...TOEN WERD HET ME NET EVEN TE VEEL,
NIETS GEHOORD... GEZIEN HED K ALLEEN
|AN VAN SCHIINDEL
FRANS STEENBERGEN
COCK VAN DER TUYN
VOOR Ml| 'N ANDER
58
Steenbergen: „Ik zal je een voorbeeld geven. Ik werd ge
kozen in het Nederlands elftal. Jan en ik waren samen debu
tant. Mijn baas was er helemaal gelukkig mee. Hij vónd dat
wat. Hij wist niet eens wat voetballen was. Hij wist niet eens
of die voetbal nou een kokosnoot was of dat er lucht in dat
ding zat. Die man die gaat mee naar het Olympisch Stadion.
Hij was er vóór de wedstrijd en hij zegt: „Jong, moet je daar
nou voetballen? Met al die mensen?" Kijk, die man wist er
dus helemaal niks van. Maar na die tijd, als er nou iemand
op de zaak kwam en ik liep daar in me gele jasje, dan zei hij
„Hé, da's Steenbergen. Heeft in het Nederlands elftal gezeten."
Weet je wel. Ik kan dus niet zeggen, dat ik voordeel van mijn
populariteit heb gehad, maar ik heb er ook geen nadeel van
gehad."
Wat voelden Van SchijndelVan der Tnyn en Steenbergen toen
het hoogtepunt van hun carrière voorbij was1.
Van Schijndel: „Ik heb er nooit moeite mee gehad. Het af
stand nemen groeide gewoonweg bij mij. Ik kreeg een gezin.
En trouwens, de training werd steeds meer opgevoerd. En ik
voelde er niks meer voor om 's avonds in die bagger te gaan
lopen. Niet dus omdat ik er te oud voor was."
Steenbergen: „Nou, bij mij was het wel even anders. Ik
moest er wegens maatschappelijke- en familieomstandigheden
mee ophouden. Mijn oudste broer overleed en ik moest in
springen. Ik moest dus uitscheiden met het top-voetbal, want
ik kreeg te veel aan mijn hoofd. Maar toen, nadat ik ermee
was opgehoudenik zag die jongens zo zondagmiddag het
veld opgaan en ik kon het niet aanzien. Ik stond gewoon te
huilen. Ik kon het niet aanzien. Dat voetballen had me ergens
gepakt en als het je goed pakt, blijft het je je hele leven vast
houden. Ach, toen ik vier weken verder was, was ik er wel over
heen en op je 33ste kun je er eigenlijk best mee ophouden.
Maar voor mij is voetbal een enorm iets geweest."
Van der Tuyn: „Ik was 36 toen ik er mee ophield, dus al
drie jaar verder en ik had ook al grote kinderen. Maar nu,
op dit moment ben ik nog net zo gek op voetbal als toen en
dat blijkt ook wel uit het feit dat ik nog steeds voetbal bij
Hermes DVS-8. Ik kan er gewoonweg niet mee ophouden en
als op een zondag het veld wordt afgekeurd, dan heb ik er
gewoon de pest in. Dan ben ik dolblij dat ik vrijdagavond
toch nog een wedstrijdje heb kunnen spelen. Mijn twee jon
gens zijn ook gaan voetballen. En dat is fijn. Maar, om nog
even op daarnet terug te komen, we hebben dus topvoetbal
gespeeld en de herinnering blijft bij de mensen hangen. Als
er iets is gebeurd, dan komen ze naar je toe, zo van: „Kun
je niet dit, kun je niet dat, kun je niet eens invallen als trainer.
Dat zagen we dit jaar toch bij Hermes. En toch is dat fijn
en daarom zeg ik maar zo: „Voor mij mag het nog 25 jaar
duren."
opgroeiende kinderen en dat aantal malen trainen in de week
ging me tegenstaan. Ik ben er vrij jong mee opgehouden.
Toen ik dertig was, zei ik: „Nou, voor mij een ander". Want
ais je niet traint kan je het spelen van een zware wedstrijd
niet opbrengen en moet een ander het voor je gaan opknappen.
Steenbergen„Ja, dat is waar. De echte liefhebbers kun je
er altijd uithalen. Die blijven komen."
Van Schijndel„Jawel, wij hebben altijd met plezier gevoet
bald en ik kan me bijna niet voorstellen dat de jongens van
nu dat op dezelfde manier doen. Ik loop mee in het vijfde