Medelijden De kleine gunsten van het leven Kw-Lek ifxAo-an. ve«i ia Het rijk van Lucullus Een wit met rose jurkje HUISVROUW Zonlooze hoekjes in de - tuin „hassau-" M. REESE-HOOGSTRAAT60 n.v. vereenigde glasfabrieken seliiedaan FA. RIJ BEN Dl VAN HOEK 2f#e redden we ons thans het best Gezegden van Jan Ligthart ZEEPDISTR9BUTBE Pag. 3 TWEEDE BLAD DER SCH1EDAMSCHE COURANT Vrijdag 6 Juni 1941 RADIOGOEDt RADIO-CENTRALE ^jttueno^ Dames Camisoiesen Direc S in wot en zijde Fa. K RU IJ ER-RIS ST. LIDUINASTRAAT 94 - Tel. 68335 product van de LOOPERS, TAPIJTEN, GORDIJNEN, VAKKUNDIG STGFFEERWERK Vacant Do juiste en meest economische behandeling van groenten en aardappelen Ons Menu en toch geen zorgen over mijn wasch. 60RIS' Wasscherijen - Tel. 6-8-6-7-5 Er is zoo machtig veel belangrijks rond om ons heen. Al ons denken, ons doen is doordrenkt van den tijdgeest. Het tempo van het leven is zoo razend snel, de gemoedsaandoeningen zooveel feller, de veranderingen zoo ingrijpend, dat wij ons soms moe en verdoofd laten voortstu wen op den stroom en de neiging voelen het leven passief aan ons te laten ge schieden. Dan leven wij op de berichten: wat er gebeurd, gezegd, gedaan wordt. We ver liezen ons in gissingen, praten en praten, kijken toe hoe het leven verder gaat. Zoo vliegt de trjd voorbij als een te snel gedraaide film. Beeld na beeld ont rolt zich in razend tempo voor onze ver bijsterde oogen. Is nu al weer een jaar, en ook deze lente, voorbij? Wat zag ik, behalve het wereldgebeuren, van het leven rondom mij? Het vloog voor bij. Waar waren de goede, kleine dingen van het leven, die vooral ons vrouwen, zoo gelukkig maken kunnen? Er is weer een lente teneinde en tot zomer gerijpt. Weg de prilheid van het eerste teere groen, vervaagd de frisch- heid van de jonge prikkelende lente-atmos feer. Het blad hangt zwaar en verdon kerd aan de zware takken, de lucht is loom en verzadigd van geuren, even loom en verzadigd als onze geest van die over vloed van heelden. Wanneer wij het water niet zagen los breken uit de ban van het ijs, en helder en bevrijd zijn weg volgen naar de her wonnen vrijheid, als wij de eerste zil veren katjes niet tegen een staalblauwen hemel zagen wiegen, de knoppen zich ontvouwden zonder dat wij er van wisten, dan ging er een nieuwe lente voor ons verloren. liet zijn geen wereldschokkende dingen, wanneer een bloem ontluikt of een vogel zingt in den lentenacht. Er staan géén groole belangen bij op het spel. Maar zij bebooren tot de kleine gunsten van het leven, waarvan wij de herinnering mee dragen in onze levensbagage. ledereen verzamelt de herinneringen, die hij de moeite van het meedragen waard vond. En als we in een stil oogenblik de ransel openmaken en de inhoud nog eens bekijken, dan komen wij tót de slot som, dat het zelden de groote dingen in het leven waren, die tot kostbare her inneringen werden. De meeste heelden, die wij bewaarden, verzamelden wij in onze jeugd, het aller meeste in de prille jeugd, toen het groote levensgebeuren en zijn strijd nog volkomen onopgemerkt aan ons voorbij gingen. Wie weet niet meer hoe het rook, thuis, als moeder pannekoeken bakte, wie kan de stemming niet meer aanvoelen van het Zatordagscbe badfestijn, wie is de ge neugten vergelen, die een Zondagsche cent in zich bergje, en wie verloor de herin nering aan het trots gebeuren van het eerste zelfverdiende geld? Wij worden ouder en ouder, en de ran sel werd steeds aangevuld, soaarzamer wel iswaar, maar toch bracht het nog vele herinneringende eerste liefde, de eerste kus, het eerste eigen huis, het eerste kind, het eerste stapje, dat het doet, het eerste woordje, dat het stamelt. Maar daarna gaat de ransel niet vaak meer open. De maalstroom van het leven grijpt ons, we worstelen en vechten om boven te blijven, om mee te komen. Geen tijd voor beschouwingen, geen gelegenheid herinneringen te plukken, voort, mee, jachtig deel van de jachtende kudde. En de jaren gaan voorbij, zonder dat de ba gage vermeerdert; in den strijd voor het simpel bestaan is er geen achtergrond meer van ontroeringen. Het leven jaagt ons voort tot onze beste krachten verbruikt zijn en wij onze plaats in het midden van den stroom aan een nieuwe generatie moeten afstaan. Dan is de tijd gekomen, waarop onze herinneringen onze kostbaarste levenswinst uitmaken. Zij vullen de vele uren, die zon der hen doelloos leeg en grauw zouden zijn. Wanneer we een rijke oogst -aan herinneringen wonnen, kunnen wij niet meer eenzaam zijn. Zij blijven de eeuwig- jonge gezellen, waarbij wij tijd en plaats vergelen kunnen en gelukkig zijn, als eens, toen zij ontstonden. Laten wij daarom'aan de goede dingen van het leven een groote plaats inruimen, laten wij onze kinderen doordringen van de waarheid dat het geluk in die schijn baar onaanzienlijke kleinigheden verloren ligt en de jacht naar het groote overwel digende geluk vaak een vergeefsrhe is, die ons berooid en ontgoocheld met leege handen achter laat. Mooi woord in zijn letterlijke beteekenis, doch in zijn toepassing maar al te vaak een pijnlijke en beschamende ervaring voor de gene, die het ten deel valt. Beleckent medelijden niet mede lijden met het lijden van den ander, zich één voelen met diens leed en het daardoor helpen dragen. Dat is de theorie. Doch in ,de practijk kreeg het dat on aangename hijsmaakje, wat ons allen min of meer huiverig maakt liet medelijden van anderen deelachtig te worden? Waarom? l Omdat „medelijden" maar al te vaak een vlag is, die de lading van gevoelens niet dekt, en het medelijden in den werke- lijken zin van het woord ver te zoeken is. Wanneer het werkelijk medelijden was, wat men voelde, dan was de vernedering of het verdriet van het slachtoffer het onze, don leden wij ook onder haar ver driet. Echt medelijden komt wel voor, doch zeldzaam. Voor echt medelijden hoeft nie mand angst te hebben. Het is het zuiverste en hoogste bewijs van volkomen genegen heid, en het beste wat wij te schenken hebben. ■Alleen men noemt vaak medelijden, wat We strikt eerlijk niet anders dan beklagens- wlaard mochten noemen. En beklagenswaard, zijn is geen benijdenswaardige positie. Degenen die ons waard achten beklaagd te worden, zijn veelal van dat zelfgenoeg zame type menschen, waarvan de geheele h'ouding schijnt uit te drukken: „Wat ben ik blij niet te Zijtn gelijk deze". Zij beklagen ons liefjes over onze tegen spoed en vragen zóó belangstellend naar bizonderheden, dat wij deze zonder onbe leefd te schijnen, moeilijk weigeren kunnen hoewel wij ons niet van de gedachte kun nen losmaken, dat die bizonderbeden hen een zeker nipt onaangename prikkel zijn. Het zijn deze belangstellende zielen, die het gave medelijden haar goede reputatie roofden. Toch lean medelijden uit de zuiverste bron gevloeid nog het voorwerp van liaar gevoelens tot een kwelling zijn. Wil mede lijden to dragen zijn, dan moet hiertoe ook alle voorwaarden vervuld zijn. De voorn naamste voorwaarde is wel een volkomen harmonie van de zielen, tusschen haar die het medelijden schenkt, en degene die het ontvangt. Ontbreekt dit, dan wordt het medelijden tot en kwelling. Wjj zien het zoo dikwijls tusschen ouders en kinderen, die door het een of ander lichamelijk of geestelijk gebrek lijden. De ouders lijden in den werkelijk zuiveren zin van het woord mee, willen alles doen om het Jijden te helpen dragen. Daardoor leggen z0 zoozeer den nadruk op dat gebrek, wil-i ten heel den weg van het kind; effenen, le ven en geven het geen gelegenheid het tv es leep, spaart zeep GEEFT OVERVLOEDIG SCHUIM SPECIAAL VOOR DE WASCH EN VAATWERK eigen leven zelf te ontplooien, en het mede lijden wordt, ondanks de beste bedoelingen toch een vloek, ïaplaats van een zegen. Dezelfde triestige verhouding vinden wij ook tegenover anderen: ongeneeslijke zie ken, mismaakten, tegenover hen die het stuur van liet eigen leven uit de hand glipte. Alleen zij, die zich zuiver in kan stellen op het zieleleven van den ander, alleen zij kan helpen. De anderen doen heter stilletjes en bescheiden terzijde te treden. Men heeft meestal niet veel op met zon looze hoekjes in den tuin, en meent dat er toch niets groeien kan. Men plant er wat klimop, laat er eenige heesters lang zaam sterven, om het hoekjo""üaarna weer eens wat op te knappen, tot het na ver loop van tijd weer den zelfden weg op gaat. Maai' dit is heelemaal niet noodig. Als men er wa<: moeite voor over heeft en er eens het een en ander probeert, dan vindt men toch wel iets, dat voldoening geeft. Laat ons eens het hoekje op het noor den bekijken, waar dus nooit de zon komt. De meeste eenjarige en vaste planten doen het daar niet en ook geen heesters. Maar varens d.oen het er heel goed. Men heeft varens in verschillende soorten en varië teiten, waaronder die van de Mannetjes varen, de Stekelvaren en de Naaldvaren het het beste doen. Ze vormen een lange, groene band langs een hbo ge kas en spreiden daar op die zonlooze strook haar veeren kalm, in volle gratie uit. Maar hoe mooi de blar deren ook zijn, het is heel stil en rustig en een beetje kleur zou in die sfeer een welkome vroolijkheid brengen. Wij nemen er eenvoudig een strook sleu telbloemen of primula's voor en pooten deze bloeiend tusschen de varens. Boven de eersto bloeikrans ontwikkelt zich een nieuwe en dat zoo voort, tot meerdere kransen in opvolgende étages tot bloei ge komen zijn. MAAR DAN STORINGVRI] VAN DE LANGE HAVEN 107 - TELEF. 67770 Vraagt Uw leverancier PRODUCTEN van Zuivelfabriek en Melkinrichting Westerkade 18 Telefoon 68434 Bekend door HOOGSTE kwaliteiten IN HET DAMES-HOEDENMAGAZIjN VINDT U een moderne hoed voor elk seizoen VERMAKEN MODERNISEEREN (Voorheen Korte Hoogstraat, over Passage R'dam) HOOGSTRAAT 31 ANNO 1889 TELEFOON 68011 Wij hebben er belang bij te zorgen dat U tevreden bent. Dat zegt alles! Manya BeuLman schrijft ons: Nu de meeste producten sehaarscher zijn dan voor den oorlog, dienerf we er meer dan ooit het volie profijt van te trekken. Hoeveel zuiniger zijn we reeds geworden op schoenen en kleeren en met welk een overleg koopen we deze artikelen inl Welnu ook de levensmiddelen kun nen met nog meer overleg ingeslagen wor den en „zuinig" behandeld. Menige huis vrouw zal er bijvoorbeeld nooit bij nage dacht hebben, waarom ze eigenlijk zoo veel van de groenten als „afvat" be schouwt en in den vuilnisemmer werpt. Heeft ze ze ooi geproefd, de nerfjes en stronkjes en worteltjes van de groenten en de buitenste groene bladeren, welke juist zeer waardevolle zouten en mine ralen bevatten? Waarschijnlijk niet. Velen handelen zoo, omdat moeder óók op die maaier de groenten „schoon"-maakt::, maai in haar tijd wist men nog weiifig of niets van do voedingsleer. Wij' kunnen evenwol in de praktijk gebruik maken van de ontdekkingen en ervaringen der des kundigen op voedingsgebied en vooral in tijden als deze zou het al zeer dom zijn, te doen alsof deze nieuwe en zeer be langrijke wetenschap niet bestond. Ons voedsel dient immers niet alleen om ons hongergevoel te stillen, Óf om ons een aangenamen smaak te geven, doch in de eerste plaats om ons van de di- .verse stoffen te voorzien, die we noodig hebben voor de instandhouding en het weerstandsvermogen van ons lichaam. Voor het behoud van deze stoffen moet dc huisvrouw waken. Groenten dienen zorg vuldig gewasschen te worden en alleen de werkelijk slechte gedeelten, welke onsmake lijk zouden zijn, verwijderen we. Blad groenten zetten we op met niet meer dan het aanhangende water, andere soor ten met een bodempje water. We koken de groenten in een goedgesloten pan, eerst op een groote vlam, tot het water kookt, daarna op den spaarbrander, in de meeste gevallen niet langer dan een half uur. Op deze wijze vervalt het ver ouderde „afgieten" en gaan dus geen waar devolle s'offcn door den gootsteen ver loren, inplnats van onze gezondheid ten goede te komen! Nastoven is uit den booze, aangezien hierdoor het vitamine C- gehalte aanzienlijk vermindert. We roeren liever bij het opdienen een klontje boter of vet door de groente, zooals ook b.v. hij doperwten gewoonte is. Mocht er nog wat kookvocht o\ erblijven, dan vermengen we dat met wat aardappelmeel en roeren er op het laatste oogenblik een klontje boter door. Ook kan dergelijk groentenat ver werkt worden in soep. Men heert wel berekend, dat de menseh per dag 21& ons groente noodig beeft Wanneer we steeds die groente koopen, welke het meest aan de markt, dus het minst schaarsch is, en geduldig wachten, tot de „primeurs" goedkooper geworden zijn, dan volgen we den meest economi- schen weg! Ook verdient het aanbeveling een gedeelte der groente steeds rauw te eten, klaargemaakt als „slaatje", want niet alleen heeft men daarvoor minder groote hoeveelheden noodig, aangezien er dan van slinken geen sprake kan zijn, doch boven dien zijn rauwe groenten buitengewoon gezand en smakelijk. Als saus kunnen we gebruik maken van hangop of met wat melk verdunde kwark, op smaak afgemaakt met wat peper en zout, wat mosterd, fijngehakte peterselie, tomatenpurée of gesnipperde uit. Op die wijze is geen slaolie noodig en het eiwit gehalte van de hangop of kwark maakt het gerecht vollediger. Aardappelen. Aardappelen vooral gekookt in de schil zijn een voedingsmiddel van buiten- gewone waarde en nu zij gerantsoeneerd zijn kunnen we ons niet veroorlooven, om door een verouderde bereidingswijze aller lei stoffen uit den aardappel verloren te laten gaan, welke Moeder Natuur voor óns bestemd heeft en stellig niet voor vuilnisvat en gootsteen. B-oenen we de aardappels, na eenigen tijd geweekt te hebben, flink af met een bard borsteltje en water eft koken we ze met een bodempje water op dezelfde wijze als groente, dus in een goedgesloten pan eerst op een flink vuur, daarna op den spaarbrander, dan komen de goede con sumptieaardappelen kruimig uit de schil op ons bord en liebben ze niet alleen haar eigen lypisclien smaak behouden, welke bet gebruik van veel zout overbodig maakt, maar bovendien leveren ze ons dan naast zetmeel nog eiwit, vitamines en mineralen (vitamines B en C, k'alk, fosfor, ijzer en sporen van jodium). Iliet alleen wat de voedingswaarde betreft is deze bereidings wijze vo-ordeelig, doch ook het kwantum vaart er .wel bij, want door het schillen en verkeerde koken, verloren we het go- wicht van één aardappel op elke vijf of zes, hetgeen nu uitgesloten is. Huisvrouwen ncomt eens do proef, U zult gaan houden van do stevige, knappe rige stronkj'es van de sM, wm de pittige aardappelen in de schil, van bet „slaatje", van de fijngesneden groene blaadjes van... uw bosjes radijs. U zult waarschijnlijk deze voedingswijze zelfs op den duur niet lan ger zien als een noodmaatregel, om u in moeilijke tijden zoo goed mogelijk te red den, maar als de eenige juiste voor het behoud van smaak en voedingswaarde. Tomatensoep met aardappelen en rijst. Drie aardappelen worden in vieren ge sneden en samen met 4 lepels rijst gaar gekookt in 2 liter water met zout. 50 gram bloem wordt mooi bruin ge fruit met 25 gram boter. Het water met de rijst en de aardappelen wordt hierbij gevoegd en tevens eenige groote tomaten, 1 bosje peterselie, 1 ui, 1 knoflookpit, wat kervel, peper en zout. Dit laat men gedurende 30 a 40 minuten koken. Daama wrijft men de soep door de zeef en dient ze heet op. - i i Sla van bruine bwncn. Meng drie lepels kwark met een lepel azijn, wat peper en kerrie en een ge snipperd preitje. Roer door deze saus een pond ge kookte bruine boonen en desgewenscht wat geschaafde komkommers of augurkjes, en u verkrijgt een voedzame en toch frissche salade. Garnalenballetjes. 500 gram gepelde garnalen worden ge wasschen en fijn gehakt, 200 gram oudbakken brood zonder kor sten worden in melk geweekt en fijnge wreven. Het gamalengehakt, een geklutst ei, 1 eetlepel gehakte peterselie, peper en nootmuskaat worden er door gemengd. Van dit mengsel maakt men balletjes van de grootte die men verkiest. De balletjes worden in tarwebloem gewenteld en dan in boter lichtbruin gebraden. De saus wordt aangelengd met een wei nig melk en dan over de balletjes ge goten. Deensche rijst Breng 100 gram rijst aan de kook in li/a liter water, waarin een citroenschil is gedaan. Laat dit een uur zacRtjes ko ken, voeg er dan 50 gram goed gewas schen rozijnen aan toe, 50 gram suiker en 2d.l. bessensap en kook dit alles samen nog een half uur, tot er een dikke vloei bare massa ontstaat. Het is u toch niet onbekend, dat liefde, zachtheid, teederheid, geduld, wijsheid, vaak! buitengewone kracht ontwikkeien en menig stug, onwillig gemoed dwingen tot toege ven, tot buigen, dat door hardheid zich zou hebben geconcentreerd tot één com- pacten wil van verzet. I Kinderen zijn heuscih dikwijls net vo geltjes. Loop je ze na, dan vliegen ze weg. En blijf je rustig zitten, dan komen ze vlak bij je. Op 't laatst pikken zc de kruimpi jes van je onbijttafel. Die schuwe vogeltjes. Voor den leeftijd van anderhalf a twee jaar Materiaal: 100 gram witte wol, 50 gram roze wol, 1 stel breinaalden van 2i/s m.M, en een stol van 1 x/j m.M. Werkwijze: geribd (steeds recht breien); recht aan den goeden kant (l t. r, 1 t. a.); dc kantsteek (men breit twee reepen van 34 c.M. lengte, waarop men 4 toeren recht aan den goeden kant breit, 1 st. 1 ornsl. 1 s., 1 omsl.; in den volgenden toer: 2 st. samenbrekm en eindigen met 4 t. geribd). Het voorpand: Men zet met witte wol 128 s. op en breit 10 t. geribd. Dan gaat men op de volgende wijze verder: 44 s. aan den goeden kant r. breien, 40 s. ge ribd en 44 s. aan den goeden kant r. Aan de beide uiteinden mindert men in eiken zesden toer een steek en 1- s. aan iederen kant van den geribden reep in iederen 8sten toer minderen. Dit breit men tot het werk 2G c.M. boog is. Voor de armsgaten aan de kanten 3 s. afkanten en 3 maal 1 s. Vervolgens gaat men verder met het lijfje, echter zonder te minderen. Als het jurkje 34 c.M. hoog is, kant men in het midden 10 s. af, daama 1 s. aan iederen kant voor den hals gedurende 6 t. Ver volgens gaat men gewoon verder tot het jurkje 40 c.M. lang is. Dan kant men de schouders in 3 keer af. De rug: deze breit men als het voor pand, doch in het raidden geen geribd stuk. Alleen do minderingen als bij het voor pand, 2 aan iederen kant van het mid den. Bij 29 cM. lengte het jurkje in tweeën verdeden voor het split en aan iederen kant van dit split breit men 3 s. geribd. Bij 37 c.M. hoogte kant men aan iederen kant G s. af en daama in 3 keer voor de schouders. I De kraag: Deze werkt men afzonderlijk. Men zet 10 s. op en breit 6 s.; slechts in iederen 2en toer en in den 3den toer breit men weer alle s. lotdat men 16 c.M. heeft en men de steken afkant. Om het kxaagje werkt men dezelfde kant van rose wol als aan het voorpand en naait deze dan aan den rand van liet kraagje vast. Dan naait men aan het voorpand eveneens de 2 strooken vast en wd aan iederen kant van het geribde stukr 1 De mouwen: Men zet 44 s. op en breit deze geribd (steeds recht). Dan verdubbelt men de steken en breit 22 t. geribd. De rest van de mouw recht aan den goeden kant. Bij een hoogte van 6 c.M. kant man de s. af en wel om de 3 s. totdat men er 10 over beeft, die men alle ineens afkant. Onder aan het manteltje maakt men dezdfda kant van rose wol. Aan het split van den rug naait men drie knoopen met drie lussen. Hot jurkje wordt met een vochligen doek opgeperst.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1941 | | pagina 7