Twee werelden Kiu.Le(b tïchaon. 'etflsi Het verpotten van onze kamerplanten mies van rossnm Het rijk van Jücullus oK Uw vriencSln koos n Kinderwagen van Goos!" HUISVROUW M. REESE - HOOGSTRAAT 80 BMSMAN „Hassau FA. RIJNBENBE VAN HOEK Utmaakfytas n.i. rereenigfde g iasfabrieken schicd am De I etere slager ZEE 'DSSTRSBUYSE Als kindje komt... TWEEDE BLAD DER SCHIEDAMSCHE COURANT Vrijdag 30 Mei 1941 Jongenspakje voor den Jeeft d van circa anderhalf je,ar GOED! RADIO RA }|0-CENTRA1E ZOEK HET BIJ ^twena) Fa. K RU IJ ER-RIS ST. LIDUINASTRAAT 94 - Tel. 68335 Dames Camisoles en Vacant produet van de Fa. Wed. C.VAN DER MOST en toch geen zorgen over mijn wasch. I0RIS' Wasscherijen - Tel. 6-8-6-7-5 handweverij en tapijtknooperïj korte haven 44 8cliiedam[ Ons menu 99 GERRIT VERBOONSTRAAT 21 TEGENOVER HA V-BANK SCHIEDAM TELEFOON 68589 „Klein, klein kleutertje, je maakt liet veel te grof'. Hoeveel misverstanden heb jij al op je geweten met je onbarmhar tige argeloosheid Kleine baas, je bemerkt de weerklank niet, die jouw kinderlijke uitspraak bij de volwassenen wekt. Hoe zou je ook kun nen, je leeft in je eigen wereld, zij in de hunne. Heilige onschuld, die ons het schaam rood naar de wangen kan .agen, onbarm hartige, kleine cynicus, jij internationale huisplaag, dankbare figuur in de wereld literatuur, hoe vaak ben je niet „van allen verlaten", omdat zelfs je moeder je gedachtengang niet vermag te volgen. Gelukkig heb je daar niet veel van te lijden. Nog stel je geen belang in wat anderen van je denken. Als ze alleen hun gedachten maar niet om wilden zet ten in een onvriendelijke of zelfs vijan dige houding of in schromelijk onverdien de straf. Zien zij dan niet het verdiende verwijt in je klare, onbevangen kijkers na hun Nemesisrol? Je bent nu eenmaal het enfant terrible, en dat is je goede recht, want jij bezit nog niet bet vermogen je in de gevoe lens van anderen in te leven. Daarvoor moet je geestelijk volgroeid, dus volwassen zijn. Voor iou is de natuurlijke instelling op het leven, dat je alle situaties beoor deelt op de manier, waarop je er zelf op reageert. Als jij iets dolgrappig of erg tvtes leep, spaart zeep GEEFT OVERVLOEDIG SCHUIM SPECIAAL VOOR .IE W'ASCH EN VAATW=RK leolijk vindt, dan onthoudt je do wereld je oordeel niet in de stellige meaning, dat zij je zienswijze wel zal kunnen deolen en van het dringende ssst de hoog rood e kleur of de verlegen berisping, die op je ontboezeming volgt, begrijp je niets. Ja, vaak ben je zoo gepuzzled over die rare verlegen houding van de vol wassenen, dat je met je beider, dringend stemmetje doorvragen blijft. Dan heet je een „onmogelijk kind", dat „nooit meer meegenomen wordt", en niemand trekt zich wat van jouw verontwaardigde ver bazing aan. De oppervlakkigheid van jc verdriet, je hartelooze onverschilligheid bij dramati sche snuaties kan ons, „fijngevoelige" vol wassenen, wel eens doen twijfelen aan de fijnbesnaardheid van je zieltje. Zij kunnen je begrijpen en goedmoedig troosten als je tranen met tuiLen built om den dood van de kanariepiet. Maar even later ga je zoo in het boeiend spel van de begrafenis van het zelfde beestje op, dat je de heele dooie piet vergeten bent en begeerig vraagt, of de goudvisch ook misschien nog dood gaat om dat gencucht nog eens te kunnen beleven. Dan zijn wij volwassenen even pijnlijk verbaasd, want eigenlijk manken wij aan liet zelfde tekort, aan psychologisch in zicht als jij Ook wij bekijken graag alle situaties uil onze eigen gezichtshoek. Wij echter hebben een wat minder vage voor stelling van den dood als jij en vin den hem vaak tragisch en liuiveiingwek- kend. Daaroir. verwachten wij ook van jou wat meer ontroering en bedenken vaak niet, of te laat, dat je moeilijk over iets, wat je in het geheel niet kan doorvoelen, ontroerd kan zijn. Later, als je grootcr wordt, lossen de moeilijkheden zich vanzelf op. Dan verdiept zich je inzicht en stel je je meer op je omgeving in, en dan ontdekt men wel dat je niet zoo ongevoelig opgroeit als men aanvankelijk vreesde. Gemakkelijker en natuurlijker zou het zijn, wanneer de wereld zich jouw gedoch- tengang trachtte in te denken. Materiaal: 203 gram 4 lr. lichtblauwe wol; eenige grammen ma ineblauwe wol, ecnige grammen witte wn, twee breinaal den 21/2 m.M. voor ma ïehetjes, kraagjes en ceintuur van liet broekje; twee brei naalden 31/2 m.M., S knoopen. Werkwijze: gestreept (2 st. r„ 1 st. aver.), het liand- molief van de blouse werkt men als volgt: 1 st. a., 2 st. r., 1 st. a., 2 st. r., 1 st. a., 2 st. r., 1 st. a., 2 st. r., 1 st. a., 2 st. r., 1 st. a., in het geheel 16 St., in de breedte. Verder geribd (steeds recht breien) en recht aan den goeden kant met ver draaiden steek (1 t. r. waarbij men van achteren insteekt, 1 t. a.). Uitvoering: Het broekje: Men begint boven aan den voorkant. Men zet met fijne naalden 84 st. op en breit H/2 c.M. geribd. Dian 2 knoopsgaten inwerken, aan iederen kant van de middenste 30 st. 1 knoopsgat. (3 st. afkan ten en deze in den volgenden toer weer opzetten). Diaarna weer li/2 c.M. geribd breien. Vervolgens neemt men de dikke naalden en breit 16 c.M. recht aan den goeden kant met verdraaiden steek. Dan aan icdcrcn kant der 2 middelste ste ken 1 st. meerderen (meerdering voor bet kruis). Deze 6 meerderingen herbaalt men ongeveer na iederen c.M. aan iederen kant der 4 middelste steken, dan steken erbij opzetten, lot bet 'kruis G c.M. breed is. Tegelijkertijd als het werk 22 c.M. hoog is, aan iederen kant 3 maal G st. afkanten, 2 maat 4 st., 3 maal 2 st., dan 1 st. tot dat slechts de steken van het kruis over blijven. Dan alle st. afkanten. Men werkt een tweede zelfde stuk voor den achterkant en naait dit aan liet kruis vast. Dan, alvorens de zij-naden dicht te naaien, neemt men de st. om de been stukken op met de fijne naalden en breit 2 c.M. geribd. Daarna afkanten. Het blousje: Dit wordt onder aan een der voorpan den begonnen. De linkerkant: Met do fijne naalden zet men 47 st. op en breit 4 c.M. 1 st. r., 1 st. a De. 3 c.M. van don voorraad wor den steeds geribd gebreid (heen en weer recht). In dezen rand komen 4 of 5 knoops gaten, regelmatig verdoold (men teekent ze eerst op oen stuk papier). Men kant in het midden van dezen rand 2 st. af en zet ze in den volgenden toer weer op. Na den onderrand (2 st. r., 1 st. a.) neemt men dc dikkere naalden en breit aan den goe den kant recht met den verdraaiden steek; MAAR DAN STORINGVRIJ VAN DE LANGE HAVEN 107 - TELEF. 67770 IN HET DAMES-HQEDENMAGAZIJN VINDT U een moderne hoed voor elk seizoen VERMAKEN MODERNISEEREN (Voorheen Korte Hoogstraat, over Passage R'dam) Manufacturen, Tricotages, Kousen, etc. Tel. 67501 HOOGSTRAAT 28 Vraagt Uw leverancier PRODUCTEN van 2 Ivelfabrlek en Melkinrichting Wester kade 18 Telefoon 68434 Bekend door HOOGSTE kwaliteiten 6CtO eS in woi en zijde BONTMANTELS NAAR MAAT EN REPARATIE VOOR BONT Bij EEN VAKHANI BONTHUIS SINGELS ROTTERD.DIJK 29A - TEL. 68073 HOOGSTRAAT 32 ANNO 1889 LOOPERS, TAPIJTEN, GORDIJNEN? VAKKUNDIG STOFFEERWERK Wij hebben er belang bij te zorgen dat U tevreden bent. Dat zegt alles! TELEFOON 68011 VOOR UW GEZIN Broersveld (hoek Heerenpad) Tel. 68342 2 c.M. van den geribden rand verwijderd werkt men het bandmotief, zooals boven beschreven. Bij 14 c.M. hoogte kant men aan iederen kant met een toer tusschenruimte 4 st. af, 2 st. en 2 roaal 1 st. Als het armsgat 7 c.M. hoog is, voor de halsopening 10 st. afkanten, dan in de volgende toeren 3 steken, 2 steken en een steek, totdat de schouder 6i/s c.M. broed is. Bij 11 c.M. hoogte van het armsgat de schouderste ken in 3 maal afkanten om zo schuin toe- loopond te krijgen. Het andere voorpand: Als het eerste, echter tegenovergesteld en zonder knoopsgaten. De rug: Men zet 82 st. op en breit met de fijne naalden 2 st. r., 1 st. a., en daarna recht aan den goeden kant met den verdraaiden steek en het bandmotief in het midden van den rug. Dezelfde mindering voor de arms gaten. Als deze 11 c.M. hoog zijn, recht afkan ten. De mouwen: Men zet 58 st. op en breit recht aan den goeden kant met den verdraaiden steek, terwijl in het midden het bandmo tief komt. Aan iederen kant een meerde ring na ongeveer iederen c.M. Bij 7 c.M. hoogte begint men te minderen door aan het begin van iederen toer 2 st. sainen te breien. Bij een totale hoogte van 15 c.M. afkanten. Het kraagjei Men zet 15 st. of en breit geribd (steeds recht). De 2 st. aan den halskant worden slechts om de 2 toeren medegebreid. De omslagen: Men zet 12 st. op, die men geribd breit. Die st. aan den linkerkant worden om de 6 t. in 2 t. niet medege breid. Tenslotte maakt men de schouders en zij-naden diclit, terwijl men mouwen, kraagje, en revers aannaait. Met kruisste ken van marine en witte wol maakt men borduurwerk op de rechte reepen. Knoo- pen aannaaien. „Hmm", zuchtte mijn \riendin. ,.,Iu pes simistische oogenhlikken zou je gc>»< igd zijn te gelooven, dat die Remy het nog niet zoo kwaad getroffen had". „Welke Remy?" verwondende ik mij „Die held uit Saus Familie", klonk het sarcastisch. „Och, dat is misschien nat to drastisch uitgedrukt, maar, weet je, er zijn oogen hlikken, waarbij zelfs een heilige haar ge duld zou verliezen". „Nou, dan ben je bij voorbaat veront schuldigd", merkte ik niet zonder stekelig heid op. Was dat een houding voor een gelukkige jonge moeder? „liet begon al vóór zijn geboorte", klaag de mijn vriendin bitter, „je hebt geen idee boe tyranniek een familie wezen kan. Soms bad ik het gevoel een favorite van de ren baan te zijn. Er wenden door oma's en (antes prognostieken geopend op de ko mende mogelijkheden: een wereldburger of een wereldburgeres. Wie vroeg er naar onze wenschen? „Het bleef niet bij weddenschappen; Let regende ook goeden r.aad en nuttige wen ken, doch ookgeschenken. „Voor zoonlief geboren was, waren we negen schortjes met Valenciennekant, acht rammelaars en vijf poederdoozen-met-kam- en-borstel rijk. Niu vraag ik je, hoe komen de menschen zoointelligent. „Dat is een klein kapitaaltje aan aller hande overbodige zaken. Werd er toch maar eens nnnr een verlanglijstje gevraagd. „Inplaats van het teveel aan poederdoo- zen, rammelaars en schortjes, waren Wij dan misschien met een practisch Led- kruikje,' een trappelzak of een warmwater bordje verrijkt, of een van die duizend-en. eert dingen, die onontbeerlijk en daarom welkom zijn". „Tja, dat is nakaarten. Had je goede ideeën in practijk gebracht, dat had de tantes veel hoofdbrekens en jou kosten be spaard. Maar als je je licht onder de korenmaat steekt „Nu ja, dat kan je toch niet bij voor baat doen. Je weet niet eens wie je wat wil geven". In een bloempot heeft.een plant slechts een zeer beperkte ruimte tot haar beschik king, die naar verhouding in korten tijd geheel gevuld is. De wortels kunnen zich niet meer uitspreiden "en liggen als een viltaehtig, netvormig weefsel langs de wan den van den pot. Door den pot van de aardkluit af te doen, overtuigen wij ons, of het verplan ten noo.lig is geworden. Ai naar den groei der planten moeten zij eens of tweemaal in het jaar verplant worden. De beste tijd om te verplanten is het voorjaar, als de rusttijd voorbij is; maar ook gedurende den groei kan ver plant worden. Bij planten, die in den winter rusten, inoct de laatste verplanting in Augustus plaats vinden, want dan kunnen zij nog wortels vormen voor zij den winter in gaan. Eer men begint met verpotten, zorgt men voor de benoodigde aarde en potten. De laatrte neemt men twee a drie c.M. wijder dan de vorige. Men klopt scherven van oude gebroken potten om het af- voergaatje in den bloempot te bedekken. Bij groole potten bedekt men behalve dat der. gebeden bodem met scherven, bij kleine doet men dat met zand. Dat moet men dus ook bij de hand hebben. Door deze, natuurlijk zeer dunne onder laag, wordt het wegvloeien van het over tollige gietwater vergemakkelijkt, wat vooral goed is voor planten, die niet gaarne in het water staan. Nu neemt men de plant, die in een grootere pot moet, zóó, dat de linkerhand den bloempot omvat, de plant in de rech terhand echter naar onderen gekeerd is. Door een zacht kloppen met den rand van den bloempot op een tafelblad, laat de pot los Men klopt twee of drie malen, doch niet te hard, om den pot niet te breken. Hoe elastischer de slag is, hoe beter; men zal het minst breken, wan neer men den slag niet met den arm, doch met het handgewricht geeft. In den gereedstaanden pot doet men nu zooveel aarde, als de nieuwe pot hooger is dan de oude. Terwijl wij de plant in de linkerhand houden, maken wij voorzichtig met de rechter de kluit wat los, halen er dc oude scherf uit, die meestal door de wortels omsloten is, en zetten de wor telkluit in den pot. Dc aarde wordt eerst met een hand en dan met beide handen om de wortels gedaan en door met don pot meermalen op den grond of op de tafel te klopppen en de aarde met de handen stevig aan te dranken, wordt de pot er geheel mee gevuld. Van groole kniDplauum moet men de oude kuip met een zworen hamer afslaan, zoo nodig de wat beschadigde wortels met een scherp tuinmes glad snijden en met fijngeklople houtskool bestrooien. Om de aarde goed vast aan te druk ken, bedient men zich van gladronde slok jes. Na het verplanten worden de gewas sen, zoo noodig, aan latjes opgebonden en met een gieter met sproeier goed be sproeid. Dit begieten, na het verplanten, is zeer gewenscht, evenzoo, dat de plan ten niet in de zon of in den tocht staan. De planten die in vollen groei zijn, vör- eisohen een bizondere zorg bij het ver planten. Men moet in dit geval zorgvuldig vermijden de kluit te beschadigen, zoodat de wortels niet ai hun werkzaamheid wor den gestoord. In zooverre de gewassen, die men ver planten wil, er tegen kunnen gesnoeid te worden, moet men dit doen korten tijd vóór let verplanten. Wanneer men den pot verplanten wil, moet de aarde zoo vochtig zijn, dat zij niet kleeft, noUi krui melt. Na het verplanten moet zij weer even diep in den grond staan, als tevoren, slechts wanneer men wortels aan do oppervlakte ziel komen, wordt zij wat dieper gezet. De pot mag nooit geheel vol zijn, maar den zoogenaamden gietrand vrijlaten. 'De diepte van den gietrand regelt zich naar de grootte van den pot en stijgt van den kleinen bloempot tot de grooto planten- kuip van een halve lot vijf c.M. „Had het de oma's dan opgedragen, die zijn beter met de plaatselijke situatie op de hoogte. Aanstonds viert jullie jon gen zijn eersten verjaardag. Ik weet het na tuurlijk niet, maar ik lieb zoo'n vermoeden, dat je dan een ware menagerie van speel goedbeesten zal oogsten afgewisseld mis schien met do noodige bromtollen en ra teltjes ,als je tenminste den moed ontbreekt tijdig de stroom te keeren. „Vooral in een moeilijken tijd als deze lijkt bet me toch, dat je er de adspirant-i schenkers een dienst mee bewijst, als ze hun geld goed besteed in een welkom ge schenk belegd welen. Ik zou je raden, neem de oma's in het complot en je zult Remy niet meer benijden". Van verschillende kanton bereikten ons vragen hoe voor den voorraad melkpoeder, hetzij vol of mager, oen toepassing te vin den. Bij de eerste recepten geven wij op die vraag een antwoord. liet spreekt echter vanzelf, dat, wanneer melkpoeder zou ont breken, deze gerechten evengoed met ver- sche melk te bereiden zijn. Selderiesoep Maak bouillon van een liter water en tweo bouillonblokjes. Maak een bosje sel derie schoon en voeg het bij de bouillon met wat foelie. Vermengd al roerend op het vuur twee afgestreken eetlepels boter met vier afge< streken eetlepels tarwebloem tot een gla4 papje en voeg bierbij geleidelijk en steeds* roerend de bouillon met de groente. Laat de groente even gaarkoken. Vermeng inlusschen twee afgestreken eet lepels melkpoeder met twee eetlepels wa ter tot een dun papje en voeg dit bij do soep. Laat de soep daarna nog even door.' koken. Stamppot van spinazie Wasch twee- kopjes rijst en breng deze aan de kook; voeg er 750 gram in schijven gesneden aardappelen en wat water aan toe en laat deze in ongeveer een half uur gaarkoken. Roer er daarna drie met wat water tot een glad papje aangemengde eetlepels melk poeder en twee afgestreken eetlepels bo ter door, laat dit even meekoken en voeg dan een kilo tevoren gewassehen en fijn gesneden spinazie toe. Stamp het dooreen, laat het gerecht nog even flink warm wor den en dien het, voor dat de groente ge kookt heeft, op. Boonencroquetten Gekookte koude witte boonen worden door een zeef gewreven en de schillen verwijderd. Dun worden een eierdooier, val melk en drie lepels fijngehakte en dan licht bruin gefruite uien er door gewerkt tot een samenhangend deeg. Van dit deeg worden ballen gekneed ter grootte van een ei. De ballen worden goed rond gewenteld in het geklopt eiwit, daar na in geraspte beschuit. Dan worden de croquetlen in wat vet of olie mooi bruin gebakken en.warm opgediend. Bessenvla met gries Breng een half flesclije bessensap met twee kopjes water en een stukje citroen schil langzaam aan de kook, voeg er ver volgens, onder gedurig roeren, een kopje suiker en een half ons griesmeel aan toe. Laat het mengsel in ongeveer tien minuten gaar worden, stort het over in de schaal, waarin u het wilt opdienen en blijf het kloppen tot het geheel bekoeld is.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1941 | | pagina 7