Een dansende. duivel Volksonderwijs en de bizondere school Rechtszaken Twee onwillige notarissen Zij woonden buiten hun stand- plants. Veroordeeld tot een dag schorsing. De civiele kanier van hel Amsterdam- sche gerechtshof heeft arrest gewezen in de voor dit college in hooger beroep ge- 1 eerde strafprocedure tegen twee Ainster- dp i-vjchc notarissen, die z;ch te verantwoor den hebben gehad wegens overtreding van dc wet op het notarisambt. De no, „rissen waren door de rechtbank geschorst voor den tijd van acht dagen, omdat zij in strijd met art. 5 van de wet op het notarisambt hun „werkelijk gcitadig verblijf" niet heilden binnen de hui, aangewezen standplaats. De officier van justitie had tegen beide notarissen een schorsing van een maand gevorderd. De straf bij bedoeld artikel van de wet bedreigd, is uitsluitend schorsing en wel tot een maximum van zes maan den. Bij de behandeling in hooger beroep vroeg de procureur-generaal, mr. dr. D. Reilmgb., bevestiging van het vonnis in het eene geval, in het tweede geval achtte hij de strafmaat te hoog, zoodat hij tegen dezen notaris een schorsing van drie da gen xequireerde. Bedoelde wet dateert van 9 Juli 1S42 en art- 5 bepaalt dat iedere notaris ver plicht is niet alleen zijn woonplaats te hebben, rijn kantoor te houden en zijn acten te bewaren in de hem aangewezen standplaats, maar ook om aldaar zijn wer kelijk en gestadig verblijf te houden. In de practijk is aan deze bepaling ge durende 96 jaren nooit de hand gehou den, doch soms kwam het voor, dat een notaris, die ziju kantoor in de stad had, buïttu ging wonen, en ook daar practijk uitoefende en een kantoor hield. Oen daar aan een einde te maken, heeft minister van Schaik in 1933 een rondschrijven tot de notarissen gericht om er hun aan dacht op te vestigen, dat in de toekomst aan art, 5 de hand zal worden gehouden De notarissen, die zich thans te verant woorden hebben gehad, en die geen toe slemming hadden om buiten het grondge bied van Amsterdam te wonen, gaven aan deze aanmaning geen gevolg. Het hof heeft er in zijn arrest den nadruk op gelegd, dat het hier een zuiver principieele kwestie betreft, zocdat volstaan kan worden met het opleggen van de mirnmumschorsings- straf, nJ. voor den tijd van een dag. De verdedigers, mr. Th. Huiler Massis en mr. I. A. M. Bünker, hadden o.a. ais verweer aangevoerd, dat art. van de nofariswet niet slaat op het privéleven van den notaris, en dat hij dus na kan toortijd mag verblijven waar hem dat goed dunkt "Het hof echter verwierp dit verweer onder de overweging, dat artikel 5 zich ook uitstrekt tot den avond en den nacht, zoodat de notaris volgens dit artikel ver plicht is ook na kantoortijd zich binnen zijn standplaats op te houden. Dek het verweer; dat de ten laste ge legde feiten verjaard zouden zijn, ver wierp het hof. In hooger beroep zijn dus de vonnissen bevestigd, behalve wat be lieft de strafmaat, gezien het feit, dat het-hier een principieele zaak betreft. Een ruwe voetballer veroordeeld. Het gerechtshof te Amsterdam ver oordeelde een voetballer van „Amstel- boyri', die een tegenspeler van D.T.S.S., gedurende een wedstrijd be Duivendrecht opzettelijk op het been zou zijn gespron gen, wegens mishandeling tot vier maan den gevangenisstraf. De D.T.S.S.-speler was met een gebro ken been. naar het ziekenhuis vervoerd. De rechtbank had den Amstelboy-speler tot een half jaar gevangenisstraf veroor deeld. Kindermoord Alan en huishoudster tot zware straffen veroordeeld. De 46-jarige arbeider A. G. te Nieuwe Pekela, die verdacht was van moord en het verbergen van een lijkje om do ge boorte te verhelen, is door het gerechts hof te Leeuwarden veroordeeld tot vier jaren gevangenisstraf met aftrek van do voorloopige hechtenis. Zijn huishoudster, de 36-jarige J. D. werd tot dezelfde straf veroordeeld wegens mede plichtigheid aan dezen moord eu het ver zwijgen daarvan tegenover de politie. De rechtbank te Groningen had beide verdachten tot zes jaaT gevangenisstraf ver oordeeld. De procureur-generaal had bevestiging van deze vonnissen gevraagd. Recherche-lijsten moeten worden geraadpleegd. Het Amsterdam sche hof heeft in zijn gisteren gewezen arrest uj-gemaakt, dat bankier en commissionair bij het verhan delen van effecten verplicht zijn de recher- chelrjsten te raadplegen' om na te zien, of zij misschien gestolen of verduisterde effetten in handen hebben. Het hof veroordeelde een Amsterdam- schen onder-directeur van een bank, die verzuimd had de recherchelrjsten na te kijken cn gestolen effecten had doorver kocht, wegens schuldheling, tot een boete van f 150, subs. 10 dagen hechtenis. De rechtbank had omdat het naar het oordeel van dit rechtscollege een prin cipieele zaak betrof verdachte tot f 1 boete veroordeeld. De verdediger, mr. Muller Massis, had vrijspraak gepleit. In hooger beroep vor derde de procureur-generaal bevestiging van het vonnis. Kerk en School Oorspronkelijke detective roman door John Simson Er-werkmeester van gevangenis tot een jaar gevangenisstraf veroordeeld. Dc Amsterdamsche rechtbank veroordeel de gisteren een 40-jarigen ex-werkmeester, vroeger werkzaam in de strafgevangenis aan den Amstelveesnscheweg te Amster dam, wegens corruptie tot een gevangenis straf van één jaar. De officier van justitie had twee jaar- gevorderd. De man had van verschillende gevange nen geld aangenomen, in ruil daarvoor leverde hij tabak, sigaren en snoeperijen. Bovendien bezorgde hij voor gevangenen briefjes. De Amersfoorisehe verordening inzake Zon dagsluiting sigarenwinkels. De Amersfoorisehe kantonrechter mr. D. J. W. Muller Massis, heeft \Y. P., die in strijd met een besluit van dein gemeen teraad, krachtens welk besluit sigarenwin kels op Zondag den geheelerr dag geslo ten moesten zijn, zijn winkel geopend bad gehouden, overeenkomstig den eisch van het O.M., ontslagen van rechtsvervolging. Hiermede is het raadsbesluit van 1 Maart 1.1. niet bindend verklaard. Basiliek van het heilig graf te Jeruzalem wordt gesloten. De hoogs commissaris van Palestina heeft besloten, dat do basiliek van het heilig graf voor Palm-Zondag, 10 April a.s., voor het publiek zal worden gesloten, aangezien het gebouw zoo bouwvallig is, dat het niet langer veilig voor het publiek kan worden geacht. De desbetreffende kerkelijke instanties mogen evenwel op eigen risico de gebrui kelijke Paaschplecbtigbeden vieren. De regeering overweegt welke maatre gelen genomen- moeten worden om bet gebouw (e restaureeren. Ned. Ilerv. Kerk. Beroepen te Winsum en Baard, ds. P. van Wijnen, te Ureterp; te Hei- en Boeicop, ds. J. C. Terlouw, te Garderen; te Papendreckt, ds. J. van Arastel, (e Lage VuurscLe; te Zuiderwoude (toez.), ds. A. C. Christoffels, te Hauler- wijk. Bedankt voor Brakel, ds. W. Vroeginde- wev, te Reeuwijk; voor Wijk bij Heus- den, ds. H. A. Labrie, te Goedereëde. Beroepen ie Gouda, ds. E. E. de Looze, te Den Ham; te Willemstad; ds. W. Aalders, te Oosterzee en Echten. Aangenomen naar Zandeweer-Eppenhui- zen, E. Saraber Jr., hulppred. te Zwolle; naar Rittkem ZH. Bartlema, hulp pred. te Markelo. Vrije Geref. Gcm. Aangenomen naar Zwijndrccht, ds. E. v. Dijk, te Apeldoorn. Chr. Geref. Kerk. Bedankt voor Noordeloos, ds. M. W. Nieuwenhuijze, te Franeker. Geref. Kerken in H.V. Beroepen te Zaandam, C. A. de Rid der, cand. te 's-Gravenhage. Maar, redactie, als een kantonrechter, als een veldwachter, een jongen man de ixap afgooit, is zoo'n leven eveneens in gevaar, is dat niet strafbaar? Gmg de onbehoorlijke glazenwassclrer te ver naar des rechters zin? Beging hij een strafbaar feit? Zoo ja, in welke wet staat, dat iemand de trap afgesmeten moet wor den? Hoe vaak gebruikt de kantonrechter geen woorden, voornamelijk als het tegen werk loozo arbeiders gaat, die anderen onaan genaam treffen. Laat de heer Stheeman Hesse voortaan een goed1 voorbeeld geven, een kantonrechter waardig. B. KERSSEN, Willemshof 1. INGEZONDEN Crematie Mijnheer, de Redacteur, Mij werd toegezonden zoowel het num mer van uw blad, Woensdag 30 Maart, als van 31 Maart j.l. In het eerste trof ik een min of meer uitvoerig verslag aan mijner rede, gehouden in de openbare ver gadering der Liberale Staatspartij op Dins dag 29 Maart; in hot tweede een ingezom den stuk van den heer I. C. de Bel om trent de kwestie der lijkverbranding, door mij kortelijk behandeld. Ofschoon het geheel tegen m'n gewoon te is verslagen mijner redevoeringen in de dagbladen te corrigeeren en op inge zonden stukken le reagaeren, maak ik dit maal oen uitzondering. Zelf bij ervaring wetend hoe buitenge woon moeilijk het is oen rede van een paar uur in een beknopt verslag weer te geven, viel ik niemand ooit hard, indien hij daarin niet, of slechts gedeeltelijk slaag de. Met waardeering voor het vele goede, dat ik in het verslag (30 Maart) aantrof, veroorloof ik mij slechts een paar kleine opmerkingen. Omtrent de electorale positie derSDAP deelde ik mede (daarbij citeerend uit „De Sociaal Democraat"), dat deze partij in 1918 behaalde 22 pCt. van het totaal der uitgebrachte stemmen; in 1937 daarente- Do lieer N.N heeft het nuttig gevonden in de S.-J»edamscke Courant" van Dins- gen slechts 21.9 pCt. Zij is dus, zander dag 5 Apri' nogmaals eenige critiscke com-1 0I>'' meerderheidspartij te zijn geweest, menlaar te leveren op mijn propaganda- j ja zelfs zonder regeerlngsverantwoordelijk- rede voor „Volksonderwijs" te Schiedam, beid te hebben gedragen, reeds op haar Radionieuws Herdenking Willem Kloos Voor V.P.R.O.-microfoon. Hedenavond om 19.40 zal prof. dr. N. A. Donkersloot een toespraak houden voor de Vrijzinnig Protestantsche Radio Om roep ter herdenkmg van den dichter Wil lem Kloos. Pauselijke toespraak op kortegolf. Z.H. de Paus zal op Paasch-Zondag, 17 April, over het kortegolfstation van het Vaticaan, op e-m golflengte van 50,26 M. een toespraak houden van 11.5012.20 A.T. 53, (Slot). Woester en woester danste de Duivel den doodeadans. Grijnzend en grauwend me' uitpuilende oogen, gloeiend van waan zin, maakte hij de gr.ezeligste grimaa-en, terwijl hij tussclicn een rijtje hagelwitte tanden door telkens en telkens dien schel len, Üatanschea lach liet hooren, die het drietal al eerder had opgeschr.ki, ÏIÖ danste eu danste en al somberder en onheilspellender kraakte het oude hout van de half vergane doodkisten. Zij kon den den zwaren last met langer torsen en plotseling zakte het deksel in van de bo venste... Een gevaarlijke kreet, een af-chuwe'ijke schreeuw we-cnüonk: dc dansende Duivet, het spook van Gotheborgh, had zijn even wicht verloren. Nog stond bij daar, zwaaiend en zwoe gend, dan slorttte hij van bovenaf, voor over op den harden keldervloer. Uit een gapende hoofdwonde stroomde bloed. Even later gat de ongelukkige den geest: hij had' zijn euveldaden met den dood bekocht... Daddy snelde toe, rukte bet perkament uit de knokenge hand van deu stervende. Het was een zeer oude oorkonde: de bekentenis van P.eier van Domburg, dat hij in den jare onzes Heeren 1625 graaf Waldemar van Gotheborgh had gedood in een duel en alle sporen van de ornler- aartfeehe kelders, waar dit geschiedde, haul uitgewasebt door de eenige perkamenten, die den toegang tot deze kelders heschre- ven, weg te nemen. En drie honderd jaren later vond dr. Paul van Domburg, die een «roof grafkelder-geleerde was, deze perkamenten terug bij zijn eigen familie papieren. Toen, om de waarheid daarvan te toetsen, knoopte hij, die hier zoo een bizonder belang in stelde, een relatie aan met den eigenaar en bewoner van het oer-oude slot Gotheborgh, terwijl hij het waagde om aan den vooravond van een groote reis naar Egypte met dezen af te dalen In de op de toekenfng aangegeven kelders. Karl Messing had hierbij bedon gen, dat een en ander strikt geheim zou blijven, een geheim van hen tweeën. Zoo nam aardden zij deu tocht naar Waldemar van Gotheborgh, eerst Maandagnacht na de conferentie, toen niemand meer aan wezig was en Karl Messing ook zijn knecht naar bed ge-iuurd had. Slechts gewapend met een sterke -elec- tti-ehe lantaarn bereikten zij den eer-den grafkelder. Drie honderd lange ,'ren irad de baardige Waldemar van Go iieborgh hier gestaan met opgeheven degen, ge priemd aan den muur, en toen eindelijk zou hij, die bij zijn leven noot iets on gewroken liet, de kans krijgen om zijn dood te wreken. Want toen Karl zijn arm durfde beroeren, stortte Waldemars degen, dien hij drie honderd jaren had opge houden, pardoes omlaag, en trof Karl Messing, wiens hart toen van schrik bleef stil staan. Dr. Paul van Domburg zag den eigenaar van kasteel Gotheborgh voor zijn oogen vallen. Een namelooze angst bekroop hem en ijlings vluchtte hij weg, de trap op naar hoven, Hooger en hooger klom hij en reeds had hij het openstaande luik bereikt, toen hij in zijn zenuwachtigheid- zijn elleboog stootte tegen het korte einde daarvan. Pardoes viel het zware luik dicht Dr. Paul van Domburg kreeg het deksel Ik heb cr bezwaar tegen de polemiek met een het publiek volkomen onbekenden tegenstander voort te zetten, nraar ik zal hem gelegenheid geven z'n masker af te leggen. Ik bied- den heer N. N. een open baar debat aan tusschen Item e n m ij. Zoo de lieer N.N. dit debat aanvaardt, zijn allerlei aangelegenheden omtrent de regeling gemakkelijk vast te'stellen. H. F. P. SANDIFORT. Voor den kantonrechter Redactie. In uw blad van 6 April las ik het verslag eener kantongerechtzitting. Een voor dit gerecht gedaagde, jonge glazen- wasscher gedroeg zich, naar des rechters- zin, niet behoorlijk, ja erger, bij het ver talen der zaal riep hij zoo maar: „Eten mooie boel hier En de kantonrechter riep tot den veld wachter: „Gooi dien man er uit, gooi hem maar flink op straat". De order werd prompt uitgevoerd1, en wel zoo, dat de jeugdige glazenwasscher slechts enkele tre den van dc trap raakte. Geachte Redactie, de jonge glazenwas scher was gedagvaard, omdat hij zijn hand niet had uitgestoken bij het nemen van een bocht; hij had' de veiligheid van hel verkeer, zijn eigen leven misschien, in gevaar gebracht. Natuurlijk is zulks straf baar. op zijn hoofd, viel weer naar beneden en bleef bewusteloos liggen op den eersten omgang. Meer dan vier en twintig uren Jag hij daar. Toen eindelijk, diep "in den nacht van Dinsdag op Woensdag, lang na de conferentie, d,e geieid werd door Daddy en Laudhof, ontwaakte hij uit zijn ver- dooving. Geruimen ujd las hij te verzinnen, wat gebeurd kon zijn. Alle» duizelde hem. Zijn geestvermogens waren geheel in de war. En eerst langzaam drong de werkelijk heid tot hem door: Karl Messing was ge vallen m dien gruwelijken grafkelder en hij was de eenige, die hem helpen kon en helpen moest... Moeizaam zocht hij zijn lantaarn en daalde opnieuw af naar beneden. Nog maals aanschouwde hij dien Middeleeuw- scher ridder, die vastgeklonken zat aan den muur, en den nan, dien deze na drie honderd jaren had neergeveld. Dr. Paul van Domburg, die geicomen was om te helpen, greep Waldemars degen, die gekrui-d lag over Karl Mes- ing's hals en hoorde op hetzelfde inoirmnt de beenderen van Waldemars ver droogde vuist, die nog altijd met dezen degen verbonden was, ais harde bikkels neerkletteren op den steenen keldervloer. Verschrikt keek hij op, recht in het baar dige gelaat van den grijnzenden dood. Dat was te veel voor zijn geschokten geest. Dr. Paul van Domburg, een hoog staande geleerde, wiens hersens topzwaar waren van archaeologiscke kennis, kou dien grijns niet meer verdragen: hij werd stapel-krankzinnig. Met den degen van graaf Waldemar rende hij naar boven. Hij had honger en met de gulzigheid van een wolf verslond hij eerst in de keuken een tarwebrood en een stuk leverworst. Dan sloop bij naar boven en maakte daar de eerste deur open aan zijn linkerhand... retour c-n heeft dus, na twintig jaar van bijna stilstand, de toekomst reeds achter zich. Sprekende over de samenwerking onder de leiding van dr. Colijii, gedurende de periode 19331037 koos ik daarvoor de harmonie van het «nintet (immers 5 par tijen: R.K., A.R, C.H., V.D. en Libe- r.iiniet van een kwartet. Voorts is er een kleine fout geslopen ia de regels van. het verslag, le kolom, 22 tot 18 van beneden ai. Deze moeten lui den: „Een besluit van den Haagscken gemeenteraad tot inrichting van een ur nen-bewaarplaats is door den minister (Van Boeven") op bet voetspoor van minister De Wilde, geschorst, ofschoon de in meer derheid „positief christelijke" Gedeputeer den van Zuid-Holland het besluit van den Haagscken raad goedkeurden. Thans een enkel woord over het „Inge zonden Stuk" van den heer I. C. de Bel. Ik vermoed', dat hij niet ter ver gadering aanwezig is geweest, omdat zijn stuk een gedeeltelijke herhaling mijner rede is; de le. kolom bijna geheel. Omtrent het ontslaan cn de be teekenis der Begrafenis wet gaf ik dezelfde inlichtingen (niet in het verslag opgenomen) als do heer De Bel, maar dan... vollediger. Ik gaf daar bij in hoofdzaak weer wat de heer De Bel lum vinden in de politieke opstellen van prof. Struycken 1916, pag. 152 tot 159), welke studie ik zeer kan aanbevelen. Leo Messing sliep nog. Plotseling hoor de hij leven en richtte zich halt op... en terzelfder tijd joeg het spook van Gothe borgh hem Waldemars degen door het hart. Doodelijk getroffen viel Leo neer. Toen, evenals een leeuw na d'e overwinning gaat brullen en een soort krijgskreet aanheft, danste het spook van Gotheborgh een rondedans rond het bed van zijn slacht offer en verloor daarbij de tarwe- kruimels, waarmee zijn pak nog bezaaid' was. In den middag nuttigde, hij in de keu ken vijf koppen thee en vijf plakken koek. Dan sloop hij naar boven en stond om be; hoekje van het trappenhuis te gluren, toen Guus uit de ontvangzaal kwam. Met ijzige kalmte wachtte hij, totdat Guus vlakbij was, sprong dan te voorschijn en joeg ook hem den degen van graaf Wal demar door het hart, precies zooaJs graaf Waldemar zelf getroffen was. Ook toen danste hij een rondedans rond zijn slacht offer en verloor de koekkruimels, die hij nog bij zich had1. In den avond gluurde hij op de eerste verdieping om het hoekje van Guus' ka mer en schrok even, toen hij daar zooveel menschen zag. Ilardl trok hij de denr weer dicht. Vlak daarop smeet Daddy d'ie weer open en één oogenhlik wist het spook van Gotheborgh toen niet, waar heen t® vluchten. In de bovenzaal hoorde hij leven en op de trap ook Hij vloog toen naar de voorzijde van het kasteel, de wenteltrap af, en beneden de gang d'oor, recht de blauwe zaal in, waar Klaas Trom achter d'e geldla stond. Met kracht slingerde hij zijn degen over de tafel heen. Klaas Trom liet zich ijlings onder tafel schieten en even later was het spook van Gotheborgh weer ver dwenen. Toen hij zijn degen niet meer. had, sloeg hij den volgenden middag met de vlakke Waar gaat Let nu cigenlyfc om met be trekking tot deze zaak? Het is dit: dat toespitsing van tegenstellingen onder ons volk, naar de bedoeling van de Troon rede 1937, ztd worden vermeden. De prac tijk is inlusschtn ook op dit gebied al weer een andere. Dit zoogenaamd „positief chris telijk" bewind verhindert aan een groot deel van ons volk zich zelf te kunnen zijn. Het gaat hier niet om een vraagstuk, dat hizonderlij.'. één der ministers competeert (hetzij Die Wilde, hetzij Van Boeyen), de geachte inzender kon weten, dat de ge- heele regf-ering zich bij monde van dr. Colijn (Alg Besch. over de Staatsbegroo- ting) achter het vraagstuk der lijkverbran ding heeft gesteld met de bedoeling het in deze vierjarige periode op te lossen. Trouwens hoeveel ernst er toch eigenlijk wel aanwezig is tegenover een vraagstuk als het onderhavige, moge de inzender nog eens overdenken. Is het hem hekend, dat reeds in... September 19191, d.w.z. on der her le „christelijk" kabinet-Ruys de Beerenbrouck, een wetsontwerp tot rege ling dezer materie werd ingediend en dat dit sinds April 1920 ter openbare behan deling gereed ligt? Na 18 jaar sluimert het nog. Waarom? Omdat rechts het onderling over dit vraagstuk niet eens kon worden! Wil de inzender een bewijsHij leze b.v. do belangrijke rede door mr. Th. Heemskerk (A.R.j uitgesproken op 16 Nov. 1926 in de Tweede Kamer (Handelingen Sta ten-Gene raai [I, 16-11-1926, pag. 523), waar hij (die het zoo goed wist) o.a, zeide „Wat de lijkverbranding betreft, kan „men ook niet van dit kabinet ver- „gen, dat het dit onderwerp zal re- gelen. Het is niet gelukt, dat te doen, „toen de rechterzijde als zoodanig er „nog was". Commentaar toch zeker overbodig. Bovendien gelieve de inzender zich nog even te herinneren, dat de R.K. koog- loeraax, prof. Taverne, tegenstander van de lijkverbranding, niettemin reeds jaren geleden in hel R.K. dagblad „De Tijd'" schreef, dat afwijzing voer zichzelf van crematie nog niet mede brengt, dat aan andersdenkenden geen vrijheid zou mo gen worden geschonken. O, zoo! In een zeker even „christelijk" land als Nederland, in Zwitserland, had men in 1929 reeds 23 crematoria, met meer dan 4500 ver-asschingen per jaar. Maar daar werkt de regeering dan ook niet tegen. Hier te lande, sinds 1 September 1914, nog maar één verbrandingsoven. Wat is de fout van onze clericalen, van onze „positiefchristelijke" partijen? Het is niet, dat zij aan begraven vast houden, hetzij ui', traditie, hetzij uit.eer bied voor het kerkelijk leergezag, hetzij uit beide, maar wel, dat zij hunne Op vatting van wat de christelijke beginselen eischen (opvatting, die door vooraan staande orthodoxe christenen in binnen- en buitenland niet wordt gedeeld), aan andersdenkenden dwingend willen op leggen. Conclusie: „Dordt" hoe langer hoe meer in den greep van „Rome". Voortgaande cixoomsching. Nederland let op uw saeck 1 Arme calvinistische vrijheidsgedachte uit het midden der zeventiger jaren der 16e eeuw, volledig gedogmatiseerd (en daar door ontadeld en gedood) in 16181619 ter Dordtscke kerkvergadering en nu 1938 hand-, spandiensten verrichtend aan de Roomsehe ovennacht in de „chris telijke coalitie". Met dank voor de plaatsing Hoogachtend; Uw dw. dr., H. GROL "T E \VOUT. Hees, gern. Nijmegen, 4 April 1938, hand mevrouw Messing neer in de gang. Eenige uren later bond' hij in zijn waan zin met haar, d'ie liij nimmer kon uit staan, een strijd op leven en dood... en won, terwijl hij éénmaal, toen Willem hem in de blauwe zaal in den weg stond, ook dien aangreep en tegen den grond slingerde. Zoo maakte hij het oer-oude slot on veilig. Als een waanzinnige duivel spookte hij rond, met slechts één doel voor oogen: oppassen, dat ik niet gesnapt wordt. Welk doel hij nastreefde, met al de sluwheid, welke een stapel-krankzinnige soms eigen kan zijn. Overal werd hij gezien. Als een .v-ild dier werd hij telkens opgejaagd en nagezeten... en telkens wist hij, die het kasteel door en door kende, langs siink- sche wegen to ontsnappen in de Duivels grot, welke toegang slechts aan hem al leen bekend' was, Daar, in een der onder- aardsehe kelders, strekte hij zich dart uit op een stapel doodkisten totdat het hem wederom lustte naar boven te gaan. Lang kon dit echter niet duren. Ziju gangen naar de blauwe zaal werden te doorzichtig en leidden tot de ontdekking van zijn geheim. Nu had de dood' ook hem gegrepen en daarmee was een einde gekomen aan de gruwelijkheden, die Woensdagmorgen be gonnen waren en gedurende twee dagen liet oude kasteel in spanning hadden ge houden. Dc geest van den gevreesden, wraafc- zuchligen Waldemar van Gotheborgh had zich na drie honderd jaren gewroken op een chrecten nakomeling van zijn moorde naar en op een familie, die in de oude- miodeieeuwsche burcht niet thuis be hoorde.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1938 | | pagina 10