De nieuwe wegen van de kerk Openheid groeit Gespreksgroep 254 aan een Godshuis, zoals de Franse kathedralen. Een kerkeraad of kerkbestuur dat vandaag aan de dag een kerkgebouw wil plannen, moet allereerst kijken of er bij de toekomstige kerk wel voldoende parkeerruimte is en of er bij de kerk geschikte ruimte gevonden kan worden voor allerlei activiteiten buiten de strikt kerkelijke, zo als ruimte voor de jeugd en een soos voor bejaarden. De bouwstijl voor kerken wijzigt zich drastisch. Ze kenmerkt de mentaliteit van de gelovige moderne mens: ze zoekt naar nieuwe vormen, wil breken met het bur- gelijke. De mens beschouwt zijn woning niet meer als definitief, is altijd bereid weer op te breken. Die onrust is ook eigen aan het Godsvolk van nu, dat zich niet meer nestelt in de huisjes tussen de steunberen van de kathe dralen, maar dat klaar staat om weer verder te trekken: Gods volk onderweg. De hemelbestormende torens van de traditionele ker ken zijn uit de mode. De kerk wijst niet meer omhoog alsof daar God en godsdienst te vinden zijn. De kerk blijft tegenwoordig liever nederig tussen de flats, midden tussen de mensen voor wie zij een dienende taak heeft te vervullen. Het verticale christendom heeft plaats ge maakt voor het horizontale. De nadruk ligt niet zozeer op de dienst aan God, maar op de dienst aan de mede mens om aldus christen te zijn als Christus die ook mid den tussen de mensen verkeerde. Het is niet toevallig dat een kerkinventaris geveild wordt. Het oude interieur is niet langer bruikbaar. Tra ditionele kerkelijke voorwerpen doen weinig of geen dienst meer. Priesters bewegen zich anders onder de mensen dan hun clericale voorlopers uit de jaren dertig toen de burgerlijkheid ook onder de geestelijken 'n hoog tepunt beleefde. Dominees blijken voor de televisie hele maal niet van die doodbidders te zijn als je zou denken en echt gewijde sprekers en zalvende verkondigers wor den even zeldzaam als het antiek uit hun kerken. Men sen als dominee Toornvliet en (om in onze stad te blij ven) dominee Wissink zorgden er net zo goed als de Driesters Vrijburg en Mazzi voor dat kerkelijke autori teiten wakker bleven en niet in verleiding kwamen om het burgerlijk christendom van vóór de oorlog te laten herleven. Kerkelijke structuren worden grondig gewijzigd. Dat brengt onzekerheid met zich mee, vooral bij oudere men sen die opgevoed zijn met stellige waarheden waaraan niet te tornen viel, zelfs niet over te discussiëren. Het woord van de pastoor of dominee was het woord van God. Die tijd is voorbij. Maar misschien beseffen wij als geestelijken te weinig hoeveel moeite het gelovige volk (voor zover dat de kerk nog trouw is) met de ver nieuwingen heeft en staan we er niet voldoende bij stil dat veel mensen vereenzamen ondanks en wellicht dank zij de moderne manier van geloofbeleving. 'n Ander opvallend aspect van een moderne geloofs opvatting is de groeiende openheid, binnen de eigen ge loofsgemeenschap zowel als naar buiten. Soms wordt die openheid geforceerd met protesten; vaak worden kerkelijke leiders uitgedaagd klare taal te spreken en zich niet te hullen in de alles dodende taal der diploma tie. Die openheid blijkt wel heel duidelijk in het oecu menisch streven. In Schiedam groeit de oecumene lang zaam, soms tegen de verdrukking in. Onze stad loopt op weinig gebied vooraan, zeker niet op kerkelijk en sociaal terrein. Wij denken graag kleinstedelijk en krijgen trou wens de kans niet ons ruimtelijk te ontplooien, geklemd als we zitten tussen de grote broers Rotterdam en Vlaar- dingen. Die laatste stad zijn we naar inwonersaantal nog net de baas, maar het zal niet lang meer duren of we worden op veel gebied overschaduwd door onze beide buren. Op oecumenisch vlak is er naar veler mening al heel wat bereikt; anderen vinden dat men zich nog maar op afstand en te vrijblijvend interesseert voor eikaars ge loofsopvattingen. Alles bij elkaar zou er met hechtere samenwerking meer bereikt kunnen worden dan tot nu toe het geval is. In het nieuwe boek over onze stad: „Schiedam nu" wordt met geen woord gerept over het kerkelijke leven. Natuurlijk is dat er wél; denken we alleen maar aan de vele kerkelijke relaties met maatschappelijke en charita tieve instellingen. Wat de kerken bijvoorbeeld doen als aanvulling op de veel geprezen Bijstandswet, treedt te weinig in de openbaarheid. Het gezicht van de kerken is echter te veel naar binnen gekeerd en de diverse activi teiten blijven te zeer beperkt binnen de kring van de eigen groep. Ongetwijfeld een grote vooruitgang is de nieuwe Raad van Kerken, voortzetting van de oude Oecumenische Raad. Daarin kunnen nu ook de Gereformeerde en Katholieke kerk actiever dan voorheen zitting hebben. Voorheen werden oecumenische activiteiten vaak geremd om reden dat deze beide kerkgenootschappen geen of ficiële lidmaten waren van de Wereldraad van Kerken, en daarmee niet van de Oecumenische Raad. De nieuwe opzet van de Raad van Kerken is algemener; de statuten zijn over heel het land algemeen geldend, met slechts enkele aanpassingen voor Schiedam. Deze nieuwe opzet biedt meer mogelijkheid om tot snellere en meer doel matige besluitsvorming te komen zonder dat de partici perende leden zich eerst weer met hun kerkeraden moe ten verstaan om daar een fiat te krijgen voor wat ge daan wordt. In het verleden draaide zo menige activiteit dood in een perpetuum mobile van besluiteloosheid. De nieuwe Raad is 8 januari geïnstalleerd, zoals men on getwijfeld in de pers heeft kunnen vernemen. Het is te hopen dat een nieuw boek over het huidige Schiedam wél iets weet te achterhalen over de invloed en de resul taten van deze interkerkelijke vorm van samenwerking. 'n Bepaalde werkwijze van interconfessionele samen spraak komt tot uiting in de verschillende parochies of wijken. Zo bestaat er in Nieuwland een bloeiende In dc Visitatiekcrk aan de Schaepmansingel stond vorige maand deze „Kerststal". De achtergrond is dc gesloten Havcnkcrk. Sentimenteel

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1969 | | pagina 10