SCHIEDAM IS ZI|N STATION WAARD door Marinus M. van Praag 111 Alle oto's van en over het station in dit nummer zijn van onze fotograaf Hans Visser Laat ik beginnen met een bekentenis, meer of min een liefdesverklaring: Als kind al hield ik van ,,'t Spoor", ik ben van dat immense vervoerbedrijf blijven houden. Een deel van mijn prille jeugd heb ik doorgebracht op het 1e perron van het voormalige Amsterdamse station Weesperpoort, dat gastvrije, ouderwetse kopstation van de Staatsspoorwegen, waar iedere bezoeker welkom was zonder perron kaartje. Eerst in gezelschap van mijn vader, later alleen. We zagen daar tussen halfacht en halfnegen 's avonds achtereenvolgens de boottrein naar Vlis- singen vertrekken: de Engelse trein; daarna een naar Duitsland en ten slotte de trein naar Breda, later ingekort tot Boxtel. Het was mij een feest als we eens een enkele maal het (oude) station Muiderpoort gingen bezoeken en onder de statige kap van het Centraal Station voelde ik me als ware ik in een tempel. Maar bij het Rhijnspoor was ik thuis. Wel te verstaan: de S.S. en de H.IJ.S.M. zijn veel geweest voor het jonge Amsterdammertje, de Nederlandse Spoorwegen zijn mij altijd sympathiek gebleven. Op mijn vriendschap kunnen ze rekenen. Het oude, thans gemutileerde en voor de sloop bestemde station van Schiedam heeft mij goed ont vangen, toen ik enkele tientallen jaren geleden mijn intrede deed in de stad der branderijen. Het was doortrokken van de sfeer van de negentiende-eeuw- in-zijn-nadagen, een sfeer die ik kende en nog altijd ten zeerste kan waarderen. We begrepen elkaar, Schiedams station en ik. Maar ongetwijfeld was het ten langen leste uit de tijd, het was niet meer in staat de Spoorwegen bij Schiedam of, zo men wil, Schiedam bij de Spoorwegen te vertegenwoordigen. Bij de zich snel ontwikkelende en zich metamorfoserende Schiestad past een nieuw station, een spoorweg etablissement dat ons tijdsgewricht weerspiegelt. Met een tikje weemoed maar zonder verdriet hebben we afscheid genomen van ons oude, ons zo vertrouw de station; met eerbied hebben we ons aan de nieuwe representant van de Nederlandse Spoorwegen voor gesteld en het komt ons natuurlijk in alle be scheidenheid voor, dat de kennismaking noch aan de ene, noch aan de andere zijde is tegengevallen. Ik ben er bijna zeker van dat we vrienden zullen zijn, het nieuwe station en ik. En niet alleen ik; ik geloof dat er sympathie zal groeien tussen alle Schiedammers die van 't Spoor gebruik zullen willen maken en hun nieuwe station.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1963 | | pagina 11