„HET SPOOR"
WAS IN
1839
NOG
HELEMAAL
NIET NODIG
123
Op 20 september 1839 werd de spoorlijn Amsterdam -
Haarlem vice versa geopend voor het publiek en daar
mee ging de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maat
schappij deel uitmaken van het openbare leven. Tot
op dat ogenblik was het snelste voortbewegings
middel over land het paard geweest. Weinigen ver
moedden toen, dat met de trein een totaal andere
tijd aanbrak. Een tijd van zo stormachtige ontwikke
ling van het menselijk weten en kunnen, dat de wereld
in nauwelijks honderd jaren een radicaal veranderd
gezicht kreeg. Hoe weinig men daarvan toen voorzag
blijkt wel uit het rapport van de commissie, die door
koning Willem I benoemd was om te onderzoeken of
de aanleg van een spoorweg wel wenselijk was. De
commissie concludeerde dat „daardoor in geen leven
dig gevoelde behoefte zal worden voorzien". Ook de
koning vond het maar vreemd, dat men een spoorweg
wenste aan te leggen, ter verbinding van twee steden,
die reeds door een goed bevaarbaar kanaal waren
verbonden.
Maar goed, de spoorweg kwam er. De eerste loco
motief was „de Snelheid" en trots pufte het, door
velen voor een vinding des duivels gehouden, monster
dagelijks op en neer tussen Amsterdam en Haarlem.
Af en toe bereikte men daarbij de duizelingwekkende
snelheid van 38 km per uur. Maar.dat mocht ook
wel, want deze grootse machine had het lieve bedrag