131
een wereldnaam. De casco's voor al dit drijvend
materiaal werden door derden geleverd. Logisch dat
de aanschaf van een eigen scheepswerf steeds drin
gender werd. In 1894 werd een werfje in Slikkerveer
aangekocht. Deze tak van het bedrijf bleek zo goed
te floreren, dat reeds in 1905 een geheel nieuw en
volkomen modern bedrijf in Schiedam werd begonnen.
Het einde van de oorlog bracht ook voor Gusto een
onvoorstelbare desorganisatie mee, terwijl het bedrijf
in een verregaande staat van ontmanteling verkeerde.
Erger nog was de ontstane achterstand op technisch
gebied. In de vrije wereld had men onder hoogspan
ning tal van nieuwe methoden ontwikkeld, waarvan
de Nederlandse scheepsbouwers nog weinig of geen
weet hadden.
Om deze achterstand in te lopen en zo mogelijk zelfs
weer een voorsprong te verkrijgen sloegen een zestal
werven, waaronder Gusto, de handen ineen. Met
behoud van eigen autonomie gingen ze samenwerken
in de Industriële Handels Combinatie Holland voor
wat betreft de research en de orderverdeling. Het
resultaat was een wonderlijk snel herstel.
Gusto was en is vooral gespecialiseerd in kranen en
baggerwerktuigen. Vrijwel geen land ter wereld of
er is wel een produkt van Gusto te vinden. Sinds
1945 is er ter waarde van een kwart miljard gulden
geëxporteerd. Maar ook het eigen land is een grote
afnemer. Tot de spectaculaire produkten die recent
zijn afgeleverd of thans nog in aanbouw zijn behoren:
de grootste portaalkraan van Europa voor de
bouwput in het Haringvliet;
de basculebrug voor Van Brienenoord;
het gigantische booreiland 'Seashell', thans in ge
bruik bij olieboringen in de Perzische Golf;
de metaalconstructie voor Nederlands hoogste
schoorsteen (175 meter);
ten slotte twee reusachtige kraaneilanden, die ge
bruikt zullen worden voor de verlenging van de
pieren bij IJmuiden.
De pontons, zoals ze hierbij zijn afgebeeld, zullen
staande in zee zonder moeite het werk verrichten dat
voorheen veel geld, energie en vindingrijkheid vergde.
Zelfs bij stormweer kunnen deze gigantische insekten
hun werk blijven doen, hetgeen ook nog een belang
rijke tijdsbesparing inhoudt voor ons windrijke landje.
Terug- en vooruitwijzend naar deze prestaties is het
begrijpelijk dat de Werf Gusto op het moment van
het honderjarig bestaan een ogenblik de rug strekt.
Dat gebeurt in de vorm van een uitzonderlijk fraai
gedenkboek, geschreven door Max Dendermonde
en met foto's verlucht door Cas Oorthuys.
De vele fraaie bladzijden van dit boek ademen een
sfeer van trots, gerechte trots, op wat in een eeuw
bereikt werd. Daarnaast spreken zij echter van een
aanval op de toekomst, een aanval die werk en
brood, die welvaart betekent voor ongeteld velen in
Schiedam en daarbuiten. Pf.