35 De Vlaardingsedijk bleef lang een echte dijk. Linksboven: Beijersbergen, de witte tolboom en het zeshoekig accijnshuisje. ra" of ,,De Vereeniging". En deze laatste sociëteit die, opgericht in 1870, aanvankelijk gehouden werd in een zaal van Musis Sacrum, verhuisde kort na de eerste wereldoorlog naar de bovenzaal van Beijers bergen. Een bescheiden hoeveelheid nagelaten archiefstukken uit de „Musis"-periode stelt ons in staat ons voor zichtig een beeld te vormen van de sociëteitssfeer. Volgens het eerste artikel van de statuten beoogde men „de bevordering van het gezellig verkeer en het verschaffen van gelegenheid tot lectuur en gepaste uitspanning". En men mag zeggen, dat de leden ruim schoots de tijd geboden werd deze achtenswaardige doelstelling na te streven; immers, zo zegt het tweede artikel, „de Sociëteit is dagelijks geopend van des voormiddags 9 uur tot middernacht; des namiddags van 5^ - 6.^ uur zal de zaal voldoende moeten gelucht worden". Over de belangstelling voor de lectuur moet men niet gering denken. Op de sociëteitstafel lag een „Register voor aanvragen tot aankoop van boek werken", en dit register, waarvan veelvuldig gebruik werd gemaakt, geeft ons een goede indruk van de belangstelling, veelal voor het actuele gebeuren, van de leden. Een paar grepen slechts uit de verlanglijst: Le Charivari „welk geïllustreerd blad, dagelijks te Parijs verschijnend, zich door geestigheid en artis tieke waarde onderscheidt", The Illustrated London News, The Punch, Die lllustrierte Zeitung „het vol ledigste en degelijkste der Duitsche geïllustreerde bladen", de Nieuwe Rotterdamsche Courant, de Arnhemsche Courant, de Economist, de Gemeente stem, de brochure „Opleiding tot alle christelijke en maatschappelijke deugden", de brochure „Waarom en Hoelang" van jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman, en die van prof. Spruijt: „Rome en Dordt in het geweer!". De verlangens waren niet altijd zo degelijk. Niet minder dan veertien handtekeningen steunen de wens tot aanschaffing van Le Journal Amusant en Le Journal pour Rire. Een pagina verder, het hek was nu blijkbaar van de dam, vragen A. J. J. de Groot en J. M. van der Schalk om Abraham Prikkie's Op- en Aanmerkingen; maar vlak daaronder volgt het veto: „Aan dit verzoek zal niet worden voldaan. Namens het Bestuur Daniël Visser, secretaris". Doch de aanhouder wint. „Aan gezien de geestigheden in Abraham Prikkie's Op- en Aanmerkingen met den dag toenemen, zouden onder- geteekenden gaarne zien, dat voorenstaand besluit her roepen werd. Jac. Loopuijt, M. Dirkzwager, J. L. Liezenberg, A. J. J. de Groot". De voorstanders schij nen het pleit gewonnen te hebben, want twee jaar later wordt Abrahams verbanning geëist: „Wegens de antimonarchale uitingen van het schendblad Abram Prikkie verzoeken de ondergeteekenden de afschaf fing van dat blaadje. C. J. Loncq, H. J. P. Textor, P. C. Kok, Abr. Bauman, W. F. Schoe". En daarnaast: „Zal behandeld worden in de vergadering van april a.s. Daniël Visser, secretaris". Wat op die vergadering beslist is weten wij niet; maar dat Abraham Prikkie tot een teken van tegenspraak zou worden in een deftige Schiedamse sociëteit zal zijn redacteur wel nooit gedroomd hebben. Wie na dit alles mocht menen dat de heren „van des voormiddags 9 uur tot middernacht", behoudens dan het luchten, over de leestafel gebogen zaten, komt bij slechts vluchtig doorbladeren van een ander register snel tot het inzicht, dat zij overeenkomstig de be paling van artikel één ook de meer materiële ge noegens des levens met oprechte ijver nastreefden. Wij slaan daarvoor open.het „Klachtenboek van de Sociëteit". De beschikbare ruimte legt ons helaas beperking op, maar houd u, goede lezer, ervan overtuigd, dat de bloemlezing met zorg gekozen is. Daar duiken we dan. „Ondergeteekende bezocht gisterenmiddag de so ciëteit en bestelde toen een kwast. Deze werd hem

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1963 | | pagina 11