f Verslag van den Gemeenteraad. TWEEDE BLAD e SCHIEDAMSCHÊ COURANT GEVAARLIJK SPEL, Uitbreiding Unie-Winkel Mij. li h i 4 11 l li li Rechtspositie gemeentepersoneel. h 1/ s il it ij 'tï to v> i pVordt 'vcrfalgd}ï Vergadering van Dinsdag, 9 Juli 1935, 's namiddags 2 uur. I i I X. I j I Voorzitter: de burgemeester, mr. dr. F. L. J. van Haaren. (Vervolg). Revolutionairs;! i'Vu, ■De, lieer Din kei a ar (s.d.) heeft be zwaren tegen art. 90/ waarin .wordt be paald, dat,ontslag zal worden gegeven .we^ gons revolutionaire gezindheid, lidmaat schap van of steun aan z.g. verboden ver- cenigingen. Spr. veronderstelt, dat ieder wel de bezwaren kent, die spr. togen dit artikel heeft. Met dit artikel in de hand kan men monschen, die men revolutionair noemt, uit gemeentedienst ontslaan. De heer Smit (s.d.) zegt zich niet te kunnen vcree'nigen met het bepaalde in art. 92 (ontslag aan huwende ambtenares) en het op prijs te stellen ais ook de ge huwde vrouw in gemeentedienst kan blij ven. Ook tegen art. 90 heeft spr. bezwaar; over, dat artikel vraagt,spr. stemming. ,De heer mr. Van Velzen:,Dat arte /kei moet volgens de wet in het A.R.op; "genomen'worden. De heer Collé (comm.) zegt,'dat ook de regeering op het standpunt slaat, dat aan den ambtenaar wege'ns revolutionaire gezindheid ontslag dient te wordein gege ven. Gewetensvrijheid bestaat daardoor practiscli niet meer voor den .ambtenaar in rijks- of gemeentedienst, blaar toen spr. hedenmiddag over democraten sprak, heeft - de heer Dinkelaar gezegdIk voel me hier zoo lekker als kip! Hier hebben we een artikel, dat be paalt: Wie revolutionair gezind is, wordt uit gemeentedienst ontslagen. Wat is rei- - volutionaire gezindheid? Zal men zich bij het bepalen daarvan houden aula de lijst van verboden vcreenigingen, vastgesteld door den minister? Het college van mi nisiers maakt clan uit, wat revolutionair is; en niet de volksvertegenwoordiging. Als dit artikel uit het G O. komt, heeft het G.O. daarmee" zelfmoord gepleegd'! Spr kan zich moeilijk voorstellen, dat ver tegenwoordigers van vakvereenigingen een dergelijke bepaling zonder meer kunnen aanvaarden. Reeds is gebleken, dat de soc.-demo- craten de bepaling van art. 93 niet goed keuren; ook de modern georganiseerde'ar beiders kunnen dat niet! De hoer v. d. Kraan (e.h): Zijn die ook revolutionair? De heer Collé (comm Ais onder het gemeentepersoneel een geheime stemming werd gehouden over het aanvaarden of verwerpen van do bepaling inzake ont slag wegens revolutionaire gezindheid, zou zij mot groote meerderheid verworpen wor den. De heer ir. Houtman (lib.): Mon zou het licelo zaakje opdoeken! De heer Collé (comm.): Tiet zaakje van den heer Houtman is reeds bezig zich zeil op te doeken! Waarom moet die bepaling opgenomen worden in het A.R.? Revolutionair gezin den zijn toch niet van den laats ton lijdt? Er is een tijd geweest, dat do geestver wanten. van den heer Houtman revolutio nairen waren! Daarom stelt spr. nogmaals do vraag: IWat zijn revolutionairen? Als die vra,ag aan de raadsleden, die hier nog wel eens 'n interruptie over Rusland plaatsen, wordt voorgelegd, komt er waarschijnlijk een zeer stuntelig antwoord. Onvruchtbaar getheoretiseer, 'i Waarom wordt nu in Nederland zoo geageerd tegen revolutionair gezinde amb tenaren? Omdat, wat tot nu toe als orde wordt beschouwd, door de bourgeoisie niet meer gehandhaafd kan worden. In de industrie en het maatschappelijk leven loont het intellect, in dienstder bourgeoisie, zijn onmacht. Moot dat zoo blijven; moet een wanorde, als ivo nu meemaken, altijd maar bestendigd blijven? De voorzitter verzoekt deri heer Collé heter te blijven bij zijn onderworp. De heer Colló heeft volkomen het recht om te vragen wat revolutionaire gezind heid is, maar op deze wijze kan hij toch niet doorgaan. De heer Collé (comm.): We moeten toch een beslissing nemen over art. 90! De heer ir. Houtman (lib.): De heelo raad is vóór die bepaling! De heer Collé nm.): Dat is niet juist, want de soc. de„.jcratcn hebben reed's hun bezwaren kenbaar gemaakt! Ik voer het woord om mijn mede raad's leden te .overtuigen! (Gelach). De voorzitter:' Is u er niet van oveiluigd, dat u geen succes zult hebben? De heer Van Duinhoven (s.d.): De heer v. d. Tempel lijkt mij daar anders wel gevoelig - voor! De heer Collé (comm.): Als hier een raadslid aan; het woord is, is de eenigo vraag: Wat wordt er gezegd? Als do voor zitter het standpunt inneemt: „Het heeft geen zin hier te spreken," spijt spr. dat. De voorzitter: U zegt niet iets nieuws. Wat u bepleit weten we alle maal reeds. Uw denkbeelden en opvat tingen zijn ons niet vx'eemd. U heeft het recht over art. 90 het woord te voeren, maar u moet daaroij r tot gaan theoreH- seeren; u geeft u slechts moeite voor nieis. Dat is geen onderkenning van de positie van den raad, maar juist een appreciatie van -den raad! Ik verzoek u niet te ver van het on derwerp af te wijken, ten einde niet te veel tijd verloren te doen gaan. lief machtsprobleem. De heer Collé (comm.): In Nederland beslaat nog de vrijheid van meeningsuiting en als een dergelijk artikel als art. 90 in den raad ter spiake komt, moet men het niet vreemd vinden, dat spr. als revo lutionair arbeider daarover iets te zeggen heeft. De Communistische Pailij heeft de oer no. écu te staan op de lijst van verboden vcreenigingen! De heer mr. Van Vol zen (r.k.): Ner gens bestaat meer onvrijheid dan in Rus? lar 1 ',3 heer Collé (comm.): Ik zou den lieer Houtman'wel eens wiljan zien," als b.v. de soc. democraten en communisten to Amsterdam samen het besluit namen om allo liberalen, anti-revolutionairen en Chr. Ilisl. uit te sluiten uit den gemeente dienst! De heer ir. Houtman (lib.): Ik zou mij daar rustig bij neerleggen! De lieer C ol 1 (comm.)Men moet niet altijd met Rusland komen aandragen! De situatie kan zich spoedig wijzigen! De heer Wiekenkamp (ar.): Het kan. verkceren, zei Ebcderode. De lieer Collé (comm.): Dut zal het ook! De lieer ir. Houtman (lib.) Afwach ten! De heer Collé (comm.): Da revolutie komt, ook al is in het A.R. van de ge meente Schiedam een art. 90 opgenomen! Stel, dat verboden werd er godsdienstige gevoelens op na te houden,... De heer mr. Van Vel zen (r.k.): Dat is Russisch 1 De heer'Collé (comm.): ...zou daar mee bereikt worden dat niemand! meer godsdienstige gevoelens koesterde? Zou men denken, dat men geestcsslroomingen DÉBitp ZATERDAG 3 AUG- ?1935. No. 21.014. I Uit het Engelsch van PAUL TRENT, t L' dew ADA VAN ARKEL. €1) Valda had eerlijk haar deel van de over- eenkomst uitgevoerd, nu was het zijn beurt. Wat voor reden kon, er zijn om nog langer uit te stellen? „Wij weten nu, dat Furber liet draad1- looze rapport aan de Daitschers gaf," ging Sylvester voort. „Dus ik ga vrij uit?" t. „Ja, en ik .feliciteer u hartelijk.- Maar nog een woord van waarschuwing. Als u Furber ontmoet doe dan gewoon tegen "hem: Hij mag niet vermoeden, dat-wij iets weten. Er is besloten,- dat hij in dienst blijft." ,,Is dat niet gevaarlijk?" „Gevaarlijk voor onze vijanden," zei Sylvester nijdig. - „Hoe staat het met de plannen voor van avond „Ik ga naar den baron om dien mijnheer Sinclair te ontmoeten. Hij telefoneerde mo dat ik-er om-half .drie moest zijn." „Ik zou dat heerschap ook wel eens willen zien.'.' „Het moet iemand zijn, die op de'hoog le is van marinezaken,-" zei Guy na- - denkend. Hij had' een la'opengetrokken en kan tegenhoudpn met bepalingen in oen re glement óp te nemen? Er is in de wereld altijd geweest een komen en gaan. De tijd van het gaan is voor het huidige stelsel aangebroken en die tijd' komt spoediger dan menigeen 'denkt. Spr. venvacht niet de leden van den raad thans te hebben overtuigd; spr. zit hier vandaag niet voor, het eerst. Maar met voorlichting in de pers komt men verder. liet is mogelijk, dat men zich hier een revo lutionair nog voorstelt als iemand met een woeste baard en in elke hand een dolk. Maar wij, revolutionairen, doen in opae gevoelens voor «011 gelukkiger maatschap pij niet onder voor wie ook. De arbeider zal zicli zelf moeien bevrijden van het juk van het kapitalisme^ Spr. kan zich moeilijk* voorstellen, dat alle organisaties in het G.O. hot artikel inzake ontslag bij revolutionaire gezindheid hebben aanvaard. De heer Van Duinhoven (s.d.) In het G.O. is hot een kwestie van geven en nemen"! De heer Collé (comm.): Als het ct. om gaat te verbieden zijn meening te ui tan, dan kan er 'geen sprake meer, zijn van geven en ncinon. Dan zegt inert": Hier sta ik! De heer Van P'ell(s.d.): God helpe mij! De heer Collé (comm.) kan zich voor stellen, dat onder leiding van den lieer Slavenburg, die den moed heeft voior zijn ineening uit le komen, dit artikel in het A: R. is opgenomen.' De heer Slavenhui g zal in het G. O. slerken' aandrang hebben uilgeoelend om deze bepaling in te las- schcn, met verwijzing naar het rij'csr. g'.o- mont. Spr. uil echter- den h,"» Slaven burg en de R. K. er aan herinra n, dat in Duitsch'and hun geestverwanten ook niet zeggen: Wij leggen ons rust-g n-er bij albe bepalingen van honger band. M n eisclil daar zijn rrect'iten .op. En daaivm is het niet -zoo afs hot behoort, dat men liier toepast, wat men elders verwerpt. De heer Scheurkogel (c.b.) wil een voorstel ran orde deen, liet is nu toch zeker wet tijd om te eiadigenl De V o ou' z i t te r: Laat ons deze zaak nog even afdcen en dan zul! 111 wc zien, hoe verder, gehandeld moet worden. De heerj II o 0g 0 n d a m (a 1Ik on dersteun ito opmerking van thn heer SchenrkogeJ. Het is nu re tos kwart vol* 7 Do V o0 jz i t te 1 Het zou jammer zijn, nu we bijna geieed zijn, do znuk te derbrc-kcn. De lieer II 00 goud. 1111 (JU.): Wij heb ben ook over art. 92 nog wel wat op te merken 1 Dc Iiuwcndc ambtenares. Do heer Ilock (ar.): De heer Smit heeft ziooeven meegedeeld stemming te ver langen over het le lid van art. 92. Spr. behoeft niet te verklaren, dat de A. R. fiactie voor haudi'iaving van de bepaling is, dat aan een vrouwelijke ambtenaar, die in het .huwelijk treedt, -onis'ag wordt ver leend. Art. 92 gaat zelfs niet vei' genoeg, want volgens sub 2 kunnen B. en W. vrijstelling van die bepa'ing verkenen als do betrokkene den '15 jarigen leef .ij' 1 heeft vervuld'. Die vrijstelling acht spr. niet r.p haar plaats en daarom stelt spr. voio.' die be paling (art. 92 sub 2) to laten vervallen. De heer Sla venburg (c.li.) zegt, dat art. 90 (ontslag wegens revolut onairo ge zindheid) niet alle organisaties uit liet 'hart gegrepen is. Maar dit voorlicffdijke ar tikel dient te worden gehand! aifd. De heer V a 11 D u i nik oven d.)Voor trelfclijk? Dal is maar betrekke/-, 1 De heer Slavenburg (c.h.): Ait. 90 le lid' zal ongetwijfeld een meerderheid in den raad vinden. er een dikke bundel banknoten uit ge nomen, die hij aan Sylvester overhandigde. „"Wilt u dit aan den 'admiraal geven?" „Van den baron?" „Ja. Hij is nogal royaal geweest," ant woordde Guy glimlachend'. Een bediende meldde het bezoek van Sir George Granston. „Ik maak, dat ik wegkom. Ik heb er niets geen behoefte aan om den ouden heer te zien," zei Sylvester haastig. Guy verlangde evenmin om zijn wel doener te ontmoeten, maar wilde het on derhoud niet vermijden. Sir George keek hem verwijtend aan, toon hij ging zitten. „Je hebt me leeüjk verwaarloosd, jong- mensch," begon hij. „Ik heb -het ontzettend druk gehad', Ik heb' juist gehoord, dat ze ontdekt hebben wie dat draadlooze rapport heeft overge bracht, dus ik ben onschuldig bevonden.' „Het doet me buitengewoon veel ple zier ;om dat te hooren. Maar mijn jongen je ziet-er niet opgewekt uit. H,eb,je.het al aan juffrouw Cameron verteld?,. Het .arme kind zal dol van blijdschap zijn.' „U vergeet mijnheer dal zo met Fur ber gaat trouwen." „Die vervloekie Furber. Een aardig meisje als Stella.kan niet van zoo'n vent houden", zei S:r George minaalifend. „1 och iheeft zo hem beloofd zijn vrouw lé zullen worden. „Uit dépit. Ze houdt van jou Guy. Tele grafeer haaT dadelijk. Waar is ze?" „In de stad. In het Langham hotel denk ik1'. 1 .Mét betrekking tot art. 91 - entslag "wege'ns "leeftijd - mm.kt sor. op, dat tal nu toe geen bemaling van* dien aard be stond. De bepaling vervat in art. *92 sub. ontslag huwende ambtenares is vroeger reeds uitgevechten. In ait. 92 sub 2 staat, dat B. en W. vrijstelling kunnen verleenen. Eenigc soe pelheid moet er blijven om in biz'ondere omstandigheden een uitweg te vinden. De Voorzitter wil thans tot stem ming overgaan. „Verkregen rechten". De heer Collé (comm.) constateert, dat de heer Slavenburg niet principieel op de door hem (spr.) geopperde bedenkingen is ingegaan. Spr. stelt voor te bepalen, dat art. 90 niet van toepassing zial worden verklaard op werklieden en ambtenaren, die thans in dienst der gemeente rijn. Dat zal wel geen bez'waar Lij B. en W. ontmoeten, want zij nemen immers aan, dat aan ver kregen rechten niet mag worden getornd. Dat standpunt zullen zij toch wel niet alleen innemen, als het de recéiten van de wethouders betreft? De Voorzritto r vraagt of het voor- stel-Ctollé ondersteund wordt. Dat blijkt niet het geval te zijn. Aangeteekend wordt, dat de 5 aanwe zige s'oc.-democraten, de hceren Smit, Van Duinhoven, Van Pelt, Vreeswijken Din kelaar' tegen art. 90 en 92 zijn. Dc dispensatie. De lieer Hoek (a.r.)De lieer Slaven burg wil bij het verleentn van ontslag aan een huwende ambtenares eenigo soe pelheid kunnen belracihkn. Kan hij een ^oorbeeld geven, wanneer B. en W. van hun bevoegdheid, hun in act. 92 sub 2 ver leend, gebruik zullen maken? De heer Slavenburg (c.h.)Wij m oe- t en die bepaling overnemen. Van do bevoegdheid zal b.v, gebruik ge waakt worden, als een echtgenoot op ou deren leeftijd dooreen ernstige ziekte wordt getroffen. Deze bepaling behoort lal dr voorge schreven bepalingen. Dc heer Kavelaars lveft er nc-g op al tont gemaald, dat in ait. 92 sub 2 „vervuld'" vervangen dient Ie word n door: „bereikt" De heer Hoek (a.r): Als dc dispensatie- bepaling opgenomen moet warden, dan leg ik mij er bij neer. De heer II oog eind a 111 (ar): Is dat erin rijksbepaling? -De heer Slavenburg (cLHet is een voorschrift van den minister. Ho Idstuk IX wo dl goedgekeurd Hoofdstuk X. De lieer m r. Kavelaars (r kis t gen ait. 98, omdat hij de consequentie daarvan met behoorlijk .1 iccfL kunnen overwegen. (Art. 98 regelt den aftrek van inkomsten uil of in verband met arbeid of bedrijf). Hoofdstuk X wo dl gcelgekeurd, cvttnals Hoofdstuk XI en daarna het ge'iorlc A. R Hel Werklieden Reglement. Dc V oar z i f ter-merkt op, dal hot Werklieden reglemcnL ongeveer gelijk is aan het Ambtenaren reglement Is er over wegend bezwaar tegen dat reglement ook' nog even te behandelen? Het is van groot belang, dat deze zaak wordt afgedaan. De heer i r. Houtman (lib.): Is er verschil lussoLcn hot A. R. en W. R.? Dc lieer II o o g e 11 d a m (a.rNatuurlijk Dn heer Slavenburg (c?i): Het zijn de zielfde bepalingen. Als or geen andere bezwaren zijn, dan die bij dc behandeling van het A. R. zijn besproken, dan kan men het W. R. tegelijkertijd als afgedaan beschouwen. De Voorzitter: Heeft iemand or be zwaar tegen het W. 11. ook als afgedaan lo beschouwen? Do heer-en Slavenburg en Dinkelaar v-ericlaren be'do, dat dc twee re glementen overeenkomen. De heer Ho ogend a in (ar): WonLn de opmerkingen, gemaakt naar aanleiding van het A. R. clan overgenomen v'otor wat het W. R. befrefl? De hoer Slavenburg (c.h.): .Ta. De heer mr. Kavelaars (r.k.)Kan arl. 37 2e lid niet ia strijd komen met do arbeidswet? Het W. R. wordt goedgekeurd. ArbcidsovcrccnkoBisloncsluit en verordening G. O. Do Voorzitter: Keurt dc raad ,ook „Dan gaan we daar dadelijk naar toe. Ga mee". „Dat kan ik niet. Ik ben verloofd met juffrouw Glyn". „Verduiveld". Hij hield op. „Daar geloof ik niets van", zei sir Geoigo bes'ist. „liet is waar". „Dan ben je krankzinnig. Ik geef toe, dat juffrouw Glyn een mooi meisje is, maar ik zou haar nooit tot jouw vrouw kiezen". „Ik heb Laar gekozen mijnheer, we gaan gauw trouwen", zei Guy bedaard. „Als je niet krankzinnig bont, ben je idioot en dat is nog erger. Maar ik1 zal me niet kwaau op je maken. Jo wilt me zeker niet alles vertellen?" „Onmogelijk. U moet niet aandringen. U is heel edelmoedig jegens,mij geweest. Mis schien, wilt u uw aanbod' weer intrekken ;,Piaat geen onz.in. Als ik jour niet kon vertrouwen, z-ou ik al mijn geloof in dé mensoholijke natuur verliezen. Ik z.al ge duld hebben tol je-me alles zult kunnen vertéllen". „Dank u. Ik moet nu wog. Ik heb een afspraak 0111 half drie". „Weet admiraal Langton alles van je privé aangelegenheden?" vroeg sir George scherp. „Ja", gaf Guy aarzelend tos. „Nu, ga maar. Ik blijf hier een paar mi nuten rusten". Toen hij alleen was -frousle sir Geoige de wenkbrauwen. Nieuwsgierigheid was eein gebrek van hem en 'hij haatte geheimzin nigheid. Hij bad geen bepaalde afkeer van Valda1 Glyn, maar hij 'hal omeuhiig veel 'nicer op'met Stella misschien 011 Larfr gelijkenis met Guy*3 moeder, die hij zich verbeeldde te zien. Korl daarna reed hij de.hpaiüigo.l g„el-L lichen e lie. krfei.s- overcenkoiTistenhsiuil V Dat is eigenlijk een gevolg van het A". R. 'en W. II. 1 De Voorzitter: En is hetzelfde het geval ten aanzien van de verordening op het Instituut voor Georganiseerd Overleg? Ter geruststelling kan spr. meedeelen, dat de bepalingen in de lijn liggen van de beide wethouders, de heeren Slavenburg en Dinkelaar. 1 Do heer v. d. Kraan (cih,) Zegt, dat :n het Arbeidsovereenkomstenbeslmt .een bepaling voorkomt art. 13 dat ar- b'eidscontracters bij een werkstaking bij een particulieren- werkgever uitgebroken, in diens bedrijf te werk gesteld kunnen wor den, als dit naar het oordeel van B. en <W*. in het belang van de openbare vedigh.eid of gezondheid of in andere gevallen van gemeentebelang, heslist rood/aikelijk is. Spr. kan zich voorstellen, dal z.oo'n bepaling zin heeft in een gemeente, waar b.v. een gasfabriek door particulieren avordt geëxploiteerd, maar wanneer z.al deze hier toegepast kunnen worden. De heer ir. Houtman (llib.)Het is toch geen bezwaar, die beppling op le nemen 1 De heer Slavenburg (c.b.). Art. 13 van het Arbeidsovereonkomstenbesluit komt overeen met art. 18 van het W. R. En daarmee heeft de raad zich accoord verklaard. De voorzitter: De heer v. d. Kraan vraagt, welk nut voor de gemeente deze bepaling kan hebben! De heer Slavenburg (c.b.)In bet belang van de openbare veiligheid of ge zondheid kan het noodig zijn, van deze bepaling gebruik te maken! De voorzitter constateert, dat de raad zijn goedkeuring hecht aan het ont werp Arheidsovereenkomslenbesluit en'de verordening inzake het Insliluut voor Ge organiseerd Overleg. De lieer G o 11 (comm zegt met een afdoeling van zaken op deze wijze geen genoegen te nemen. Do voorzitter zegt, dat het van be- j lang is ook het volgende voorstel nog af te doen: Vooislel van B. en W om aan do Ti.\r. Unie-Winkel-Maatschappij toe te slaan, dal de z.ic.h achter de ro-oilijn aan dc Warande bevindende strook' grond, gelegen achter haar perceel op don hoek van de School straat en dc Warande, wordt bebouwd. Met deze zaak maakt de Unie "Winkel- Maatschappij zeer veel spoed. Verlangt iemand over dit voorstel nog hot wooid? Dan kunnen we dit misschien nog al- doen. De heer „oogeiul a m (a.rherin nert ei aan, dat aan de achterzijde va'n het gebouw, aan de Warande, blijkens dc toelichting geen ramen of deuren zullen worden aangebracht. Is desnictlcgcïnslaa'mlo oen aesthotisclie oplossing .verzekerd'' De heer mr. Van Vol zen (1 k) zegt, dat door het toestaan 0.11 bedoelde strook le bebouwen, een veel grooterc werkge legenheid zal ontstaan. Op die wals stond' vroeger een molen en de bestaande ga'ng heeft nooit het vooikomen van ecu Mer- tuin gehad! liet doel van de beperkende bepaling inzake deinen en ramen aa'n do achter zijde is le voorkomen, dat men daar zal gaan lossen en laden. De losplaats moet in de Schoolstraat blijven. Door een los plaats aan de Warande toe te laten, zou deze gedenaturaliseerd worden. Er za" op gelet worden, dal een aesthe- lische oplossing wordt vei kregen. Door een zeer- kundig architect z.al een ontwerp worden gemaakt. 1 liet voorstal wordt goedgekeurd. Nog eenigc andere punten van de agen da worden z.li.s. aangenomen. (Zie ons blad van Woensdag 10 Juli). De voorzitter dankt den raadsleden voor hun welwillendheid om de agenda le helpen afdoen en sluit de vergadering. naar de admiraliteit en word na een oogen- blik wachten in do kamer van den admi raal gelaten. ...Ik kom over den jongen Hallam praten. Ik hen blij dat ik gelijk had met dat draad looze rapport. U heeft ontdekt, dat iliij onschuldig is". „Ja, ik ben er heel blij om",, zei de admiraal hartelijk. „Hfj vertelde mij, -dat 11 op do hoogte is van zijn particuliere aangelegenheden". „In zekero mate ja". „U weet van deze nieuwe verloving?" „Ja, maar daar kan ik niet met u over praten". „Ik ben wel oud, maar ik heb mijn hersens nog hij elkaar. Ik vertrouw Hal lam'; ik geloor dat hij niet tot een lcolijke streek in slaat is. Dit nieuwe engagement van hem is verdacht. Wilt u me één vraag beantwoorden?'" „Vraag me niets, sir George. Ik zal u één ding zeggen. Ik heb eon groote be- .wondering voor Hallam. Bij alles wat hij ge. daan heeft is Lij gedreven geworden door zijn plichtsgevoel Is u voldaan?" „Sir- George antwoordde niet dadelijk, doch keek den admiraal strak aan. „Ja, ik ben voldaan",, zei hij langzaam, „maar het spijt me voor den armen jongen. Ik zal, mijn best doen om liem or door. heen "te helpen". „A. propos, hij is bevorderd tot lui tenant- commandant, Vertel het -hem ol iemand anders nog niet. Hij zal het waarschijnlijk aan het-eind van do maand weten. Deukt u dat; hij graag benoemd zou worden op een van dc nieuwe lichte kruisers?" „Ik"' vermoed van wel. Ik haat geheim zinniglie-'e o-t>- ,>;t ï- t--s'e tongen" „.Ta, een beste kerel", ainltwoordde do admiraal met ongewone vriendelijkheid. Hoofdstuk XXXVI. „Wat wenschl u? Ik hoop niet dat 11 iets voor mo te doen heeft?" vroeg Valda den baron. Bij haar terugkeer in ls,aar kamers had zij een telegram gevonden, dat haar vroeg om terstond op St. Jamesplein to komen. Hoewel ze zeer mjoedig was, was ze toch wat nerveus uit angst dat zo iels balden ontdekt. „Wij hebben u don laatstee tijd met rust gelaten. Wij hebben nu werk voor u. Hal. lam komt over een bah uur hier. U moei met hem afspreken. U moet hem vanavond in de admiraliteit ontmoeten. Hij zul ,u dan plannen, laten -zien. U meel die gooi in u opnemen. Dat is alles". Ze begon te lachen en Ljj keek haar ver. haasd aan. „Ik heb u al gezegd, dat mijnbeer Hal lam in geen enkel geval mag weten, dut ik in uw dienst b;n, Ik vrees, dat u iemand anders zult moeien zoeken". „Wat voor reden heeft u daarvoor?" „Mijnbeer Ilallam heeft voor u gewerkt, maar alleen onder dwang". „Dat weet ik", zei de baron kalm. „Hij' respecteert me, en ik' wil dat respect behouden. Als Lij zou weten, dat ik om DiUitsclse spion ben. geweest dan zoat h|ij zoo'n schepsel- niet tot vrouw willen 'heb. ben. U hoeft niet lo trachten' me' over iö halen. Ik ben vast besloten-én-ik ben niet" bang tvoór u", riep zo driftig.-? 'Ut if i t 5 ■1 1i tl v ié 1 t 1.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1935 | | pagina 5