KERSTNACHT AAN ZEE
'1
133
Waarin GIJSBERT met de
Kerstengel spreekt
Mariemma naar Amerika
r
Winkel - etaleur
Kerstverhaal door
Bert Voeten
VJ
Verkoudheid
nog steeds
Nog één voorstelling in de
Rotterdamse schouwburg
Rotterdams elftal
HULSTKAMP
Woensdag 24 December 1947
TOEN ik naar het restaurant aan
1 de boulevard liep, ontmoette ik
de vuurtorenwachter, die juist het
baken had ingeschakeld. Het licht
kwam langzaam op in zijn hoge
glazen kooi. maakte de vaalgrijze
schemering rondom rossig en zakte
weer weg. Achter het duin raasde
de zee alsof zij een dagenlang opge
kropte woede wilde uiten. Meeuwen
zeilden pijlsnel landinwaarts. Wol
ken zand joegen ons tegen en de
draden der seinmasten naast de to
ren zongen gierend.
„Dat noemen ze Kerstweer," riep
Arends, die naast mij liep we
moesten dezelfde kant uit. Het don
deren van de branding deed 2ijn
stem als uit de verte klinken. „Gaat
U niet naar de stad?"
,,Ik> weet het nog niet. Misschien
blijf ik wel hier," zei ik.
„Je moet er maar plezier in heb
ben." meende de vuurtorenwach
ter en hu trok de kraag van zijn
jekker hoger tegen ziin gezicht. „Ik
zou het wel weten als ik vrij was.
Maar U begrijpt.... ze kunnen me
hier niet missen. En met dót weer!
Ik vertel U dat we een storm krij
gen die ons heugen zal. De weer
berichten zijn ellendig slecht. Kom,
ik ben thuis. Als ik U niet meer
zie: prettige Kerstdagen." Hij zei
het zonder spot en we drukten el
kaar hartelijk do hand.
Op de boulevard was de wind
heer en meester. Ik liep ver voor
over. met stijve benen en hoog op
waaiend haar. De blinden voor de
lege dépendances der badhotels
klapperden. Enorme golven braken
op het strand uiteen. Ik voelde het
zout neerslaan op mijn lippen. Door
de snel vallende duisternis drong nu
enkel het licht van het restaurant,
waar ik elke dag mijn maaltijden
gebruikte. Ik \va3 de enige gast,
hetgeen met zich bracht, dat de ser
vice, die anders over tientallen ver
deeld ^verd. nu geheel op mij werd
geconcentreerd. Tijdens mijn ver
blijf in het zeedorp, waar ik mij in
het zomerhuisje van een vriend had
teruggetrokken, was het restau
rant mij stilaan tot een oase ge
worden, die ik tweemaal daags met
een zeker welbehagen betrad.
Meer dan een maand had ik on
afgebroken gewerkt aan een nieuw
boek. Ik was gewend geraakt aan
de eenzaamheid en aan het verkeer
met de zwijgzame dorpsbewoners.
Ik dacht weinig aan de stad en het
geen ik daar had achtergelaten.
Maar toen Kerstmis naderde werd
ik onrustig en besluiteloos. Nu eens
nam ik mij voor op Kerstavond
terug te keren, dan weer stelde ik
mijn vertrek uit .tot Oudjaar. De
woorden van de vuurtorenwachter
hadden mij opnieuw aan het wei
felen gebracht. Zou ik toch maar
niet teruggaan, er een week uit
breken?
Het zou goed zijn. En ik kon im
mers na Nieuwjaar mijn „kluis"
weer betrekken?
In de gang van het restaurant
kwam de geur van gebraden koniin
mij tegen. Tafelzilver rinkelde En
toen ik binnentrad gaf de krakende
radio een bericht van de stormwaar-
schuwingsdienst door: „Weest op
Uw hoede!"
Buiten huilde de zee.
LS een gek holde ik met mijn
1 x koffer de donkere dorpsstraat
af, maar toen ik bij de bushalte
kwam stond daar niemand meer. De
flakkerende gaslantaarn aan de
gevel van het hoekhuis gaf te wei
nig licht om op de dienstregeling
iets te kunnen onderscheiden. Tk
probeerde het met lucifers, doch de
een na de ander waaide uit. Och,
wat had het ook voor zin? Ik wist
nu wel dat'de jaatste bus weg was.
En daar ik niet over voldoende geld
beschikte om een taxi te bestel
len, zat er niet veel anders op dan
terug te gaan naar het huisje. Ik
bleef nog even dralen, alsof ik ver
wachtte. dat iets mij deze Kerst
avond in het trieste, door do storm
verdoofde kustdorp zou besparen.
De maaltijd in het restaurant was
min of meer feestelijk verlopen,
Het eten was subliem. Even voor
treffelijk was de borrel die ik na
afloop met de hospes gedronken
had. Er bevonden zich plotseling een
heleboel mensen in de zaal, drukke
vrolijke mensen, die met takken
hulst en dennegroen sleepten en op
stoelen en tafels balanceerden met
grote klokken van rood papier bo
ven hun hoofd. Ik voelde mij als
een eiland en op hetzelfde ogenblik
stond mijn besluit vast: ik ging weg;
ik zou straks in zo'n zelfde vrolijke
vriendenkring binnenvallen, en als
het verloren schaap worden begroet
met een warme wljngroc. Als ik
snel mijn koffer pakte, kon ik de
laatste bue nog halen, De zee joelde
mij achterna, toen ik langs de bou
levard naar het huisje snelde. En
nu hoorde ik haar weer joelen, har
der en holler dan tevoren. Maar er
was nóg iets: ik vernam voetstap
pen. Zij kwamen mijn kant uit,
Automatisch bukte ik mij naar mijn
koffer. Ik had een onbeschrijfelij
ke behoefte aan gezelschap.
Er kwam een man naar mij toe.
Bij bet flauwe licht van de lantaarn
kon ik zijn gezicht niet goed onder
scheiden. Ik zag alleen dat hij een
baskische muts droeg en een punt
baard. Hij was kort en breed, welke
indruk versterkt werd door een
zware jekker met een bontkraag.
„U staat toch niet op de bus te
wachten?" vroeg hij. „Die is zeker
al een kwartier weg."
„Dat begin ik ook te merken," zei
ik, en ik had onmiddellijk spijt van
de wrevel die uit mijn antwoord
geklonken moest hebben.
Hij sloeg er geen acht op, vroeg
of ik ergens logeerde en nadat ik
hem de situatie had uitgelegd, stel
de hij mij voor met hem mee te
gaan.
„Ik ben ook alleen," zei hij. „Ik
woon in het gele huis aan het eind
van de boulevard, U weet wel, dat
het dichtst bij zee staat." Hij sprak
nerveus en ik verwonderde mij over
de angst, die ik in zijn stem be
speurde.
Over 't feit, dat hij mij uitnodigde,
na niet langer dan drie minuten
met mij gesproken te hebben en
zonder mij te kennen, dacht ik
eigenlijk niet na. Ik vond haast dat
het van zelf sprak.
Zwijgend liepen we in de richting
van de zee, om beurten de koffer
dragend.
donker en scheen op de een of an
dere manier niet bij het vertrek te
behoren. Toen ik nauwkeuriger toe
keek, zag ik dat de muren en de
vloer daar nieuwer waren dan in
het overige deel van de kamer.
Mijn gastheer had mijn blikken ge
volgd. Hij stond op, gooide een paar
blokken op het vuur en begon, snel
rokend, op cn neer te lopen, daarbij
de erkerruimte vermijdend.
„Het was zeven jaar geleden op
Kerstavond," zei hij, zijn stem uit
zettend tegen het oorverdovend ge
brul van de zee. „ïk zat op dezelfde
plaats waar jij nu zit. Mijn vrouw
lag in do erker op een rustbank. Zij
was in verwachting. Wij hadden
ieder een boek, maar van lezen
kwam niets. De orkaan die om het
huis raasde maakte het onmogelijk
ie te concentreren op je lectuur.
Praten declcn we ook niet. Om een
gesprek te voeren zouden we hebben
moeten schreeuwen. Het was tien
maal erger dan nu. We luisterden,
keken elkaar aan, luisterden. Het
leek wel of de branding steeds dich
ter bij kwam. Maar we waren niet
bang. We wisten dat het huis bij
zonder hecht gebouwd was en dat de
zee nooit tot aan de fundamenten
was geweest. „Hoor!" riep hij eens
klaps en hij liep naar de erker. Zijn
vinger trilde even toen hij hem
omhoog stak. „Hoor je dat geruis'
Zo was het toen ook. Ik heb het in
jaren niet gehoord."
Ik luisterde, en het was mij of
ik het water nu onder het huis door
hoorde spoelen en of we ons op een
woonschip bevonden.
,,'t Is voor de eerste keer sinds ze
ven jaar dat ik weer gezelschap heb
in de Kerstnacht," vervolgde Goze-
wiins. nog steeds opgewonden.
„Weet je dat ik vanavond ben uit
gegaan om „een mens te zoeken."
zoals dat heet? Ik zal je alles ver
tellen. Ik hoop niet dat het je ver
moeit,"
Ik schudde het hoofd en luisterde
gespannen naar het zuigende geluid
van de zee. dat uit de kelder van
het gele huis scheen te komen. Mijn
gastheer schonk er geen aandacht
aan en vervolgde:
Het geraas van het water drong
tot in de verste kieren van het dorp
door. De man met de baskische muts
keek strak voor zich uit, naar de
plaats waar de witte lichtkegel van
het baken over de duintoppen
streek en weer wegzakte. Hij keek
alsof hij elk ogenblik een doorbraak
verwachtte, «»en reusachtige vloed
golf, die het' ganse dorp verzwel
gen zou.
T-T ET is vannacht precies zeven
M'-^jaar geleden," zei Gozewjjns.
„Als ik het je verteld heb, zul je
begrijpen, waarom op een nacht als
deze die afschuwelijke angst mij
weer te pakken krijgt." We zaten in
de bibliotheek van het gele huis,
een langwerpig vertrek met een open
haardvuur en een diepe erker aan
de zeezijde. Warme wijn dampte in
de glazen. We aten Kerstcake en
rookten onafgebroken. Er was een
wonderlijke vertrouwdheid in ons
samenzijn, alsof we lang geleden
afgesproken hadden elkaar in deze
Kerstnacht te ontmoeten. Gozewjjns
had vóór enkele jaren een drukke
psychiatrische praktijk opgegeven
om zich geheel aan de studie te
kunnen wijden. Een erfenis had hem
in staat gesteld zich in het gele huis
terug te trekken. Er verschenen be
langrijke publicaties van zijn hand
in de medische vakpers, en men was
algemeen van oordeel dat een pro
fessoraat niet lang meer op zich zou
laten wachten. Ik kreeg de indruk
dat hij de villa geheel alleen be
woonde. Zij stond als een voorpost
op het duin en men had, bij een
storm als die nacht woedde, het ge
voel, geheel door het loeiende wa
ter omringd te zijn. De erker was
„Het werd die nacht zó erg, dat
ik besloot naar buiten te gaan, om
te zien of er gevaar was voor een
doorbraak. Mijn vrouw lag rustig op
de bank. Toen ik de kamer uitging,
riep ze: „Doe je oliejas aan en blijf
niet te lang weg." Op het ogenblik
dat ik de voordeur wilde openen,
klonk er een ontzettend gekraak, 't
Huis trilde en scheen plotseling vol
water te zijn. Boven alles uit hoor
de ik mijn naam roepen, tweemaal
achtereen. Ik rende naar de biblio
theek. Het vertrek was duister. Ik
waadde tot over mijn enkels in het
water. Ik riep „Annelies. Anne lies!"
misschien wel vijftig maal achter
elkaar. De zee gaf donderend ant
woord. Ik waande mii op een zin
kend schip. Bij hot licht van een
zaklantaarn zag ik dat een enorme
vloedgolf de erker had weggesla
gen en mijn vrouw had meege
sleurd. Ik liep naar het gat en
bleef op de uiterste rand staan, ver
wachtend dat de zee met hetzelfde
geweld terug zou komen. Maar zij
kwam niet en de wind stiet mij ach
teruit. Ik zocht nogmaals de hele
kamer af. Ik riep. Ik rende het
huis door, ontstak overal licht. En
intussen scheen de orkaan in kracht
af te nemen. Ik telefoneerde de kust
wacht en de reddingsbrigade. De
mannen kwamen onmiddellijk. Wij
zochten de gehele nacht en een dee!
van de morgen. Zonder resultaat. Bij
daglicht zagen we dat het water een
groot stuk duin onder het nuis had
weggeslagen. Twee dagen later
spoelde de rustbank aan. Mijn vrouw
is nooit gevonden."
Hij ging zitten en staarde in de
vlammen. Ik keek naar de kleine
feestelijkheid van de tafel met de
Berf Voeten. onze jeugdige dich'
Ier. die zich dit jaar bereid verklaar'
de voor ons blad een Kerst-verhaal
dat de lezer hiernevens aantreft
te schrijven, is geboren in 1918 in
Breda.
In 1944 publiceerde hij anoniem
zijn gedicht „Babylon herhaald".
Na de bevrijding verscheen de bun-
del „Amsterdamse kwatrijnen", het
jaar daarop „De blinde passagier",
Odysseus' terugkeer" cn Door-
tocht". Dit jaar zagen van zijn hand
het licht de dichtbundel „Twee
tvsrcIden" en „Suite in December".
Enige maanden geleden werd hem
de Van der Hoogt-prijs toegekend.
In 1948 zal men tevens met Bert
Voeten als romamc/iryver kennis
kunnen maken. Zijn roman „De
Komediant" is zo goed als gereed en
zal volgend jaar verschijnen.
nepoederde Kerstcake, de wijn, de
sigaren. Ik keek naar de erker en
van daar naar Gozewjjns, wiens ge
zicht een merkwaardige verandering
onderging. Het scheen zich te ont
spannen. Hij voelde dat ik keek,
draaide zich naar mij toe en glim
lachte even,
„Ik ben je erg dankbaar," zei hij.
Ik wilde iets zeggen, maar hij
schudde het hoofd. „Weet ie, dat er
vannacht iets wonderlijks is ge
beurd, iets, waardoor ik v/ecr aan
Kerstmis denken kan als een feest
ven de vrede? Sedert die noodlottige
gebeurtenis, hoorde ik elk jaar op
Kerstnacht mijn vrouw roepen,
tweemaal, net als toen. Je zult zeg
gen dat het een idee fixe was, maar
ik vertel je dat ik het zeer duidelijk
hoorde." Weer wilde ik iets opmer
ken, maar hij liet mij niet aan het
woord komen. ..Ik weet wat je zeg
gen wilt,'* zei hij. „Waarom ik niet
wegging met de Kerstdagen? Ik wil
de niet op de vlucht slaan voor mijn
eigen berinnering, Ik wilde de angst,
die mij telkens opnieuw bekroop, de
baas worden. Vanavond kon ik de
eenzaamheid niet langer verdragen.
Ik vond jou. Ik wist dat ik je vin
den zou. Ik heb je alles verteld.
Weet je wat er gebeurd is?" Hij
boog zich naar mij toe. De angst
was uit zijn ogen en zijn stem ver
dwenen. „Ik maakte je immers at
tent op het geruis van het water?
Op dat ogenblik dacht ik: nu zal
ik het weer horen en er zal iets ver
schrikkelijks gebeuren. Maar ïk heb
niets gehoord. Niets. Amtell es zal mij
niet meer roepen. Voor het eerst na
zeven jaar heb ik deel aan wat men
Kerstvrede noemt. Ieder mens be
leeft die op zijn manier. Voor mij is
het een innerlijke rust en een kleine
blijdschap, omdat ik weet. dat zij
die rust ook kent."
Was het verbeelding, of klonk het
geraas van de zee nu meer uit de
verte? Er viel een vreemde stilte in
het vertrek, die wij geen van beiden
durfden verbreken.
(Nadruk verboden).
TÏUNGELEND aan de vier balon-
netjes wrong Gijsbert zich in
allerlei moeilijke bochten om los te
komen, maar toen het tot hem door
drong, dat het niet lukte, berustte
hij in zijn opgaande lijn en ging er
gelaten bijhangen. Tot zijn verras
sing ontdekte hij, dat hij langs de
kerstboom zweefde. Er hingen aller
lei interessante dingen in als kerst
kransjes, rode glinsterende ballen,
kaarsjes en kleine stukjes speel
goedBeneden zag hij de pakjes
steeds kleiner worden, de stoelen
schenen te krimpen en ook de tafel
tfras niet meer wat* hij op de grond
geleken had.
„Alleraardigst uitzicht", zei hij
tevreden, „zo zie je nog eens wat en
je krijgt een andere kijk op de din
gen". Net toen hij dacht zijn hele le
ven door te zweven krêeg hij ineens
een heftge schok en het stijgen hield
op. Hij was aan het plafond aange
komen.
„Wat lief, dat U mij eens op komt
zoeken", zei een wonderlijk heldere,
zilveren stem, „ik krijg niet alle da.
gen visite van ballonvaarders'' en
toen Gijsbert verbaasd op zij keek,
ontdekte hij in het topje van de
kerstboom een soort wezentje, zoals
hij nog nooit gezien had.
„Hallo", zei hij hangerig. Het we
zentje glimlachte stralend. „Ik vind
het heerlijk dat U gekomen bent",
zei het, „niet iedereen neemt zich
zoveel moeite naar Hoger Sferen te
komen".
„O, heet het hier Hoger Sferen",
zei Gijsbert, .ik heb U nooit gezien,
wel.... en het is echt per ongeluk
dat ik hier ben". „Het geeft niet"
zei het wezentje. „Zelfs als er
iemand per ongeluk n Hoger Sferen
komt, ben ik ai gelukkig. Het wijst
op goede wil. Ik ben de Kerstengel"
en toen ze dat gezegd had glansde
ze van een wit, verblindend licht.
„Maar het was echt tegen mijn
wil", zei Gijsbert, die de zaak even
uit de doeken wou doenWat is
een Kerstengel?"
„Ik meld aan mensen en dieren
De Goede Boodschap, Morgen is het
immers Kerstmis, het Feest van Het
Licht, de dag dat er vrede op aarde
is
Het was of een koude straal langs
Gijsberts rug liep en hij voelde hoe
hij wit wegtrok. „U zzzei toch
KKKKerstmis?". stamelde hij. „maar
dat is verschrikkelijk, waar kan ik
er hier ergens uit„Verschrik
kelijk?", de Kerstengel trok een
beetje verbaasd haar lichtgevende
wenkbrauwen op. „Ja, U begrijpt
het misschien niet. ik ben Gijsbert
Konijn", zei Gijsbert Konijn ge
jaagd, „twee jaar geleden ben ik
met Kerstmis gevlucht omdat ik
niet geslacht en opgegeten wilde
worden.
„Ik weet heel goed wie je bent",
zei de Kerstengel en zij keek hem
aan met alle goedheid, die er op de
wereld te vinden is, „ik ken je ge
schiedenis. Je moet niet bang zijn
voor Kerstmis en voor de mensen.
Vertel me eens, bij wie woon je op
het ogenblik en wie verzorgen
je„De mensen van het Kin
derziekenhuis", zei Gijsbert, „U ge
looft toch niet dat de kinderen me
zullen opeten...." en grote tranen
welden in zijn ogen op.
„Nee, zeker zullen zij dat niet
doen, daarvoor houden ze immers te
veel van je", zei de Kerstengel ge
ruststellend, „evenmin als de men
sen van het circus Sisatorini je heb
ben opgegeten is het wel?" „Nee,
natuurlijk die niet, die waren van
het goede soort als ik het zo eens
zeggen mag", zei Gijsbert. „En de
11neeronden med'deling]
van neus, keel of borst,
snuift en wry ft U weg met
IMIJN
I MIJN HARDT
DOOS 6oc!i
(Ingezonden mededeling)
FIETSEN-TEKORT
In 't algemeen kan aan het soort
Inbraken worden afgemeten, welk#
goederen schaars zijn. Levens
middelen en textiel genieten da»
nok steeds de byzondere belang
stelling van het „gilde". Maar
ook rijwielen blijken nu weer zeer
gezocht. Er is namelijk een poging
gedaan om in te breken bij de
Jilncker RH wi elf abrieken te Apel
doorn. Het bleef ditmaal bij een
poging, want deze fabriek wordt
beschermd door een Alarma '33
installatie, zodat de inbrekers
voor het alarm de vlucht moesten
nemen.
Vraagt inlichtingen over:
onfeilbare inbraak-beveiliging
O.Z. Voorburgwal 161, Amsterdam*
Telefoon 34076, 30835
dokter en zijn dochtertje, het meisje
Aphrodite", vervolgde de Kerst
engel„Nee, o nee", riep Gijs
bert, „die waren voor alle dieren
erg lief", „Zo zie je, dat niet alle
mensen naar zijn", zei de Kerst
engel, „Zou U denken?", vroeg Gijs
bert. Hij had een grenzeloos ver
trouwen in de Kerstengel, maar hij
kon toch niet beletten dat grote
tranen langs zijn. wangen liepen. „Ik
weet het. „zei de Kerstengel een
voudig. „Morgen is het 25 December1
en dan zijn ze allemaal van goed#
wil",
„En de 26e?", vroeg Gijsbert. „Ook
nog een beetje", zei de Kerstengel,
„En daarna?" Gijsbert wilde graag
zekerheid hebben, „gaan ze daarna
weer hun gang?'* Maar dat kan
toch nooit de bedoeling van het
Lichtfeest zijn....?"
j Toen werd de Kerstengel zo stra-
I lend licht, dat Gijsbert niet meer
naar haar kijken kon zonder pijn in
j zijn ogen te krijgen en haar stem
i klonk heel hoog en veraf toen ze
j zei: „Gijsbert Konyn, jy begrijpt
het heel goed. Eens zal er een tijd.
komen, dat de mensen niet alleen
op Kerstmis goed willen zijn. maar
op alle dagen van het jaar. Dan
zullen ze geen kwaad meer doen.
Zij zullen geen oorlogen meer voe
ren. Dan zal de Goede Boodschap
van Het Licht tot ze zijn doorge
drongen en eindelijk, eindelijk zul
len ze werkelijk gelukkig worden".
„Duurt dat nog lang, denkt U?",
vroeg Gijsbert. want hy hield van
helderziend. „Ik weet het niet", zei
de Kerstengel, „zij hebben het in
zich". „Ik hoop toch zo vreselijk,
dat het er een beetje gauw uit
komt", zei Gijsbert. „ais alle mensen
altijd goed zijn, misschien kan het
dan toch nog eens alle dagen Kerst,
mis zijn". „"Wie weel', zei de Kerst-
engel, „heb vertrouwen"
MARIAN SMEETS
(Wordt vervolgd)
[WI ET TWEE VRIJE DAGEN in het verschiet
zou menig liefhebber van een kruis
woordraadsel teleurgesteld zijn, indien de
puzzle-afdeling geen opgave bracht.
Daarom vandaag deze Kerstklok,
een kolfje naar de hand van
vele raadselvriendinnen cn
vrienden.
De omschrijvingen
luiden:
HORIZONTAAL:
2. Schrijfgereed
schap: 4. Schier
eiland (Azië); 6. Woont
in Estland: 8. Plaats (Ve.
luwe)9. Oppervlaktemaat;
11. Lidwoord; 12. Grootmoe
der; 13. Frans goud; 15. Reeks;
17. Motorschip; 19. Voordeel;
21. Plaats (Bollenstreek); 24,
Geldbedrag: 25. Oude maat; 26.
Stop; 27. Kluit; 29. Bootje; 32, Halt;
35. Paardekracht; 36. Noot; 37. Niet uit;
39. Is koud; 40. Uitgeslagen; 41, Afkor
ting uit telefoonboek; 42. Jongensnaam; 44.
Tegenslag; 45, Gids; 47. Tegengestelde van
down; 48. Zijne Majesteit's schip (Eng.); 50.
Titel; 51. Geografische aanduiding; 52. Dier; 53.
Thans: 55. Naschrift; 57. Leert men: 59. Knok
ploeg; 61. Geluid van een ezel; 62. Reeds; 64. Bol
gewas; 65. Voegwoord; 67. Vorm van deze puzzle:
63. Eten we met Kerstmis (indien de beurs het toelaat).
VERTICAAL:
1. 25 en 26 December;
2 Bekend auteur; 3. Zo
juist: 5. Rivier; 7. Liefde
god; 8. En dergelijke; 10.
Daar; 14. Uitroep van pijn;
-6. Dun; 17. My: 18. Windrich
ting; 20. Seconde: 22. Woont in
Eire; 23. Halt: 24. Noodsein; 27.
Zachter (muziek); 28. Alles in orde;
29. Rivier; 30. Voor ieder toeganke
lijk; 31 Noot; 33. Eb cn vloed; 34.
Spil; 36 Kerkelijke naamgeving; 38.
Ellende; 40. Soort aardappelziekte; 43.
Open naadje: 44 De oudere; 46. Stoomvaari-
mij-: 48. Licht; 49. Sport Staalt Spieren; 51.
Rund; 54. Klein mens; 55. Schrede; 56 Stevig;
^8. Medicijn: 60. Peen; 61 Titels; 63. Soort on
derwijs: 64. Uitsluitend aansprakelijk; 66. D° on
bekende.
Mariemma vertrekt naar Ameri- laatste optreden in ons land een
ka. Allen die haar gezien of over bijzonder karakter dragen en daar-
haar gehoord hebben, zullen dit be- door ook de belangstelling hebben
treuren, want zelden ziet men de van velen. De begeleiding is we-
danskunst met zoveel overgave be- derom in handen van de vermaarde
oefenen als door deze Spaanse Spaanse pianist Enrique Luzuriaga.
kunstenares. Er komt in* Rotterdam
nog één voorstelling, een afscheids-
matinee van Mariemma en uiter
aard weer onder auspiciën van Het
Rot ld udmsch Parool,
De laatste dansmiddag van
Mariemma wordt te Rotterdam
in de Schouwburg gehouden
op Zondag 4 Januari te half
drie. De prijzen bedragen f 1.50
tot f 4.-—, waarbij rechten en
garderobe inbegrepen zijn.
Plaatskaarfen zijn van Dins
dagmiddag 1 uur af verkrijg
baar aan onze kantoren, Schie-
damsesingel 42, tel. 25430.
Mariemma, die zich zeer vleiend
uitliet over haar tournee door Ne
derland, zal de eerstvolgende zes
maanden in Zuid-Amerika door
brengen. Zonder twijfel zal haar
DE GEVIERDE
DANSERES
komt nog éénmaal
4 JANUARI
ROTTERDAMSCHE SCHOUWBURG
Jubilaris D. van Gent
De heer D. van Gent, procuratie
houder bij de N.V. Lak- Vernis- en
Verffabrieken Molyn en Co.. alhier;
mocht op 22 dezer herdenken dat hij
25 jaar geleden bij Molyn en Co. in
dienst trad. Ter gelegenheid hier
van werd de jubilaris met zijn ge
zin ten kantore der firma ontvan
gen en op hartelijke wijze door de
directie alsmede door de woordvoer
der van het personeel toegesproken,
waarbij enige fraaie cadcaux wer
den aangeboden.
Russische Zangers bij
Kunstkring
Men moet bij het beoordelen van
de kwaliteiten van Russische voca
le ensembles zeker niet in de eer
ste plaats de technische züde van
de zangkunst als maatstaf aanleg
gen. Deze is, men kan gerust zeg
gen, soms in hoge mate oneven
wichtig en zelden afgewerkt. Dit
bleek ook het geval te zijn bij het
Russisch Vocaal Kwartet, dat gis
teravond voor de leden van de
Rotterdamsche Kunstkring optrad,
met liederen in de bewerkingen o.a.
van Glinka. Borodine Balakireff en
Thcerepnini. Soms was het geluid,
zoals bijvoorbeeld bij de eerste te
nor weinig buigzaam of werd een
bepaalde interval in de midden
stemmen niet vrij en zeker genoeg
ingezet, zodat de klankproducti»
dan wankelde en daardoor een sto
rende uitwerking had.
Wanneer men zich dus afvraagt,
waarom toch de zang van zo'n Rus
sisch ensemble zo sterk vermag te
boelen en vele ogenblikken van mu
zikale ontroering kan schenken,
dan kan het antwoord slechts lui
den, dat het de absolute overgave
is, de grote bezieling, waarmede de
Russische mens zingt. Bovendien
klinkt er uit al die Russische lie
deren zowel in melodisch als har
monisch opzicht iets onbestemds,
iets weemoedigs, om het even wel
ke gemoedsstemming er in tot uit
drukking komt. Dit weten de Rus
sen in hun stem als het ware mede
te laten trillen, op de toehoorder
over te dragen en er een sfeer mede
te schepnen die heimwee, cos-
misch verlangen wekt. Zo be
schouwd valt het te verklaren, dat
het publiek geboeid luisterde naar
de zang van dit kwartet (bestaande
uit de bas C. Kaidanoff. de bariton
B. Braminoff en de tenoren G. Pa-
choutine cn J. Denissoff) en htt
zoveel bijval schonk, dat er nog
enige toegiften moesten volgen.
Herman van Born.
(Ingezonden mededeling,)
Voor spoedige indiensttreding kan
geplaatst worden een zelfstandige
voor het etaleren van vakken en
vitrines. Moet het lakschrljven en
plakkaatschilderen volkomen be
heersen Persoonlijke of schriftelijke
sollicitaties te richten aan:
Import atuminwm pannen
met geïsoleerde handvaten
MATHEN'ÊSSERLAAN (DUKZiCH!)
Opening tentoonstelling
Oost-Aziatische kunst
De wethouder van onderwijs en
volksontwikkeling heeft Dinsdag
avond met een kort woord de ten
toonstelling van Boeddhistische
kunst, Japanse prenten en klein
kunst in het museum voor land- en
volkenkunde geopend.
Hij sprak de verwachting uit, dat
het museum na de verhuizing van
het maritieme deel naar het Burg.
's Jacobplein, haar belangrijke col
lectie Oost-Aziatische kunst nog
meer zal kunnen uitbreiden. Hij
bracht dank aan de directeur, prof.
S. Hofstra, aan de heer Visser, con
servator van het museum van Azia
tische kunst tc A'dam en aan prof.
C. C. Krieger, conservator van de
Japanse afdeling van het Rijksmu
seum voor volkenkunde te Leiden
voor hun aandeel in de tol standko-
ming van de expositie.
Prof. Hofstra en prof. Krieger ga
ven vervolgens een toelichting op
het tentoongestelde.
Kerstconcert van „Sursum
Corda1'
De christelijke gem, zangvereni
ging „Sursum Corda" heeft Dins
dagavond o.l.v. Marinus Egberts in
de Breepleinkerk een Kerstconcert
gegeven met een wat lang, doch
interessant programma waaraan
drie solisten meewerkten. Hctkoór
zong voor de pauze enkele koralen
van Joh. W. Franck, Richard Hol
en Joh. Seb. Bach, waarbij bleek
dat de dirigent over goede zangers
en zangeressen beschikte. De solis
ten, de sopraan Corrie van Zwie-
ten, de alt Marie NcsserAlberts
en de tenor Henk Noort, wisselden
de koralen af met enkele liederen.
Corrie van Zwieten liet een mooi
ontwikkeld stemgeluid horen en
ook Marie Nesser—Alberts wist
zeer te bekoren. De vermaarde te
nor Henk Noort imponeerde zijn
toehoorders vooral met „The Holy
City". De Kerstcantate van Eg
berts voor koor solisten, orgel en
piano, kwam na de pauze tot een
boeiende uitvoering.
Particuliere ziekenhuizen
willen uitbreiden
Wy vernemen dat er plannen be
staan tot uitbreiding van het Ha
venziekenhuis aan de Oosterkade
met een accommodatie voor 52 pa
tiënten cn een zusterhuis.
De laboratoria zullen eveneens
worden uitgebreid. Getracht zal wor
den voor dit bouwplan een urgentie,
verklaring te verkrijgen, waarna
men, na bijeenbrenging van het be
nodigde kapitaal nog in 1948 met de
uitbreiding hoopt te kunnen begin
nen. Ook het ziekenhuis ..Eudokia"
aan de Bergweg heeft verbouwings-
en uitbreidingsplannen. Deze be
vinden zich evenwel nog in een sta
dium van voorbereiding.
De Xerxes-spelers en
v. d. Stoep bedanken
Door het bedanken van de Xerxes
spelers en v. d. Stoep en het niet
meespelen van "Wilkes en De Vroedt
komt er Tweede Kerstdag tegen de
Zwaluwen een verzwakt Rotter
dams elftal binnen de lijnen. De op
stelling is nu:
Landman (d.); Evertse en Hooge-
doorn (a.); Kroon, Terwouw en v.
Lent (m.l; v. Munster, Schrumpf,
Brandes, den Boer, van Male (V.).
f/ngezonder. mededtfmg)
Zeer Oude Genever
Likeuren
Dry Gin