m-
l
De Chineesche woShandkrab,
Humor uit het Buitenland
mmJ
r-feï
:wm
Pe osibuigzamen.
:jms
Lw3W - 3a.u
Een schadelijk dier, dat zich snel vermenigvuldigt.
Een onderzoek naar de beste bestrijdingswijze.
jEen laborator m m
1e ZoutJaimp.
Hoc kcnnl een ia ecu zeker deel van de
wereld inhecmsclio dicisoiort, soms piot
scling ergens anders lo voorschijn, in eon
lomgeving, waar incn haar lo voren nog
nimmer gezien had? Do Chince-ichc wol-
h-and krab, die (de naain zegt hot »eds)
in de binnen watoren van Oost-Azië thuis
.ontstaat. De paartijd is ongeveer gelijk aan
die van de paling on de palingvisschors
hebben er dan ook in ergo mate de nadoe
len van ondervonden. Als alle krabben
zijn. «tak deze zeer vraatzuchtigzo
zijn een zware voedsolocmcurront voor don
visohstand, doch er schijnt gelukkig geen
sprake van te z'ijn, clat ze ook vissollen
of vischkuit eten.
Veel ernstiger is evenwel de schade,
hoort en daar een gewoon verschijnsel is dift do wolhand krabben aan het visch-
dat tot ongerustheid weinig aariieidiug(_u|„ toebrengen. Tegelijk met de paling
geeft, is in 1912 eensklaps in Duits chlandj [;(>lri0n z0 de faifcen. binnen en deze ver-
gesignaleerd. Fen schip, dat l^ P'1'!a( ;''jniclen ze met hun scherpe doornen en
SgS&JtaStSl? v^Sigpoo,™ k netton nlij.on
do overbrenger geweest van enkele kleine! ten m kommen, waaruit de visch on snap
exemplaren, die in Europa een ideale voo-i Een visscher vertelde ons, dat hij al-
dïngsbodern' vonden. Zeer snel vennen igd leen aan zijn fuiken dit seizoen wel voor
vuldigdcn de dieren zich, zoadat sedert- flOQ schade had geleden. Bovendien be-
192G het aantal vondsten gestadig toenam: schadigcn do dieren dc visch, die daar-
en men van een ware plaag kon spreken.! (toor M11 infectie-ziekten blootstaat en ook
Die plaag hoeft zich over de aangrenzen e( oye,rjgcns sterf; |n waarde vermindert. Met
gebieden uitgebreid on m 1931 werf do 4.wi-(kretl der LTateen gaat voor de
Wtolhandkral) op twee ve^«F!e!Sde p?aat-;^^ i 0 de
son in Nederland ontdekt. Later weiueti-, tsscnc» veer uju.
«tik exemplaren in Zweden gaMgnaleercU vangst er onder Eijdfc. Dat t» m sterker
.De toename geschiedde ook ïtr Nederland mate het gevolg bij de scbafcemsscl
inct onrustlw reu do snelheid en sedert het die met dunne netten werken, waarin de
vorige jaar is er, wat soraenrge streken lo-ahben verward raken. Deze netten kun-
van ons land betreEt, eveneens van een nea zc gemakkelijk met hun scharen ka-
plaag sprake. jj pot raafcenr terwijl oak het los maken voor-
Speciaal dc provincies Groningen, Frres-_ ZT-ctltp, moet gebeuren, waardoor de ge
land, vormen liet terrein nu deze dieren fegmKe[(1 uR het
doch zij komen ook elders - 0,atsaapp0n. De dobbervbschcn en.
is er geen enkele pionnste, misscnten nm
.•uitzondering van Limburg, waar fflj niet 'ie hengelaars zien hun aas door de vraat-
zijn aangelioffen. zncfitrge dieren opgegeten, zoodat ze na
In dc M.ua5- bij Rotferfam en m de baa- veel geduld vaa.k niets gevangen blijken
nenwaieren bij Vlaaidmgen en Maassluis f(: fcchben. En vrat de zocvisschcrij bereft,
zijn in den iaatsten tijd grootc exemplaren ffc galnafermssc&era krijgen ook woihand-
donr visschcrs gevangen. krabben ia hun netten, waaruit zo min
liet rfer gemakkelijk en ook weer ten kosto
nor' geenszins tot staan semjnt te zr),n ge- A
komen en aan den anderen kamt, dat ecu Tan Toe* '3^ verwijderd kunnen wol den.
afdoend bestrijdingsmiddel evenmin is ge- Oevevbesdiadigiug.
vonden. j Dan is er do oeverbeschadiging. De
De Gromngschc doctorandus in de btelo- SG{laaf vail do krabben kan in de gioei-
gie do hoer L. F. Kamps uct iXoorfhorn wrift(ln ,1inrRn nifil
heeft de wol hand krab tot oen speciaal
onderdeel van zijn studio gekozen en is nu
Heer des huizes „Maar goeie help, dit is iieelemaal
niet de kamer waar ik het- bad geplaatst wil hebben
Loodgieter „We dochten ook ah meneer, me nioat
cn ik, da we nerreges fouize of zoowat konnen vinde."
(London Opinion).
periode der dieren niet uitzetten en daar
om vervellen ze enkele malen op gezette
WW.
„Mary, 3e bent toch niet buiten zonder dat je wat
omgeslagen hebt?"
i. „O, nee moeder, ik heb wat. om me heen."
(Humorist).
's irfW-jr; f|
«a' r f-> h lil IjteS^rrjp
„Mijn vrouw verzet altijd mijn lievelingsstoel, daarom
heb ik deze van mijn kapper gekocht."
(Passing Show).
onderzoekingen, die toch zoozeer in het be
lang zijn van waterstaat en vissdierij,
onder leiding van prof. dr. E. [IazelhofE tydori- wanneer ze uit hun oude huid zgn
t»n den hoofdassistent van het (7rooing»cha gekropen, is hun nieuwe omhulsel niet
zio'ilogische laboratorium dr. i. P. 01 fo dadelijk hard, zoodat zo korten tijd vrij-
bczig met dc Lestudcoring van de levens- wel weerloos zijn. Om in die perioden tel
wijze dezer dieren, om langs dezen weg gea aanvallen en onzachte aanrakingen
ook bestrijdingsmiddelen ie vinden, die dc- qevrijwaard te zijn, graven ze, juist ter j zoo-weinig geld beschikbaar is; het moet
zo plaag hier Ie lande kunnen verminderen. j.oo;,(C van j1G(; wateroppervlak, gangen in. luit allerlei potjes worden bijeengjsch'-aapt
Het gemeenlebertuur van Ulnar, hoeft hom d zfjwand(.n van ]tót wateT> waarin zc Io ea de ovorheid weigert n0? maar sU,oJs
dc bcPchikkmg gogoven over een leeg- -j r. i
staand lokaal van dc openbare lagere ren, tot wei een armslengte diep. Doze ga-een zoozeer gewenschte subsidie. Dat de
school Le Zoutkamp, waar hij een laboraio- tcn verzwakken de oevers, zoodafc ze tegen schade voor de visacherij niet gering is,
rium heeft ingericht en mót behulp van 'h-n golfslag van voorbijvarende schepen j bewijst wel de omstandigheid, dat paling-
do hem dom dc visschcrsbevolking ver- of togen ijsgang niet bestand blijken en. jvissehers in. één nacht uit éérr stel fuiken
schalie gegevens, deze voor Nederland op den dn ar instorten. Dat brengt extra [soms wel vijf zakken vol krabben Iialen,
nieuwe diersowt bestudeert. Temidden van kosten mee voor uitbaggering en herstel.die dan natmnrlrjk worden vernietigd. Maar
zijn werkzaamheden hebben wij don heer Bij beschodde oevers heeft men daar geen jwat befeekend deze bosveeibe'1 bij do
Kamps eens opgoziocht en hij heeft ons jasj van niaar de meeste binnenwateren 'groote vruchtbaarheid en den veelvuldigen
uitvoerig voorgelicht over den aard van j j grooto afstanden niet itoevloed dezer dierenl
deze vreemde diennse invasie, welke voer
ons land zulkfe 'bcdenkclijké gevolgen een beschoeiing voorzien. Een afdoend bestrijdingsmiddel is nog
heelt. Wat cr tegen te doen' niet gevondten. Der heter Kamps beeft au
la In»ge male sell.1 (lelijk, j Dat er dus iets tegen deze zeer schade- jkele vangtoestelkm ontworpen, doch do
De schade, die deze dieren aanrichten Irjke dieren, wier aantal zich nog maar*hooge eraan verbondon kosten hebben tot
is tweeërlei; zij benadeeten de vissdierij steeds onrustbarend uiibreidt, moet wor- j.u..-m.
c«p zeer ernstige wijze en beschadigen de dcn gedaan, staat vast. De heer Kamps
onbcschncide knnarfocver waardoor deze zwU samenwerking met lci(itag ïan
veiv-akkcn en ms'or cn. De vcoLhanakra/b- fl r .r
hen hebben, hun naam te danken aan het de hoofdafdeehng_ zoetwaterv.sscher.j der
feit, dat bij volwassen dieren de scliaren Nederlandsche Heidemaatschappij en met
met een wolligen haardos bedekt zijnden heer J. Bangma te Leeuwarden, tec fi
de jongere exemplaren zijn op het eerste nisch opziener der visscherijen, naar mid-
gez.icht imiwelijts van de gewone hier in- delen om deze uitbreiding tegen te gaain
lieemsche krabben to anderscheiden. Zij en Zoo mogelijk aan deze plaag een eind
leven in-de binnenwateren, doch parenite mai;,cn. Daarbij moet natunrlnk rekening
Dame, tot onberispelijk verisooper op auto-tentoon
stelling: „Er is nog iets, clat mijn man graag wou weten,
maar hij durft het niet goecl te vragen."
Verkooper „Maar we zijn hier otn alle mogelijke in
lichtingen te geven,"
Dame„Hij wou graag het adres van uw kleermaker
weten." ELondon Opinion).
nu toe verhinderd', er in d'e praktijk proe
ven mee to nemen. Een vernietiging der
krabben langs elcclrischen weg heeft in
d'e praktijk ook bezwaren, ai zou er mis
schien iels mee bereikt kumnou worden.
De palingvisschers zijn geholpea door d'e
plaatsing van een keemetje voorin do
fuik, waar do paling doorheen gfipt en
de groote krabben voor blijven zitten. Do
helft van de fuiken in de bedreigde stre
ken is or v:m voorzien on men vindt or
voel baat bij. In Duitschland vangt men
de jonge krabben, d-io uit z-co kon rem on
een afstand over land' afleggen, omdat
zo tegen don sterken slroom in do rivieren
niet opgewassen zijn, door diepo kuilen
rijpheid, waarnaar weer de trok "naar zén huis in een bod! Jammer is, da.t voor deze met gladde wanden in hun weg to maken;
in zout water, waar het wijfje met haar
driehonderd- tot negenhonderf-duizen-d eie
ren onder de schaal blijft raad kruipen,
totdat de jongen worden geboren.
Deze trekken in groote ploegen m het PaieQ kmipen de dieren soms bovendien
voorjaar weer landwaarts en groeien* ia over land en ze zijn in Zoutkamp zelfs
do i'*i vieren en kanalen op tot geslachtg-, in een café aangetroffen en in eon woon-
worden gehouden met de scheep va artbe-
langen, zoodat oen. afsluiting tegen den trek'
naar of uit zee niet mogelijk is. Bij hinder-
naar het Engetseh van J. S. FLETCHER
door mr. H. J. H.
57)
(Vervolg en slot).
„Ja hoor", antwoordde Louis, als gold
het dc gowciouste zaak ter wereld. „Maar
nu vergeet je foeh wel iels, Margarel
dat iemand van vreugde njot d.olgnat-
Kom...... ga jij zelf naar hem toe.ver
tel jij het hem maar.alleen, als ik jou
was, dan ziou ik hem nog niet vertollen.
wio den jongen hebben teruggebracht
voorlocJpig is het al genoeg, ais hij maar
weet, dat de jongen terng fs".
Margaret ging dadelijk, aei in bot voor-
toygaan onkelo woorden tot Rawlinscin on
icgdo, bij don ouden heer gekomen, haar
hand op diens schouder. Eerst door dio
aanraking bemeikto hij, dal zo natst hem
sloind.
„Kom...... gaat u nu mee naar huis", zet
zo zachtjes. „Gaat u nu roet mij mee".
„Neen, lieve kind, nog niet[k heb
iels te (1 oen als hot water laag genoog ge
zakt isdanj„, dan kom ik wol
Maar oorder niottoe vraag clat niet
vain mo".
„Maar er zit iemand op u to w ach ton",
drong zo aan. „Kunt u het dan ltouseh niot
radon?... Ja... ja... werkelijk.,, do kleine
jongen...... is terug(huis".
Oliver stond eon ongenMik stolkslijf cn
keek rijn schoondochter strak aan.
„Veilig en wel?"
„Ja antwoord de Margaret. „Zoo gezond
a.s oo" mscu.... komt u maar mee.
luwlinson had Jti gespannen vorwaohtlng
staan toekijken hoo zijn gastheer het on-
verwaclilo nieuws zou apnomien. Hij was
evenals Margaret, o.n tiogonblik hang ge
weest, dat de vreugde to groat zou zijn
voor don ouden heer. En rost groote ver
wondering zag hij hioe Oliver zich rustig
omkeerde naar Bow cn Ravidge, die, xoo-
dra ze mevrouw Gaisdafe hadden zim a*m-
komon, waicn opgestaan en nu naderbij
kwamen.
„Jongens", zei hij. „Het kind is te
rugJa, hoar, die gelnkwonsa'.on ka
rnen later welgaan jullie nu maar da
delijk naar do stad en vertol tegen den
burgemeester, dat bij geen kosten moet
sparen om te redden, wat to red don valt..-
Ik betaal allesZeg, lat hij al het mo
gelijke moot doen voor do rnonsehen, dio
uit htm .huis verdreven zijn of schade
gelcdec hebbenik kom zoo gauw mo
gelijk zelf -naar flalfirthVooruit nn
Ja, hesle meid, jk ga rnoe hoar. Kam. Raw-
linsora.dan gaan we samen naar huis".
Onderweg zet hij gein woord meer, maar
loon ze dicht bij .huis kwamen, began hij
zich to haasten. Margaret en haar man
bleven achter, maar Rawlïnsoa liep met
hom moe. Zo gingen dwars daar don tuin
ou toon zo in do oprijlaan voor hot huis
kwamen, zagen zo oen aulo vaar do voor
doe- staan. Oliver schrok, to n hij dom
cihaulfc'n, die eerbiedig aan zijn jxst tikte,
herkende.
„Wat moot dat?" uwnpoldo hij, „Dat is
do wagen van Bidkordyko.
Bawlinson verstand niet, wat hij verder
zei, want hij was vlug dc sloep apgolao-
pon, dc hal doorgesneld en de eetkamer
binnengegaan, Rawlinson volgde hom op
den voet.
Het ontvoerde kind zfat .op don schoot
zijner moodor. Ben ia en zijn gauvornanto
stonden naast haar on op oenigen afstand
mot htm hood nog in tie hand, stonden
Bidkerfyke on lloylarol.
„Ziezoonu is dc zaak weer in orde.
Én nu mioest u dc jonge hoer maar gauw
naar beul brengen", hoorde Rawlinson nog
juist door Biokerdyke zoggen.
Oliver was in de deuropening blijven stil
staan. Opeens was het doodstil in de ka
mer. Do beide vijanden keken elkander
oen oogwenk strak oa zwijgend aan
Toen begon Bickordyke een beetje verlogen
te lachen.
„Hij is weer veilig en wel thuis", zei hij,
met een hoofdknikje naar den kleinen jon
gen, „Niets met hem gebeurdalleen
■een beetje geschrokkenmaar dat is hij,
als hij maar flink geslapen .hoeft, rvel
„Oliver. Joseph Öidkorfyko heeft hem ge
vonden", viol Benin plotseling uit.
„Niet waar", zei Bidkerfyke. „Geen
woont van aan. Hoy tand heeft hot gedaan
ik niet. Het is zoo gegaan
En terwijl Oliver nog als verdwaasd
stond te kijken, vervolgde hij haast'g:
„Hoyland was voor zaken bij me en
wo wandelden samen wat langs de rivier.
Fin toen hoorden wo opeens aan don an
doren kant con kind huilencn wo
waren or zioo zekor van, dat hot geluid
uit jouw niouw huis kwam; dat Hoyland
do rivier is doorgewaad on is gaan" zou
tenen toon kwam hij mot dien jongen
terug. E.n we zouden hom hier allang
gelodon teruggebracht .bobben alsnou
ja, we weton wol, wat or gebeurd is
on toon moesten wo hcolomaal omrijden.
Maar nu
Oliver deed plotseling con stap naar
hol kind toe, paklo hot op, bekeek het
van allo kanten en ziotto het dan weer
op zijn moeders schoot. Toon stak hij
dat helpt hier niet, omd'at van zoo'n
sterke strooming hier geen sprake is cm
dus de krabben in het water blijven. Do
kleinen zijn op den trek niet (o vamgeto,
men moet zich hier bepalen tot de groe
ten, die naar zoo gaan.
Mcostal corrigeert do natuur bij zulfca
plagen zich zelf door er vijanden tegen
over te plaatsen. Dit zou men kunnen sti-
muleeren.indien mon d'e natuurlijke
vijanden kande. Wol weet mon, dat ooie
vaars en reigers lovende krabben vangen
maar hun honger is niet groot genoeg
otn het aantal afdoend© te vennindoron.
Een infectie door bacteriën, schimmels of
parasieten, die oen massasteirfto tengevol
ge kan hebben, kant mem niet. D© drrea
zijn hier in oen voor han uiterst gunsti
ge" toestand gekomen, zonder hun na
tuurlijke vijanden ais die tenminste
bestaan mee te nemen. In. China schij
nen zo soms ook in grooto getale voor
te komen; het is tenminste bekent, dat
de regoering daar cons eon bieeta riviiar
naar krabben, heeft laten afvisschen, oen
maatregel, die hier niot kam worden toe
gepast. De vonnindering, dio mon som
mige jaren waarneemt on dio thans ook
weer uit Duitschland gemold! wordt, is
vermoedelijk to wijten aan jaarlijksch©
schommelingen: wanneer een bepaalde
jaargang overheorscht, zal het aantal sterk
verminderd' lijken, als dozo naar zee is
getrokken, doch daarna komen de dieren
in nog grooter getale terug.
"ij:md de hand toe,
„Joo Bidkerfykewil jo mo een hand
geven?" vroeg hij.
Bickordyke kook do andere glimlachend
aan en stak zijn hand uit.
„Wel.waarom niot?" antwoordde hij
gemoedelijk. „Daar".
Dan wondde Oliver z'icih van Bidkerfyke
naar Hoyland.
„Enhoe denk jij er over?" vroeg
hij, en Rawlinson vond, dat zijn stem
bijna smeek-end klonk. Maar Hoyland trok
zich terug.
„Neen, mijnheer", zei hij, hoofdschud
dend. „Neen, mijnheer Carsdnle. Tusscben.
ons is or iets, dat mo nojoit zal toelaten,
dat tc doeunooit. Maar ik bon. blij, dat
ik u van dienst beb kunnen zijn en dank
baar, dat hot kind cr goed aan too is".
Hij kccider zidh om on wilde het vertrok
verlaten, maar Oliver legde hom do .hand
op z'ijn schouder.
„Ik heb vamnad'it moor dan genoeg ge
loden, Abo Hoyland, on dat heeft wel uit-
gewischt, wat tfc tegen jou cn anderen
misdaan heb", zei Ihjj. „Wil jo het nu nog
erger maken dan hot al geweest is? Bon
jo van plan altijd zoo tegenover roe gcslomd
to blijven? Manjo bobt mo zoo tegen
over jc vorplicihl, dat ik ihot nofoil gelieol
goed zal kunnen maken".
„ls'oin nu, Hoylandtoo nu", droing
Bic'kendykc nu giCI'ï bij hein aan.
Hoyland keerde zich pin on keek Cars-
dale strak in het golaat.
„Als liet u oonigsz.'ins vorlidbten kan",
zei hij eindelijk, „dan wil ik wol' verklaren,
dat ili niols moor logen u hebnu lon-
minsto niot moor. U wist niet wat u toen
deed. U dacht er niot bij naMaar
u een hand govonnoen dat gaal niet".
Hij verliet hot vertrok! en .Oliver wendde
Zelfs do gevangen krabben leveren nog
weinig voordeel op. Als voo- eu varkens»
voer bleken ze in gemalen toestand- on»
bruikbaar en nu -noemt oaa vi3011111001131»
bnelc er proeven mee. Het vlocsiih van
de scharen is eetbaar en smaakt als kröaft,
doch voor ccn Ijehoorlijko afname voor
menscbelijko consumptie zijin deze scha)»
ren tc klein. Er is dus, 0111 zoo to zog»
gen, van mensdiclijk standpunt geen goodsl
van de dieren to vertellen! on bot beang
stigende is juist, dat zij zich kwantitatief
zoowel als geografisch maar voortdurend
uitbreiden.
Burgerlijke Stand
VLAARDINGEN.
Geborens
9 Nov. Gerritje Maaike, dochter van 'A
Visser en B. van Leeuwen, Cats sir. 35.
11 Nov. Cornells Marinim, zoon van H,
van der Lugt cn B. van Vtdpen, 2o Maass
boschstraat 10. Lecndtert, zoon van At
13b Cn V' JMjdkwisthofjc!
12 Nov. Bastiaan, zoon van J. J. Ivoota
en G. Poldervaart, Tweo Vriendtenstr. 21!,
Adriana, dochter van W. van Sauü
en J. Smit, 8e Nieawlandsteeg 3.
Getrouwd:
Cornells Olieman, 23 jaar en Rijke
Adriana Blaak, 20 jaar. Joharmos Ma<
rinus van Klink, 28 jaar en Wilhelmiim
Agatha Jeltema, 26 jaar.
zich triestig Ihet hqafd sdiwld'eind naar
zijn dochter met (Raar k'nd tola. Biolterdykfo
tikte hem op zJijn arm.
,,'n Waardje", zei hij. [fc mioot weg
mijn wagon staat buiten to wadden. Maak
or i3 heel wat work to doen vofar jou m!
voor mijdaar 'beneden, Oarsdnlo. Wan
neer kun u an wo elkaar in hol raadlh'uis
treffen?"
Oliver keek op do groiate poudnlo ojg
don sohoorsteen.
„Ik zal precies om zes uur fn do burge
meesterskamer zijn", antwciordilo hij,
Een uur later stond Olivers auto voior on
Rawlinson, dfe zich intassclhon wat laiiga-
knapt had, begeleidde zijn gastheer naar
do zwaar getroffen stad'. Toen zij bij hot
verlaten van hot Ihjuïs do werkkamer van
Oliver voorbij kwamen, vroeg deao liotrt
•even binnen to komen. Hij nam tweo brie
ven van tafel on legilo z» Rawlinson voor.
„Zie je die adressen?" vroeg hij. „Han
begrijp je missdhfen wol, waar do brioven
over gaan, die fk zioio juist geschreven
heb".
„Denkelijk neemt u het aanbod aan van.
die eorc-titels", mcorido Bawlinon, verwan-
derf, dat Oliver in dei/Jo -omslandighcdon'
■nog aan zmlk'e dingen denkon kon. Ik
ik ha<I dat telegram-dat n mo giste
renavond liet zienglaxl vergoten. Iki
moet u nog gchtkwensciton",
Oliver stak de brieven in zlijn jaszak «t
zette zijn hooi op.
„Je kunt mo geliik'vvensrhen met ihet feit,
dat ik tot itez.inning - ben geikioraon", zoï
hij grimmig. „Het z'ijn tweo weigeringen'.
Dat is niets vaar moik heb nu leergeld
genoog betaald. Kom,- laten wo nu maalu
gaan. Man, ik ril er van, als ik ot ave®
donk', dal wo to z'ion zullen krijgen".
t
i f r t
in oirvn t irnfnr ttoif l»n( ■**-*«* i/-v rvirwf lm oe