(PTarsus
161
Als hoofdmotief van de dezer dagen gereed gekomen bronzen
ere-penning van de Schiedamse Gemeenschap koos de kunste
naar C. F. van Haasteren het steigerende ros Pegasus, uif
de Griekse oudheid tot ons gekomen als symbool van de kracht
die in staat is de bron der schone rede, hoogste uiting van de
cultuur uit het oude Hellas, rijkelijk te laten vloeien.
De verbinding van dit symbool met de raderen van de machine,
beeld van onze moderne samenleving, ziedaar de synthese
van het Gemeenschapsiverk, dat met deze penning de kans
kreeg een ttveeledig doel te vervullen, n.l. een mogelijkheid te
scheppen om leden van de stedelijke gemeenschap, die zich
bijzonder verdienstelijk maakten in het kader van de intensi
vering van het Schiedamse gemeenschapsleven op het culturele
vlak, met deze penning de waardering voor hun werk te kennen
te geven en tegelijkertijd een kunstwerk te scheppen dat van
blijvende waarde zou zijn.
Het resultaat van kunstenaar en Koninklijke Begeer be
kijkend, zal er slechts lof kunnen zijn voor wat hier tot stand
werd sebrachtVoor de Nederlandse penningkunst betekent
deze bijdrage van de Schiedammer van Haasteren zeer zeker
een belangrijke aanwinst.
Drie Schiedammers mochten als eersten de ere-penning
van de Schiedamse Gemeenschap in ontvangst nemen.
Het gebeurde op Woensdag 17 December tijdens een bij
zondere bijeenkomst van de bestuursraad van de Schie
damse Gemeenschap in de aula van het Stedelijk Museum,
waar burgemeester Peek als ere-voorzitter van de Schie
damse Gemeenschap aanwezig was.
De eerste Schiedammer, die de voorzitter van het dage
lijks bestuur van de S.G., de heer M. Holl, de toen nog niet
gerealiseerde ere-penning kon toezeggen, was de grijze
Wm. F. H. Focke, die als voorzitter-regisseur van de
arbeiderstoneelvereniging „Kunst na Arbeid'' tijdens een
toneelvoorstelling in het Passage-theater een grootscheepse
huldiging ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag
in ontvangst mocht nemen.
W ie is Wm. F. H. Focke, wat doet hij en waar komt hij
eigenlijk vandaan? Om met het laatste te beginnen: Wm.
F. H. Focke is een geboren Amsterdammer, die het toneel
spelen al vroeg in het bloed zat. Dat hij stucadoor werd,
kon hij niet helpen. Waarschijnlijk had hij het zelf wel
anders gewild, maar de noodzaak deed hem de weg naar
het solide „vak" opschuiven.
In 1913 kwam Focke naar Schiedam en dook er meteen
tijdens zijn vrije tijd onder in de kring van „Tot steun in
den Strijd", bij welke toneelgroep hij ook nog regisseur
zou worden. Daarna werd „Kunst na Arbeid" met de zang
vereniging „Excelsior" de zuil van zijn idealistisch streven
om mensen bij elkaar te brengen en ze de schoonheid
van de Kunst te leren kennen.
Och, van een afstand gezien heeft het allemaal zo weinig
Ere-penning van Gemeenschap
als symbool van burgerzin.