DE „SIMON BOLIVAR" OP EEN MIJN GELOOPEN 1 Scheepsramp aan de Engelsche Oostkust. Ongeveer negentig personen om het leven gekomen v lil -Êmm £M wnm^m TWEEDE BLAD SCHIEDAMSCHE COURANT mmm Is het schip op een Duitsche mijn geloopen Gemengd Nieuws Twee soldaten in arrest gesteld Hei'8300 Ion metende stoomschip van de K. N. B. H.; „Simon Bolivar" is Za terdagmiddag ongeveer half een aan de Britsehe Oostkust op een mijn geloopen en gezonken. Volgens verklaringen van geredden is na de ontploffing 'tschip nogmaals in aanraking gekomen met:een mijn, zoodat een tweede ontploffing volgde. Slechts de reddingbooten' aan stuurboordzijde konden worden gestreken. Vele opvarenden, die in zee waren gesprongen, werden door treilers gered. De namen van 272 geredden zijn thans bekend. In totaal bevonden zich 400 per sonen aan boord, waarvan .130 tot de bemanning en het civiel personeel; behoorden. {Van deze 130 personen zijn: thans de namen van 104.'geredden bekend.'Het aantal Ntederlandsche passagiers bedroeg 111, waarvan er - tot "dusverre 87 voorkómen op de lijst" dergénén, die aan'land zijn gebracht. Men verkeert dns nog in onzeker heid omtrent - het lotvaii 128 opvarenden, waarvan zich- volgens het opgegeven {totaalaantal geredden, ongeveer 40 personen aan land moeten bevinden, om trent.' Wer identiteit nóg'.geen -berichten zijn binnengekomen. Dit houdt mede ver hand met .de omstandigheid, dit de schepelingen over talrijke ziekenhuizen'zijn ver deeld. Het is-daarom' niet oitgéslotén, dat spoedig nadere mededeelingen óver deze personen zullen worden- hekend gemaakt. In ieder geval staat het zoo goed als zeker vast, dat bij dezen ramp ongeveer 90 personen om het leven zijn gekomen. De „Simon Bolivar" van de K. N. S, M. welke nabij de Engelsche Oost kust op een mijn liep en vergaan is, bij welke scheepsramp vele slacht offers te betreuren zijn. Van de 260 passagiers. Hiervan waren ongeveer 90 van Engelsche en circa 50 van andere buitenlandsche natio naliteit, vooral uit Duitschland en an dere centraal-Europeesche landen. Er bevonden zich veel vrouwen en kin deren aan boord. Onder de Nederland1- sche opvarenden waren ongeveer 70 employees van de Bafaafsche Petro leum Maatschappij. Op de kade van Harwich wachtten am bulance-auto's, dokters en verplegend per soneel'op de aankomst der overlevenden. De ernstig gewonden werden ijlings naar ziekenhuizen overgebracht, terwijl anderen reeds op.de kade de eerste hulp kregen ai alvorens zij voor verdere behandeling naar d' de stad werdengetransporteerd. Onder de gewondten, die naar het zieken huis werdten vervoerd bevond zich een baby van elf .maanden. De „Simon Bolivar" is gezonken zonder dat iets van de lading geborgen kon worden. Aan boord bevond zich o.a. de kunst collectie van dten vroegeren Duitschen me- taalfabrxkant Goeritz, wiens groote ver zameling kunstvoorwerpen enkunstnijver heidsproductennaar Chili onderweg was. Aankomst van geredden te 1 Londen. In Liveipoolstreetstation te Londen zijn Zaterdagavond vele geredden aangekomen. Bij hel station stonden ambulances en auto's te wachten. Eenige geredden, die gewond werden, waren in dekens gewik keld. Pohtie-beambten en ambulanceperso neel hielpen de menschen in de auto' fj^cawagens. Op het station waren pok doktere en verpleegsters aanwezig. Een sterke politiemacht belette, dat onbevoeg den op de perrons kwamen. Alle toegang^ werden bewaakt. Sommige schipbreukelin gen hadden bezittingen, die zij inderhaast hadden verzameld, bij zich. Men zag vrou wen met verwarde haren,van wie enkele warm ingepakte kinderen droegenen hof meesters in gehavende uniformen. Geen paniek aan boord. Een hofmeester zeide: „Do Simon Boli- .var bevond zich voor de, Oostkust, toen zich zonaereenig voorteeken een vreese- lijie ontploffing deed hooren: Ieder be- direct, dat de toestand ernstig wais, doch er ontstono geen groote paniek. De menschen haastten zich naai- de reddings booten. Sommigen verzamelden in allerijl nog wat van hetgeen hun toebehoorde. De sloepen aan stuurboordzijde werden gestreken. Men trachtte ook de booten aan bakboord te laten zakken, doch het schip helae over, hetgeen moeilijkheden veroorzaakte. Eenigentijd na de eerste ontploffing deed zich een tweede, even heftige,- voor. Ik vermoed, dat dé. eer ste ontploffing werd veroorzaakt door een mijn en de tweede door een andere mijn, die op de een oi andere manier aan de eerste was bevestigd. Even ha de laat ste ontploffing kapseisde het schip." Gezagvoerder Voorspuy om het leven- gekomen. Een hofmeester der eerste klas heeft medegedeeld: „Gezagvoerder Voorspuy is onmiddellijk om het leven gekomen, terwijl hij zich op de brug bevond. Het leek, alsof de ontploffing zich vlak onder hem voordeed". Vele gewonden. Men verneemt, dat 32 schipbreukelingen onmiddellijk in een ziekenhuis zijn opge nomen. Sommige geredden hadden ver wondingen aan armen of beenen opgeloo pen, De meeste waren zeer overstuur. In totaal zijn ongeveer 100 personen ge wond. Vijftig werden opgenomen in het hospitaal te Harwich. Vele opvarenden wer den te Londen ondergebracht in het Great EasternHotel. De aankomst der schipbreukelingen in bet hotel bood'een vreemden aanblik. Han den en gezicht» yah de móesten hunner waren zwart van oKe, sommigen kwamen iiizonderlinge kJeedij. ïSoo werden zij bin nengelaten in de onberispelijke eetzaal met haar gedekte tafels, waar zij van voedsel werden voorzien. - Volgens een ander bpricbt zijn 63 schip breukelingen, onder wie enkele zuigelingen in het St. Bartholoineushospitaal te Lon den opgenomen., Allen waren zeer overstuur en enkelen hadden kleine verwondingen opgeloopen. Anderen werden in een ziekenhuis gerei nigd van de olie, waarmee zij overdekt waren. In het Lomdensche hotel trachtte men de namen te verzamelen. Dit was overi gens nog al moeilijk, doordat verschillen de talen werden gesproken. Men' zag,.hoëeeCjhan, die een 'groote hoofdwond had opgeloopen, moeite deed om anderen bij te staan. De meeste schip breukelingen\Waïen< sléchts gedeeltelijk ge kleed. V „Het -.vas een hel". Een jongeman, die. wonden aan schou der en slaap,had, vertelde: „Het zag er leelijk uit, na de -ontploffing. Massa's men schen sprongen'ih; zee, maar vele anderen bleven achter oré naar .hun vrienden te zoeken. Zij schotten het gevaar niet te beseffen". .,J! Ken anderè passagier, Tucker, die op weg was naar eèn suikerplantage in West- Indië, waar hij werkt, zeide: „Het was een hel. Ik had met een paar vrienden een balspel op liet dek gespeeld en maak te een wandeling,toen een explosie het schip deed schokken. Toen ik mij hersteld' had zag ik dicht bij mij een paar menschen dood op het dék;liggen. Gelukkig had ik mijn - vrouw- en mjjn dóchter vrij spoedig gevonden. Toen kjwarn de tweede ontplof fing. Mijn dochter, kon zich in een der sloepen redden,maar voor mij en_ mijn aamiivzjsasc'eregöaft plniits meër.'-Wij lieten-, ons langs een touw in het water zakken. Hoewel zjj. niet kan zwemmen, slaagde ik erin. haar boven water te houden, totdat; wij een stuk wrakhout konden bereikten Door de bemanning van een treiler zijn wij aan boord' genomen, Het schip aan beide zijden getroffen. Honderd zeven gewande overlevenden van de ramp van de „Simon Bolivar" zijn in het ziekenhuis te Londen opgeno men, het.zgn Nederlanders, Britten, No ren en Duitschers. Velen hunner: waren van meening, dat de „Simon Boliv.ir" niet op een mijn is geloopen, doch getorpedeerd werd. Een vrouw heeft haai- echtgenoot en twee kinderen verloren. Zij werd vergezeld van haar eenig overblijvende kind, een meisje van vijf jaar. De Nederlandsche gezant te Lon den en leden der legatie zijn in het hotel aangekomen, waar zij de offi- eieren van het schip hebben onder vraagd. Deze verklaarden dat het schip aan stuur- en bakboordzijde werd ge troffen, hetgeen de veronderstelling opkomen, dat de-schade door mijnen is veroorzaakt. Men. gelooft, dat het mijnveld in den loop van den -nacht was gelegd. Tot de Duitschers, die zidi aan boord bevonden, behoorden eenige vluchtelingen. Negen hunner zijn gered en te Londen aangekomen. De zee was overdekt met «die, Tusschen blank ea bruin u-as geen verschil. Mevrouw Sandiford, de vrouw van een- bankier U't Trinidad, heeft bij haar aan komst te Londen een relaas gegeven van de omstandigheden, waarin de ramp met de „Simon Bolivar" zich heeft afgespeeld. Zij bracht hulde aan de bemanningen van -• WS&'i méê' Z.Exe. minister G. Bolkestein heeft Zaterdag de tentoonstelling „Onze Kunst van Heden" in het Rijksmuseum te Amsterdam officieel geopend. Over zicht tijdens de rede van den minister. E§iE|§j|S»Ö5 EciiVafdeeliiig der te Rotterdam gelegerde troepen maakte i Zaterdag een m'arsieli. 'd<to'c de. stad, waarna -.voor mi liiairo én burgerlijke autoriteiten voor hét stadhuis werd gedefileerd, do vaartuigen!, welke aan de redding der opvarenden van het Nederlandsche schip hebben deelgenomen. De toonoelon aan boord besenrijvende, zeide zij „Ik ging naar mijn hut om iets voor mijn dochter te halen en kort daarop hoorde ik een verschrikkelijke ontploffing. Ik waggelde door de donkere gangen, die met stoom gevuld waren en frond mijn echtgenoot gewond op het bovendek. Met mijn man en rnjn dochter begaf ik mij in dezellde reddingsboot. Het zonnedek was .met water overspoeld, toen de eerste offi cicr het verliet. In de reddingsboot be vond zich een verpleegster uit Schotland, die, in weerwil van haar rugwonden, de anderen verzorgde. Ik geloof, dat een aan tal monscmen in het voorschip en in de benedenruimten den uitweg werd 'afgesne den. Verscoeidene .personen zag ik uit hun hutten de gangen inkruipen. Er was niemand, die hen er uit haalde. Toen wij aan land waren gebracht en ons in een wachtkamer bevonden, werd er luchtalarm gemaakt en moest iedereen zich naar de schuilplaatsen begeven, ook de gewonden op de draagbaren werden daarheen ge bracht. Een probleem bij het reddingswerk was, dat de overlevenden zoo met stook olie overdekt waren, dat de autoriteiten dringend benzine heten aanrukken om hen schoon te maken. Het was niet mogelijk te zien cf er blanken onder ons waren. Zoo waren allen met olie besmeurd en zoo zwart waren zij 'bij hun aankomst." Voorts wordt vernomen, dat de gewon den allen een goeden nacht hebben door gebracht. Zij gevoelden zich gistermorgen heel rustig. I-V.-' .•?'-% h-i' -| Het Engelsche lichtschip „Sunk", in welks nabijheid «te „Simon Bolivar" op een mijn liep en te® onder ging. De Britsehe admiraliteit verklaart, dat de „Simon BoliVai" op een mijn moet zijn geloopen, welke in strijd met het internationale recht zonder eenige waarschuwing omtrent het leggen van mijnen in het Kanaal is gelegd op de routes, die door de koopvaardijsche pen worden, gevolgd. In officieele kringen te Londen wordt verklaard, zoo verneemt, Reuter, dat de „Simon Bolivar" zonder twijfel op een Duitsche mijn 'geloopen is. Er wareii geen Britsehe mijhén indé biiürt. Overeenkóm- stig het, internationale recht zijn allej Brit- 'zij onscha delijk wórden, wanneer zij van \haar lig-, plaatsen Inslaan. Wij weten, zoo werd aan de; npededéelingVtóegjevóegd;' dat 'dit diet waar is van alle Diuitsohe mynen. De Duit sche duikbooten maken er een gewóónte Van, mijUvelden te leggen in.de vaarwate ren welke door de koopvaardijschepen ge bruikt worden aan de Westelijke zijde van de Noordzee. In het geval van het Deenscho motor schip Canada", heeftDuitschland be weerd, dat het vaartuig op een Britsehe mijn geloopen was. Afgezien van het feit, dat Groot-Brittannië zich houdt aan het internationale recht, kan men zich toch' moeilijk voorstellen, dat een zeevarend land onwettig mijnen zou leggen in vaar wateren, welke op groote schaal gebruikt worden door zijn eigen scheepvaart. Bo vendien bewijzen alle getuigenissen, inclu sief de verklaring van den gezagvoerder van- de „Canada", dat het een Duitsche mijn was. Een ander bewijs voor het on wettig leggen van mijnen door Duifschlandi in de vaarwateren aan de Westelijke zjde van de Noordizee, wordt aangetoond door het feit, dat aan de Britsehe Oostkust vele Duitsche mijnen zijn aangespoeld. De post geheel verloren.. Aan booia van de „Simon Bolivar" bevond zich een aanzienlijke hoeveelheid briefpost,, voor Suriname, voor de andere Nederlandsche gebiedsdeélen in de West, voor Barbados en Trinidad, en alle post stukken voor Venezuela. In totaal waren er voor Nederlandsch West-Indië 4 zakken briefpost en bijna 50 zakken drukwerk, voor Trinidad 1 zak brieven en 10 zak ken drukwerk, voor Barbados 2 zakken brieven en 3 zakken drukwerk en "voor Venezuela 1 zak brieven en 14 zakken drukwerk aan boord. Aangenomen moet worden, dat deze post gehec-l verloren is gegaan. Diefstal van leeren overjassen met militaire onderscheidings- teekenen. De Eindhoveaische politie heeft twee soldaten in arrest gesteld, die leeren over jassen, voorzien van de onderscheidings teekenen der militaire luchtvaartafdeeiing hadden verduisterd. Zij hadden deze goe deren verkocht aan eesn schoenmaker, dié wegens heling eveneens in arrest is ge steld1. Het geval houdt geen verband1 met de uniformsmokkclarij, waardoor eenigen tijd geleden onrust is gewekt.- y. DEB MAANDAG, 20 November 1939. N«». 22331

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1939 | | pagina 5