DICK PALUDANUS „Niet griezelig..." e 68 bezwaar tegen. Waarom zou ik? Ik zal de mensen alleen waarschuwen, dat het zo'n prettig aanzien niet is. Dat is buiten kijf. Maar als je de fa milieleden zou wegsturen, zou je alleen maar argwaan wekken. Nou en dat is de opzet ook niet. Verpleegsters vragen wel eens aan me: vind 11 het nu geen griezelige bezigheid? Snap jij dat nou? Op mijn beurt zou ik het veel erger vinden om mensen vlak voor hun dood te zien lijden. Zo is het toch?" Diek Paludanus zegt in zijn familie kring dikwijls te maken te hebben met mensen die zijn oren van zijn hoofd vragen over zijn (voor hen lugubere) belevenissen. „In zekere zin vind ik zulke vragen minderwaardig", klaagt hij. „Maar je staat er met zo'n vak aan bloot, ik weet het. Maar ik pro beer altijd direct over te schakelen naar een ander onderwerp. En als de mensen blijven doordouwen, dan zeg ik: wees nou toch in vredesnaam blij dat je niets mankeert. Mensen die hier langs de werk plaats komen, maken ook wel eens een grapje. Nietwaar, Wim? Ik kan dat moeilijk verdragen. Goed, ik kan me best begrijpen dat het zien van een lijkkist een of ander mysterieus schrikbeeld bij je opwekt en dat terwijl ik er bij wijze van spreken 's middags een dutje in doe maar slik dan die gemaakt lollige vragen van „zo, is die voor mij" in. Ik kan er echt niet om lachen". JAN D. ZWART

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamse Gemeenschap (tijdschrift) | 1969 | | pagina 20