•IK>V\Vlk
er komen SOO montagewoningen
/föSSlïF
IN NIEUWLAND
107
i
IN DE jaren vóór de oorlog, toen
de voormalige gemeente Kethel en
Spalaud nog niet door Schiedam was
geannexeerd, was het Schiedamse ge
bied dusdanig beperkt, dat de enige
mogelijkheid tot uitbreiding der stad
met woonwijken nog was gelegen in de
polder Nieuwland. In de vooroorlogse
tij d kwam het „uitbreidingsplan Nieuw
land" bij de jaarlijks terugkerende be
grotingsdebatten steeds weer ter sprake
en telkenmale werd van de zijde van
het college van burgemeester en wet
houders meegedeeld, dat dit uitbrei
dingsplan de volle aandacht had; dat
de kosten, om dit plan ter hand te
nemen, zo hoog waren en dat er voor
lopig nog mogelijkheden tot het bou
wen van woningen waren in het Oosten
van de stad, met hier en daar elders
ook* nog wel wat stukken bouwrijpe
grond. Wij konden, met het bouwen
van huizen, voorlopig wel vooruit.
In 1941 werd bij de Dienst van
Gemeentewerken een afdeling Stads
ontwikkeling gesticht, die tijdens de
bezettingsjaren prachtig werk heeft
gedaan. Belangrijke werken konden
niet worden uitgevoerd en er was volop
gelegenheid om alle aandacht te be
steden aan het vraagstuk der stads
ontwikkeling. Dat was hard nodig.
Voorheen werd bij stadsuitbreiding,
als deze behoefte zich voordeed, een
plaatselijk plan gemaakt zonder dat
een totaalplan voor de gehele gemeente
voorhanden was. Dat was ook vrij
moeilijk, omdat het grondgebied te
klein was om daarop alle behoeften
van de zo sterk in aantal toegenomen
bevolking te kunnen onderbrengen.
Die moeilijkheid werd opgelost, toen
Kethel en Spaland bij Schiedam werd
getrokken. In het kader van het geheel
werd toen ook het uitbreidingsplan
voor Nieuwland ontworpen, het ge
bied dat wordt begrensd door de Vlaar-
dingerdijk, de Algemene Begraafplaats,
de spoorbaan SchiedamVlaardingen-
Oost, de Schie tussen station en Noord-
vest, en de Noordvest, tot aan de
Vlaardingerdijk. Dit gebied is pl.m.
100 ha groot en de ontworpen woon
wijk zou ongeveer 7000 woningen moe
ten gaan bevatten, zomede een aantal
openbare gebouwen, als kerken en
scholen.
Enige jaren geleden is, als wij dit
zo mogen zeggen, de Nieuwlandse-
polder „ontsloten". Dat wil zeggen, dat
in het kader van het uitbreidingsplan
de beide flats voor bejaarden en alleen-
wonenden er werden gebouwd, waarbij
ruimte werd gereserveerd voor de bouw
van een derde flat. Ook werd alvast
het weglichaam aangelegd voor de
brede straat, die het verlengde van de
Rembrandtlaan zou moeten verbinden
met de Damlaan. Nu is een begin ge
maakt met het bouwen van acht
honderd woningen, die zullen worden
opgetrokken op een gedeelte van
Nieuwland ten Westen van. deze ver
bindingsweg gelegen. Het worden zo
genaamde montagewoningen, die het
aannemersbedrijf Muys en De Winter
N.V. te Rotterdam zal neerzetten naar
een ontwerp van de architect E. F.
Groosman, een ontwerp, in nauw over
leg gemaakt met de afdeling Stads
ontwikkeling van de dienst van Ge
meentewerken. Deze dienst toch had
bij het maken van het aanvankelijk
uitbreidingsplan voor Nieuwland ge
rekend op traditionele bouw, die nu
eenmaal andere eisen stelt dan de
montagebouw. Weliswaar kon, ook met
montagebouw, rekening worden gehou
den met het feit, dat hier blokken van
drie en vier verdiepingen moeten wor
den opgetrokken, die arbeiderswonin
gen moesten bevatten, maar de mo
gelijkheden voor blokken montage
bouw liggen nu eenmaal op een ander
vlak dan die voor traditionele bouw.
Zodat op korte termijn het stratenplan
veranderingen moest ondergaan, waar
bij rekening moest worden gehouden
met het aanzien van dit nieuw te
bouwen stadsdeel, met de eisen, die
de bewoners eraan mogen stellen en
met de mogelijkheden, die de huidige
materiaalpositie en de voorschriften
bieden. Een gelukkige oplossing werd
gevonden, een oplossing tevens, die
volledig verantwoord was, zowel uit
stedebouwkundig oogpunt als uit het
standpunt van de Haagse heren, die
met argusogen speuren, of aan alle
voorschriften wel wordt voldaan.
Hoe kwam het Gemeentebestuur van
Schiedam aan dit contingent? Het ant
woord .op deze vraag is het volgende
Tot 1951 werd door Den Haag een
jaarlijks contingent voor woningbouw
vastgesteld en Schiedam kreeg, dank
zij de activiteit van het gemeente
bestuur en de voortvarendheid, waar
mee tijdig plannen voor woningbouw
werden ontworpen, daarvan zijn deel.
In Den Haag is men van dit principe
afgestapt. Er worden nu voor drie
jaar richtcontingenten vastgesteld en
voor Schiedam werd bepaald, dat de
richtcontingenten voor 1951, 1952 en
1953 in totaal een achthonderd wonin-