De Schiedam
Gemeenschap
^eucjd en ^emeenócliap
5
ORGAAN VAN DE STICHTING „DE SCHIEDAMSE GEMEENSCHAP"
6e JAARGANG No. 1, MAART 1954
Wanneer de Schiedamse Gemeenschap door het bundelen van
het plaatselijke verenigingsleven meer begrip, ruimere belang
stelling voor elkanders werk wil kweken teneinde op deze wijze
het gezichtsveld te verruimen en het gemeenschapsbesef aan te
wakkeren, dan behoort tot degenen die men hier bij zal betrekken,
in de eerste plaats ook de jeugd.
In hoeverre heeft de verhouding Schiedamse Gemeenschap
Schiedamse jeugdorganisaties in dit opzicht vruchtbaar gewerkt?
Deze vraag is door het dagelijks bestuur van de S.G. gesteld op
de laatstgehouden vergadering van de Bestuursraad.
Een negatief gesteld antwoord kon slechts worden gegeven,
want waar ook de aanwezigheid van de Schiedamse Gemeenschap
een stimulans tot meer samenwerking en grotere activiteit is
geweest, zeker niet in de kring van de jeugdorganisaties.
Voor deze betreurenswaardige gang van zaken mag allerminst
de werkzaamheid van de S.G., mogen ook niet degenen die in de
boezem hiervan de jeugdorganisaties vertegenwoordigen, verant
woordelijk worden gesteld. Er moest tijdens de vergadering van
de Bestuursraad, zoals kort daarvoor in de kring van het da
gelijks bestuur, worden vastgesteld dat alleen de organisatievorm
schuld heeft aan deze ontwikkeling.
Teneinde zoveel mogelijk gebruik te maken van bestaande
bindingen, werd in 1948 de vertegenwoordiging van de jeugdorga
nisatie bij de S.G. ondergebracht in de reeds bestaande overkoe
peling door de Nederlandse Jeugdgemeenschap. Het geleek zo op
het oog een gelukkige combinatie, waarmee iedereen vrede kon
hebben. De practijk zou echter anders uitwijzen. Het directe
contact tussen Schiedamse Gemeenschap en jeugdorganisaties, zo
dringend nodig om tot vruchtbare arbeid te komen, ging verloren
voordat het tot stand was gebracht. Een N.J.G. vol goede be
doelingen en met het beste voornemen bezield, kon dit niet ver
hinderen.
Wilde men tot een gezonde wisselwerking geraken, dan diende
de S.G. zich te beraden op deze ongewenste situatie en moesten
wegen worden gezocht om uit het slop te geraken.
Dagelijks bestuur en Bestuursraad kwamen tot het besluit de
jeugdorganisaties in een nieuw verband samen te brengen in een
sectie met aan het hoofd een door de deelnemende organisaties
zelf gekozen bestuur. Op deze wijze zal voldoende waarborg
worden verkregen voor een nauw en vruchtbaar contact tussen
de S.G. en de georganiseerde jeugd, voor welke heel wat mogelijk
heden binnen de Gemeenschapskring aanwezig zijn.
Dezer dagen ontvingen wij het contactorgaan van de sectie
Jeugd van de Zaandamse Gemeenschap. De activiteiten van deze
sectie mogen een antwoord geven op de vraag: „Wat kan de
georganiseerde jeugd op het gemeenschappelijke vlak doen?"
Evenals in Zaandam staat ook in Schiedam het handhaven van
zelfstandigheid, van eigen karakter en sfeer van de aangesloten
organisaties voorop. Het sluit echter samenwerken voor doelen,
die ieder aangaan, niet uit. Zo kwam men in Zaandam tot een
Jongeren Gesprek Centrum, waar actuele onderwerpen, de jeugd
rakende, periodiek worden besproken door deskundige inleiders,
waarbij oudere deskundigen uit de plaatselijke kring aanwezig
zijn. Een wisseling van deelneiners(sters) is er waarborg voor dat
deze niet-openbare discussies in alle verenigingen doorwerken.
De herdenking van de gevallenen, de viering van Koninginnedag
en Bevrijdingsdag is geen taak voor de ouderen alleen. Het is
vooral de jeugd die er daadwerkelijk bij moet worden betrokken.
De Zaandamse jeugdscctie heeft dan ook zitting in het werk
comité voor deze manifestaties. Behalve dat men de beschikking
heeft over een eigen contactorgaan dat de jeugd zelf redigeert,
heeft men een eigen rubriek in het orgaan van de Zaandamse
Gemeenschap. Gelegenheid voldoende dus om z'n stem te laten
horen.
Eén van de opmerkelijke prestaties, die ook buiten Zaandam
de volle aandacht trok, was de organisatie van de z.g. Jongensstad,
een geheel nieuw speelobject, waarvan de sectie Jeugd van de
Z.G. de leiding op zich heeft genomen. Voor de vrouwelijke
jeugd is nog in voorbereiding een Meisjesstad, waarin niet minder
plezier zal worden beleefd als bij de jongens reeds het geval was.
Zoals bij het gcmeenschapswerk in het algemeen is het ook
in de jeugdsector vaak moeilijk om op tastbare resultaten te
wijzen. Enkele voorbeelden schetsten wij hierboven, de instelling
van een cursus Verenigingstechniek is er ook één van.
Minstens zo belangrijk als al deze activiteiten is echter de
grote winst, die uit dit gemeenschappelijk arbeiden aan ver
schillende taken kan worden geput, waar het betreft het grote
doel van de Gemeenschap, zoals mr dr J. in 't Veld het destijds
formuleerde: Het beoefenen van de samenlevingskunst. Wij mogen
wensen dat de jeugd van Schiedam niet terzijde zal blijven staan.