Een dansende.
duivel
Volksonderwijs en de bizondere
school
Rechtszaken
Twee onwillige notarissen
Zij woonden buiten hun stand-
plants. Veroordeeld tot een dag
schorsing.
De civiele kanier van hel Amsterdam-
sche gerechtshof heeft arrest gewezen in
de voor dit college in hooger beroep ge-
1 eerde strafprocedure tegen twee Ainster-
dp i-vjchc notarissen, die z;ch te verantwoor
den hebben gehad wegens overtreding van
dc wet op het notarisambt.
De no, „rissen waren door de rechtbank
geschorst voor den tijd van acht dagen,
omdat zij in strijd met art. 5 van de
wet op het notarisambt hun „werkelijk
gcitadig verblijf" niet heilden binnen de
hui, aangewezen standplaats.
De officier van justitie had tegen beide
notarissen een schorsing van een maand
gevorderd. De straf bij bedoeld artikel van
de wet bedreigd, is uitsluitend schorsing
en wel tot een maximum van zes maan
den. Bij de behandeling in hooger beroep
vroeg de procureur-generaal, mr. dr. D.
Reilmgb., bevestiging van het vonnis in
het eene geval, in het tweede geval achtte
hij de strafmaat te hoog, zoodat hij tegen
dezen notaris een schorsing van drie da
gen xequireerde.
Bedoelde wet dateert van 9 Juli 1S42
en art- 5 bepaalt dat iedere notaris ver
plicht is niet alleen zijn woonplaats te
hebben, rijn kantoor te houden en zijn
acten te bewaren in de hem aangewezen
standplaats, maar ook om aldaar zijn wer
kelijk en gestadig verblijf te houden.
In de practijk is aan deze bepaling ge
durende 96 jaren nooit de hand gehou
den, doch soms kwam het voor, dat een
notaris, die ziju kantoor in de stad had,
buïttu ging wonen, en ook daar practijk
uitoefende en een kantoor hield. Oen daar
aan een einde te maken, heeft minister
van Schaik in 1933 een rondschrijven tot
de notarissen gericht om er hun aan
dacht op te vestigen, dat in de toekomst
aan art, 5 de hand zal worden gehouden
De notarissen, die zich thans te verant
woorden hebben gehad, en die geen toe
slemming hadden om buiten het grondge
bied van Amsterdam te wonen, gaven
aan deze aanmaning geen gevolg.
Het hof heeft er in zijn arrest den
nadruk op gelegd, dat het hier een
zuiver principieele kwestie betreft,
zocdat volstaan kan worden met het
opleggen van de mirnmumschorsings-
straf, nJ. voor den tijd van een dag.
De verdedigers, mr. Th. Huiler Massis
en mr. I. A. M. Bünker, hadden o.a.
ais verweer aangevoerd, dat art. van
de nofariswet niet slaat op het privéleven
van den notaris, en dat hij dus na kan
toortijd mag verblijven waar hem dat
goed dunkt
"Het hof echter verwierp dit verweer
onder de overweging, dat artikel 5 zich
ook uitstrekt tot den avond en den nacht,
zoodat de notaris volgens dit artikel ver
plicht is ook na kantoortijd zich binnen
zijn standplaats op te houden.
Dek het verweer; dat de ten laste ge
legde feiten verjaard zouden zijn, ver
wierp het hof. In hooger beroep zijn dus
de vonnissen bevestigd, behalve wat be
lieft de strafmaat, gezien het feit, dat
het-hier een principieele zaak betreft.
Een ruwe voetballer veroordeeld.
Het gerechtshof te Amsterdam ver
oordeelde een voetballer van „Amstel-
boyri', die een tegenspeler van D.T.S.S.,
gedurende een wedstrijd be Duivendrecht
opzettelijk op het been zou zijn gespron
gen, wegens mishandeling tot vier maan
den gevangenisstraf.
De D.T.S.S.-speler was met een gebro
ken been. naar het ziekenhuis vervoerd.
De rechtbank had den Amstelboy-speler
tot een half jaar gevangenisstraf veroor
deeld.
Kindermoord
Alan en huishoudster tot zware
straffen veroordeeld.
De 46-jarige arbeider A. G. te Nieuwe
Pekela, die verdacht was van moord en
het verbergen van een lijkje om do ge
boorte te verhelen, is door het gerechts
hof te Leeuwarden veroordeeld tot vier
jaren gevangenisstraf met aftrek van do
voorloopige hechtenis.
Zijn huishoudster, de 36-jarige J. D. werd
tot dezelfde straf veroordeeld wegens mede
plichtigheid aan dezen moord eu het ver
zwijgen daarvan tegenover de politie.
De rechtbank te Groningen had beide
verdachten tot zes jaaT gevangenisstraf ver
oordeeld.
De procureur-generaal had bevestiging
van deze vonnissen gevraagd.
Recherche-lijsten moeten worden
geraadpleegd.
Het Amsterdam sche hof heeft in zijn
gisteren gewezen arrest uj-gemaakt, dat
bankier en commissionair bij het verhan
delen van effecten verplicht zijn de recher-
chelrjsten te raadplegen' om na te zien,
of zij misschien gestolen of verduisterde
effetten in handen hebben.
Het hof veroordeelde een Amsterdam-
schen onder-directeur van een bank, die
verzuimd had de recherchelrjsten na te
kijken cn gestolen effecten had doorver
kocht, wegens schuldheling, tot een boete
van f 150, subs. 10 dagen hechtenis.
De rechtbank had omdat het naar
het oordeel van dit rechtscollege een prin
cipieele zaak betrof verdachte tot f 1
boete veroordeeld.
De verdediger, mr. Muller Massis, had
vrijspraak gepleit. In hooger beroep vor
derde de procureur-generaal bevestiging
van het vonnis.
Kerk en School
Oorspronkelijke detective
roman door John Simson
Er-werkmeester van gevangenis tot een jaar
gevangenisstraf veroordeeld.
Dc Amsterdamsche rechtbank veroordeel
de gisteren een 40-jarigen ex-werkmeester,
vroeger werkzaam in de strafgevangenis
aan den Amstelveesnscheweg te Amster
dam, wegens corruptie tot een gevangenis
straf van één jaar.
De officier van justitie had twee jaar-
gevorderd.
De man had van verschillende gevange
nen geld aangenomen, in ruil daarvoor
leverde hij tabak, sigaren en snoeperijen.
Bovendien bezorgde hij voor gevangenen
briefjes.
De Amersfoorisehe verordening inzake Zon
dagsluiting sigarenwinkels.
De Amersfoorisehe kantonrechter mr. D.
J. W. Muller Massis, heeft \Y. P., die
in strijd met een besluit van dein gemeen
teraad, krachtens welk besluit sigarenwin
kels op Zondag den geheelerr dag geslo
ten moesten zijn, zijn winkel geopend bad
gehouden, overeenkomstig den eisch van
het O.M., ontslagen van rechtsvervolging.
Hiermede is het raadsbesluit van 1 Maart
1.1. niet bindend verklaard.
Basiliek van het heilig graf te Jeruzalem
wordt gesloten.
De hoogs commissaris van Palestina
heeft besloten, dat do basiliek van het
heilig graf voor Palm-Zondag, 10 April
a.s., voor het publiek zal worden gesloten,
aangezien het gebouw zoo bouwvallig is,
dat het niet langer veilig voor het publiek
kan worden geacht.
De desbetreffende kerkelijke instanties
mogen evenwel op eigen risico de gebrui
kelijke Paaschplecbtigbeden vieren.
De regeering overweegt welke maatre
gelen genomen- moeten worden om bet
gebouw (e restaureeren.
Ned. Ilerv. Kerk.
Beroepen te Winsum en Baard, ds. P.
van Wijnen, te Ureterp; te Hei- en
Boeicop, ds. J. C. Terlouw, te Garderen;
te Papendreckt, ds. J. van Arastel,
(e Lage VuurscLe; te Zuiderwoude
(toez.), ds. A. C. Christoffels, te Hauler-
wijk.
Bedankt voor Brakel, ds. W. Vroeginde-
wev, te Reeuwijk; voor Wijk bij Heus-
den, ds. H. A. Labrie, te Goedereëde.
Beroepen ie Gouda, ds. E. E. de Looze,
te Den Ham; te Willemstad; ds. W.
Aalders, te Oosterzee en Echten.
Aangenomen naar Zandeweer-Eppenhui-
zen, E. Saraber Jr., hulppred. te Zwolle;
naar Rittkem ZH. Bartlema, hulp
pred. te Markelo.
Vrije Geref. Gcm.
Aangenomen naar Zwijndrccht, ds. E. v.
Dijk, te Apeldoorn.
Chr. Geref. Kerk.
Bedankt voor Noordeloos, ds. M. W.
Nieuwenhuijze, te Franeker.
Geref. Kerken in H.V.
Beroepen te Zaandam, C. A. de Rid
der, cand. te 's-Gravenhage.
Maar, redactie, als een kantonrechter,
als een veldwachter, een jongen man de
ixap afgooit, is zoo'n leven eveneens in
gevaar, is dat niet strafbaar? Gmg de
onbehoorlijke glazenwassclrer te ver naar
des rechters zin? Beging hij een strafbaar
feit? Zoo ja, in welke wet staat, dat
iemand de trap afgesmeten moet wor
den?
Hoe vaak gebruikt de kantonrechter geen
woorden, voornamelijk als het tegen werk
loozo arbeiders gaat, die anderen onaan
genaam treffen. Laat de heer Stheeman
Hesse voortaan een goed1 voorbeeld geven,
een kantonrechter waardig.
B. KERSSEN,
Willemshof 1.
INGEZONDEN
Crematie
Mijnheer, de Redacteur,
Mij werd toegezonden zoowel het num
mer van uw blad, Woensdag 30 Maart,
als van 31 Maart j.l. In het eerste trof ik
een min of meer uitvoerig verslag aan
mijner rede, gehouden in de openbare ver
gadering der Liberale Staatspartij op Dins
dag 29 Maart; in hot tweede een ingezom
den stuk van den heer I. C. de Bel om
trent de kwestie der lijkverbranding, door
mij kortelijk behandeld.
Ofschoon het geheel tegen m'n gewoon
te is verslagen mijner redevoeringen in
de dagbladen te corrigeeren en op inge
zonden stukken le reagaeren, maak ik dit
maal oen uitzondering.
Zelf bij ervaring wetend hoe buitenge
woon moeilijk het is oen rede van een
paar uur in een beknopt verslag weer te
geven, viel ik niemand ooit hard, indien
hij daarin niet, of slechts gedeeltelijk slaag
de. Met waardeering voor het vele goede,
dat ik in het verslag (30 Maart) aantrof,
veroorloof ik mij slechts een paar kleine
opmerkingen.
Omtrent de electorale positie derSDAP
deelde ik mede (daarbij citeerend uit „De
Sociaal Democraat"), dat deze partij in
1918 behaalde 22 pCt. van het totaal der
uitgebrachte stemmen; in 1937 daarente-
Do lieer N.N heeft het nuttig gevonden
in de S.-J»edamscke Courant" van Dins- gen slechts 21.9 pCt. Zij is dus, zander
dag 5 Apri' nogmaals eenige critiscke com-1 0I>'' meerderheidspartij te zijn geweest,
menlaar te leveren op mijn propaganda- j ja zelfs zonder regeerlngsverantwoordelijk-
rede voor „Volksonderwijs" te Schiedam, beid te hebben gedragen, reeds op haar
Radionieuws
Herdenking Willem Kloos
Voor V.P.R.O.-microfoon.
Hedenavond om 19.40 zal prof. dr. N.
A. Donkersloot een toespraak houden voor
de Vrijzinnig Protestantsche Radio Om
roep ter herdenkmg van den dichter Wil
lem Kloos.
Pauselijke toespraak op kortegolf.
Z.H. de Paus zal op Paasch-Zondag, 17
April, over het kortegolfstation van het
Vaticaan, op e-m golflengte van 50,26 M.
een toespraak houden van 11.5012.20
A.T.
53,
(Slot).
Woester en woester danste de Duivel
den doodeadans. Grijnzend en grauwend
me' uitpuilende oogen, gloeiend van waan
zin, maakte hij de gr.ezeligste grimaa-en,
terwijl hij tussclicn een rijtje hagelwitte
tanden door telkens en telkens dien schel
len, Üatanschea lach liet hooren, die het
drietal al eerder had opgeschr.ki,
ÏIÖ danste eu danste en al somberder
en onheilspellender kraakte het oude hout
van de half vergane doodkisten. Zij kon
den den zwaren last met langer torsen en
plotseling zakte het deksel in van de bo
venste...
Een gevaarlijke kreet, een af-chuwe'ijke
schreeuw we-cnüonk: dc dansende Duivet,
het spook van Gotheborgh, had zijn even
wicht verloren.
Nog stond bij daar, zwaaiend en zwoe
gend, dan slorttte hij van bovenaf, voor
over op den harden keldervloer.
Uit een gapende hoofdwonde stroomde
bloed. Even later gat de ongelukkige den
geest: hij had' zijn euveldaden met den
dood bekocht...
Daddy snelde toe, rukte bet perkament
uit de knokenge hand van deu stervende.
Het was een zeer oude oorkonde: de
bekentenis van P.eier van Domburg, dat
hij in den jare onzes Heeren 1625 graaf
Waldemar van Gotheborgh had gedood
in een duel en alle sporen van de ornler-
aartfeehe kelders, waar dit geschiedde, haul
uitgewasebt door de eenige perkamenten,
die den toegang tot deze kelders heschre-
ven, weg te nemen. En drie honderd jaren
later vond dr. Paul van Domburg, die
een «roof grafkelder-geleerde was, deze
perkamenten terug bij zijn eigen familie
papieren. Toen, om de waarheid daarvan
te toetsen, knoopte hij, die hier zoo een
bizonder belang in stelde, een relatie aan
met den eigenaar en bewoner van het
oer-oude slot Gotheborgh, terwijl hij het
waagde om aan den vooravond van een
groote reis naar Egypte met dezen af te
dalen In de op de toekenfng aangegeven
kelders. Karl Messing had hierbij bedon
gen, dat een en ander strikt geheim zou
blijven, een geheim van hen tweeën. Zoo
nam aardden zij deu tocht naar Waldemar
van Gotheborgh, eerst Maandagnacht na
de conferentie, toen niemand meer aan
wezig was en Karl Messing ook zijn knecht
naar bed ge-iuurd had.
Slechts gewapend met een sterke -elec-
tti-ehe lantaarn bereikten zij den eer-den
grafkelder. Drie honderd lange ,'ren irad
de baardige Waldemar van Go iieborgh
hier gestaan met opgeheven degen, ge
priemd aan den muur, en toen eindelijk
zou hij, die bij zijn leven noot iets on
gewroken liet, de kans krijgen om zijn
dood te wreken. Want toen Karl zijn arm
durfde beroeren, stortte Waldemars degen,
dien hij drie honderd jaren had opge
houden, pardoes omlaag, en trof Karl
Messing, wiens hart toen van schrik bleef
stil staan.
Dr. Paul van Domburg zag den eigenaar
van kasteel Gotheborgh voor zijn oogen
vallen. Een namelooze angst bekroop
hem en ijlings vluchtte hij weg, de trap
op naar hoven, Hooger en hooger klom
hij en reeds had hij het openstaande luik
bereikt, toen hij in zijn zenuwachtigheid-
zijn elleboog stootte tegen het korte einde
daarvan.
Pardoes viel het zware luik dicht
Dr. Paul van Domburg kreeg het deksel
Ik heb cr bezwaar tegen de polemiek
met een het publiek volkomen onbekenden
tegenstander voort te zetten, nraar ik zal
hem gelegenheid geven z'n masker af te
leggen.
Ik bied- den heer N. N. een open
baar debat aan tusschen Item
e n m ij.
Zoo de lieer N.N. dit debat aanvaardt,
zijn allerlei aangelegenheden omtrent de
regeling gemakkelijk vast te'stellen.
H. F. P. SANDIFORT.
Voor den kantonrechter
Redactie.
In uw blad van 6 April las ik het
verslag eener kantongerechtzitting. Een
voor dit gerecht gedaagde, jonge glazen-
wasscher gedroeg zich, naar des rechters-
zin, niet behoorlijk, ja erger, bij het ver
talen der zaal riep hij zoo maar: „Eten
mooie boel hier
En de kantonrechter riep tot den veld
wachter: „Gooi dien man er uit, gooi hem
maar flink op straat". De order werd
prompt uitgevoerd1, en wel zoo, dat de
jeugdige glazenwasscher slechts enkele tre
den van dc trap raakte.
Geachte Redactie, de jonge glazenwas
scher was gedagvaard, omdat hij zijn
hand niet had uitgestoken bij het nemen
van een bocht; hij had' de veiligheid van
hel verkeer, zijn eigen leven misschien, in
gevaar gebracht. Natuurlijk is zulks straf
baar.
op zijn hoofd, viel weer naar beneden
en bleef bewusteloos liggen op den eersten
omgang.
Meer dan vier en twintig uren Jag hij
daar. Toen eindelijk, diep "in den nacht
van Dinsdag op Woensdag, lang na de
conferentie, d,e geieid werd door Daddy
en Laudhof, ontwaakte hij uit zijn ver-
dooving.
Geruimen ujd las hij te verzinnen, wat
gebeurd kon zijn. Alle» duizelde hem. Zijn
geestvermogens waren geheel in de war.
En eerst langzaam drong de werkelijk
heid tot hem door: Karl Messing was ge
vallen m dien gruwelijken grafkelder en
hij was de eenige, die hem helpen kon
en helpen moest...
Moeizaam zocht hij zijn lantaarn en
daalde opnieuw af naar beneden. Nog
maals aanschouwde hij dien Middeleeuw-
scher ridder, die vastgeklonken zat aan
den muur, en den nan, dien deze na drie
honderd jaren had neergeveld.
Dr. Paul van Domburg, die geicomen
was om te helpen, greep Waldemars
degen, die gekrui-d lag over Karl Mes-
ing's hals en hoorde op hetzelfde
inoirmnt de beenderen van Waldemars ver
droogde vuist, die nog altijd met dezen
degen verbonden was, ais harde bikkels
neerkletteren op den steenen keldervloer.
Verschrikt keek hij op, recht in het baar
dige gelaat van den grijnzenden dood.
Dat was te veel voor zijn geschokten
geest. Dr. Paul van Domburg, een hoog
staande geleerde, wiens hersens topzwaar
waren van archaeologiscke kennis, kou
dien grijns niet meer verdragen: hij werd
stapel-krankzinnig.
Met den degen van graaf Waldemar
rende hij naar boven. Hij had honger en
met de gulzigheid van een wolf verslond
hij eerst in de keuken een tarwebrood en
een stuk leverworst. Dan sloop bij naar
boven en maakte daar de eerste deur
open aan zijn linkerhand...
retour c-n heeft dus, na twintig jaar van
bijna stilstand, de toekomst reeds achter
zich.
Sprekende over de samenwerking onder
de leiding van dr. Colijii, gedurende de
periode 19331037 koos ik daarvoor de
harmonie van het «nintet (immers 5 par
tijen: R.K., A.R, C.H., V.D. en Libe-
r.iiniet van een kwartet.
Voorts is er een kleine fout geslopen ia
de regels van. het verslag, le kolom, 22
tot 18 van beneden ai. Deze moeten lui
den: „Een besluit van den Haagscken
gemeenteraad tot inrichting van een ur
nen-bewaarplaats is door den minister (Van
Boeven") op bet voetspoor van minister
De Wilde, geschorst, ofschoon de in meer
derheid „positief christelijke" Gedeputeer
den van Zuid-Holland het besluit van
den Haagscken raad goedkeurden.
Thans een enkel woord over het „Inge
zonden Stuk" van den heer I. C. de
Bel. Ik vermoed', dat hij niet ter ver
gadering aanwezig is geweest, omdat zijn
stuk een gedeeltelijke herhaling mijner rede
is; de le. kolom bijna geheel. Omtrent het
ontslaan cn de be teekenis der Begrafenis
wet gaf ik dezelfde inlichtingen (niet in
het verslag opgenomen) als do heer De
Bel, maar dan... vollediger. Ik gaf daar
bij in hoofdzaak weer wat de heer De
Bel lum vinden in de politieke opstellen
van prof. Struycken 1916, pag. 152 tot
159), welke studie ik zeer kan aanbevelen.
Leo Messing sliep nog. Plotseling hoor
de hij leven en richtte zich halt op... en
terzelfder tijd joeg het spook van Gothe
borgh hem Waldemars degen door het
hart.
Doodelijk getroffen viel Leo neer. Toen,
evenals een leeuw na d'e overwinning gaat
brullen en een soort krijgskreet aanheft,
danste het spook van Gotheborgh een
rondedans rond het bed van zijn slacht
offer en verloor daarbij de tarwe-
kruimels, waarmee zijn pak nog bezaaid'
was.
In den middag nuttigde, hij in de keu
ken vijf koppen thee en vijf plakken koek.
Dan sloop hij naar boven en stond om
be; hoekje van het trappenhuis te gluren,
toen Guus uit de ontvangzaal kwam. Met
ijzige kalmte wachtte hij, totdat Guus
vlakbij was, sprong dan te voorschijn en
joeg ook hem den degen van graaf Wal
demar door het hart, precies zooaJs graaf
Waldemar zelf getroffen was. Ook toen
danste hij een rondedans rond zijn slacht
offer en verloor de koekkruimels, die hij
nog bij zich had1.
In den avond gluurde hij op de eerste
verdieping om het hoekje van Guus' ka
mer en schrok even, toen hij daar
zooveel menschen zag. Ilardl trok hij de
denr weer dicht. Vlak daarop smeet Daddy
d'ie weer open en één oogenhlik wist het
spook van Gotheborgh toen niet, waar
heen t® vluchten. In de bovenzaal hoorde
hij leven en op de trap ook Hij vloog
toen naar de voorzijde van het kasteel,
de wenteltrap af, en beneden de gang
d'oor, recht de blauwe zaal in, waar Klaas
Trom achter d'e geldla stond.
Met kracht slingerde hij zijn degen
over de tafel heen. Klaas Trom liet zich
ijlings onder tafel schieten en even later
was het spook van Gotheborgh weer ver
dwenen.
Toen hij zijn degen niet meer. had, sloeg
hij den volgenden middag met de vlakke
Waar gaat Let nu cigenlyfc om met be
trekking tot deze zaak? Het is dit: dat
toespitsing van tegenstellingen onder ons
volk, naar de bedoeling van de Troon
rede 1937, ztd worden vermeden. De prac
tijk is inlusschtn ook op dit gebied al weer
een andere. Dit zoogenaamd „positief chris
telijk" bewind verhindert aan een groot
deel van ons volk zich zelf te kunnen zijn.
Het gaat hier niet om een vraagstuk, dat
hizonderlij.'. één der ministers competeert
(hetzij Die Wilde, hetzij Van Boeyen), de
geachte inzender kon weten, dat de ge-
heele regf-ering zich bij monde van dr.
Colijn (Alg Besch. over de Staatsbegroo-
ting) achter het vraagstuk der lijkverbran
ding heeft gesteld met de bedoeling het
in deze vierjarige periode op te lossen.
Trouwens hoeveel ernst er toch eigenlijk
wel aanwezig is tegenover een vraagstuk
als het onderhavige, moge de inzender
nog eens overdenken. Is het hem hekend,
dat reeds in... September 19191, d.w.z. on
der her le „christelijk" kabinet-Ruys de
Beerenbrouck, een wetsontwerp tot rege
ling dezer materie werd ingediend en dat
dit sinds April 1920 ter openbare behan
deling gereed ligt? Na 18 jaar sluimert
het nog.
Waarom? Omdat rechts het onderling
over dit vraagstuk niet eens kon worden!
Wil de inzender een bewijsHij leze
b.v. do belangrijke rede door mr. Th.
Heemskerk (A.R.j uitgesproken op 16 Nov.
1926 in de Tweede Kamer (Handelingen
Sta ten-Gene raai [I, 16-11-1926, pag. 523),
waar hij (die het zoo goed wist) o.a, zeide
„Wat de lijkverbranding betreft, kan
„men ook niet van dit kabinet ver-
„gen, dat het dit onderwerp zal re-
gelen. Het is niet gelukt, dat te doen,
„toen de rechterzijde als zoodanig er
„nog was".
Commentaar toch zeker overbodig.
Bovendien gelieve de inzender zich nog
even te herinneren, dat de R.K. koog-
loeraax, prof. Taverne, tegenstander van
de lijkverbranding, niettemin reeds jaren
geleden in hel R.K. dagblad „De Tijd'"
schreef, dat afwijzing voer zichzelf van
crematie nog niet mede brengt, dat aan
andersdenkenden geen vrijheid zou mo
gen worden geschonken. O, zoo!
In een zeker even „christelijk" land als
Nederland, in Zwitserland, had men in
1929 reeds 23 crematoria, met meer dan
4500 ver-asschingen per jaar. Maar daar
werkt de regeering dan ook niet tegen.
Hier te lande, sinds 1 September 1914,
nog maar één verbrandingsoven.
Wat is de fout van onze clericalen,
van onze „positiefchristelijke" partijen?
Het is niet, dat zij aan begraven vast
houden, hetzij ui', traditie, hetzij uit.eer
bied voor het kerkelijk leergezag, hetzij
uit beide, maar wel, dat zij hunne Op
vatting van wat de christelijke beginselen
eischen (opvatting, die door vooraan
staande orthodoxe christenen in binnen-
en buitenland niet wordt gedeeld), aan
andersdenkenden dwingend willen op
leggen.
Conclusie: „Dordt" hoe langer hoe meer
in den greep van „Rome". Voortgaande
cixoomsching. Nederland let op uw saeck 1
Arme calvinistische vrijheidsgedachte uit
het midden der zeventiger jaren der 16e
eeuw, volledig gedogmatiseerd (en daar
door ontadeld en gedood) in 16181619
ter Dordtscke kerkvergadering en nu
1938 hand-, spandiensten verrichtend
aan de Roomsehe ovennacht in de „chris
telijke coalitie".
Met dank voor de plaatsing
Hoogachtend;
Uw dw. dr.,
H. GROL "T E \VOUT.
Hees, gern. Nijmegen, 4 April 1938,
hand mevrouw Messing neer in de gang.
Eenige uren later bond' hij in zijn waan
zin met haar, d'ie liij nimmer kon uit
staan, een strijd op leven en dood... en
won, terwijl hij éénmaal, toen Willem
hem in de blauwe zaal in den weg stond,
ook dien aangreep en tegen den grond
slingerde.
Zoo maakte hij het oer-oude slot on
veilig. Als een waanzinnige duivel spookte
hij rond, met slechts één doel voor oogen:
oppassen, dat ik niet gesnapt wordt. Welk
doel hij nastreefde, met al de sluwheid,
welke een stapel-krankzinnige soms eigen
kan zijn. Overal werd hij gezien. Als een
.v-ild dier werd hij telkens opgejaagd en
nagezeten... en telkens wist hij, die het
kasteel door en door kende, langs siink-
sche wegen to ontsnappen in de Duivels
grot, welke toegang slechts aan hem al
leen bekend' was, Daar, in een der onder-
aardsehe kelders, strekte hij zich dart uit
op een stapel doodkisten totdat het
hem wederom lustte naar boven te gaan.
Lang kon dit echter niet duren. Ziju
gangen naar de blauwe zaal werden te
doorzichtig en leidden tot de ontdekking
van zijn geheim.
Nu had de dood' ook hem gegrepen en
daarmee was een einde gekomen aan de
gruwelijkheden, die Woensdagmorgen be
gonnen waren en gedurende twee dagen
liet oude kasteel in spanning hadden ge
houden.
Dc geest van den gevreesden, wraafc-
zuchligen Waldemar van Gotheborgh had
zich na drie honderd jaren gewroken op
een chrecten nakomeling van zijn moorde
naar en op een familie, die in de oude-
miodeieeuwsche burcht niet thuis be
hoorde.