S niet uit tot morgeo, wat gij
heden neg kunt deen.
DAT MOET JE KENNEN
-fmi£
fB/trm
remp/J
EHi, die altijd alles
verschoof.
Hoe moeder de kinderen bezig
hield.
O, wat waren Ab en Wim vanmiddag
vervelend! Het regende wel, maar daarom
behoefden zij toch niet zoo te kibbelen en
elkaar te slaan. Moeder was ten einde raad
en had al een paar maal getracht met
goede woorden de jongens tot rede te bren
gen. Maar zij had de kamer nog niet ver
iaten of het was weer heelemaal mis. Ein
delijk had zij iets bedacht.
Juist toen het bijna tot een vechtpartij
zou komen, kwam moeder binnen met oen
paar oude tijdschriften en zei: „Jongens,
willen we eens wat moois gaan maken voor
St. Nicolaas? Het is nog wel zoo ver niet,
maar als wij bij ieder cadeautje een vers
je willen doen, moesten we dat versje
schrijven op mooi versierd papier.
Zij haalde nu mooi gekleurd papier voor
den dag, een paar scharen, de lijmpot, een
potlood en allerlei andere benoodigdheden
en zette haar jongens aan het werk.
Dat hielp! Dadelijk waren zij heelemaal
in hun spel verdiept en knipten bloemen
uit de tijdschriften en randjes en hartjes
en van allerlei, dat zij op het papier lijm
den en plakten dat het een lieve lust was.
Ab de kleinste van de twee smeerde zich
zelf ook heelemaal vol met gluton en zijn
handen en gezicht zagen er lekker vies
uit, maar dat was niet zoo erg, want toen
Moeder na een half uurtje eens r.aar haar
kinderen kwam kijken, moest zij wel even
om Ab lachen en zei, dat hij zijn handen
en gezicht eens moest gaan wasschen, dan
Zij plukte bloemen,
inplaats naar de
gasfabriek te gaan.
Wat de gevolgen
daarvan waren.
Elli was een lief meis
je, maar zij had een -ÜS
groot gebrek, zij stel- T* ttb
de alles uit tot later. I i flflIfjn
Als moeder aan haar i Ij
vroeg: „Elli, heb je je M
huiswerk al klaar?" Uj M
dan antwoordde zij: Jïli fir 'Iffa 'ij
„Nog niet, moeder, ik jjjj/i' [I/Sm J
zal liet straks wel ma-
ken."
Zoo ging het met alle dingen, die Elli
moest doen. Zij werden ve-schoven naar
„straks" of „morgen" of heelemaal niet ge
daan. Of moeder haar nu al beknorde, het
gaf allemaal niets, tot op zekeren dag de
vreeselijke gebeurtenis plaats vond
Elli's moeder, die weduwe was, woonde
in een klein huisje aan den buitenkant der
stad. In de onmiddellijke nabijheid was 'n
landweg, waarover dagelijks ontelbare
auto's en andere voertuigen reden. Behal
ve Elli woonde er ook nog een klein broer
tje in het huis, een fc.eek ventjè van onge
veer drie jaar, die niet erg sterk was. Op
zekeren dag werd Wimpie ziek, roodvonk
had hij. Moeder legde hem in een kamer,
die op den tuin uitzag en zei tegen Elli,
dat zij daar heelemaal niet mocht komen,
omdat zij het anders misschien ook kreeg.
Het duurde weken eer Wimpie eindelijk
beter begon te worden. Op een van deze
dagen riep moeder Elli bij zich en vroeg:
„Ruik je niets, Elli?"
„Ruiken? Wat ruiken, moeder?" Zij stak
haar neusje in de lucht. „Neen!"
De moeder schudde het hoofd. Zou zij
zich zoo vergissen? Zij had toch duidelijk
'n gaslucht waargenomen, enfin, misschien
had zij zich-toch vergist. Nauwelijks een
uur later stelde zij dezelfde lucht vast. Het
rook in huis naar gas. Wel heel zwak, maar
toch duidelijk merkbaar en met zulke din
gen kan men niet voorzichtig genoeg zijn.
Zou het gaskraantje misschien niet goed
dicht zijn? Moeder liep haar de keuken,
maar daar was alles in orde.
K-14, J-16, 1-17, F-16, F-15, C-14, A-12, A-ll
B-ll.
Zoo, nu hebben jullie den omtrek van den
kooper, probeer hem nu maar zoo mooi
mogelijk te Icleuren.
MOOIE BIETEN TE KOOP.
Zoo gedacht, zoo gedaan. "Inplaats van
naar de stad te gaan, ging zij naar de wei
de, een eindje verderop en plukte met een
paar andere meisjes, die zij daar aantrof,
een ruikertje bloemen. Zij hadden veel
pret onder elkaar en het was al laat ge
worden, toen zij weer naar huis terug ging.
„Wanneer komt de gasfitter, Elli?"
„Morgen, moeder."
De moeder was boos, zij had gedacht, dat
vandaag nog een vakkundig gasfitter naar
haar toe zou komen, en intusschen had zij
vastgesteld, dat zij zich in geen geval ver
giste. Het rook werkelijk naar gas, maar
zij kon niet vaststellen, waar het lek kon
zijn.
Toen, midden in den nacht, gebeurde het
ongeluk.
Elli werd wakker door een eigenaardig
geluid. Het was, alsof er iets in huis was
omgevallen. Een doffe vaidaarop eeh
zacht steunen
Verschrikt sprong Elli haar bed uit. Naar
moeder! Zij had geen enkele andere ge
dachte. Zij rende in haar nachtpon over de
gang en struikelde over een lichaam. Ge
lukkig scheen de maan in de gang en zoo
zag Elli, dat haar moeder bewegingloos op
den grond lag. Zij had zeker naar Wimpie
willen gaan en was onderweg flauw geval
len.
Flauw gevallen?
Een vreeselijke gedachte doortrilde het
meisje. Werkelijk, het rook naar gas. En
hoe! Gas stijgt naar boven en moeder, die
veel grooter was dan zij. was het slacht
offer geworden.
Nu moet het gezegd worden, dat Elh iets
heel verstandigs deed. Zij gooide alle ra
men in het huis open, zoodat het flink kon
doortochten. Toen greep zij haar mantel en
rende de deur uitover den landweg,
die door de maan beschenen werd., naar
de stad. De tranen liepen over haar gezicht.
Haar moedero hemeltje., haar lieve
moeder.. En Wimpie! Een dokter., vlug
naar een dokter.
Er kwam haar een auto achterop gere
den, waarvan de bestuurder zich verwon
derde, dat er een meisje midden in den
nacht op den weg liep. Hij stopte en vroeg,
waar zij naar toe moest. Toen zij vertelde,
De groenteboer had een kist met bieten
te koop gezet en nu kwam een liefhebber
om ze te koopen. Wie denken jullie dat hij
was? Jij kunt dit ontdekken door ais volgt
te doen. Je neemt 'n potlood 'en begint op
het punt waar lijn E lijn 14 kruist, nu trek
je een lijn naar punt B11 en vervolgens
naar B-8, D-9, E-12, 1-12, H-li, H-9, K-12,
K-ll, 1-10, K-9, M-9, 1-6, K-4, M-7, N-5,
S-l, X-5, Y-9,:Z-8, Z-13, Y-10, Y-14, X-16,
Q-14, P-13, P-i0, R-12, T-10, P-5, M-7, 0-9,
M-ll, M-12, P-10, P-14, 0-15, N-14, N-12,
K-14, K-13, M-l^, K-12, K-15, L-15i> 1-12,
MOPPEN.
Ik denk, dat ik muzikant word als
ik groot ben", zei Bertie, die liever lui was
dan moe.
En waarom? vroeg zijn moeder
lachend.
Wel, zei Bertie, omdat ik dan mijn
leven lang niets anders heb te doen dan te
spelen.
wat er bij haarsthuis gebeurd was, liet de
man,haar instappen en reed haar naar den
dokter. Aan ..dezen man was het te dan
ken, dat twintig minuten later een zieken
auto voor de-;deur stilhield om moeder en
het kleine broertje, die beiden intusschen
„Ga eens gauw naar de stad, Elli en
haal een gasfitter."
Elli vertrok haar gezicht. Zij was juist
van plan om met haar poppen in den tuin
te gaan spelen. „Hé, moeder, waarom?"
„Omdat er iemand moet komen om de
gasleiding te onderzoeken."
„Dat kan toch wei tot morgen wachten,
moeder?"
„Neen, dat moet nu direct gebeuren."
„Waarom nu. moeder?"
Niemapd zal er zich over verwonderen,
dat haar'moeder ongeduldig werd en dus
liet Elli zuchtend haar .poppen in dén steek
en ging op weg. Terwijl zij over den land
weg liep verloor zij weer de lust om naar
de stad te gaan. Waarom was daar nu
zoo'n haast mee Morgen, als zij uit school
kwam, moest zij er langs, dat was toch
tijd genoeg.
Sclioonc borden. 'J
Tante: Wat is er Bob/wahkijk je zielig.
Bob: O tante, moeder heeft gezegd, dat
ik altijd mijn bordgoed .schoon .moet ma
ken, en ik heb zooveel zout op mya
bord laten liggen.
Maar vader laat hem constateeren,
1 kt» '.f i. -V C- ,'i "*- 'i
Dat het nietmaklykia ;,jongleeren!'
Hij haalt de borden ér nu bij,
WaV hij kan, dénkt hij, kan ook jijt
Zelfs in bed denkt onzeFrana
Nog steeds aan de bordendan*.
.Verbaasd kijkt Frans- naar - den man.
Die blijkbaar nu van alles kan.