Uiteraard zijn slechts enkele algemene zaken aange
stipt geworden dat kan in dit bestek moeilijk anders.
Maar om enigszins een inzicht te kunnen hebben in
de Schiedamse situatie zijn deze kernpunten toch
onontbeerlijk, omdat ze even zovele karakteristieken
zijn van de plaatselijke situatie, evenzeer als van de
totale.
Resumerende: drie soorten jeugdwerk, namelijk
jeugdzorgwerk (clubhuizen e.d.), de traditionele
jeugdverenigingen, de sociëteiten als nieuwste vorm.
De jeugdverenigingen kwantitatief enigszins achter
uitgegaan met als gevolg daarvan een vernieuwing en
vaak interne versteviging, de sociëteiten gericht op
een deel van de voorheen niet bereikbare jeugd, maar
evenmin als de andere vormen in staat ieder te berei
ken.
En dan de Schiedamse situatie. Veel behartigenswaar
digs erover is reeds naar voren gekomen in de zgn.
JOS-rapporten (Jeugd Onderzoek Schiedam) en der-
zelver populaire samenvatting „Jong zijn in Schiedam",
in opdracht van het Gemeentebestuur opgesteld.
Schiedam is bijzonder rijk aan verenigingen en het
jeugdwerk vormt daarop geen uitzondering. Er zijn er
ongeveer 25, waarvan vele weer in allerlei clubjes en
groepen, al naar gelang leeftijd en activiteiten, onder
verdeeld. Daarnaast zijn er de clubhuizen, de St.
Jorisdoelen waar Karei Scholten meer dan 10 jaar
lang en hoe! de scepter heeft gezwaaid, het Sint
Franciscus Liefdewerk en het Gereformeerde Clubhuis.
En ten slotte de jongste categorie, de sociëteiten, de
meeste nog maar kort bestaande, maar door hun soms
spectaculaire optreden reeds zo bekend, dat men bijna
zou vergeten, dat er nog andere jeugdverenigingen
zijn!
In totaal omvatten deze organisaties en instellingen
ongeveer zes- a zevenduizend jongeren van 8-30 jaar;
de traditionele jeugdverenigingen nemen hiervan ca.
4500 voor hun rekening. Ze vertonen een totaalbeeld,
waar we de boven geschetste, algemene aspecten in
terugvinden. We vinden er de aanpassing aan een
veranderde en veranderende jeugd, die andere, hoge
re eisen stelt, zwoegend soms tegen de 'concurrentie'
van de vele andere vormen van vrijetijdsbesteding,
worstelend vaak met leiderstekorten maar daar
naast dikwijls met een stevige kern, mensen die uit
idealisme (ja hoor, 't is er nog, ook al wordt dat niet
zo duidelijk naar buiten getoond als vroeger) enorme
hoeveelheden werk verzetten, werk dat onontbeerlijk
is maar vaak een groot persoonlijk offer betekent.
Spijtig is het echter, dat zo vaak de vele problemen,
die door de ontwikkeling worden gesteld, de 'inhoude
lijke' problemen, nauwelijks aan een oplossing toe
komen door de nog talrijker praktische problemen, de
materiële tekorten. Dan wil ik hier niets zeggen over
financiële zaken, hoeveel moeilijkheden die ook kunnen
bieden, maar me beperken tot de gebouwen en loka
liteiten.
Jeugdleiders kunnen vaak jaloers kijken naar velden
en andere sport-accommodaties, die tot stand worden
gebracht een jaloersheid die de sportlieden hun
kostbare bezit niet misgunt, doch die voortkomt uit
het gevoel zelf op de tweede plaats te komen. Dit blad
is niet het medium voor een lange boutade over de
vele onvervulde (doch niet onvervulbare!) wensen
op dit gebied, daarom slechts één opmerking: gaat
u in onze nieuwe, fraai geplande wijk Nieuwland eens
zoeken naar lokaaltjes, waar eenvoudige jeugdgroep-
jes op acceptabele voorwaarden hun groepsmiddag
of -avond kunnen houden. Het resultaat van uw na
speuringen zal volstrekt nihil zijn.
Er zijn vele goede dingen in het Schiedamse jeugdleven.
Er is een relatief grote 'verenigingstrouw' en, daarmee
samenhangend, verantwoordelijkheidsgevoel: men
heeft iets voor de club over; er is een grote verschei
denheid, maar tevens een groeiende geneigdheid tot
samenwerking, een toenemende openheid voor de
ander. Er is dan ook een Jeugdraad gekomen, die
inderdaad iets wil doen: een pretentieus programma,
dat slechts met ieders medewerking kan worden ver
werkelijkt. Er is leven in de jeugd van Schiedam, on
danks onbegrip en moeilijkheden van velerlei aard;
jong zijn in Schiedam" is geen zware beproeving, doch
er zal aangepakt moeten worden om het zo te houden.
R. J. S. GOETTSCH
(Vervolg van pag. 129)
Welke sociëteiten kennen we nu in Schiedam en wat zijn hun specifieke
karakters? De oudste van alle is de Instuif „R.K. Jong Schiedam", die
zijn tenten heeft opgeslagen in het Wijkgebouw aan het Wibautplein
en die het meest cultureel ingesteld is. Voorts kennen we „Guillaume",
die zich ontwikkeld heeft tot jazz-sociëteit, waar top-artisten regelmatig
komen optreden. „Solustra", dat eveneens in het wijkgebouw resideert,
ruimt naast het dansen een grote plaats in voor cabaret, ballet, mode
enzovoort en als het ideaal van, last but not least, „Scopulus" kunnen
we kortweg de gezelligheid noemen. Deze sociëteit geeft verreweg de
sfeervolste avonden en het is haar voornaamste streven, dat iedereen
er zich zoveel mogelijk thuisvoelt. Dat men daar volledig in slaagt, zal
ieder die zo'n avond bijgewoond heeft, graag willen onderschrijven.
Al met al geloven we van de jeugdsociëteiten nog veel goeds te kunnen
verwachten. De toekomst zal uitwijzen in hoeverre aan deze verwach
tingen beantwoord zal worden.
(Vervolg van pag. 129)
lijke stemming het diner werd gebruikt.
Later op de dag reden de auto's via Noord-
wijk, Katwijk en Scheveningen weer terug
naar Schiedam.
De hoeveelheid plezier, die gezonden
hiermede aan minder bedeelde mede
mensen verschaffen, is niet te becijferen.
Over deze laatste tocht van dit jaar valt
maar één schaduw. Er zijn nl. meer gebrek-
kigen dan beschikbare auto's, zodat een
aantal pupillen van het comité niet mee
kon.
Men stelle zich even de teleurstelling
voor van deze aan huis gebondenen I In een
stad waar het getal van autobezitters zich
jaar op jaar uitbreidt, moet het C.A.B.
het volgend jaar toch geen vergeefs
beroep doen.
Dit keer niet te weinig auto's maar te veel!!