreeni-
ging, M. Korjus, sopraan en A. Delias,
pi an c:f 9 u. Radiojournaal. 9.15 ut Ver
volg concert. 10 u. Orkest. 1112 u,
Kovacs Lajos,
Huizen, 301 M.
8.30 u. NCRV. 9.30 u. KRO. 5 u.
NCRV. 7.45—11 u. KRO. -
8.30 u. Morgenwijding, 4-slemmig koor
en orgel. 9.30 u. Gramofoon. 10 u. Hoog
mis. 11.45 u. Causerie'. 12 u>. Orkeslcon-
oert, gramofoon en lezing. 2 u. Cursus
2,30 u. Orkcslaoncort en gramofoon. 4.30
u. Ziekenhatfuur. 5 u.*-Gewijd 0 muziek,
cello en orgel. .550 u.Kerkdienst. Hier
na: Gewijde muziek. 7.45 u Gramofoon.
7.50 u. Voordracht 8.15 u. Schlager mi-
ziekt 9 u. Vaz". Dias. 9.05 u. Orkestoou-
cert, zangsoliste. 9 50 u Voordracht.
10.05 u. Orkestconcert In de pauzo, om
10.25 u. Vaz Dias. 10 4011 u. Epiloog.
Davcntry, 1500 M.
12.50 u. Celloreci'al. 3.20 u. Be fa slot'
Omroeporkest, alt. 2.20 u Gramofoon.
з.05 u. Kwintet. 4.05 u. Concert. 5.20
Orgelconcert. 6 05 u. liet Stralton
Strijkkwartet. 7.50 u. Zang, sopraan. 9.25
u Oikest, tenor. 10 50 u. Epiloog.
Parijs „Radio-Paris', 1(548 M.
7.20 c-n 8.20 u. Gramofoon. 10.351150
u. Orkestconcert. 11 50 u. Orgelspel. 12.40
en 1.05 u. Granioéoon 1.20 u. Pascal-
orkest. 4.20 u. Giamofoon. 6.20 u. Dans
muziek. 8.20 u Harmonie-concert en
duetten. 10.50 u Dansmuziek,
lvalunilborg, 1201 M.
12.20 u. Orkest 1502.20 u. Koorron-
cort. 3.50 u Gramofoon. 4.206.10 u.
Ilarinonicoomeert. 8.20 u. Weensche
avond, orkest en solisten. 11.2512 50
u. Dansmuziek.
Keulen, 456 M.
G.3j u. Morgenconcert. 8.50 u. Morgen
wijding. 11.05 u. Concert. 11.35 u. Gra
mofoon. 12,20 u. Baasconeert. 1.30
з.05 u. Omroepkleinorkost 505 u. Blnas-
concort. 8.35 ti. S cpUber Icencerl, so'is-
ten, koor en orkest. 10,501.20 u. Dans
muziek.
Rome, 421 M.
Geen opgave.
Brussel, 322 en 484 M.
322 M.10.20 u. Gramofoon. 11.20 u.
Salonorkest. 12.20 u. Gramofoon. 1.30
Orkest. 220 u. Gramofoon. 3.20 u.
Repon '.ge. 5.20 u. Orkest. 6.20 u. Ocllo-
reeiial. G.50 u. Gramofoon. 8.20 u. Sai-
lonorkest. 9.20 u. Cabaret. 10.3012.20
u. Dansmuziek.
484 M.10.20 u. Salonorkost. 11.20 u.
Gramofoon. 12,20 u Orkest. 1.40 u. Gra
mofoon ön reportages. 6.20 u Zang
voordracht. 6.35 u Gramofoon. 8.20 u.
Sv.'iphonie-concert. 9.35 u. Dito 10.30
_'.20 u. Dansmuziek
D.utschlandseiulcr, 1751 M.
8.20 u. Dansmuziek 112012.20 u.
Dansmuziek uit Mu'iicihen.
MAANDAG, 30 Juli 1934.
Hilversum, 1875 M.
Algemeen programma, verzorgd door
de' AVRO
8 u. Gramofoon. 10 u. Morgenwijding.
10.15 u. Gramofoon. 10.30 u. Vioolreci
tal. 11 u. 'Orgelconcert, m. van tenor.
12 u. Ensemble Rentmeester en gramo
foon. 2.15 u. Gramofoon. 2.30 u. Voor
draclit, mr, Ph. C. la Ghapelle. 3- 4
u. Gramofoon, 4.15 u. Gramofoon. 4.30
u. Causerie door Max Tak, met gr.pl.
5.50 u. liet Rembrandttheater-orkest. G.45
u. Kovacs Lajos. 7.30 u. Majoor W,
Cr. de Bas: Onze bezetting van Curasao.
8u, Vaz Dias. 8.05 u. Alfredo Campoli
en zijn orkest. 9.15 u. Vooidrachl 9.45
u. Kovacs Lajos. 1/? **0 u. Gramofoon,
1112 u. Dansmuz
Huizen, 301 M. 1
8 ii. Schriftlezing en meditatie. S15
9 30 u. Gramofoon. 10.30 Morgendienst.
11 u. Chr. lectuur. 11.30 u Gramo
foon. 12.30 u. Orgelconcert. 2 u. Kin
der- en meisjeskoor „Euphonia", 3.15—
3 45 u. Gramofoon. 4 u. Bijbellezing.
Zang en orgel. 5 u. Concert, alt-mezzo,
fluit, cello en piano. 6.30 u. Gramo
foon. 7 u. Ned. Chr. Persbureau. 7.15
u. Gramofoon. 7.30 u. Envoy V. v.
Vlanrdingen: „Scherven". 8 u. Chr, Ra-
diokoor. 9 u. Causerie door A. C. v.
Dam 9.30 u. Orgelconcert, m. m. van.
fluit. In de pauze om 10 u. Vaz Dias.
10.3011.30 u. Giamofoon.
Da ven (ry, 1500 M.
12 20 u. Orgelspel. *.05 u. Gramofoon.
1.35 u. Orkest, alt. 2.50 u. Gramofoon.
3 20 u. Orkest. 4.05 u Orkest. 5.05 u.
Concert, 7.50 u. Pianoduetten 8 20 u.
„Dancing through". 9.45 u BBC-dansor-
lcest, en sopraan. 10.5512 20 u. Dans
muziek.
Parijs „Radio-Paris", 1G48 M.
7.20 en 8.20 u Gramofoon. 10 3511.50
u. Orkestconcert. 12.20 u. -Orkest, 4.50
u. llarp en sopraan. 7 30 u. Gramo
foon S.20 u. Pianorecital. 9.05 u. Ri
chard- en Joliann Strauss-concert. 10.50
u Dansmuziek.
Kalunilborg, 1261 M.
12,20—2.20 u. Conceit. 3.20 u. Zang
en piano. 3.50 u. Orkest. 9.20 u. 'Om
roepoikest, en zangsolislc. 10.4011.20
u liet Radio-symphonie-orkest.
Keulen, 456 M.
5.55 ii. Gramofoon. 6.45 u. Dortmunder
symphonie-orkest. 10.30 u. Solistencon
cert. L2.20 u. Omroep kleinorkest. 2.20
—3 05 u. Gramofoon. 4.20 u. Volksmu
ziek. 5.40 u. Gramofoon. 7.20 u. Con
cert door kwintet. 8.35 u. Concert. 9,45
u. Concert door FlJ-koor, o. 1. v. II,
Schmidt. 10.50—12.20 u. Concert.
Rome, 421 M. i
8 20 u. Gramofoon. 9.05 u. Gramofoon.
10 20—11.20 u. Gevarieerd programma.
Brussel. 322 en 484 M
322 M 12.20 u. Orkest. 1.30—2.20 u.
Gramofoon. 5.20 u. 'Orkest. 6.50 u. Piano
recital. 7.05 u. Salonorkest. 8 20 u. Hooi
spel. 9.20 u. Slraussconcert. 10 3011.20
u. Gramofoon.
484 M. 12.20 u. Gramofoon. 1.302.20
u. Orkest. 5.20 u. Symphonieconeert.
6.50 u. Hoorn- on pianorecital. 7.10 u.
Gramofoon. 8.20 u. Symphonieooncert.
9.35 u. Salonorkest. 10.3011.20 u. Gra
mofoon.
Deulsclilandsemlcr, 1571 M.
8.35 u. Concert. 9.45 u Kate Kühi a.
Bruno Fritz als hofmuzikanten. 11.20—
1—.0 u. Concert uit Keulen.
2. Welk dier wordt grooter, wanneer-Jhet eèn
kopje kleiner gemaakt wordt?
3. Welk is'het luiste dier?
'4. Verbolgen plaalscn in liet buitenland.
Ik wist, wie u pen. en inkt bez.orgen zou.
Eon half uur had Anton gerend, toen kon
hij niet meer.
Hans wil na de koffie gaan fietsen.
We kwamen Loos tegen even vóór we
Els zagen.
Is Bob ingenomen met zijn vacanlio-
plannen? (2)
VOOR KLEINEREN.
1. Met K ben ik oen huisdier, got G een
opening, met L een lang, smal voorwetp,
met V kan ik een vloeistof bevatten, met
R ben ik een knaagdier, met M lig ik dik
wijls op den grond en met N bon ik net
tegenovergestelde vnn droog.
2. Kruisraadsel.
Op de beide kruisjaslijnen komt de naam
san een plaals op Zuid-Beveland.
X
X.
,x.
•X-
X
le rij een medeklinker.
2o rij een ander uoonl voor dwaas
3e rij een specerij.
4e rij 't gevraagde woord.
5o rij oen bloem.
Ge rij een getal.
7e rij een klinker.
3. Mijn eerste is een deel van je hoofd', mijn
tweede beteekent lomp, zwaar en mijn ge
heel noemt een ontzettende ramp.
!4. Twee vleugels heeft hij
'tis housch waar.
Maar vliegen kan hij niet.
Soms draagt hij 'n bril,
maar 'kweet toch vast,
Dat hij geen greintje ziet.
Hij heeft een been en
is Tniet vreemd?
Hij kan er niet op slaan.
Als jullie mond mij 't antwoord zegt,
Is die 'r niet ver vandaan.
(Nadruk verboden).
De koningin van 'i elfenrijk
Viert haar verjaardagsfeest,
Het is in 't bosch in langen tijd
Niet moer zóó druk geweest.
Kftboutors hollen heen en woer
En dragen bloemen aan.
Het boscih wordt schitterend' verlicht
Want juist is 'tvplle maan.
kleine boomstronk is versierd
'Hst mps en bloem en blad.
Als trqqj vaar d' Elffonkcmingin
Dimt tfralra die blocmcnschat.
Kabouter Hap, do"'dikl;!o kok, v
-Heeft het" vcrschrik'lijk warm.
llij bakt en -braadt en kookt .en stooft
En brand van haast-zijn arm. -
En net is al het werk gc" an,
Of do ka.bouterwacht
B'nast hard op do trompet en roept
„Daar komen ze. Geef acht".
Heel in de verle nadert nu
Een lange «lfenrij. 1
Zo dragen kleine lampions
Do stoet komt dichterbij.
Veel zachte takjes zijn dooreen
Gevlochten tot een baar.
En daarop zit do koningin
Mot bloemen in het haar.
Ze heeft een kleedje aan, zóó fijn
Als nooit nog iemand zag.
De zijderupsen gaven 'thaar
Cadeau voor dezen dag.
Eerbiedig wordt zij nu door het
Kabouter volk begroet.
En als zij op haar troon zit, dan...
Begint het feest pas goed.
Door 't groene bosch klinkt heel den naohl
Muziek en zang en lach.
En vóórdat iemand or aam denkt,
Is het weer bijna dag.
De lucht wor't licht, do zon komt op,
De vogels ringen luid.
De elfjes worden slaperig
En moe; do pret is uit.
Do hanen kraaien. Dat is 'teimd
Van 't nachtelijk elfctnfcert.
En niemand weet, dat 't stille bosch
Ooit anders is geweest.
RIE, BE1JER
(Nadruk verboden).
KI N D ER-BLAD
No. 30
BIJVOEGSEL VAN DE SCHIEDAMSCHE COURANT VAN
2 s Juli 1934
door
C. E, DE LILLE IIOGERWAARD.
(Vervolg en slot).
Ze praatten er niet langer over en besloten
maar dadelijk te gaan, vóór er misschien een
slokje voor gestoken word.
Voorzichtig bijna onhoorbaar dco-1 Piet
do deur open .Op ium Iconen liepen de jongens
over het portaal. Piet kook over do leuning der
hap of er beneden iemand was. Hot terrein
bleek' veilig te zijn zelfs oude Saar, de ge
'dienstige, was onzichtbaar. Zacht ging tiet tweetal
naar beneden, zó zacht, als zo anders nooit de
trap afliepen. Het geluk was met hen, want de
tuindeur in de gang stond open. Buiten gekomen
kropen zo haastig -door het gat in do lieg, welke
bun tuin en dien der buien scheidde enook
in het huis waar Karei woonde, stond do tuindeur
open, zoodat zo zonder door iemand gezien
to worden weldra in de benedengang stonden.
Zo kwamen zelfs niemand tegen op weg naar
Kareis kamer en gingen die zóó zacht binnen, dat
liun vriendje zeker niet gedacht hal: zijn buur
jongens to zien.
Tot verbazing van Piet en Tom lag Karei in
bed.
„Heb jo straf?" vroeg Piet.
,Op Kareis ontkennend antwoord', zei Tom
„Dan bon je zeker ziek"
.„Tij raadt hel", antwoordde Karei. „Gisteren
heb ik ook al den heelen dag in bod gelegen.
Leuk, dat jullie er zijn".
Even keken do broertjes elkaar voelbetcickennd
Dal was dus de roden, waarom zo niet naar him
vriendje toe mochten gaan. Karei was ziek.
„Wal heb je?" vroeg Piet
„Dat weet ik niet", luidde hot antwoord,
i „Heb je pijn?" informeerde Tom.
f „Neen", zei Karei.
Tom en Piet meenden, dat het wel niet erg zou
zijn. Karei lag immers met een frissclie kleur
in bed. Hij zag heelemaal niet bleek, zooals ze
meenden, dal een zieke er alleen maar kom uit
zien. En natuurlijk was Karei blij, dat hij nu ge
zelschap had.
'Zo besloten een spelletje te doen, waaraan do
ziekio gemakkelijk deel kon nemen en de keuze
viel op: „ik zie, ik zie, wat jij niet ziet".
Karei als patiënt had liij een streepje vóór
mocht beginnen. De broertjes zouden om beurten
raden.
„Ik zie ,ik zie, wat jij niet ziot". zei Karei,
,,'lls iets groens".
„De beomen", raadde Tom, die toevallig naar
buiten keek.
„Noe. 'tls in de kamer. Anders wordt liet 'to
lastig" oml Karei.
„Natuurlijk" beaamde Piet. „Zoo doen we 't im
mers altijd" en na even rondgekeken te hebben,
liet iiij er op volgen:
„Do lampekap".
Maar ook dit antwoord was fout, al werd Piot
iets „warmer" dan Tom, die door zijn domme
antwoord ijskoud geblevo.» was.
Na alle groen een groenachtige voorwerpen en
gedeelten van voorwerpen opgenoemd te hebban
was Piet eindelijk zoto gelukkig het te raden, toen
hij zei
„liet landje van het kartonnen doosje, dat op
den schoorsteen staat".
Nu mocht Piet wat opgeven en na heel aan
dachtig in hel rond gekeken tie hebben zei hij
eindelijk
„Ik zie iets blauws".
Opnieuw werd er ijverig geraden en na veel
temcperatuurverschil als „ijskoud" en „gloeiend'"1
was Tom de goede rader.
Hot spel werd nog geruimon tijd voortgezet
totPiet en Tom plotseling hun namen hoorden
roepen. Het had opgehouden te regenen en mooier
liep in den tuin. Eerst wilden de deugnieten zich
schuil houden, maar liet roepen werd steeds har
der, zoodat zij niet langer durfden te doen, alsof
zij niets ho -den. Zij verschenen voor het raam
dat op d|o ueide tuinen uitzag en schrikten niet
weinig van moeders ontstelde gezicht. Uit allo
macht stond moeder hen te wenken. Zij moesten
thuiskomen en heel gauw oo-k.
Daar er dus niets anders op zat, gingen ze
schoorvoetend naar liuis. Nog langzamer tan zo
boven gekomen waren, liepen zij de trap af. Zon
der straf zouden zij er stellig niet afkomen en
dat nu juist dat heerlijke zomeruitstapjo in 't zicht
was. Als moeder maar niet zei, dat.
Toen lliet tweetal door het gat in de heg weer
in hun eigen tuin was gekomen, sprak moeder
geen woord.
Zfij wees alleen dreigend met haar vinger kaar
binnen en hot tweetal wist niets beters te doen,
dan maar weer naar hun speelkamertje te gaan.
•Moeder volgde hen en zei, toon ze op hun
eigen terrein waren:
„Ik had jullie toch verboden naar Karei te
gaap. Herinner je je niet mëer, wat ik gisteren
gezegd heb?