Muziek in het liekenhuis
k
r
HET SPEL VAN LADDER EN VALPIJP
j*>i\ -vfi 'i&- m -ifm-ïwsWtzS-wi
njs
■foëlr^fc [/os {f09mffo
ttOHWrtu%
u h zsWzjé
ZB
Onze kamerplanten in
het voorjaar
Een reis om de wereld
-Zoo 701 iOZj iOt 10
30
iSy{76\i^\\7S 79 VJA>0
70S
door Lies Helgers.
Op haar tenen liep Lieneke door da lan-
aestiUe gang. Wat een vreemde lucht hing
er'toch altijd 5 - een ziekenhui? en wat «-as
het overal stil. Alleen hoorde ze m een an
dere gang een paar verpleegsters met el
kaar spreken. Hun stemmen klonken hol
door het grote gebouw. Daar stond een wa
gen met een laken eroverheen. Ze wist
wel, dat het een verbandwagen was. Daar
stonden alle flesjes, en potjes op, die de
zusters bij het verbinden nodig hadden en
ook watten >:n verband waren erop.
Lieneke liep zo vlug ze kon, maar ze
durfde toch niet te hollen. Ze wist wel on
geveer in welke zaal Jansje lag en. even
later stond ze al voor de deur. Hef was
toch wel een beetje griezelig om zo heel
alleen naar binnen ie gaan, maar dat
kwam, omdat ze buiten het bezoekuur om
mocht komen. Jansje was vandaag jari
daarom mocht ze meer bezoek ontvangen
dan anders
Lieneke liep tussen de rij bedden door.
Jansje was helemaal aan het eind van de
zaal geschoven, in de kleine serre- Nu kon
ze daar bezoek ontvangen en hadden de
andere kinderen er toch geen last van.
Haar moeder en haar broertje zaten by
haar en ze was erg big. toon ze T.tonoke
rag, Lieneke rnc
schien durfde ze dan wel eens te spelen.
Ze moest op de schoolavond toch ook voor
„publiek" spelen.
Juist kwam er een zuster aan. Mevrouw
Kerve ging naar haar toe en even later
kwam ze weer terug en zei: „Zuster Annie
kan het niet zeggen. Ze moet het eerst aan
de directrice vragen en dan komt ze het
wel zeggen, maar nu heeft ze geen tijd."
Wat de directrice zei.
Ze praatten een tijdje over andere dingen
en juist toen Lieneke wee: wilde opstap
pen, kwam de directrice in de zaal. Ze liep
meteen naar de serre door en kwam voor
Jansies bed staan. „Zo, meisje", zei ze
vriendelijk. „Ik hoor. dat jouw vnendinne-
tje wel eens hier piano zou willen spelen
bp dat jij dat erg prettig zou vinden. Het is
wel eens meer gebeurd, dat er een paar
mensen muziek maakte»; voor ie patiën
ten van het ziekenhuis. Het zou dus niet de
eerste keer zijn en daarom geloof ik.dat
ik het maar zal goedvinden. Je bent toch
jarig vandaag en jarige kinderen krijgen
altyd hun zin: Ik denk wel, dat de andere
kinderen het ook leuk zullen vinden. Wil
jij wel spelen?"
Lieneke antwoordde niet direct. Ze vond
kant wei leuk om te mogen
«chool en van de kinderen uit ue to..s. v ,n:
meneer en van de gymnastiekles. Jansje's
ogen glansden, toen ze alles hoorde. Wat
was het fijn om weer alles te weten, wat
er gebeurde. Ze was zo plotseling ziek ge
worden en ze vond het m paar, dat ze nu
een tijd in het ziekenhuis moest blijven lig
gen.
„Het ergste vind ik dat ik niet op de
feestavond van school kan komen," zei ze.
„Bob en jij moeten ook iets spelen, hè?
Gaat het al goed? Ik vind het zo jammer,
dat ik jullie niet kan horen, ik had het zo
leuk gevonden."
Het plan van Jansje.
„Ja", zei Lieneke, „eigenlyk moesten we
hier voor jou kunnen pelen. Het is wel
niet zo erg mooi, tenminste, dat geloof ik
niet, maar het is toch wel een aardig stukje
en moeder zegt, dat het al heel goed gaat".
En toen kreeg Jansje een inval. „Waarom
zou je het eigenlyk niet hier kunnen spe
ten'. We kunnen het aan de zuster vragen.
Moeder wilt u niet aan de zuster vragen, of
Lieneke hier eens een muziekstukje mag
spelen met haar broer?"
Lieneke kreeg een kleur als vuur, want
ze had het niet echt zo bedoeld. Ze zou niet
eens in het dekenhuis durven spelen!
Mevrouw Kerve, de moeder van Jansje,
begon te lachen en vroeg: „Zou je dat
graag wülen? Ja, vandaag ben je jarig, dus
nu kan ik je nigts weigeren. Ik wil het wel
eens aan 3a zuster vragen. Maar zou jij
het wel willen, Lieneke? Vind jy het leuk
om hier in het ziekenhuis te spelen voor
de kinderen?"
Lieneke trok even haar schouders op.
Ze wist het werkelijk niet en ze was er
een beetje verlegen van geworden Ach,
als de kinderen het leuk vonden en als het
mocht..,, en als Bob ook wilde.mis-
NARCI8SEN, DE BODEN VAN HET
VOORJAAR.
speten, lu,c aan de andere kant...r-
Ik moet het aan myn broer vragen", zei
ze toen. Ze kon het toch ook niet zo ineen:,
beslissen. Dat begreep de directrice ook wel
en ze spraken af, dat Lieneke er eerst met
Bob over zou spreken en dat ze dan bij
haai* volgende bezoek zou zeggen of ze het
deden.
Ze vertelde alles thuis aan haar ouders
en aan Bob en eindelijk besloten ze om het
te doen. Zo gingen ze op een middag naar
het ziekenhuis. Bob had zyn fluit bij zich.
Het concert.
Ze werden heel hartelijk ontvangen door
de directrice en toen gingen ze naar een
kleine hal, waar de lange gangen op uit
kwamen.
„Ir. deze gangen zijn de meeste kamers
en zalen", zei ie directrice. Alle deuren
staan open, zodat de patientjes jullie goed
kunnen horen en allemaal mee kunnen ge
nieten. Kijk, we hebben hier een piano
neergezet en je vindt hier verder alles, wat
je nodig hebt."
Even later hadden ze alles klaargezet en
konden beginnen. Lieneke vond het nu
toch wel griezelig, maar Bob zag er zo rus
tig en kalm uit, alsof ze thuis in de huis
kamer gingen spelen. En toen begonnen ze.
In het begin klonken de tonen van de piano
erg zacht en de fluit trilde ook een beetje,
maar na een paar minuten vergat Lieneke-
dat ze in het ziekenhuis speelden en toen
ging het meteen veel beter. Bob's fluit
trilde niet meer en Lieneke was opeens
helemaal niet bang meer. Ze kreeg er zelfs
plezier in.
Toen het stuk uit was, hoorden ze uit
alle zalen een. applaus opklinken en ze ke
ken elkaar lachend aan De directrice, die
iets verder in de hal zat en met een paar
hoofdzusters naar hen luisterde, knikte hen
toe en klapte ook in haar handen. Lieneke
straalde. Ze zocht de nieuwe muziek uit
toen begonnen ze Weer te spelen. En zo
gingen ze een hele tijd door Ze speelden
ernstige dingen en vrolijke dansjes en el
ke keer klonk het applaus weer op uit de
zalen, Toen ze eindelijk klaar waren en
alle stukken, die op het programma ston
den, hadden afgespeeld, ging de directrice
naar hen toe en zei: „Het was erg mooi en
we bedanken jullie namens alle patienters
heel hartelijk voor jullie muziek. Jullie
kunnen niet zelf langs 'alle zalen gaan,
maar je hebt wel géhoord, dat ze het mooi
vinden. Ik hoop. lat jullie nog eens terug
willen komen. Jullie mogen nu even naar
elke zaal gaan, maar in de deur blijven
staan, dan kunnen jullie de toehoorders
even groeten."
Bob en Lieneke liepen langs alle zalen
en wuifden naar de kinderen, die in de
tagen. Ze straalden allemaal van
blijdschap en Lieneke voelde zich erg ge
lukkig, dat ze gespeeld hadden.
Daarna dropten ze nog een glaasje li
monade en regen een taartje in de kamer
van de directrice en toen was het alweer
afgelopen. Maar ze beloofden, dat ze nog
eens zouden terugkomen. Ze hadden het
zelf ook echt fyn gevonden! En zo namen
ze afscheid van de directrice en de hoofd
zusters en riepen nog eens: „Tot de volgen
de keer!"
Dit spel lykt een t*eljo op j; jzonfcord.
Je kunt het gemakkelijk zelf maken en het
13 werkelijk een heel aardig spel. Je hebt
er een flink stuit karton voor nodig en een
vel tekenpapier. Het staat heel leuk als je
■jcht gekleurd papier hebt, bijvoorbeeld
rose of lichtgeel. Je plakt het vel papier nu
heel precies tegen het karton aan. Natuur
lij moet je er goed op letten, dat je geen
bobbeltjes in het papier strijkt, het moet
werkelijk glad zijn. Nu snijd 3e karton en
papier op de juiste grootte. Je kunt zelf
uitkiezen, hoe groot het moet zijn. Ais je
het „bord" 40 by 40 cm. maakt is dat heel
goed.
Nu ga je het papier bekkenen. Je trekt
een net van lijnen over het papier. 11 lij
nen van boven naar ber.z-ien en 11 lijnen
van links naar rechts. Op s!k kruispunt
komt een kringetj'e, dat je het beste met
een passer kunt trekken. De kringetjes
moeten zó groot zyn, dat je er gemakkelijk
een opzetsteentje in kunt zetten. Je moet
zelf maar uitkiezen, wat je voor opzetste-
nen wilt gebruiken. Halmastenen zijn er
heel geschikt voor. Nu teken je van be
paald.» vakjes uit ladders en pijpen. Dan
trek je alle kringen, lijnen, ladders en pij
pen met inkt over, zodat ze duidelijk te
zien zijn. Bovendien verf je om de krin
gen, waar een ladder of een pijp begint,
«en rode rand heen Wie van een echt bont
gekleurd spel houdt, kan de ladders en de
pijpen ook nog helderblauw verven.
De spelregels.
Je kunt dit spel met zoveel mensen spe
len als je maar wilt. Ieder heeft een eigen
opzetstukje en moet dan van het begin,
dus van No. I tot het eind, no. 121, over
net bordnuiven. Ieder gooit op zijn beurt
met éln dobbelsteen en verschuift zyn
steentje zoveel vakjes, als het aantal ogen
op de dobbelsteen aangeeft. Wie 6 heeft
gegooid, mag nog eens. Als eeh opzetsteen
op een vakje komt, waai een ladder be
gint, mag de eigenaar van het steentje het
meteen verzetten naar do plaats, waar de
ladder uitkomt. Maar als hjj op een hokje
komt, waar een pijp begint, glydt hy door
die valpyp weer naar beneden naar het
hokje, waar de pijp uitmondt. Als iemand
op een vakje komt, waar al iemand stond,
mag die ander één vakje verder gaan staan
Wie op no. 114 komt, valt dwars door het
hele spel heen naar beneden en is uit. Hij
mag niet meer meespelen. "Wie het eerst
over no. 121 komt, heeft gewonnen
En nu maar eens aan liet werk. Veel ple
zier ermee!
Einde Maart, begin April, als alias buiten
de adem van het voorjaar voelt, beginnen
ook onze groene huisgenoten weer te
groeien. Daarom is het nu tijd om onze ka
merplanten in andere potter te zetten. De
bloempotten van de fuchsia's, kamerlindes
en andere vlug groeiende planten, zyn al
te klein gewordei En omdat die planten 20
vlug groeien, hebben ze veel voedsel no
dig. Daarom, «roeten we hen elk jaar met
verse aarde, die we bij den tuinman kun
nen krygen, in een grotere pot overplan
ten. Als die pot door en eteor -moog is, moe-
blijven ook de boze geesten niet weg. Die
boze geesten zijn de insecten, die hun uiter
ste best doen om onze jonge planten te
vernielen. Voor hen moeten we oppassen.
We moeten alle planten elke dag goed be
kijken, vooral aan de onderkant van de
bladeren. Zo gauw we een insect ontdek
ken, halen we direct een middel om insec
ten te doden. Buiten op staat altijd hoe we
het middel moeten gebruiken. Vooral hij
de cactussen mceten we met een vergroot
glas te werk gaan, want er is grote kans,
did ar ergens m een hoek van de plant een
dikke, witte luis zit en die moeten we
even bestryker;; met een penseel, dat in
met water verdunde spiritus is gedoopt,
anders zitten er in korte tijd tientallen lui
zen op de cactus.
In de bakken voor het raam zijn al een
paar blaadjes boven de grond gekomen uit
het zaad, dat we er gezaaid hebben. Dat
is het teken, dat we meer ruimte aan de
planten moeten geven, We doen losse aarde
m een andere bak en planten nu elk van
de kleine plantjes voorzichtig over. Ze ko
men een eindje van elkaar af te staan, zo
dat ze een paai weken goed kunnen
groeien, zonder elkaar in de weg te zitten.
Daarna kunnen we ze dan weer overplan
ten.
Als we goed voor onze planten zorgen,
zullen we er veel plezier van beleven. Ze
zullen dan al gauw een eind omhoog schie
ten en ons met mooie bloemen belonen!
ten we hem eerst een tydje in een bak wa
ter leggen, na een kwartier kunnen we
hem daar weer uitnemen en beginnen dan
met overplanten. We moeten er daarby
voor zorgen, dat we d< wortels van de
plaat niet beschadigen. Het zal wel eens
voorkomen, d-t er een paar wortels kapot
gaan en dat is niet zo heel erg, maar we
moeten wel voorzichtig zijn.
De planten, die niet, zo vlug groeien, zo
als de azalia's, verschillende varensoorten
enz. hoeven maar om de twee of drie jaar
overgeplant te worden. Maar wat vers
voedsel moeten we hun zeker nog wel ge
ven Daarom scheppen we heel voorzichtig
het bovenste laagje aarde uit de bloempot,
natuurlijk afleer als er geen wortels in
zitten, en dan doen we er wat nieuwe aar
de in. We kunnen ook wat goede bloemen-
mest, die we bij zaadhandelaren kunnen
kopen, in de pot strooien Die mest ver
mengen we dan goed met de bovenste laag
aarde.
Maar nu alles tot nieuw levgn ontwaakt,
Denken jullie er wel eens bij na, wat er
allemaal met een brief moet gebeuren, voor
hy op de plaats der bestemming is aange
komen? En toch heeft degene, aan wien de
brief gericht is, hem altijd binnen een paar
dagen, tenminste als de brief niet buiten
Europa hoeft te gaan.
Misschien weten jullie wel, dat er een
„Wereldpostvereniging" bestaat, die zich tot
doe stelt om alle postzaken van de ver
schillende landen onder elkaar te regelen,
zodat er tenslotte één bepaalde postrege
ling tussen de landen is gekomen. Deze We
reldpostvereniging is door den Duitser
Heinrich von Stephan opgericht. Men be
greep, dat het onmogelijk was om de post
snel te vervoeren, als alle landei aparte
diensten en aparte tarieven hadden. Men
zou dan nooit een brief over een paar lan
den kunnen sturen of in ieder geval zou
dat veel te lang duren. Nu hebben alle
landen eenzelfde porto voor brieven naar
het buitenland en deze brieven worden zo
snel verstuurd, dat er steeds meer brieven
worden geschreven en dat er ook voor nie
mand meer bezwaren zijn. Het spreekt van
zelf, dat er steeds wijzigingen in het regle
ment var; de Wereldpostvereeniging wor
den langebraelit, maar het hoofdbeginsel
blyft toch gelijk en dat is: de vrijheid tot
doorvoer van correspondentie van een land
naar een ander, over het grondgebied van
andere postadministraties
Op het ogenblik staan de Verenigde Sta
ten van Noord-Amerika aan de kop met het
meeste aantal brieven naar het buitenland
per jaar Elk Jaar worden er 191.000.000
brieven uit de Verenigde Staten verstuurd.
Daarna komt Engeland en daarna Frank
rijk en Duitsland, die beide ongeveer even
veel brieven versturen. In he» geheel wor
den per jaa ongeveer 2 milliard brieven
naar het buitenland verstuurd! Natuurlijk
zyn er bepaalde plaatsen, die meer brieven
versturen dan andere en die plaatsen heb
ben dan ook nog een aparte flenst nodig
voor al die. buitenlandse brieven. Zo wor
den uit Berlijn meer brieven verstuurd dan
uit heel Rusland! Uit ons land gaan dage
lijks ook heel veel brieven weg en dat Ia
ook heel goed te begrijpen, want de Hol»
landers zijn over de hele wereld verspreid.
Overal zijn Hollandse ingenieurs cn dokto
ren, wetenschappelijke onderzoekers en in
dustriëlen. Het ligt dus voor de hand, dat
er veel brieven naar almensen geschré
ven worden, die zo ver van hun familie af
zitten.
De industrielanden krygen meer post
dan ze versturen, als drukwerken tenmin
ste ook onder post worden gerekend.
Het spreekt vanzelf, dat er flink gewerkt
moet worden om al deze brieven te ver
sturen. In 1855 werd in ons land het ,/ver-
voer van spoorwegpostkantoren" inge
voerd, dat wil zeggen, dat er bepaalde
spoorwegwagons voor het postvervoer ver
den ingericht, zodat in die wagons de brie
ven gesorteerd en verder bewerkt konden
worden. Vanaf bepaalde punten werden de
brieven uit die wagons weer verder ver-
stuurd door middel van postauto's.
Voor binnenlandse correspondentie is het
luchtpostverkeer niet van veel betekenis,
omdat de afstanden zo klein zijn, maar voor
het verkeer met het buitenland en vooral
ook met Ned. Oost-Indië wordt er veel ge
bruik van gemaakt. Op 1 October 1924
werd voor het eerst post naar Oost Indië
gebracht per vliegtuig. De H-NACC nam
toen 281 stukken post mee en het tarief
voor die poststukken bedroeg 10 tot 20 gld.
Drie jaar later vertrok de Postduif voor
een tweede vlucht en deze keer werden
2092 stukken post uit Nederland meegeno
men De Postduif vloog ook veer naar het
moederland terug. Na die tijd werden er
sleed.' neer vluchten gehouden en zo werd
eind September 1931 een wekelijkse dienst
op Ned Oost Indië ingesteld. Vier jaar la
ter, in 1935 werd er al twee keer per week
heen en weer gevlogen en tegenwoordig
gaan geregeld drie maal per week vliegtui
gen van ons land naar Indië en terug. De
dienst ia zelfs zo geregeld, dat de brieven
hier altijd aankomen op de dag waarop de
brieven voor Indië gepost moeten worden,
zodat ieder een precies sluitende correspon
dentie kan voeren.
Naar West-Indië gaat het vervoer nog
per boot, maai op de duur hopen we
naar die koloniën een luchtpostdienst té
krijgen.