Kreymborg
Een speurtocht naar Danzig
De amateur
detective
WAARBORG-KLEEDING
De handels- en marinehaven Gdynia. De
visie van twee Franschen op den inter
nationalen toestand.
WAARBORG-COSTUUM
Duitschland en de Olympische
Winterspelen
Wandelen
in.
Wie waarheid spreekt, spreekt schoon.
Zóó is het en voorzeker,
In dezen zin bezien ben ik een kun
dig spreker.
Zoo Iaat in een gedicht de dichter So
crates tegen zijn rechters spreken eo wan
neer wijlen Socrates het destijds hij het
rechte euid heeft gehad, dan moet de Pooi
sche minister van buitenlandsdie zaken
net precies bet tegendeel van een kundig
spreker zijn. Men leze slechts, om mij ge
lijk te geven, de Daitsche pers. Intusschen
zit er nog „geen sch-ot" m de zaak, en
woordelijk opgevat is dat ook maar ge
lukkig. want wanneer er werkelijk „schot"
in zou zitten zou de wereld ia vlammen
staan.
Kijkt U eens ik geloof, dat ik L" de
waarheid schrijf, wanneer ik als mijn o\er
tuiging te kennen neef, dat iensloHe ban
zig toch naar het Duitsche rijk leng zal
keeren. Ik heb met tallooze Djitscbor#
ge#prakci Dmtschers van de meed uit
couloopemle „pluimage", maar dat gesprek
kwam altijd hierop neer, dat aan dien
terugkeer met te twijfelen viel. En... zon
der oorlog. Het komt er maar op aan hoe
zich in Duitschland de toestand ontwikke
len zal en deze Daitscher vertolkte de al-
gemeene Deutsche opvatting en zienswijze,
die zijn betoog samenvatte in de volgen
de woorden: „Wanneer Hitier zich een
maal iets voorgenomen heeft dann haut
er zu..."
Ik lees cn ik hoor van Daitsdiers af
grijselijke terhalen van mishandelingen en
chicanes, waaraan zij door de Polen wor
den blootgesteld een der moest gelezen
Duitsche bladen schrijft hier- So erdros-
selte Polen Deutschland seit zwanzïg
Jahren treibt Polen eine Aushungemngspo-
htiek", en wanneer ik moet gelooven hoe
de Duitsche minderheden worden behan
deld, ja clan zou ik alles, maar geen
Duitscher in Polen willen zijn. Intusschen
gebiedt de eerlijkheid en objectiviteit
op te wijzen, dat deze minderheden het
hier inderdaad niet gemakkelijk hebben.
Een staat in den staat.
Een mmderhedenstaat en Polen is
een zeer groo. mmderhedenstaat hoeft
het nooit gemakkelijk. Minderheden zou
men meer dan eens kunnen noemen om
Staat in den Staat en tegenwoordig met
zijn overal en ten allen kant ontwaakte
zucht onafhankelijk te worden, valt op een
mmderhedenstaat hoe langer hoe minder
„staat" te maken. Het is overigens hoogst
opmerkelijk hoezeer deze gebeurtenissen
deze minderheden tot eenheid hebben
weten te brengen; er zijn natuurlijk uit
zonderingen, maar over het algemeen kan
men toch wel zeggen, dat Polen momen
teel één is in zijn wil zich als het
r.oodïg is tot het uiterste te verdedi
gen. Bij de Oekrainers valt een afname
van hun pro-Duitsche gevoelens te consta-
teeren sinds Slowakije onder Duitsche be
scherming is geplaatst, is deze omslag
toch met te loochenen. Men hoort dat
Polen zéér wel weet, dat het op den duur
de nederlaag zal lijden, maar, zoo rede
neeren zij, wij zijn een arm volk en wat
kan ons tenslotte nog erger gebeuren? De
Pool is van de kracht van zijn leger en
zijn luchtvloot overtuigd.
Ik wil U nog het een en ander vertel
len over de door de Polen voor twaalf
jaar met geweldige kosten aangelegde han
dels- en marinehaven Gdynia een ha
ven waar zich een groote bedrijvigheid!
afspeelt en in welke financieele aangele
genheid als ik mij tenminste niet ver-
gis ook Fransch kapitaal een rel van
beteekenis heeft gespeeld.
Gdynia, vroeger ca am.
Gdynia was voor twaalf jaren nog een
klein en onaanzienlijk visschersdorp. Wan
neer men foto's uit hei jaar 1922 verge
lijkt. dan ziet men hoe deze havenstad
als het ware uit het mets is opgebouwd.
Het plaatsje ligt op een kleine 20 K.M. vail
Dmzig en toen ik er met een hooggeplaat
sten Pool heenging, trok de taxichauffeur
een gezicht, dat ons bewees, dat hij wel
prettiger en minder riskante tochtjes placht
te maken. Maar er gebeurde niets, ik had
mijn visum en de douanen lieten ons zon
der de minste moeilijkheden passeeren.
Langs prachtige wegen ging onze tocht
aan onze rechterhand breidde zich de Oost-1
ee uit en toen wij boven op een heuvel
waren geklommen, overzagen wij hetprach
tige en oortrcffelijk geoutilleerde haven
complex, volkomen modem ingericht. Deze
Innen toont een interessante tegenstelling
met de Danziger haven, want waar de laat
ste een natuurlijke is daar heeft men
in Gdynia met een kunstmatige te doen
Gdynia zelf is een stad, die ik schreef
dit reeds Amerikaans aan doet Men
wandelt door Lueede straten en ziet met
bewondering hooge gebouwen njzen
een soort „skyskrapers". Er heerscht in
Gdynia een opgewekt leven, al is momen
teel door de bezetting van Tsj-echo-Slow a-
kije de transit handel eeuigszms terugge
gaan het ligt voor de hand, dat de
Dmtschers allereerst aan hun eigen ha
vens denken en met aan die, die Dmzig
een zeer voelbare concurrentie aandoet
Van wat hier wordt uitgevoerd noem ik
en het is slecht# een greep hout,
kolen en koren, ook eieren, vleesch, boter
en wild; de invoer ziet o.a. schroot, erts
en koloniale waren Van boter, eieren en
lev ensrruddelen gesproken, het leren is
goedkoop en liet eten is er goal.
Laat ik met probeeren iny als profeet
op te werpen. Laat de wereld dankbaar
zijn, dat zich vooralsnog niets veront
rustends heeft voorgedaan en dat do deu
ren aan alle kanten op een kier worden
celaten, zooveel deuren intusschen, dat
het vredeskind met een heftige verkoud
heid heeft te kampen hoest en kucht,
maar vooralsnog met op sterven ligt
Het pouvoir cn het voutoir.
Tenslotte nog dit Gisteravond
sprak ik met twee Franschen, die er elk
een andere meening op na hielden. Het
kon niet mooier. Want ik had er heele-
maal geen, dat zei ik tenminste. En weet
U wat na lange beschouwingen het resul
taat was? Een der twee, degeen, die liet
Duitsche standpunt huldigde, vatte zrjn op
vattingen samen in de -woorden: „Nous ne
pouvons pas (wij kunnen niet anders)
de Duitsche eischen zijn gerechtvaardigd
en de Polen zullen ze ten langen leste
moeten aannemen", waartegenover de
Poolsch-gezinde antwoordde: „Nous ne
voulons pas (wij willen niet) Duitscli-
land zal water in zijn bloedróoden wijn
hebben te doen..."
En om die twee zienswijzen nu tot el
kaar te brengen zonder dan een teveel te
nemen en den ander teveel te geven, daair
zal men nu binnenkort mee moeten be
ginnen.
k -
moge zijn vlieg-tenue
het meest doelmatig
zijn, weer terug op de
begane grond, waardeert
hij het meest van al z'n
elegar-f-
Want bij ondervinding
weet hij dat hij nergens
ter wereld voor zijn
geld zulke mooie en
goede kleetling vindt als
Alléén bij
Sport
Uitnoodiging in berut gehou
den wegens het ontbreken van
de sknredatrjjden
De Duitsche rijkssporfleider Von Tscham-
roer und Osten heeft aan den voorzitter
van het organisatie-comité voor de Olym-
I ische Winterspelen 1940 te St, Moritz
in antwoord' op de tot Duitschland gerichte
uitnoodiging ,den volgenden brief gezonden:
Be dank u voor de uitnoodiging tot
deelneming aan de Olympische Winterspe
len. Het Duitsche Olympische Oomité kan
echter op liet huidige oogenblik nog niet
tot aanvaarding daar van besluiten, daar de
beteekenis der spelen als Olympische wed
kamp door het ontbreken van den grootsten
tak van wintersport, het sküoopen, aanzien
lijk is afgenomen. Het Duitsche Olympische
„Dit weet ik wel," zei Cbitfcerwick, „dat
blauwzuur, in een flinke hoeveelheid
toegediend, directe bewusteloosheid en
spoedig daarop den dood ten gevolge
hec't"
„Een oogenblikje,.'" zeide Mouse terwijl
hij haastig zijn notitieboekje loorbladerde.
„Ah, hier is het wat Sir James Ridley
hij de lijkschouwing vaststelde. „Dosis on
geveer niet minder dan 14 gran van het
gewone mengsel, waarbij nog 2»/g gram
va'ervrij blauwzuur. U begrijpt, wat dat
zeggen wil
.'.Ja," zei Chitterwick met jjcfronst
voorhoofd. „Dat is een flinke portie. Zeer
flink inderdaad. No, in ieder geval moet
ik het nog eens nakijken. Het is buiten
gewoon belangrijk.'*
,,lk begrijp er niets van,' zei Judy.
„Als wat u zegt zoo is, zou de man vrij
uit gaan,"
„Dat is ook zoo," gaf Chitterwick toe,
„Dat is het typische. Ander#..."
„Had hij er wel vooi gezorgd, dat zij
het pas later zou drinken," ssei Mouse.
„Is lat niet veel waarschijnlijker?"
„Ja," gaf Chitterwick bereidwillig toe.
„Dat is beslist de eenige verklaring. Het
is toch uitgesloten dat hij zou willen dat
zij bewusteloos werd, zoolang hij nog in
de buurt was. Zondei twijfel had hij
baar, op de een of andere manier belet
om naar koffie uit te drinken, toldat hij
een geschikte gelegenheid zag om te ver
dwijnen."
„Maar dan is dus uw tweede pui ook
Biet zoo heel veel waard," zei Juriith.
„Wij moeten ieder punt angstvallig vast
houden, omdat wij zoo lieei weinig heb
ben, waarop wij kunnen steunen,zei
Chitterwick.
„En dan moeten wij met vergeten, dat
u ons nog iets te vertellen had. Wat was
dat?"
„Het kijken van juffrouw Sinclair, ik
keek gespannen naar Mouse en u toen
wij in gesprek waren en wee' u, ik kan
maar met begrijpen, al zou ik ook nog
zoo kortzichtig zijn waarom zij hen tij
dens het onderhoud zoo aanzag. Ik denk
eerder dat juffrouw Sinclair vermoedde,
-dat die man Lynn niet was. Dit zou er
dus op wijzen, dat de mar: alleen maar
probeerde, om voo den majoor dóór te
gaan," mompelde Chitterwick.
„Nu, ik dacht, dat wij het daar al
over eens waren; denk alleen maar even
aan het verkeerde telefoontje en le ma
nier waarop men weglokte. Neen, ik
vind als er iets vaststaat, dat het dan
zeker wel dit is, dal de man voor Lynn
wilde doorgaan." Judith was ovemerveus
ancers had zij niet zoo verontwaardigd
gesproken.
„Hij zal haar wat vreemd voorgekomen
zijn, dunkt me?" ging zij kalmer voort.
„En zijn stem klonk misschien wat on
gewoon, want men kan stemmen nu t vol
komen. imiteeren, v.i daarom keek zij hem
zoo aandachtig aau."
„ïk geloof, dat je gelijk aebt, Judy,"
zei Mouse, terwijl hij haar bewonderend
aankeek. Chitterwick merkte den blik op
en schrok even. Lieve hemel, tie jongen
is tot over zijn ooren verliefd op haar;
nu daar kon niemand zich over verwon
deren, want Chitterwick was er heelemaal
nie< zeker van, dat dit brj hem ook niet
het geval was.
„Maar ik ben bang, dat dit den rech
ter niet zal overtuigen," zuchtte Judith.
„AUe beetjes helpen," bemoedigde "Chit
terwick haar.
Het was nu over vieren. Chitterwick
zag een juffrouw in de huurt van het
tafeltje en nam de gelegenheid waar om
nog iets te bestelldn. Nu bespraken zij
wat zij verder zouden doen. Judith wilde
haar man in Pentonvills bezoeken. De
overheid rad haar te verstaan gegeven,
dat zij den majoor zoo vaak zij wilde
mocht opzoeken en Chitterwick had een
paar dingen, die zij aan haar man moest
vragen, voor haai opgeschreven.
Chitterwick zelf wilde naa Scotland
Yard. Als eerlijk man, wilde hij Moresby
laten weten, dat hij van de schuld van
den. majoor lang niet zoo ©vertirigd was.
Als amateur wilde hij den officieel en de
tective een paar vragen doen.
Mouse bood aan udy 'naar Pentonville
le vergezellen, en zij spraken een punt af,
waar zij elkaar zouden treffen om op tijd
voor het diner Chiswick te zijn.
Terwijl zijn taxi door White hall reed,
d«xhl Chitterwick er voor de zooveelste
maal aan, dat hij door het tragische ge
val in kennis was gebracht, met buiten
gewoon prettige menschen. Judith was een
eikelijk bizondere vrouw en >ok tot
Mou-e voedde hij zich zeer terk aange
trokken; hij was zoo eenvoudig, zoo zon
der gemaaktheid. Mijnheer Chitterwick be-
nv ij lelde of er nog meer hertogen zouden
zijn als hij.
Moresby ontving Chitterwick hartelijk.
„D bent hoop ik, niet hier gekomen, om
ens te vertellen, dat u nog eens over alle
hebt m gedacht en dat u daarom op u
getuige) s terug komt?" vroeg de inspee
teut vroolijk. „Of hebt
van de dochter van dei#
wat hebt u op uw hart?"
„Neen, ik hom Mot," zei Chitterwick
moedig, „om u te zeggen, dat ik niet meer
zoo rotsvast overtuigd ben, van de schuld
van den majoor, als eerst."
Moresby's stemming veranderde op slag.
Hjj zag Chitterwick vragend aan. „Zijn
vrienden hebben zeker geprobeerd u om
te praten, is het niet?" vroeg hj rustig.
„llol zoo?" zei Chitterwick
„Nu, ik had niet gedacht dat ti ziel
door een hertog zou laten imponeeren."
Moresby deed voorkomen, of hertog maar
een heel doodgewoon tooverfonnulo was,
die op den eersten den besten domkop, kbh
neerdalen.
„U weet dus, wat er gebeurd is?'.' zei
Chitterwick.
Oomité zal zich te gelegener tjef, wapaoae
de k'w'estie van de deelneming der skiloo»
pers definitief is geregeld, veroorloven Opj
uw uitnoodiging terug te k'omen.
Twaalf landen hebben zich
aangemeld.
Thans zijn nog aanmeldingen voor dsi
Olympische Winterspelen ontvangen van
Zweden en Roemenië, zoodlat het aantal
deelnemende landen tot twaalf is geste
gen.
Trainingstoeht DAW.
Zondag zal De Schiedamsche Wande
laar een trainingstoeht van 35 K.M. havb
den Vertrek om 9 uur van het clubhuis.
u en
[en tuinman? Nu,
Een gevoel van hulpeloosheid overwel-
digde hem, toen hij dacht aan de alwe»
tertdneid van Scotland Yard.
„Ik weet waar u geweest bent en dal
me.i het met een hertog op een accoordja
heeft gegooid om u in te palmen en weet
u," ging" Moresby sarcastisch verder, „ik
kan maar niet gelooven, dat ze met u
krijgertje willen spelen."
ik heb toch niet gezegd, dat ik mijn
verklaring wil intrekken," antwoordde
Chiücnvick met de hem nog restende
waardigheid. „Dat moet u niet denken,
maar aan den anderen kant, kunt u zich
toch wel voorstellen, dat ik niet de ook
zaak wil zijn, dat een onschuldige te<
dood Veroordeeld wordt, niet waar?'*
Net zoo min. als wij," verzekerde Mo
resby hem. „Maar laten wij nog eens
ernstig óver de zaak praten. Wat heefü
dan o.gonlijk u'w mecning over ons vogel
tje noen veranderen?"
Chitterwick was in eer rnoeiljjk geval.
Het zon dwaas zijn, als hij zei, dat de
vrienden van den majoor dezen al en
man van eet hadden afgeschilderd; daar
zou Moresby heelemaal geen belang fn
stellen. Het" was dat voelde Chitter
wick zeer goed evenzoo doelloos, om
zjjn theorie uit een te zetten, dat de
heele geschiedenis niets anders was, dan.
een complot tegen den majoor en dat
de man, dien hjj n.b. zelf gezien had,
alleen maar majoor speelde, nadat h§
hem, jnizt gedurende de bewuste tijds
ruimte, van den aardbodem had doen ver
dwijnen.
(Wordt vervolgd).
Nut liet fcjidcihCli tun
ANTHONY BEBKELEV
XFl
doe> l v sge *d
r
30 j