HANS EN BOB
SCHIJFSCHIETEN
PM ZELF TE MAKEN
Guericke* de tovenaar
van Maagdenburg
MS
We wisten allemaal, hoe Hans ernaar
verlangd had om zijn oom naar de boot te
mogen brengen. Je moet weten, dat Hans
biet bij' zijn ouders woonde. Zijn vader en
moeder waren nog in Indië, maar hij was
naar Holland gekomen, omdat hij hier op
school moest gaan. Hij woonde nu in huis
bij twee dames, die nog meer kinderen bij
zich hadden. De dames waren wel aardig,
maar ze waren vreselijk streng en we von
den het altijd heel zielig voor Hans, dat hij
direct erge straf voor alles kreeg, als hij
eens iets deed, dat niet mocht. En Hans
was nogal een woelwater, dys het gebeur
de vrij dikwijls, dat hij na moest blijven of
strafwerk kreeg. Dan kreeg hij thuis ook
nog eens straf en mocht een paar dagen
niet voetballen of er werd een ander pret
je ingetrokken.
Nu ging zijn oom, de enige oom, die in
Holland was, naar Indië terug en Hans
mocht hem naar de boot brengen. Hij
moest hem nog een pakje meegeven voor
zijn vader en moeder. Hij had zijn oom
Jaap in lang niet gezien, want deze woon
de helemaal in het Noorden van het land.
Met de trein van half 5 zou hij aan het
station aankomen en dan zou Hans met
hem meereizen tot Amsterdam. Hans mocht
zelfs mee op de boot van Amsterdam naar
IJmuiden. Hij was de laatste dagen dan ook
erg braaf op school geweest, want hij wist,
heel goed, dat de dames Bel zeker niet goed
zouden vinden, dat hij naar Amsterdam
ging, als er klachten over hem kwamen. En
toen gebeurde het! Op de allerlaatste mid
dag!
Het was werkelijk niet de bedoeling van
Hans geweest om die prop papier tegen het
hoofd van meneer Van
Broek te schieten. Het
ging helemaal per onge
luk! Maar meneer was
woede..d. Hij keek Hans
heel boos aan en zei:
„Kom jij om vier uur
maar eens een kopje thee
drinken in het scheikun
delokaal. Breng je boeken
.en schriften mee en neem
ook de huissleutel maar
mee!"
Iedereen wist wat dat
betekende. Dan moest je
zo lang blijven, dat de
deur thuic al dicht was,
zoals meneer dat noemde.
We keken allemaal naar Hans, Hij had
een erge kleur gekregen en we hadden vre
selijk met hem te doen. Even later, in de
middagpauze, gingen we vlug naar hem
toe. Hij zag er uit of hij wel een deuntje
wilde gaan huilen! Eén van ons, een nieu
weling, stelde voor om stilletjes weg te
gaan om vier uur, maar dat kwam omdat
hij meneer van Broek nog niet kende. Als
je dat zou doen, zou hij meteen naar huis
opbellen en dan mocht Hans helemaal niet
meer weg van de dames. We moesten er
dus iets anders op vinden. Eerst dachten
we erover om het tegen meneer te zeggen,
maar hij was zó boos geweest, dat Hans dat
niet durfde1
Maar toen kwam Bob op een idee! Bob
is nogal brutaal, maar hij is een echte, trou
we vriend en je kon altijd op hem rekenen.
Hij zit in de parallelafdeling. We fluister
den een tijdje met elkaar en toen hadden
we het hele plan al klaar. We zouden alle
maal meehelpen om te zorgen, dat Hans
toch nog mee kon naar Amsterdam. Het uur
na de pauze hadden we weer les van me
neer van Broek. Dan zouden we beginnen!
Misschien zou de rest ook wel in orde ko
men
Toen we na de pauze weer in de klas za
ten, waren we allemaal zo lawaaiig en zo
druk, dat meneer telkens boos naar ons
keek. Maar dat kon ons niets schelen, we
praatten zachtjes met elkaar en lachten en
eindelijk zei meneer nijdig: „Nu moet het
maar eens uit zijn! Jullie komen allemaal
Om vier uur terug in het Scheikundelo
kaal! Ik wil dat lawaai niet meer hebben
m de klas!"
We keken elkaar vrolijk aan en knipoog
den eens. Het eerste deel van ons plan was
alvast goed gelukt! Nu moesten we verder
aden.
Om vier uur stormden we allemaal het
Scheikundelokaal binnen. Meneer was er
nog niet en dat kwam goed uit. We draai
den de lampen achter in de klas uit en zet
ten er andere peren in, die geen goed licht
gaven. Want ik zal het maar direct zeggen,
we waren wel met het goede aantal leer
lingen, maar het was toch beter als we niet
al te duidelijk te zien waren, want al had
Bob nog zo zijn best gedaan, hij leek nog
niet erg op Hans!
Meneer riep één voor één onze naam af
om te zien of we er wel waren. Hij scheen
niet eens gemerkt te hebben, dat er iets
niet in orde was met de lampen. Toen hij
Hans' naam afriep, antwoordde Bob: „Pre
sent!" ..Boers" 7"\ meteen een boek, dat
precies op hetzelfde ogenblik op de grond
viel. Meneer van Broek keek nijdig naar
den eigenaar van het boek en vergat daar
door eens een beetje nauwkeuriger naar
Hans te kijken.
Daarna stelde hij Hans de eerste vraag.
Maar nog voor Bob tijd had om te ant
woorden, viel er een klosje garen op de
grond. Het was een heel mooi, wit klosje
garen. Het viel van de achterste bank en
bij elk treedje (in het scheikundelokaal
staat elke bank een beetje hoger dan de
bank daarvoor), bonsde het hard naar be
neden. Nu moest meneer eerst weer on
derzoeken wie dat klosje garen had laten
vallen. Gelukkig vergat hij daardoor, dat
hij iets aan Hans had gevraagd.
Daarna moesten we sommen maken. We
schreven allemaal heel ijverig. Meneer van
Broek liep tussen de banken door en keek
bij ieder eens, hoe hij hef maakte. Plotse
ling bleef hij staan en dacht na. Hij keek
op het blonde hoofd van Bob. Hans had
donker haar! Dat was heel gevaarlijk en
we kekp" elkaar eens angstig aan. Bob
deed net hij niets merkte en schreef rus
tig verf ~r. Toen egon één van ons plot
seling hard te gapen. Meneer van Broek
draaide zich nijdig om en vergat, dat Hans
nooit blond was geweest!
Even later stond hij plotseling voor Bob,
die voor zich uit staarde. Hij keek hem
recht aan. Bob keek hem ook aan. zonder
een spier van zijn gezicht te vertrekken en
begon toen zelfs te praten. „Het zijn erg
moeilijke sommen, meneer", zei hij. Me
neer begon te lachen en zei: „Ja, dat is
heel goed voor jullie!" Toen moesten wij"
allemaal lachen en meneer lachte mee. Hij
OPLOSSING VAN DE LEGPUZZLE:
DE GANZENHOEDER.
dacht zeker, dat we hém geestig vonden!
Toen kwam hij in zó'n goeie stemming,
dat hij ons nog eerder naar huis liet gaan,
dan zijn plan was geweest. We waren toch
wel een beetje verbaasd, dat hij niets van
de omwisseling van Hans en Bob had ge
merkt. Het kwam waarschijnlijk, omdat hij
de jongens allebei heel goed kende en om
dat het helemaal niet bij hem op kwam,
dat een jongen vrijwillig school zou blij
ven. Hij zag daar Bob zitten en dacht er
niet zo gauw aan, dat Bob niet bij ons in
de klas zat, maar in de parallelafdeling
Bovendien had Bob zijn rol heel goed ge
speeld en had zo gewoon gedaan, dat me
neer helemaal geen argwaan had gekregen
Hans was intussen naar Amsterdam ge
gaan en had zijn oom tot IJmuiden uitge
leide gedaan. Toen hij de volgende dag op
school kwam had hij voor ons allemaal een
reep chocolade bij zich. „Van oom Jaap",
zei hij. „Omdat jullie me geholpen heb
ben!"
Toen gingen we naar meneer van Broek
toe en vertelden hem alles. We boden zelfs
aan om nog een uur na te blijven, maar hij
zei: „Eén keer is genoeg!" en stuurde ons
toen weg.
In het jaar 1631, in de dertigjarige oor
log, stond het leger van den veldheer Tilly
voor de stad Maagdenburg. De Raad van de
stad was bereid zich over te geven, maar
toen stroomden alle burgers samen en ver
langden van de Raad, dat ze de stad zou
den verdedigen. Otto von Guericke, een
jonge burger, stond aan het hoofd van de
burgers. Hij zei, dat het schandelijk was om
zonder je te verdedigen je stad over te ge
ven. De Raad gaf toe en een paar maanden
lang duurde toen het beleg. Op het laatst
heerste er groot gebrek in de stad en werd
er grote armoede geleden, maar de burgers
hielden vol en zo behaalden ze tenslotte
de overwinning op het machtige leger van
Tilly.
Niemand had vergeten, dat het eigenlijk
Otto von Guericke geweest was, die tot
verzet had aangespoord en uit dankbaar
heid kozen ze hem nu tot burgemeester. En
hij was een goede burgemeester. Hij ver
dedigde en herkreeg de oude rechten van
de vrije stad.
Guericke als Natuurkundige.
Maar niet alleen door zijn dapper gedrag
is Guericke beroemd geworden. In Mei van
het jaar 1654 liet hij zijn luchtpomp zien
aan den keizer Ferdinand. Op het plein in
Regensburg zagen de vorsten van het rijk
iets, waar ze stom verbaasd over waren
Er werden twee grote halve bollen, die hol
waren, opgesteld. Toen pompten de helpers
van Guericke met een instrument, dat nog
nooit iemand eerder had gezien en dat
Guericke „luchtpomp" noemde, de ïudtó uit
de bollen, nadat ze de helften tegen elkaar
aan hadden gelegd.
En toen gebeurde het wonder! De twee
kogels waren alleen door een leren riem
aan elkaar verbonden, maar ze waren niet
meer van elkaar los te krijgen. Aan elke
helft werden 12 paarden vastgemaakt! De
helpers sloegen de paarden en joegen ze
op, zodat ze weg zouden hollen, maar de"
dieren konden niet wegkomen! De bollen
waren niet uit elkaar te krijgen en de paar
den bleven eraan vastzitten! Toen kwam
Guericke naar voren en lachend pompte
hij weer lucht ih de bollenen ziet!
Deze tovenaar kon nu de bollen gemakke
lijk met zijn handen uit elkaar trekken.
Maar er waren toen maar een paar van
de aanwezigen, die begrepen wat dat bete
kende! Het was een proef, die voor de na
tuurkunde en de techniek van bijzonder
grote betekenis was! De meesten vonden
het wel een aardig grapje - en geloofden
niet, dat de paarden de beide helften wer
kelijk niet uit elkaar konden trekken.
Hij maakte het weer.
In 1658 deed een ander praatje de ronde!
De burgemeester kon het wéér maken!
Een paar dagen tevoren had hij tegen de
burgers gezegd: „Jullie moeten allemaal je
daken versterken. Kijk maar eens of de
dakpannen allemaal goed vast liggen, want
er komt een grote storm."
Toen hadden ze allemaal gelachen,
maar twee dagen later was er een storm
gekomen, die zó erg was, dat de dakpan
nen over de straten vlogen en dat de bur
gers allemaal vreselijk bang werden!
En helemaal boven, op de vierde ver
dieping van zijn huis zat Otto von Guericke
in zijn natuurkundig laboratorium en
„maakte" het weer. Hij had een weerman
netje gesmaakt, dat hem liet voorspellen,
wat er voor weer zou komen. Het bestond
uit een» glazen buis, die van boven geslo
ten was en die in een bak met kwik stond.
Op de oppervlakte van het kwik stond een
klein houten poppetje, dat met de vloeistof
zakte, als de luchtdruk veranderde. Met
één hand wees het mannetje daarbij op een
schaal, waar graden op aan waren gete
kend. Dat was de eerste weervoorspeller
en meteen de eerste barometer.
Het speelgoed voor het meisje,
■v#
Op een keer kreeg hij bezoek in zijn la
boratorium van een klein meisje. Hij maak
te een „slakkenhuis", voor hear. Een lange
papieren buis rolde hij zo op, dat het een
slakkenhuis leek." Het meisje blies in de
buis en begon te juichen van plezier, toen
het papier uitrolde en recht kwam te lig
gen.
Dat bracht de4 geleerde op een idee. Hi>
bedacht, dat je zo ook de druk van de
damp van verschillende gassen kon meten
Hij maakte een buis van metaal, sloot het
ene eind ervan af en maakte er een 'wij
zer aan vast, die over een schaalverdeling
liep. Toen liet hij damp in de buis stromen,
de buis rolde een beetje los en hij kon op
de schaal de sterkte van de druk aflezen.
In 1663 gebeurde er weer iets, waar de
hele stad over sprak. Er was een raadsheer
bij den burgemeester op visite gekomen en
toen had de burgemeester 's avonds plotse
ling de kaarsen uitgedaan. Hij zette een
grote kogel van zwavel op een stellage en
liet de kogel heel vlug rond draaien. Toen
hield hij er plotseling een stuk metaal te
gen en op het- zelfde ogenblik knetterde
het en er sprongen zulke helle vonken af,
dat de kamer in een helder licht stond. De
arme raadsheer schrok °r zo vreselijk van,
dat hij van zijn stoel viel.
Hij had de eerste electriseermachine ge
zien. die door Otto von Guericke was uit
gevonden!
Jullie hebben allemaal wel eens op de
kermis voor een schiettent stil gestaan en
gekeken, wat je allemaal kon winnen als
je precies in de roos schoot. En misschien
hebben jullie wel een proppenschieter of
een windbuks of iets anders, waar je thuis
mee kunt schieten, zonder dat je de hele
boel kapot schiet. Maar het spreekt van
zelf, dat je een paar keer moet
oefenen voor je zó goed kunt
schieten, dat je precies de roos
raakt.
- Het is wel eens goed om te
schieten, want je krijgt er een
vaste hand van en daar heb je
later, wat voor werk je ook
doet, altijd plezier van.
Het is heel gemakkelijk om
Ézelf een schijf te maken waar
je op kunt schieten. We kun
nen het zelfs zo maken, dat we
er een wedstrijd aan kunnen
verbinden. We nemen daarvoor
een houten plank, en tekenen
daar op verschillende plaatsen
cirkels op. Die cirkels zagen we
nu uit en we zorgen daarvoor,
dat de achterkant van de schij
ven schuin afloopt. Jullie kun
nen op het andere plaatje zien,
hoe dat bedoeld is. Daar is de
plank van de zijkant bekeken.
Nu zetten we elke uitgezaagde
schijf weer in de plank en slaan
we ook een paar krammetjes in de plank
zelf en maken zo de schijven met een
touwtje aan de plank vast. Aan de voorkant
zetten we dan een paar cijfers op de schij
ven en als we de plank dan mooi geverfd
hebben, kan de wedstrijd gaan beginnen.
De plank wordt op een afstand gezet en
ieder mag nu om de beurt schieten. Als
een schijf geraakt wordt, valt die naar ach
teren, maar blijft daar aan het touwtje
hangen. Je moet van ieder opschrijven,
welke schijf hij geschoten heeft en wie op
het laatst de hoogste punten heeft, heeft
gewonnen.
Een andere schietschijf kunnen we ma
ken tussen twee houten blokken in. We
maken tussen vier houten latjes twee blok
ken vast. Het onderste moet werkelijk vast
zitten, zodat het zich niet kan bewegen,
maar liet bovenste moet gemakkelijk kun
nen glijden. Daartussen in komt de schijf
te staan. We maken de schijf aan twee lat
jes vast en zetten die latjes tegen de Mok
ken aan. Wanneer je nu met het schieten
het midden van de schijf raakt, vliegt de
schijf weg en knallen de twee blokken op
elkaar. Je kunt een klappert je op het on
derste blok leggen, dan geeft het een erge
knal als het bovenste blok op het onderste
valt
Verder kunnen we nog de „elownschijf"
maken, We zagen daarvoor het figuurtje
van een clown uit en verbinden dat met een
schjjf, zodat de beide stukken hout lood
recht op elkaar staan. Onderaan maken we
nu scharniert je vast e op die manier
.{naw^-
•7 if t him
HET NEEFJE UIT
DE STAD:
„Wat hebben jullie
een domme kippen! Ze
wroeten nu al drie uur
in de grond en ze heb
ben nóg geen ei ge
vonden 1"
kunnen we het mannetje en de schijf weer
aan een ander plankje vastschroeven. Wan
neer je nu schiet en je raakt de schijf, ver
dwijnt die en staat plotseling de clown
overeind. Dat is een heel grappig gezicht
Natuurlijk kan je inplaats van een clown
allerlei andere figuurtjes nemen. Dat moe
ten jullie nu zelf maar eens proberen!
EEN WERELDRECORD.
In de dierentuin in Leipzig werd kort ge
leden de 1000ste leeuw geboren. Zoveel
leeuwen zijn er nog in geen enkele andere
dierentuin geboren. Nu heeft deze dieren
tuin weer een nieuw record geslagen met de
geboorte van de 100 en 101ste gevlekte
hyena. Dit is een wereldrecord. Het is tot
nu toe nog maar heel weinig voorgekomen,
dat een hyena, die in gevangenschap leefde
een jong kreeg. Maar in de dierentuin van
Leipzig, waarvan dr. Max Schneider, die
bekend is door zijn grote kennis van hye
na's, de directeur is, zijn er nu al zoveel
geboren, dat ze over heel Europa verspreid
zijn.
Deze jonge hyena's zijn grappige dieren.
Als ze pas geboren zijn, zijn ze eigenlijk
nog niet gevlekt, maar hebben een zwart
bruine kleur. Ze kunnen al direct lopen en
hebben hun ogen open. Jullie weten, dat
bijvoorbeeld pas geboren honden en katten
hun ogen een paar dagen dicht houden.
Deze hyena's hebben zelfs al sterke hoek
tanden en ook hun snijtanden zijn al heel
scherp. Ze beginnen dan ook al heel gauw
met hun broertjes en zusjes te spelen en
bijten elkaar dan flink.
DE LAATSTE BLADEREN.
WETENSWAARDIGHEDEN.
In de Wang-Poorivier in China werd een
schildpad gevonden. Op zijn schild stond
geschreven, dat hij in 1580 door een pries
ter was gevangen en daarna weer vrij was
gelaten. Het is bekend dat sommige schild
padden heel oud worden, maar deze is toch
wel bijzonder oud!
In Devon werd een huis helemaal door
brand verwoest. Later vond men onder de
puinhopen een goudvissekom. De goudvis
zat er nog in en zwom vrolijk in het rond.
Er was zelfs geen splinter afgesprongen.
In een klein plaatsje in Mexico werd een
man veroordeeld, omdat hij bij een film
voorstelling op het doek schoot, toen daar
een grote schurk zijn vervolgers ontkwam.
De kogel vloog terug langs de wand en
verwondde een meisje in de zaal.
De man was dus wel erg „in" de film
geweest!
In Canada worden vissen uit vliegtuigen
neergelaten in water, waar geen vissen
zijn. Vroeger gebeurde datsmet een boot,
maar nu is gebleken, dat de dieren allen
blijven leven, als ze van niet al te grote
hoogte worden afgeworpen en dat ze boven
dien beter verspreid worden.
In een museum in Chicago is een heel
interessante progf gelukt. In een turflaag
in Mandsjoenje waren zaden van de lotus
bloem gevonden. Die zaden moesten daar
al ongeveer 500 jaar in gelegen hebben. Ze
waren helemaal hard geworden van buiten
en het leek wel, alsof ze gepolijst waren.
Daardoor waren de zaden niet door de
vochtigheid en ook niet door zuurstof of
iets anders aangetast. Toen de zaden naar
Chicago werden gebracht deed men er een
paar proeven mee. Na heel lang proberen
lukte het om de harde buitenkant er door
zwavelzuren af te krijgen. Daarna werden
de korrels in een waterbad gelegd en na
zes dagen ontkiemden ze! Dat is werkelijk
iets heel bijzonders, want zaadkorrels blij
ven over het algemeen hoogstens 20 of 30
jaar zo goed, dat er nog planten uit kun
nen komen.