ERELIJST TONEELWEDSTRIJD
58
(foto L. H. Koster)
Schiedam bouwt! Ver van het oude stadshart in de nieuwe wijk
Groenoord, maar ook dicht er bij. Hierboven een fraaie opname
met op de achtergrond molen „De Drie Korenbloemen" op
het kruispunt Vlaardingerdijk-Nieuwe Damlaan.
Op 15 mei jongstleden werd weer een punt gezet achter de Toneel
wedstrijd 1963-1964. Maanden van inspanning en koortsachtige voor
bereiding waren toen voor alle amateur-toneelverenigingen voorbij.
In een lijvig rapport heeft de jury haar bevindingen uiteengezet. We
twijfelen er niet aan of dit rapport zal de komende weken door alle
belanghebbenden nog ijverig bestudeerd worden. Maar dat het
amateurtoneel in onze stad over het geheel genomen een ongekend
hoge vlucht heeft bereikt, dat weten we zonder juryrapport ook wel!
De rangorde was dit jaar als volgt:
Afdeling A.
1. Geref. Amateurtoneelgroep „Geron"
2. R.K. Toneelgezelschap „Brederode"
3. Schied. Toneelver. „Utile Dulci"
Afdeling B.
1. Toneelgroep „Onyx"
2. Toneelver. „Tot steun in den strijd"
3. Chr. Toneelgroep „Het Zuiden"
4. R.K. Toneelver. Othello"
5. Amateur Theaterbureau „Intermezzo"
Het begin van de spectaculaire
groei van het rooms-katholieke
St. Liduinalyceum, voorlopig nog
in noodgebouwen aan de Laan
van Spieringshoek onder
gebracht, dateert van 1961. In
dat jaar ontfermde zich de Orde
van de Augustijner paters over
het lyceum, dat in 1956 was ge
sticht en dat in de eerste vijf
jaar van zijn bestaan niet zo
goed tot ontwikkeling wist te
komen.
In 1961 had de school 260 leer
lingen; in het nu aflopende
schooljaar zijn het er 480 en
straks, per 1 september 1964
zullen het er 600 zijn. Een specta
culaire groei dat moet ook
de man toegeven, die voor die
groei verantwoordelijk is: rector
J. J. Lub. Hij zegt: 'Hoewel ik
in 1961 bepaald optimistisch was,
heb ik zo'n sterke groei toch niet
voorzien. Het doet me plezier
en we zijn er allemaal op school
een beetje trots op. Vooral om
dat we weten, dat de school
kerngezond is en beslist niet uit
zijn krachten gegroeid.'
Natuurlijk is het niet het werk
van pater Lub alleen, dat het
St. Liduinalyceum tot zijn hui
dige bloei heeft gebracht. Er
was teamwerk voor nodig. 'Ons
lerarenkorps is bijzonder goed,
we hebben een prachtige samen
werking en er is geen enkele
controverse', zegt pater Lub in
dit verband. Aan niemands ver
dienste zal echter afbreuk ge
daan worden als beweerd wordt,
dat het toch in de eerste plaats
pater J. J. Lub is, die voor de
groei van het St. Liduinalyceum
mag tekenen. Hij heeft er hard
voor gewerkt en hij doet dat nog.
Dr. J. J. Lub O.E.S.A. achter
een soms ietwat gesloten uiter
lijk verbergt hij een beminnelijke
natuur. In onderstaand artikel
kunt u over zijn persoon lezen
en verneemt u enkele van zijn
ideeën over het onderwijs.