291 niet, dat het in de bedoeling van het bestuur van de Schiedamse Gemeenschap ligt een discussie te gaan houden over datgene, wat professor Ten Have ons deze morgen heeft geboden. Ik bedoel met name niet over de theoretische achtergronden, die hij ons voor heeft gelegd. Mijn mening is, dat professor Ten Have met zijn analyse van een lokale culturele gemeenschap in deze tijd het startschot heeft willen geven voor een debat over de toepassing van zijn analyse op het Schiedamse gemeenschapsleven. En als zodanig sta ik hier dan, met eigenlijk de zeer ondankbare taak om u te prikkelen om te gaan denken over de komende jaren in de Schiedamse Gemeenschap. Wij hebben immers goed begrepen, dat niet mag worden stil gestaan bij de constellatie van vandaag, die nog de constructie van gisteren is. Maar, de Schiedamse Ge meenschap is er voor de mensen van vandaag en waarschijnlijk niet voor degenen die nog geboren moeten worden. Toch brengt deze gedachtengang mij op m'n eerste kanttekening, nl. de naar voren ge komen gedachte van de wijk. De inleider heeft gezegd dat het opdracht is de mens te helpen bij het vinden van het midden tussen de uitersten, nl. aan de ene kant het uiterste van het gezin en aan de andere kant het zich volledig overgeven aan de buitenwereld, zelfs van de eigen persoonlijkheid. Om die reden ben ik op de gedachte gekomen, dat de vraag hier toch zeker besproken zal moeten worden of het niet noodzakelijk is in de toekomst meer te doen aan het werken in de verschillende wijken. Ik herinner mij goed, dat in de eerste jaren van het be staan van de S.G. wij ook meermalen gedacht hebben over het organiseren van wijkraden, van buurt verenigingen, van alle mogelijke organisaties die zich bezig wilden houden met het werken in de wijk en dat toen, na uitvoerige discussies hierover, dit eigen lijk door u als bestuursraad van de S.G. is verworpen. Men meende toen dat het noodzakelijk was om de Schiedammers tot Schiedammers te maken en dat het foto: Dick Bos niet nodig was om de bewoners uit de Gorzen tot Gorzenaren te maken. Maar als ik onze spreker goed heb begrepen, dan ligt juist in de buurt, in de wijk de enige mogelijkheid om de mens minder eenzaam te doen zijn en ligt juist hierin ook de enige mogelijkheid van het zich leren bewegen tussen de twee uitersten en als zodanig ook de enige mogelijkheid om mede werker te kunnen zijn en medelevend te kunnen wor den in de gemeenschap van Schiedam. De stad breidt zich uit. Nieuwe bewoners in Nieuw- land, Groenoord, Kethel; die zullen zeker straks weer grote moeite hebben zich aan te passen. En wat doet u? Wat doet de S.G. daaraan? Zeker, ze geeft infor matie via het maandblad. Maar, dames en heren, is dat genoeg Moet niet overwogen worden meer te doen? Juist in de vorm, die we vanmorgen hebben mogen beluisteren, van de kleine informele gespreks- kring? Men voelt in deze tijd immers veel meer voor het informele contact, dan voor het formele. Maar evenals bij mij zal ook bij u de vraag zich hebben op-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1964 | | pagina 15