M. J. M.
VAN
KINDEREN
Een verhandeling
in mineur
176
Wethouder mr. M. J. M. van Kinderen, gezeten achter
het bureau van zijn advocatenkantoor aan de Tuin-
laan, kijkt niet vrolijk. Hij zegt: 'Het was feestelijk,
jawel, maar eigenlijk is er niet zo verschrikkelijk veel
reden om te feesten. Het gaat niet best met de bouw
in Schiedam. We verliezen terrein of om het nog
duidelijker te zeggen: het is met de bouw in onze
stad nog nooit zo beroerd gegaan als nu.'
Hij neemt een slokje koffie en zegt dan: 'Ik weet wel,
je bent geneigd het verleden te idealiseren en de
beroerde momenten van toen te vergeten, maar
tochhet is geloof ik wel duidelijk, de cijfers spreken
voor zichzelf: 1964 wordt het eerste jaar dat Schie
dam zal moeten zeggen: 'we hebben ons contingent
niet opgebouwd'. Dat contingent is ongeveer 750
woningen, dat halen we dit jaar bij lange niet. Als je
weet, dat de eerste paal van de woningen uit het
contingent '64 op 1 oktober van dit jaar pas geslagen
werd. Nee, 't is beroerd en er is geen reden tot
feestvieren'.