Vluchtelingen te Oldenzaal
TWEEDE BLAD
SCHIEDAMSCHE COURANT
Tsjechen op doorreis naar een nieuw vader
land. Meest intellectueelen. Alles achter
gelaten.
*4
BINNENLAND
Het middenstandsexamen
Gemengd Nieuws
Het rustige oude stadje Oldenzaal heelt
in de laatste dagen een internationaal
karakter gekregcu. Als men er thans
door de slraten wandelt, dan hoort
men er vier verschillende talen spre
ken, nJ. Düitsch, Tsjechisch, Ilon-
gaarsch en... Nederlandscli.
Ja, bet Nederlandsch in de laatste
plaats, want de Oldenzalers spreken
in de laatste dagen niet veel, zij luiste-
Ten slechts naar de vreemde talen en
zij doen wat, zij handelen.
Van Dmsdag j.h af is een stroom van
vluchtelingen uit Tsjecho Slowakije het
stadje komen bevolken, tegen hun eigen
ml. Eiken dag nog houdt de stroom van
deze om hun ras en politieke gezindheid
uit hun „Heimat" verdrevenen aan. Eu
de Oldenzalers worden niet moede deze
beklagenswaardige schepselen \riendelijk
en gastvrij, niet alleen op te nemen, doch
ook te verzorgen.
Luisteren en handelen.
En zoo gebeurt het, dat, wanneer ge "door
Oldenzaals straten wandelt, vaders en
moeders met kinderen voor een fruitwin
kel ziet staan en dat ge een peuter van
vijf jaar hoort zeggen: „Schau' mal Mutti,
wie grosze Apfelsinen!"
Politieke vluchtelingen!
Wy kunnen niet definieeren, wat er in
ons omgaat, wanneet wij deze medemen-
schen, ver van hun geboorteland, hun
„Heimat", waaT zij gewerkt en geleefd
hebben, hun familie en vrienden wonen,
waar de jongens onder lien misschien tot
voor kort hun idealen nog hadden, hier
doelloos door de straten zien dwalen. Het
geeft, we zouden willen zeggen een mede
lijdend gevoel, dat beklemt, dat benau
wend werkt.
Nog sterker wordt die indruk als men
bij hotels en restaurants komt. Een groo-
te menigte opgeschoten jeugd verdringt
zich voor de ramen cm maar goed te zien
wat er binnen gebeurt.
Een troosteloos tooneeL
4k,!menxlair-t3ï3ir'hhfc;uaafbirthen' werpt;
dan ziet men een troosteloos en treurig
toonfeel.
Aan de tafeltjes zitten kinderen, flinke
kerels en frissche, charmante meisjes,
mannen en vrouwen in de kracht van
hun leven en hier en daar oen oudere
heer en dame. Er wordt weinig gesproken.
Hier zit een dame in een geïllustreerd blad
te lezen, terwijl aan een ander tafeltje oen
jongeman een Hollandsche courant tracht
te ontcijferen. De meesten zitten echter
stil voor zich uit te staren en allen wach
ten, wachten en... hopen.
Een marechaussee en enkele padvinders
bewegen zich door deze schare van ver
drevenen heen en maken hier ein daar oen
praatje, voor zoover dat dan, gezien de
taal, mogelijk is.
Hoe dichter by het station, hoe drukker
het woTdt, want op en om dit gebouw con
centreert zich de belangstelling en nieuws
gierigheid van alle Oldenzalers.
Voor den ingang staan de menschen in
rijen en in de hal! kan men geen boon
trekken. Als wij ons eindelijk door de
hoofddeur heen geworsteld hebben on onze
perskaart ons toegang verleent tot de wacht
kamer, staan we met één slag temidden
van alle ellende, die op het gebied ran
politieke vluchtelingenschap maar denk
baar is.
We zien een heer zitten ©n als wij op
hem* toekomen, zet hij een stoel al terécht
en er komt een glans in zijn oogen wan
neer hij ziet, dat we 'n praatje willen
maken. We hebben al gauw kennis ge
maakt en als we het naamkaartje, dat
ons toegestoken wordt, bekijken, dan zien
we, dat we met een professor in de medi
cijnen aan de Praagsche Universiteit te
doen hebben. Een kleine actetasch ligt
op zijn schoot en als we de vraag stel
len of dat alles is wat Herr Professor
heeft mee kunnen nemen, dan komt er
een pijnlijke trek op het gelaat van dezen
nog jeugdigen hoogleeraar en wijst hij on
der de tafel op een kleine city-bag, waar
nog enkele instrumenten in geborgen zijn.
„Dat is alles vat ik bsj mij heb", zegt hij,
en meteen inspecteert hij den inhoud. We
zien een stethoscoop en nog enkele glin
sterende voorweipen en. dan gaat de tasch
weer onder de tafel.
„Uw land staal op medisch gebied zeer
hoog" wordt ons verzekerd en als wij
hier eenigen tjd over gesproken hebben
komt Erau Professor ook- aan de tafel zit- Denkt niemand er aan om n Neder-
ten en zij vertelt ons, dat ze even in de jland te blijven, professor?
stad is geweest om de winkels eens bij j Neen, dat geloof ik niet. Men voelt
avond te bekijken. j'zicjh lluer nog veelte dicht hij Duitsdh-
Het gesprek vlot buitengewoon good en land, al is dat gevoel misschien ook on-
wij merken dan ook op, dat de stemming, bewust aanwezig,
gezien de omstandigheden waaronder deze Wij nemen afscheid, doch onder een
menschen verkeeren, toch nog tamelijkstevigeri handdruk moeten wj beloven, dat
„heiter" is. ;wij onzen lezers toch vooral moeten zeg-
Ja ziet u, zegt de professor, dat komt gen, hoe dankbaar de vluchtelingen zijn
omdat wij hier zoo vriendelijk en gastvrij voor de aan hen betoonde weldaden,
ontvangen worden, dat de ellende, die; „Holland ist ein Wundeiland", zegt me-
over ons gekomen is, nog niet geheel vat j vrouw nog eens en bewogen door deze
op ons heeft. dankbaarheid kunnen >jyij imet anders zeg-
En oan gaat deze man, die tot voor kort gen dan „Viel Gluck"" en „Alles Gute".
nog de wetenschap, die de meest mensdl en-V» ij gaan een tafeltje veider. Een fabri-
lievende is, 111 zijn geboortestad Praag do-kant van lederwaren toont o'as foto's van
e'eeide, ons van die ellende vertellen, ter-j<ujil huilen, zijn drie aiuto's en zijl per-
viji mevrouw met ons iuar haar man j son eel. -
médeluistert en alleen zoo n|u en dart Alles achtergelaten, alleen nog 125 R.M.
de woorden „Paiidies" en „Wunder-* °i>, Morgenvroeg^ komt wat Hollandsch
land" zegt, waarmee zrj uitdrukken vvil hoefld .V™ een zakenrelatie te Amsterdam,
bi u- i tl ie hn mist heeft opgebeld,
onzegbaar goed hier voor hen gezorgd "Gluck; A1 les Gute"...
wordt. Een jonge man- met ©en harmonica.
De professor vertelt ons uan, dat alle1 Musicus, vragen we.."
personen, die hier thans zijn het zijn 1 Ja, amateur, ik bed. student, in de r-ech-
er.ongeveer 350 meerendeels van zeer! ten. In Engeland hijn veel bars, mis-
go eden-«land zijn. En hij -wijst ons ver-sehien kan ik daarjwat verdienen,
sclrilienden aan. „Daar ziet u een dokter, t G'uck, AttesD Gute".
ginds zitten twee ingenieurs ,die damemeisje van ruim twintig jaar, zeer
Z i-l chic en modern gekleed. Zij rookt n Hol-
met die groene hoed is au vocale en luer, lnn[i£C!le sigaret.
achter ons zit een aulomobieifabiikant I Denkt u spoedig Verder te kunnen rei-
met zijn echtgenoote en zoon. 2en, is onze vaag
De Neurenbergcr ellen, i Vader heeft juist naar Londen getele-
Van een pogiom is lner dan ook geen grafeerd, zegt ze, we moeten afwachten,
spialke, hoewel, die volgens onzen zegs- De menschen zijn hier zoo goed voor ons,
man, wel eerstdaags,te verwachten is. jik kan u niet zeggen, hoe dankbaar we
Het betreft hier bijna uitsluitend men-1 zCn
sohen, die weihloos zijn geworden 111 ver- „Viel Gluck, Alles Gute
band met de Neurenberger wetten. Geen
enkele Joodsdie advocaat, dokter of in
De belangstelling vèor „De Hofstadbloeratentoonstelling" in de Residentie was gisteren zoo groot, dat de bezoekers slechts voet
je voor voetje voortgaande de fraaie bloemenpracht konden bewonderen.
Alles verloren.
De zaal is één groote verzamelplaats
van menschen, die van meerendeels groo-
ten. welstand op één keer verrallen zijn
tot de grootste armoede. Die gisteren nog
fabrieken bezaten, villa's bewoonden, dok
ters- en advocatenpraktijken uitoefenden,
zitten hier thans berooid en met achter
lating van alles wat hun „leven" was,
bijeen, in hun overjas, en met niets of
soms een glaasje water voor zich.
Daar ginds in den hoek tegen den muur
zit een moeder met een kindje van twee
maanden op haar arm. Het kleintje, dat
zifn oogjes opendoet, drukt zij gauw een
speentje in het mondje en fluistert en
kele Tsjechische woorden, die wij niet
verstaan, doch waarin precies dezelfde toe-
derheidi ligt, als wanneer een Nederlaadl-
sche moeder haar kindje zegt, d'at het maar
zoet moet gaan slapen. Moeder zal de
wacht wel houden.
Midden in de zaal zitten eenige jonge-
lui, jongens en meisjes van ongeveer twin
tig jaar, bijl elkaar. Zij spreken Duitsch en
als wij er even. bij! komen staan en hun
vragen of zij voor vannacht al onderdak
nebben, dan zegt een der meisjes: „Oir
Hollander sindl die liebenswürdigsten Men
schen, die es gibt" en een jonge man
verzekert mol een stroom van woorden
dat iiij don verfgaa nacht ondanks alles'
uMfdekend geelamm hoeft en dat het van
nacht ook v«l weer zal gaan.
Een jongeman heeft juist 5 R.M. voor
f 1.25 verkocht en nu biedt hij zijn pols-
i hoiloge te koop aan. Hij wil naai Enge-
genieur heeft hij de annexatie zijn he- j^nd lelegrafeeren. „Vielleicht gelingt es",
trekking behouden. Er was voor deze zegt hij en in zijn donkere oogen komt
menschen op 'n gegeven montert sledhts heel even een glans.
„Viel Gluck, Alles Gute".
In de hall klaagt een heer, dat hij in
Venlo is teruggestuurd en in 3 nachten
met geslapen heeft.
U krijgt hier wel onderdak, stellen wij
hem gerust. We waarschuwen een pad
vinder.
„Kommen Sie tuit", zegt deze en ver
dwijnt met den verdrevene in de 2e hl,
wachtkamer, w aar het Oldenzaalsclie
vluchtelingencomité, onder leiding \an den
burgemeester, bergen werk van praciische
naastenliefde verzet.
Wij hooren nog, dat in Bentlieim een
Dein met 130 vluchtelingen staat te wach
ten op het sein, om Holland te mogen
binnen rijden. Zouden zij vanavond nog
komen? Of misschien morgen? Of gaan
ze weer terug?
Dat z.jn vrageir, die niet te beantwoor
den zijn Gelaten wordt alles aanvaard.
Een man op middelbaren leeftijd toont
ons een telegram. „Sorge nicht, Garantie
komml sofort". (Heb geen zorg, garantie
komt dadelijk"), staat er op. Hij sleept
ons mee naar zijn vriend, dien hij om
helst. Morgen naar Engeland, een nieuw
leven beginnen, zegt hij.
En u? vragen wjj den anderen jon
geman.
Deze kijkt ons aan en zegt dan lang
zaam: „Eén Schot en de ellende is voor
mij uit".
Wij verlaten het station, dat thans een
verzamelplaats is van menschen, die niets
meer bezitten, die op één dag van rijk,
straatarm werden. Alleen nog ©enige hoop
op een nieuw leven in een vreemd land,
houdt hen in het leven
„Viel Glück, Alles Gute".
Het is al heel laat, als wij Oldenzaal
uitrijden. Wij moeten onze gedachten weer
op den weg concentreeren, doeli bemer
ken dat dit veel ihoeilijker gaat dan
op de heenreis. Een rood licht, dat op
en neer gaat: controle. Wij zijn Neder
lander, en hij de controle der papieren
wordt ons niet gevraagd, waar wij heen
gaan. Vreemdelingen hebben we niet bij
ons.
Dan is alles voor elkaar. Oldenzaal,
met zijn internationaal karakter, ligt spoe
dig weer 25 K.M. achter ons. In onze ge
dachten nemen we iets mee, dat ons met
wil loslaten.
„Viel Gluck, Alles Gute", is onze laat
ste wensch van dezen dag.
de keus om te blijven en dan na korter
of langeren tijd, te verkommeren of om
zoo spoedig mogelijk te vertrekken en te
probeeren in Engeland ela Amerika een
nieuwe bestaansmogelijkheid te sd'.eppen.
Ik hen een Ariër, zegt ons de profes
sor, een stieng Clailvinist onze domirtee's
hebben in uw land gestudeerd doch mijn
voorgeslacht is eenigszins met niel-Ari-
scthe vlekken „besmet" en daarom zijn
mijn vrouw en ik kinderen hc-bbeli we
niet maar vertrokken,
Het blijkt ons dan ook, dat het lang
niet allen Joden zijn, die we hier ziel.
Had u er vast op gerekend, dat u
ineens door zoudt kunmela reizen naar
Engeland
Ja zeker, toen wij hier vastgehouden
werden, was het alsof we een slag voor
het hoofd kregen. Op het consulaat in
Praag is mij verzekerd, dat we door zou
den kunnen reizeln.
En wat nu, professor?
Wachten, en nog eens wachten tot
dat we van het comité, dat uit Engeland
hieilheen is gekomen, de toezegging krij
gen, dat wie zullen worden toegelaten.
Wij zitten hier al van Dinsdag af van
's morgens tot 'saivonds in deze zaal om
de vergunning tot verder reizen Ja ont
vangst te nemen.
Hebben' alle menschen een kalis om
verder te komen?
De meesten wel, die hebben alten
connecties in Engelalid, die zïdh voor hen
garant stellen en dan komt de zaak gauw
voor elkaar. In totaal zijn er thans onge
veer honderd' naai Engeland' doorge
reisd. Mc heb mij reeds met Collega's aan
Engelsche universiteiten Jn verbinding ge
steld en ik heb goed' ehoop, laat de profes
sor er op volgen.
Hoeveel geld mocht u meenemen?
Slechts 10 Mank, doch dat is allang
weg, aan telegrammen naar EngelaJad.
En dan wijst ons mevrouw op enkele
pjersonem, met wjj zrj gesproken heeft,
en van wie het zoo goed als zeker is, idlait
deze niet verder zjullen komen;. Twee zijn
•r rc-eds teruggekeerd', doch voor Ken staat
het concentratiekamp open
fort» miejin
«W-S-
/Wv
f
v
De aankondiging van het hu «cl ijk van Prins Willem van Oranje met Charlotte
van Bourbon door Marniv van St. Aldcgonde als onderdeel der feestelijkheden bij de
1 April-herdenking in den Driel.
Een zilveren medaille van den
minister voor het beste resultaat-
Men schrijft ons:
Het derde middenstandsexamen staat
thans voor de deur. Voor de derde'maal
zal den middenstand de gelegenheid wor
den geboden te toonen wat zij op cur
sussen, uit hoeken of in de praktijk zich
eigen hebben gemaakt aan kennis, welke
iiun hij de bedrijfsvoering van eigen of
andermans zaken ten goede zal komen.
Het is een verheugend teeken, dat de
middenstand de behoefte aan een - alge-
meene commercieele vorming heeft inge
zien. Voor dit derde examen hebben zich
bijna 14.000 candidaten aangemeld. Velen
van hen zullen hun werken en zwoegen
met het behalen van het diploma bekroond
zien. Dal de omstandigheden, waaronder
do vereischte kennis is verworven, niet
altijd even gemakkelijk zijn geweest, is
bekend. Er zijn nl. onder de deelnemer
velen die voor het volgen der lessen na
volbrachte dagtaak ettelijke kilometers per
fiets moesten afleggen om den cursus te
\olgen, wellicht zijn er andere onder hen,
die kostwinnaar zijn of die in hun hui
selijk leven met ziekte of andere zorgen
te kampen hebben gehad, maar niettemin
toch hun studie hebben volbracht.
Als bewijs van zij'n groote belangstelling
voor de ontwikkeling van den midden
stand heeft de minister van economische
zaken besloten een zilveren medaille uit
te loven aan hem of haar, die hel beste
examen lieeft afgelegd.
Waar het bij een zoo groot aantal deel
nemers mogelijk zal zijn, dat meerdere ge
slaagden dezelfde hooge cijfers behalen,
zal deze medaille bij gelijkheid van cij
fers worden toegekend aan de(n) gene,
die onder de moeilijkste omstandigheden,
zulks ter beoordeeling van bovengenocm-
den bewindsman, heeft gestudeerd'.
Bescherming van niet r.-k. politici in Noord-
Brabant en Limburg.
Het (na!, soc.) Eerste Kamerlid, de
heer Van Vessem, heeft aan den minister
van justitie de volgende vragen gesteld
1. Heeft de minister kennis genomen
van de volgende feiten:
a. te Bude! (Noord Brabant) zijn op 24
Maart j.l. tijdens een verkiezingsrede van
den heer Arnold Meijer, die aldaar door
een \ijandige groep met den kreet „leve
de r.-k, staatspartij" ontvangen werd, do
auto van den heer Meijer en die van
een ran diens gecsherwanten op de door
de gemeentepolitie aangewezen parkeer
plaats gemolesteerd, omgeworpen en ge
deeltelijk vernield.
b. Te Iloensbroek (Limburg) is op 27
Maart j.l. tijdens een verkiezingsrede van
ir. A. A. Mussert diens auto op de door
de gemeentepolitie aangewezen parkeer
plaats gemolesteerd en ernstig beschadigd.
2. Is de minister niet van meening,
dat in Noord-Brabant en Limburg ook
aan niet iot de R. IC. Staatspartij beboo-
icnde redenaars bescherming van persoon
en goed behoort te worden verleend?
3. Indien de voorgaande vraag beves-
tigena wordt beantwoord, is de ministetr
dan ook niet van meening, dat, aange
zien uit de in de eerste vraag gestelde
feiten is gebleken, dat de gemeentepoli
tie niet in staat is de vereischte bescher
ming te verleenen, het gewenscht is de
taak van ordehandhaving tijdens verkie-
/.insvergaderingen in Noord-Brabant en
Limburg onverwijld op te dragen aan tot
dezen dienst beschikbaar te stellen afdee-
lingen van het wapen der Koninklijke Mare
chaussee
De bouw van vliegtuigen in Nederland.
Nadat de arbeiders, werkzaam hij d©
N.V. Koolhoven vliegtuigfabrieken, daar
toe het initiatief hadden genomen, heeft
ooic het arbeiderspersoneel van de N.V.
Nederlandsche vliegtuigenfabriek Fokker
zich in een adres, voorzien van ieders
handleekeninu, tot den minister-president
gericht met het dringend verzoek te be
vorderen, dat aanschaffing van vliegtuigen
oor Nederlandsche rekening uitsluitend
hier te lande plaats vindt in verband
met de uitermate belangrijke werkgelegen
heid, welke vliegtuigbouw oplevert.
Onder Kallend gesteente bedolven en
gedood.
De houwer A. Kockelkorn, wanende te
Kerkrade, is in den nacht van Zaterdag
op Zondag in de mijn Juliana onder af
vallend gesteente bedolven en gedood1.
Het slachtoffer, dat ruim 40 jaar ouct
was, was gehuwd en vader vaar vier kin
deren.
DER
MAANDAG 3 APRIL 1939. No. 22137.