.ssg©?
duivel
VMP
fiihso
Een dansende.
Radioprogramma's
INGEZONDEN
De oud-gepensioneerden
Geachte Redactie,
Mag ik voor d© laatste maal in deze
kwestie nog eens gebruik maken van
Uw gastvrijheid om „Een Vaderlander" te
antwoorden op zijn gedocumenteerd stuk
van 22 Maart '3S, waarin hij trachtte aan
te toonen de juistheid van zijn ingezonden
stukje van 8 Maart j.l. en wel voorname
lijk naar hij schreef over do oud-gepen-
sionneeiden en do houding van het ha
merlid Van Dijk, thans minister van de
fensie.
Ik las in dat stukje een verwijt van on-
tiomv t.o.v. minister Van Dijk en beloof
de in mijn antwoord van 25 Maart l.L
daarop nader terug te komen; waaraan ik
bij deze voldoe.
.•Us pensioengrondslag geldt het in
dienstbetrekking genoten salaris of
loon.
In 1920 zijn de bezoldigingen dergenen,
die werkzaam waren in publieken dienst,
aanzienlijk verhoogd; later moest daarop
weer gedeeltelijk worden teruggekomen uit
hoofde van den benardesi toestand der
rijksmiddelen.
Natuurlijk had die verhooging haar go-
volgen voor den pensioen-grondslag en dus
op de hoogte der later toegekende pen
sioenen. Dientengevolge ontstonden belang
rijke verschillen tusschen de bedragen van
oud en nieuw gepeasionneerden, waar
over in de beide Kamers der Staten-Gene-
raal na 1920 jaar op jaar weer is ge
sproken.
Bij die debatten kwam het Kamerlid
Van Dijk, ingevolge de hem door do Anti
Rev. fractie opgedragen taak, in het bi
zonder voor de „militaire" pensioenen in
't geweer.
In dezen zin: Hij sprak zich niet
pertinent uit over de mogelijkheid, zielfs
niet over de noodzakelijkheid van verhoo
ging. Hij maakte opmerkingen of stelde
vragen, ten eind© te doen onder
zoeken of bepaalde oplossingen aan
vaardbaar zouden zijn.
In dit licht moet worden gezien, hetgeen
door minister Van Dijk werd gesproken
(aangehaald in het stak van Een Vader
lander) bij de behandeling deT oorlogsbe-
grooting in de Tweede Kamer op 22 Decem
ber 1924.
Dat was, voordat er ©enige verbete
ring in den toestand' was gebracht en er
inderdaad een schrijnende tegenstelling
was tusschen de oude pensioenen en die,
welke toen en daarna zouden worden toe
gekend.
Dat „minister" Van Dijk hot met dezen
toestand niet eens was, bleek niet all-ten
nit zijn woonlen, maar is ook gebleken
uit zijn daden.
Als „Kamerlid" drong hij aan op onder
zoek.
Als „minister" stelde hij oen onderzoek
in. Dit onderzoek wees uit, dat de positie
der oud-gepensionneerdein met de zeer lage
pensioenen in belangrijke mate was ver
beterd', in 't bizonder na het Koninkl. Be
sluit van 15 December 1934 (Staatsblad
665), waarbij de inkomsten als vrucht van
een „toeslagregeling" mogen stijgen tot
320 pCt. van het oorspronkelijk pensioen
(het gestelde maximum niet te boven gaan
de).
Voor minister Van Dijk bleef nog de
vraag inzake de verschillen in verband
met vroeger bekleeden rang, (in het stuk
van Een Vaderlander bedoeld onder de
woorden: „Allo hiërarchie in maatschap
pelijke verhoudingen zijn teloor gegaan,
alle rangverschil is uitgeschakeld").
Ter adstructie van deze kwalificatie wordt
door Een Vaderlander verwezen naar de
Handelingen der Eerste Kamer 1937/38 blz,
353. 1
Oorspronkelijke detective
roman door John Simson
51)
Daddy wachtte even, lot de andere twee
ook op het bordes stonden. Dan, zwij
gend, ging hij hen weer voor.
Rondom zagen ze nu niet anders meer
dan steen, steen, en nog eens steen, harde,
koude steen, verweerd en verbrokkeld. Uit
gesleten waren de treden, hier en daar een
wemig verzakt
Heel in de verte hoorden ze zacht klot
sen van water: d© trap-koker voer dwars
dooi de slotgracht heen. Zij was geheel
door water omspoeld, maar toch van bin
nen kurk-droog. Geen druppeltje was ooit
dooi den dikken steenen wand heen ge
drongen.
Verder en verder daalden ze af, voor
gelicht door Daddy's lantaarn, die steeds
weer een nieuw gedeelte bescheen. En
naarmate ze dieper 'kwamen, minderde het
watergeklots. Eindelijk hoorden ze het in
het geheel met meer. Diepe rust volgde,
en toen eerst, ver onder den gracht-
bodem, zagen ze het einde van de lange
steenen trap.
Op een breed portaal hielden ze even
halt, keken elkaar aan. Schimachtig za
gen ze eruit bij het schijnsel van hun
electrische lichtjes. Een ijzige kou kwam
hen tegemoet uit een boogvormige sie-nen
doorgang, het begin van een onderaard-
scbe tunnel.
„Hier moeten we ra," zei Daddy zacht
In de Tweede Kamer (7 Dec. '37) had
de minister gezegd, dat bij hem ook nel
„een enkele bedenking" bestond en dat
bij „wel eens wilde nagaan, of er wel
licht in dit opzicht iets kon worden ge
daan".
In de Eerste Kamer, zegt Een Vader
lander, was echter van „dio tegemoet
komende houding niets meer 1e ontdekken".
Op de door Een Vaderlander zelf aange
haalde bladzijde der Handelingen (Eerste
Kamer 18 Febr '3S, blz. 353) kan hij
echter lezen:
lo. dat de minister voldaan heeft
aan zijn toezegging in de Tweed©
Kamer, een onderzoek in te stellen,
doch helaas!
2o. dal hij toen is gestuit op bezwaren,
die wijziging ondoenlijk maakten.
Re betreffende passage luidt aldus.
„Terwijl dus bij hetgeen ik in do Twee
de Kamer heb gesproken nog werd open
gelaten, dat er oen onderzoek zou plaats
hebben, is dat in het antwoord, dat thans
aan de Eerste Kamer is gegeven, niet ge
daan. Inderdaad ligt hierin een zekere
tegenstelling, voortvloeiende uit het feit,
dat ik sedert de behandeling in de Twee
de Kamer van deze wetsontwerpen een
onderzoek heb ingesteld en daar
bij op verschillende bezwaren ben gestuit.
De grondslag van de bijslagrcgoling is het
verkenen van een uitkeering boven het
pensioen „voor zoover daaraan bepaaldelijk
behoefte bestaat", waartoe bepaalde nor
men zijn gesteld. Beneden deze normen
kan een bijslag worden gegeven, waardoor
pensioen en bijslag gezamenlijk 320 pCt.
van hel pensioen kunnen bedragen.
Daarmede is inderdaad voor de oud-
gepensionneerden met de kleine pensioe
nen aan redelijke wenschen voldaan.
Er is daarbij een differential!» in tweeër
lei opzicht, ten eerste naar de klasste der
gemeenten, waar zij wonen en ten tweede
naar de samenstelling van het gezin.
Daarbij is niet opgenomen een differen
tiatie naar den rang of stand, waarin de
oud-gepensionneerden te voren hebben ge
leefd en dat was het, waarop ik doel
de bij mijn uitspraak in de Tweede Ka
mer.
De wel, betreffende de nadere bestem
ming van de bezittingen van het Ko
ninklijk Nationaal Steuncomité van 26
Juni '26 (Staatsblad no. 210), krachtens
welke wet de bijslagen kunnen worden
verleend, eischt, dat er aan de uitkeering
bepaaldelijk behoefte moet beslaan. Het
verder gaan zou in strijd zijn
met de wet.
Veeris is er dit bezwaar: waar zouden
dan do grenzen moeten worden getrokken
bij de verschillende groepen van oud-ge-
peusionneerden En eindelijk noem ik als
bezwaai, dat een zoodanige maatregel zou
moeten gelden niet alken voor de mili-
taiie gepensionneerden, maar voor alle ge-
pensienneerde oud ambtenaren, zoodat de
consequenties van een dêrgelijken maat
regel verstrekkend zouden zijn.
De bezwaren zfju alzoo deze.
Ie Een uitkeering boven het pensioen
kan slechts g< schied-ui op grond van „be
paaldelijk bestaande behoefte", waartoe be
paalde normen zijn gesteld, benedon die
normen kan een bijslag worden gegeven,
die het pensicc-n opvoert tot 320 pCt.
2e. Differentiatie is wettelijk slechts toe
gelaten naar:
a. de klasse der woongemeente;
b. de samenstelling van het gezin; niet
dus naar vroegere© rang of stand.
3e. Een andere regeling zou moeien
gelden niet alleen voor de militaire gepen-
sionneerden, maar voor allo gepension-
neerde ambtenaren; de consequenties er
van dienen te worden beoordeeld in het
licht van den financieelen toestand.
Wanneer minister van Dijk, na vol
daan te hebben aan zijn toezegging een
onderzoek te zullen instellen, komt te staan
voor bezwaren, die liij niet vermag terzijde
to stellen, kan hem moeilijk een verwijt
treffen als tusschen de regels door
is te lezen in het stuk van „Een Vader
lander".
Ten slotte: De heer De Geer heeft „met
nadruk gewezen op het onrecht den oud-
gepensionneerden aangedaan" en zou ge
zegd hebben „dat er geen toonbaar
motief meer is" om hun aanspraken niet
to erkennen.
Deze aanhaling is niet juist, wijl uit
haar verband gerukt.
De heer De Geer verwees op 16 Pebr.
'37 naar hetgeen hij gezegd had op 7 De
cember 193 3.
Dat was dus vóór de tot stand gebrach
te bijslagregeling van 1934.
Het ging in 1937 over iets anders,
n.k over korting op pensioenen (herbe
rekening der Indische pensioenen). De re
geering wilde die herberekening doen gel
den van 1 Mei '37 tot 1 Mei '40. De
heer De Geer diende ten amendement in,
strekkend om het jaartal 1940 te verande
ren in 193S.
Waarom?
Omdat hij meende, dat anders het wets
ontwerp zou worden verworpen. En aan die
verwerping zou z.i. oen „groot nadeel"
^/Tk zal vandaag nog
„OVERVETTE" RINSO, SPECIAAL VOOR DE WASMACHINE
en bu'-ip zich. Ook de officier moest zich
bukken en volgde hem op den voet. Al
leen de commissaris, die de kleinste was
van de drie, kon rechtop loopen in die
boogvormig overwelfde gang.
Voetje voor voetje kropen ze vooruit,
vlak achter elkaar, hun lantaarn in de
eene, hun browning krampachtig in de
andere hand. Zoo bereikten ze een breede
foorl, ter rechter zijde uitkomend op dien
onderaardschen tunnel en toegang gevend
tol een donkere ruimte.
Daddy belichtte het inwendige. De an
dere twee kwamen naast hem slaan en
lieten ook het schijnsel van hun lantaarns
naar binnen vallen. Toen zagen ze voor
ben een ouden grafkelder. Tentalien dood
kisten stonden er opgestapeld. In den hoek
lag een harnas en een maliën kolder. En
tegen den muur stond, rechtop, een baar
dige ridder in vol ornaat. Een 'tegen stak
dwars door zijn licbaam heen on zat
vast m den steen daarachter. Zoo kwam
bet, dat de gevreesde, wraakzuchtige Wai-
demai van Golheborgh nooit was ge
vallen.
Dr.e honderd jaren had hij daar zoo
geslaan, gepriemd' aan den muur, en nog,
nog zat er vleesch op zijn gebeente, nog
was op het bleeke, uitgeteerd© gelaat den
grijns te lezen, waarmede hij den dood'
was ingegaan. Want door de bizondere
lucht in dlien kelder, zoo kond en zoo
droog, was Waidemars lijk volkomen ge
conserveerd en drie honderd jaren lang
voor ontbinding gespaard gebleven.
Drie honderd jaren.
En al dien tijd had Waidemars vuist
zijn degen omklemd gehouden in zijn op
geheven arm... totdat hij bezoek kreeg
van iemand, die het waagde dien arm te
beroeren. Als bij tooverslag was toen de
opgerichte degen naar omlaag gestort
Nog stond graaf Waldemar van Golhe
borgh daar, vastgeklonken .aan den stee
nen muur, maar nu lag d'e vermetele, die
hel gewaagd had hem aan te raken, voor
zijn voelen.
Vol cnlzeltmg staarden ze naar dit
vreeseüike tafreel. Spookachtig danste het
schijnsel van hun lantaarns op en neer
m hun bevende handen, dwars over den
baardigc-n ridder heen en de doodkisten,
d.e naast hem stonden, dwars over den
ongeiukk.ge, die na drie honderd jaren
voor zijn voeten was neergezegen. Do®.-
kexe «chadnwen vlogen op on neer door
de enge ruimte, langs muren en zolde
ring, nu eens den eenen hoek, dan veer
den anderen in duisternis hullend.
Alle drie huiverden.
Alle drie bogen ootmoedig het hoofd.
Dan knielde Daddy neer naast den ge
vallene, trachtte hem op te beuren. Te
vergeefs. Karl Messing was dood en ge
heel verstijfd'. Een hartverlamming ten
gevolge van een doodelijken schrik had
een einde aan zijn leven gemaakL
XXIX.,
Donderdagnacht half een.
Langzaam stond1 de detective op. Hij
wilde wat zeggen, maar d© woorden wilden
niet dadelijk over zijn lippen komen. Zijn
keel was droog, zijn hart bonsde.
„We moeien hem'hier vandaan zien te
sleepen," zei hij eindelijk op fluistertoon,
„cn liefst zoo vlug mogelijk. Landhof, als
jij ons wilt bijlichten, dan zullen de com
missaris en ik hem naar het portaal dra
gen. En steek je browning niet in je zak,
maar blijf op je hoede."
De officier knikte. Toen, voorzichtigs,
lilden Daddy en Feld'slag den ongelukkige
j op. Karl Messing was gekleed1 in smoking
DONDERDAG, 7 April 1938.
Hilversum I, 1875 en 415,5 M.
8—9.15 KRO. 10 NCRV. 11 KRO.
2—12 NCRV.
89.15 en 10 Guunofoon. 10.15 Mor
gendienst. 10.45 Gramofoon. 11.30 Gods
dienstig halfuur. 12 Ber.chlen. 12.15 KRO-
orkest. (11.10 en 1.301.40 Gramo
foon.) 2 Handverkuurtje. 2.55 Gramo
foon. 3 Vrouw onhalf uur. 3.30 Gramofoon.
3.45 Bijbellezing. 4,45 Gramofoon. 5 Cur
sus. 5.30 Gramofoon. 5.40 Orgel. 6.45
Esperanto. 7 Berichten. 7.15 Journalistiek
overzicht. 7.45 Reportage. S Berichten.
S.15 Collegium Musicorum en de
Leeuwarder Bach-Vereen. 9 Lijdensmedi
tatie, 9.30 Concert. (1010.05 Berich
ten). 10.30 Gramofoon. 10.45 Gymnas
tiekles. 11 Gramofoon. Ca. 11.5012
Schriftlezing.
Hilversum II, 301,5 M.
AVRO-Uitzending.
8 Gramofoon. 10 Morgenwijding. 10.15
Gramofoon. 10.30 Orkest. 11 Kniples.
11.30 Omroeporkest en solist. 12.30 Gra
mofoon. 1.15 Ensemble. 2 Voor de vrouw.
2.30 Ensemble. 3 Kniples. 3.45 Viool
©n piano. 4 Voor de zieken. 4.30 Viool
en piano. 4.50 Voor do kinderen. 5.30
Aeolianorkest. 6.30 Spertpraatje. 7 Voor
d© kinderen. 7.05 AVItO-DansorkesL 7.30
Engelsehe les. S Berichten. 8.10 Omroep
orkest ©n solist. 9 Reportage. 9.20 Or
gel. 9.35 Gramofoon. 10 De Twilight
Sorenaders. 10.45 Orgel. 11 Berichten.
Hierna: Het AVRO-Dansorkest. 11.40
12 Gramofoon.
Droitwich, 1500 M.
11.25 Continental Players m. m. v. so
list. 12.05 Dansmuziek. 12.50 Radio-
tooneel. 1.20 Dansmuziek. 1.50 Orkest
en solist. 2.40 Zang. 3.10 Causerie. 3.35
Orkest m. m. v. soliste. 5.05 Gramofoon.
5.20 Kwintet. 5.50 Gramofoon. 6.20 Be
richten. 6.40 Causerie, 7 Orkest. 7.50
Oikest. 8 20 Revue-programma. 9.20 Be
richten. 9.40 Causerie. 9.45 Orkest. 10.20
Korte Kerkdienst. 10.40 Kwintet. 11.20
12.20 Orkest.
Radio-Paris, 1648 M.
6.55 7.20 en 9.10 Gramofoon. 11.10
Orkest. (Om 12 50 Zang). 205 Clave-
cymbel. 2.20, 3.20 en 7 35 Zang. 7.50
Operette-uilzending.
Keulen, 456 M.
5.30 Gramofoon. 6 30 Orkest. 11.20 Or
kest en soliste. 1.30 Gevarieerd concert.
3.20 Orkest. 4 30 Orkest, vocaal sextet
en pianoduo. 6 30 Gramofoon. 9 50
11.20 Oikcbt, Cither orkest, Kamerduo en
solisten.
Brussel, 322 cn 484 M.
322 M. vVlaamsch)11.20 Gramofoon.
11.50 Witte Moriaenen. 12 Salonorkest.
12.50 Witte Moriaenen. 1—1.20 Gramo
foon. 4 20—5.05 Dansorkest. 5.50 en
7.20 Gramofoon. 7.35 Orkest en Man
nenkoor.. 9.30—10.20 Gramofoon.
484 Mt. (Fransch): 11.20 Gramofoon.
11.50 Orkest. 12.501 20 Gramofoon.
4.20—4 50 Muzikale causerie. 5.35 Sa
lonorkest. 6.35 Gramofoon. 7.20 Orkesc
en Gramofoon. 9.30—10.20 Ememble
voor Oude Muziek.
D e ii tscli I an ike ml c r, 1571 M.
6.30 Orkest en solisten. 7.20 Orkest en
solist. (8 208.35 Buitschlandecho). 9.20
Berichten. 9.50 Fluit en viool. 10.05 Be
richten. 10.20 Concert. 11.20—2 20 Nacht-
concert.
SCHIEDAMSCHE RADIO CENTRALE
Donderdag 7 April.
Programma 3.
Keulen 8. Parijs Radio 9.50. Radio F.
T. T. Hord 1105. Parijs Radio 11.20.
Brussel (VI.) 12.20. Keulen 1.20. Dan-
marks Radio 2.20. Keulen 3.20 Brussel
(VI.) 4.20. Keulen 4.30. Parijs Radio
5.20. Droitwich 6.20. Keulen 6.40. Brus
sel (Fr.) 7.20 Brussel (VI.) 9.20. Boe
dapest 9.45. Keulen 10.20. Danmarks
Rad'io 11.20.
Programma 4.
Brussei (VI.) 8, Diversen 8.20. Regio
nal 10.35. Droitwich 3 35. Reg'onal 6 20
Droitwich 7.
Programma 5.
Luxemburg 8.20 Concert. Diversen 10.50.
Brussel (Fr.) 11.20. Diversen 1.20. Luxem
burg 2.50 Concert. Brussel (VI.) 4.50.
Luxemburg 6.05 Concert. Diversen 6.20.
Brussel (VI.) 7.20. Diversen 8.30. Luxem
burg 8.50 Concert. Brussel (Fr.) 9.20.
Diversen 10.20
verbonden zijn, n.l. „onrecht" tegenover
de oud-gepensionneerden.
De heer De Geer beredeneerde dit
kort saam gevat aldus: Voorbeen gold
voor pensioenrecht het beginsel dat het
pensioen een soort „lijfrente" was, een
vastgesteld en onveranderlijk
bedrag. In 1933 is een ander beginsel geko
zen, n.l. dat van „de verzekering van
een redelijk levensonderhoud", d.w.z. dat
het pensioenbednag kan worden veranderd,
bijv. naar de kosten vatn levensonderhoud.
Nu was voor 1933 de rech tsaanspraak
der oud-gepensionneerden op herwaardee
ring van hun pensioen afgewezen opgrond
van het teen gehuldigde beginsel, het
vastst aand bedrag. „Ik heb er zelf
aan meegedaan", bekende de heer De Geer.
Slaar zei hij, in 1933 heb ik reeds be
toogd, dat, wanneer voor een nieuw be
ginsel gekozen werd, daaruit noodzakelijk
volgen moest een andere houding ook te
genover d© oud-gepensionneerden. In dat
verband nu sprak de heer De Geer van
„tweeërlei weegsteen". Maar hij voegde er
aanstonds bij en dat verzwijgt „Een
Vaderlander": „Welnu, mijnheer de voor
zitter, het nieuwe standpunt is aanvaard
door de regeering en door de Kamer. De
regeering is nu zij het wat laat te
rade gegaan om de noodzakelpe conse
quentie voor de oud-gepensionneerden daar
uit te betrekken".
Werd nu het regeeringsvoorstel door
de Kamer verworpen, omdat deze „de
korting met het oog op den finan-
en droeg ©en eigenaardige, grijs-geruite
pet. De officier ging hen intusschen
voor en zag opeens licht op het por
taal, aan den voet van die lange Irap.
Een schok ging d'oor hem heen en met
kloppend hart, zijn browning vast om
klemd, liep hij naar dat licht toe. Her
kende dan al heel gauw de athletische
gestalte van Max Messing, d.e een flik
kerende kaars in de hand had.
„Wal is hier te doen?" vroeg de jonge
reus angstig- „Ik kag toevalt'g dat gat in
de blauwe zaal..."
„Ga naar boven," beval de officier en
zijn stem klonk heesch. „Er is h:er een
ongeluk gebeurd'."
Max ging. En even later droegen Daddy
en Feldtelaa het lijk van Karl Messing weg
uil de oude grafkamer, den tunnel door.
'Op het portaal nam de detective, geholpen
door de andere twee, den droeven last
over zijn schouders en toen aanvaardden
ook zij den tocht naar boven, de officier
voorop en de commissaris geheel achter
aan. Langzaam klommen zij omhoog- Daar
hoorden ze weer het klotsen van het
water en verder ging het. 'Op den eer
sten omgang stond Daddy even stil en
zuchtte d'iep. Heel in de hoogt© zag hij
het licht van de blauwe zaal, wier licht
kroon een verblindend schijnsel om zich
heen spreidde.
Zwijgend vervolgde hij zijn weg.
Do officier dook het eerst op in de
blauwe zaal. Even knipperde hij met zijn
©ogen, zag dan Max en Willem ©n Lena
en Mina en Pietje met nieuwsgierig© blik
ken rondom het open luik staan.
Hij wendde zich tot den jongen Mes
sing.
„Het is uw vader," sprak hij zacht, en
groote tranen welden op in Max' oogen.
Vlak daarop verscheen Daddy. De of-
cieelen toestand niet meer zoo noodig"
achtte, dan zou er ook „geen toonbaar
motief meer zijn om de aanspraken der
oud-gepensionneerden niet te erkennen*'.
Ik meen hiermede „Een Vaderlander"
aangetoond te hebben dat minister Van
Dijk precies gedaan heeft, wat hij beloofde
en geef mijn geachten onbekende „Vader
lander den raad voortaan juist te ci-
teeran Intussc'icin, mijnheer de Redacteur
zeg ik u hartelijk dank voor de mij ver
leende plaatsruimte, onder mededeeling dat
door znrj niet meer zal worden gediscussi
eerd met „Een Vaderlander" met gesloten
vizier.
VAN KATWIJK Jansz.
Faillissementen.
Opgegeven door afd. Handelsinformaties
v. d. Graaf Co N .V Amsterdam.
Uitgespioken:
S. F. Daniels, caféhouder, Rotterdam,
Sumatraweg 3. R.-c.mr. G. L. van Es.
Cur.mr. IC. W. Zieleman, Rotterdam.
L. v. d1. Graaf, Rotterdam, TOarmoezier-
straat 5. R.-c.: mr. G. L. van Es. Cur.:
mr. S. de Waard, Rotterdam.
L. van Wingerden, Rotterdam, Kruiskade
93, voorheen Ridderkerk. R.-c.: mr. G.
L. van Es. Cur.: mr. J. A. Fruin, Rotter
dam.
Piet-er Bebelaar, Rotterdam, Nieuwe Bin
nenweg 257a. R.-c.mr. G. L. van Es.
Cur.: mr. Th. L W. H. Goeman, Rotter
dam.
ficier, geholpen door Willem, nam den
droeven last van hem over en legde dezen
neer op een paar haastig bijeen geseho
ven stoelen. De eemg overgebleven Mes
sing boog zich over zijn vader heen en
barstte in snikken uit.
Daar vertoonde zich ook de commis
saris. Zoodira hij boven was, gooide hij
het luik dicht. Dan staarden allen naar deu
doode, getroffen door het verdriet van
den zoon, die sprekend op zijn vader ge
leek en in hartstochtelijke ontroering diens
Land in de zijne genomen had.
„Vader, o, vader" schreide hij in zijn
wanhoop, zou, dal het allen koud om het
hart werd.
Daddy ging zachijes naar hem toe,
troonde" hem weg van. den overleden© en
d'eed hem plaats nemen in een stoel. Dan
liet hij hem wat water drinken, hem door
de meisjes gebracht.
Langzaam aankwam Max tot beuaren.
En toen hij eindelijk wat kalmSr gewor
den was, zag hij den detective dankbaar
aam
„Is is is vader vroeg hij
zacht.
„Neen," stelde Daddy hem gerust. ,Uw
vader was met het spook van Go.be--
borgh. Met alles, wat hier gebeurd is,
heeft hij niets te maken gehad'. Bij moét-
al een dag oif drie dood zijn, waarschijn
lijk tengevolge van een hartverlamming.
Een zucht van verademing ontmapte
Max' lippen. Deze wetenschap was een
heele geruststelling voor hem.
Inlusjchen hadden Landhot en Felüsldg
het lijk onderzocht, in het bizonder mens
papieren, terwijl Willem hem de pet ha
aften orn en.
(Wordt vervolgd).
(DENK
EROM MEVROUW, DAT U IN UW A
VELO WASMACHINE ALLÉÉN
RINSO GEBRUIKT 3
RINSO GAAN KOPEN
De vooraanstaande Velo Waschmachinemaatschappij beveelt
steeds Rinso aan om in alle Velo wasmachines te gebruiken.
Enduizenden huisvrouwen hebben het reeds geconstateerd:
met Rinso komt de wasmachine het best tot zijn recht. In
een oogwenk een overvloedig sop, dat in anderhalf uur
al het wasgoed van 5 personen prachtig wit maakt voor
slechts 12| cent. Dat is het resultaat, dat U alleen maar
met de „overvette" Rinso - kan bereiken. En niet
alleen in elke wasmachine, maar ook in elke tobbe!
Bovendien heeft Rinso nog een bon voor geschenken.
R33-0309