13
Tijdens de verdere ontkieming ving ook het drogingsproces reeds
aan door het tegen elkaar open zetten van luiken.
Het transport in de mouterij vindt plaats met manden waar
onder een rol-constructie is gemaakt. Bij de oude methode werden
de gevulde manden naar de verdiepingen getakeld door middel van
een z.g. trijs, een eenvoudige hijsinstallatie die met de hand
bediend werd.
Het productievermogen van een mouterij werd uitgedrukt naar
de hoeveelheid (lasten) gerst, welke achter elkaar tot mout ver
werkt konden worden. Men sprak dan ook van een mouterij,
stortende drie, zes, negen.last.
Wie moutmaker zei, bedoelde de eigenaar van de mouterij,
voor de knechten gold de benaming mouters. Voor de klanten,
de branders, gold als richtlijn dat men zijn mout in de eerste
plaats het leveren door de mouterij waarin eigen aandelen waren
geplaatst.
Omstreeks de jaren 1880 toen de stad meer dan 400 branderijen
telde, werd in de branderijen jaarlijks 150.000.000 kg graan ver
werkt. Dit is ongeveer een vierde gedeelte van de voorraad
broodgraan, dat Nederland in die dagen verbruikte. Van al
het graan werd een derde deel tot mout verwerkt. Zo telde
de stad dan ook 64 mouterijen.
Het graan werd uit alle delen van de wereld aangevoerd. Veel
graan kwam ook uit Rusland. Zo reisde eens een hooggeplaatste
Russische ambtenaar naar onze stad om eens een kijkje te nemen,
wat men daar toch met die grote hoeveelheden graan uitvoerde.
Het eigenlijke mouterijbedrijf kwam eerst gedurende en na de
vierde Engelse oorlog (17801784) in onze stad tot betekenis.
Vóór deze oorlog was Engeland de leverancier geweest van het
mout en zo ook van de kolen.
De mouterijen en de graanpakhuizen er was toen een ge
middelde voorraad van 24.000.000 kg graan in de stad waren
de grote kapitale panden in het stadsbeeld. Slechts enkele van
deze panden zijn bewaard gebleven.
Als een prachtig specimen van graanpakhuisbouw zij genoemd
het pandencomplcx aan de Lange Haven van de distilleerderij
Visser Co, alsmede het complex van de distilleerderij „De
Graauwe Hengst" eveneens aan de Lange Haven; van mouterij-
bouw de voormalige mouterij „De Olyphant" aan de Oranje
straat hock N. Haven (nu Schied. Cartonnagefabriek), gebouwd
tegen het einde der achttiende eeuw. In 1846 bezichtigde Koning
Willem II bij een bezoek aan onze stad, nadat eerst een bezoek
was gebracht aan de branderij van de heer J. G. Beukers, deze
grote mouterij en Z.M. liet zich door de eigenaars, de heren
Nolet en v. d. Burg, tot in de kleinste bijzonderheden inlichten
omtrent het bedrijf. De voormalige mouterij „Maassluis" aan de
Westerkade dateert uit het midden der vorige eeuw.
De eesten van vele mouterijen hebben nog jarenlang dienst