MARSHALL-HULP WORDE GEBRUIKT OM PRODUCTIE-APPARAAT TE VERSTERKEN Tekort op rijksbegroting nog slechts f. 704.629. Industriële capaciteit nadert het vooroorlogs peil DE VERMOGENSPOSITIE HET RIJK Arbeidsinspanning dient te worden opgevoerd II ir HET NATIONAAL BUDGET VOOR 1949 Landbouw moet gemoderniseerd Waaraan het geld hesleed wordt t&szvrSrtüSïMÊ "e i! 865 ■slf lü i Economisch leven dient aangepast v aan wereldstructuur Prijsverhoging voor luxe-artikelen Dinsdag 21 September 1948 3 De regering heeft uitvoering gegeven aan haar voornemen in de nota betreffende de toestand van s Rijks financiën een nationaal budget voor 1949 op te nemen. Een zodanig budget immers verschaft een duidelijk inzicht in de onderlinge samenhang tussen de verschillende sectoren van het economische leven. Met name biedt het een achtergrond waartegen de voorstellen t.a.v. het overheidsbeleid kunnen worden geplaatst. Het budget is gebaseerd op een aantal voorstellen van het Centraal Planbureau, ten aanzien waarvan de regering haar standpunt evenwel nog niet heeft bepaald. Deze zijn voornamelijk gericht op een verantwoord deficit in het handelsverkeer met het buitenland en een verdere toe neming van het productieve nationaal vermogen. Dit zal het noodzakelijk maken de invoer van de thans gerantsoeneerde ver- bruiksartikelen niet te verhogen boven het niveau van 1 Juli 1948, naar mogelijkheid de invoer van niet-essentiële goederen en die uit de dollargebieden te beperken, de uitvoer te stimuleren, de industriële investeringen op te voeren en voorts te streven naar het herstel van het inter-europees multilateraal handelsverkeer. De genoemde voorstellen resulteren, in een productietoeneming van ca. 6 pet ten opzichte van 1948, een toeneming van het nationaal vermogen met rsxhn 1 milliard, een netto-bedrijfs investering in productiemiddelen (met inbegrip van woningen) en voorraden van ca. 1.9 mil liard en een overall-tekort in het goederen- en dienstenverkeer met het buitenland van ruim 0,8 0,9 milliard. UITVOERIG gaat de nota in op de verschillende maatregelen, welke reeds zijn en nog zulten worden genomen terzake van een reconstruc tie van het bestuursapparaat Tal van maatregelen, welke verbetering van werkmethoden, contröle op personeelsbezetting, inkrimping van werkzaamheden door liquidatie- schema's, opheffing van doublures enz. betreffen, werden uitgevoerd. Daarbij bleek, dat geprojecteerde aanzienlijke bezuinigingen kunnen worden bereikt, zonder dat de effectiviteit van het apparaat behoeft te verminderen. De methode van taakiinventarisatie, functieanalyse en. werkelassificatle stelt in- staat naast de beoordeling van het werk promotielijnen op te stellen, welke de bevorderingen, die leiden tot rangeninflatie, voorkomen, Bovendien worden daardoor de personeelschefs in staat gesteld een positief personeelsbeleid te voeren. Wanneer het werk voor de gehele dienst gereed is heeft men ter be voegde plaatse een doorlopend over zicht van de aard en de omvang van de te verrichten werkzaamheden, en van de daarbij passende formaties. Hierdoor krijgt en de begrotingsop stelling e n de efficiëntiebewakmg een stabiel fundament en wordt het vóór-oorlogse stevige centrale toe zicht hersteld onder aanpassing der methoden aan de moderne denkbeel den. Voorts bevat de nota gedetailleerde beschouwingen over de nieuwe comptabiliteitsadmïnïstratie, welke is ingevoerd op het merendeel der ministeries, terwijl het voornemen bestaat om alle krachten daarop te richten, dat deze aan het einde van dit jaar op alle ministeries zal zijn ingevoerd. Het nieuwe systeem voegt aan de verdiensten van dat van voor de oorlog toe datgene wat voor de huidige omstandigheden en volgens nieuwere opvattingen noodzakelijk is, terwijl het bovendien de interne controle versterkt. Meerjarige begrotingen A LS eerste stap in de richting van meerjarige begrotingen is m de vorm van een bijlage van de nota een overzicht overgelegd van de voornaamste in de begroting geraam de uitgaven voor werken, met de uitvoering waarvan een tijdvak van langer dan een jaar is gemoeid. Hierdoor wordt aan. de Staten-Gene- raal een inzicht gegeven in de con tinuïteit van de werken, die op de begroting voorkomen, zonder dat zij nochtans onmiddellijk de daarvoor nodige gelden behoeven te voteren. Intussen wordt hierbij nog opge merkt, dat invoering van meerjarige begrotingen In de eigenlijke zin. op dit moment op grote bezwaren stuit, omdat de financiële en economische vooruitzichten te weinig zekerheid in zich bergen om zich nu reeds vast te leggen op kosten van plannen, die zich uitstrekken over een groot aan tal jaren. IndoneSÏe BIJ de beoordeling van de finen-. ciële toestand van het rijk dient mede de financiële verhouding met Indonesië in aanmerking te worden genomen. Voorzover de rijksbegro ting betreft komt deze financiële ver houding vooral tot uiting in de be grotingen voor de militaire departe menten. In overeenstemming met de voor de oorlog gebruikelijke praktijk wor den de credieten aan Indonesië met in de begroting tof uitdrukking ge bracht. Aan deze eredieten zal een wettelijke grondslag worden gegeven door het bij de Staten-Generaal aan hangige wetsontwerp nopens de ere- dletverstrekking aan Indonesië. Inflatoir en deflatoir effect BIJ een beschouwing van de in vloed, die van de begroting 1949 zal uitgaan op de ontwikkeling van de geldhoeveelheid en. daarmede op het geheel der werkzame Inflatoire en deflatoire krachten constateert de minister, dat hierin gedurende de af gelopen maanden een belangrijke verbetering is ingetreden. Van het nadelig saldo van het Landbouw-egalisatlefonds, dat in de ontwerp-begroting voor 1949 onge dekt blijft, gaat, voorzover krachten van deflatoire aard niet compense rend of overtreffend werken, een in flatoire werking uit. Van de kapi taalsuitgaven (Buitengewone Dienst II> mag geen inflatoir effect worden verwacht, behoudens voorzover iin strijd met het plan van de minister de financiering daarvan niet zon der geldcreatie mogelijk zou blijken te zijn. Voor een beoordeling van de kas- posltie van het rijk in. het komende jaar dient niet een aantal correcties op het totale tekort der ontwerp-be- groting 1949 rekening te worden ge houden. In dit verband wijst de mi nister op het voorkomen van z.g, overlopende posten, op de nog be staande achterstand in de belasting heffing en op de hiertegenoverstaan- de eventueel hogere ontvangsten ua MIN.-PRES. DREES MINISTER LIEFTINCK vrij geld van oude belastingaansla gen, op het overbrengen van enkele hegrotingscredieten uit vorige jaren, door middel van suppletoire begro tingen, op een eventuele voldoening in vrij geld van dc aanslagen uit hoofde van de buitengewone heffin gen, op de credietverstrekking aan Indonesië en tenslotte op de invloed, die op de kaspositie van het rfjk zal uitgaan van de buitenlandse hulp verlening in het kader van het Euro pees herstelprogramma. Aan de hand van deze be schouwing komt de minister tot de belangrijke conclusie, dat de ontwerp-begroting .1949, in tegen stelling met de begrotingen over voorgaande jaren, per saldo geen inflatoire dreiging van beteke nis meer zal opleveren. Ook indien men de economische ontwikkeling in. ruimer verband be ziet, valt te wijzen op een verzwak king der inflatoire, resp. een verster king der deflatoire tendenties. In het bijzonder is in dit verband van be tekenis, dat de ontsparingen, die tot dusver hebben plaats gevonden in tal van. gezinshuishoudingen en die de consumptieve vraag boven het ver diende inkomen opdreven, in de naaste toekomst waarschijnlijk zullen eindigen tengevolge van het uitgeput raken der liquide reserves. Het Is dus niet onmogelijk te ach ten, dat in 1949 de deflatoire tenden ties zelfs enigermate de overhand zullen verkrijgen. Een en ander neemt niet weg, dat voorzichtigheid op het stuk der monetaire politiek geboden blijft. Het komt de minister daarom ongewenst voor om, vooruit lopende op deze mogelijkheid, thans het tempo van de afwikkeling der geldzuivering te versnellen. Deviesenpositie DE minister heeft het voornemen t.z.t. aan de Staten-Generaal een nader overzicht te verschaffen van 's lands devïezenpositie, speciaal ge zien in het licht van de steun, te ont vangen binnen het raam van het Europese herstelprogramma. 9 Alvorens hiertoe kan worden over gegaan, zal vast moeten staan, welke bedragen voor het fiscale jaar 1948/ 1949 lopende van 1 Juli 1948 tot en met 30 Juni 1949 beschikbaar worden gesteld en welke bestedings voorschriften voor het gebruik van deze .bijdragen ia acht moeten, war den genomen. jSamenvatting IN 'zyn slotbeschouwing geeft de minister een samenvattende type ring van het stadium, waarin het economisch en financieel herstel zich bevindt. Na te hebben gereleveerd, dat de reeds in het vorig jaar uitgesproken verwachting van een niet onbevredi gende ontwikkeling van de economi sche toestand van Nederland, wat de binnenlandse verhoudingen aangaat, bevestiging vindt in de huidige om standigheden, neemt de minister en kele onderdelen van het economische leven in beschouwing. De bruto-prodactie-index ln 1948 zal, naar wordt verwacht, die van 1938 met 3 pet overtreffen. Dit bete kent echter nog geen volledig her stel van het productieniveau van vóór de oorlog, omdat de bevolking sedert 1938 met ca. 13 pet is toegeno men, zodat bij een evenredige ver meerdering de produotte-index tot 113 moest zijn gestegen. De productiviteit per hoofd van de bevolking bedraagt nog slechts 90 pet van die van 1938. Hierin zal in hoofdzaak door verdere aanvulling en modernisering van de industriële en agrarische outillage verbetering moeten worden gebracht, doch ook de arbeidsinspanning zal moeten worden verhoogd. Over hei geheel is de voorraadpositie der industrie be vredigend, misschien zelfs op ver schillende plaatsen overvloedig. Vervolgens beziet de minister da situatie der industriële productie naar enkele der meest belangrijke bedrijfstakken en constateert daarbij, dat niet alle branches in voldoende mate tot de bereikte vooruitgang hebben kunnen, bijdragen, o.m, is dit het geval ten aanzien van do bouw nijverheid, die met verschillende moeilijkheden, waarvan c or.vol doende materiaalvoorzie- slechts dén van is, te kampen heeft gehad. Ook de productie-mdiccs van de grafische industrie, de steenkolen- mijnbouw, van de agrarische sector, de houtvoortbrenging en van de kle dingindustrie bleven in meer of min dere mate bij de algemene neiging tot verbetering achter. De wereldmarktprijzen liggen over het algemeen nog op een hoog ni veau. Niettemin is in de agrarische sector reeds een. prijsdaling waar neembaar, welke naast een ingrij pende wijziging in het beleid een der oorzaken is van de lagere ramin gen der uitgaven ten laste van het Landbouw-Egalisatiefonds. De vermindering van het nadelig saldo van dit fonds weerspiegelt on der meer een belangrijke stap in de richting van een beperking van de •politiek der prijssubsidics en van op heffing van vele belemmerende be palingen ten aanzien van de goede rencirculatie. Verdergaande stappen, op dit laatste gebied zijn in verband met de deviezenpositie m hoge mate afhankelijk van de omvang der bui tenlandse hulpverlening, die in de komende tijd zal kunnen worden verkregen. Hoe ruimer deze wordt verleend, des te sneller en. vollediger zal op deze weg kunnen worden voortgegaan, waarmede don tevens een der onmisbare voorwaarden wordt vervuld voor de verwezenlij king van de economische unie met België en. Luxemburg. Hierbij zal nauwgezet rekening worden gehou den met de gevolgen daarvan voor de kosten van levensonderhoud, ter wijl op het gebied van de loon- en prijspolitiek de instandhouding van sociaal gerechtvaardigde en econo misch verantwoorde loon.- en prijs- normen zal worden bevorderd. Na in het kort het nog be staande ongunstige verschil tus sen in- en uitvoer, alsmede de pogingen, om binnen het raam van de aan het Marshall-plan deelnemende landen, ter oplos sing van de ook voor Nederland belangrijke problemen van het Europese handelsverkeer, te ko men tot een veelzijdig betalings verkeer, in zijn slotbeschouwing te hebben betrokken, spreekt de minister de overtuiging uit, dat van de hulpverlening ingevolge het Marshall-plan alleen een re sultaat van blijvende waarde wordt bereikt, wanneer de be steding wordt gericht, niet alleen op datgene wat bevorderlijk is om de arbeidsproductiviteit in stand te houden, maar in het bij zonder op alles wat er toe kan dienen om de industrialisatie krachtig te bevorderen, de land bouw technisch te verbeteren en de productiekosten in het alge meen door rationalisatie te doen dalen. Evenals het vorig jaar roept de mi nister het Nederlandse volk op tot besparing en uiterste zuinigheid in de consumptieve sfeer en voor wat de productiebedrijven betreft tot ma tigheid in de winstuitkeringen en voorzichtigheid bij het aanhouden van voorraden, gezien het daaraan verbonden prjjsrisico. De financiële toestand laat zijns inziens toe deze oproep mans te doen vergezeld gaan van de aankondiging van enkele fiscale maatregelen, die hierop zullen aansluiten. Een bemoedigend teken is, dat aan de intering van het natio nale vermogen een. einde is ge komen. Uit berekeningen van het Centraal Planbureau blijkt, dat voor een bedrag van f 540 mil- lïoen meer is geproduceerd dan verbruikt, zodat het nationaal vermogen met dit bedrag is toe genomen. Ondanks de gunstige factoren, wel ke zijn te onderkennen verheelt de minister niet, dat ook thans de gevaren voor onze financiële en eco nomische verhoudingen niet voor goed zijn geweken, niet alleen in dier voege, dat nog steeds een laten te dreiging aanwezig is, maar ook in in die zin, dat het herstel der finan- cieel-economische verhoudingen nog slechts naar een evenwicht tendeert, een. evenwicht, dat niet meer dan la biel is. Het moet worden erkend, dat het herstel van de gewenste welvaarts verhoudingen binnen enkele jaren zal nopen tot verlaging van belas tingdruk, waarmede de minister zich dan ook voorstelt reeds dit jaar een begin te maken. Slechts door voortgaande beper king van rijksuitgaven, door liquida tie van instanties voor oorlogs- en crisiseconomie, door afsnijding van wat binnen, het raam van een ver antwoord en coastructief weleid maar even kan worden gemist en door uiterste rationaliteit in datgene wat moet blijven verricht, is de vereiste stabiliteit in de binnenlandse poli tiek te bereiken, een stabiliteit, waarbij de financiële draagkracht van ons volk niet wordt overspan nen, maar anderdeels toch wordt op- H =5 a o SS «5 ,eJ |g| ciU o al O Nationale schuld Buitenlandse diens1 Politie en justitie Onderwys. K. en W. Herstel oorlogsschade 1) Militaire uitgaven. Waterstaat Verkeer Luchtvaart Uitgaven ter üevordering v handel en rljverheld. niet opgenomen bij een der andere categoneen Uitgaver. ter bevordering v. landbouw en visserij, n»et opgenomen bij een der andere categorieën Distributie-, contröle- en- prijsbeh. apparaat Prijssubsidies. exclusief lahd- bouw-egal. fonds Sonate vonrrieningen Volkshuisvesting Overzeese geb. dln Alg. uitkeringen aan gem. en prov. Goederen, bestemd voor doorverkoop Bestuurskostcn, niet opge nomen bij een der andere categorieën Pensioenen Wachtgelden, non-activiteits wedden, ed. 1049 1945 1949 194B 1949 52 S75 596 16 IS It 12 200 57 71 Totaal-generaal 242? 2417 15S0 1181 4016 3598 472 366 1) Inbegrepen uitgaven, welke niet vallen onder die, waarvoor ln het wets ontwerp op de materiële oorlogsschaden {gedrukte stukken, zitting 1947—1948— 705) een speciale dekkmgsregehng js voorzien. gebracht wat voor voortgang van het herstel onmisbaar is te achten. Dit streven vereist niet alleen de eendrachtige vastberadenheid van het kabinet, het vereist ook de over tuigende medewerking van alle amb tenaren van hoog tot laag en. niet minder het vertrouwen en de steun der volksvertegenwoordiging. Moge het historische jaar 1948 ook in dit opzicht een jaar van belofte zijn. Minister Lieftinck heden naar Amerika Vanavond om half tien zal mi nister Lieftinck per vliegtuig naar New York vertrekken om in Wash ington de vergadering van de Board ov Governors (Raad van Bestuurders) van het Internatio nale Monetaire Fonds en van de Internationale Herstelbank bij te Hedenmiddag heeft de minis ter van financiën ter begelei ding van de stukken inzake de ont werpen van wet tot vaststelling van de rijksbegroting voor het dienst jaar 1949 de jaarlijkse millioenen- nota aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal overlegd In de inleiding tot de millioenen- nota gewaagt de minister met dankbaarheid van het feit, dat in het jaar van het gouden regerings jubileum van koningin Wilhelmina het iaar ook van de overgang der koninklijke waardigheid in han den van koningin Juliana de nota betreffende de toestand van 's rijks financiën, een minder somber ge luid kan doen horen dan de vooraf gaande jaren sedert Nederlands be vrijding het geval is geweest. De geleidelijke verbetering "van de financiële toestand des lands zal weldra een stadium hebben bereikt, waarin »tet alleen zoals in 1948 de gewone dienst een groot over schot Iaat, maar waarin ook de bui tengewone dienst I (de dienst van uitgaven van aflopend karakter, uit oorlog en bezetting volgend) nage noeg geheel uit de gewone midde len zal,kunnen worden gefinancierd Dit blijkt uit de volgende cijfer opstelling (de voor 1949 geraamde opbrengst van de buitengewone heffingen ad 700 millioen en de 1. kas. bank- cn girosaldi 2. dispositieruimte op ln het buitenland verkregen eredieten 3. vorderingen op korte termijn (inclusief voorschotten): a. belastingen af: reeds gestorte zekerheidstellingen welke nog niet verrekend zijn b, neg ten gunste van 1947 te ontv. middelen, e-d. c- overige vorderingen 4. aandeel van Indonesië in de onder post 15 begrepen (voorwaardelijke) verplichting van Nederland tot vol storting der deelneming van Nederland ln het Inter nationaal monetair fonds en in de internationale bank voor herstel en ontwikkeling 5. vorderingen op lange termijn 6. reparatievorderingen op voormalige vijandelijke mogend heden: a. op Duitsland, volgens memorandum Nederlandse rege ring inzake te eisen schadevergoeding b. op overige mogendheden 7. deelneming in het internationaal monetair fonds en in de int. bank voor herstel en ontwikkeling 8. onroerende en roerende goederen: a. duurzame activa b, handelsgoederen fl. staatsbedrijven en deelnemingen in ondernemingen 10. diverse activa: a. bezittingen sociale verzekeringsfondsen b. bezittingen a!g. burg. pensioenfonds c. vorderingen, enz. uit hoofde van contracten e.d. waar tegenover verplichtingen staan (contrapost aan credit zijde onder no. 17e) d. diversen 11, saldo KJ, garanties: a. t.b.v. Indonesië b. t.b.v. diverse instellingen, enz. PAS5IVA (In millioen en guldens) 12. schulden opftkorte termijn a. schatkistpapier Jn omloop 7.110 b. schatkistpromessen bij de Nederlandsche bank inge volge overeenkomst van 26 Febr. 194? 2,000 c. Nederlandsche bank voor overneming rtjksmarken- bezit 1-S00 d. institutionele beleggers (llqulditeitsrekening) 978 e. onbelegde gelden postcheque- on girodienst en rijks postspaarbank 515 f. buitenlandse schuld 592 g. muntbiljetten in omloop b. schulden uit hoofde van leveringen, werkzaamheden enz. 2.310 1. diverse schulden op korte termijn 15.764 1.644 lopende rente 14. storting op staatsschuld door institutionele beleggers (inel. rrfksfondsen) 15. verplichtingen ingevolge dc overeenkomst van Bretton Woods 16. schulden op lange termijn: a. geconsolideerde binnenlandse schuld b. buitenlandse schuld C< diverse schulden op lange termijn 17. diverse passiva: a. verplichtingen sociale verzekerlngsfondsen b. verplichtingen alg. burg. pensioenfonds c. verplichtingen uit hoofde van contracten e.d. waar tegenover vorderingen enz. staan (contxapost aan debetzijde ander no. 10c) <L muntfonds 18. garanties: a. t.b.v. Indonesig b. t.b.v. diverse instellingen enz. ♦nr T ipftincfc is gewild aan een beschouwing van de wordt beheerst door de gevolgen van oorlog en be- berekend bij een productiviteit per hoofd van de «•rmipenRnositie van het rbk. zetting. bevolking van ca. 90 pet. van voor de oorlog op vermogenspos e mogelijk inzicht te verkrijgen Dit blijkt ook wanneer men Jet op de overeenkom- ruim j 13 milliard. Neemt men in aanmerking, dat hSawStoSdva» h«ï* I» «i staats- ttlf* post In de talen, van 30 Jont lfl«, welke de over Alge jaren de troduatatett on het oude niveau hlimvi ner 31 December 1947 samengesteld, welke toestand aangaf, waaronder het toenmalige kabinet zai zyn hersteld en het nationaal inkomen dus ge- beeld vertoont. optrad. De schuld op korte termijn lag reeds toen in stegen, dan mag worden gesteld - aangezien hetgeen bovenstaand beeld vertoom. Jïzelfde orde van g£otter vo*r nDrimle Omstandigheden geldt A fortiori mag Van het totaal <ier verplichtingen op korte en lange worden, aangenomen voor een land dat zo gebeukt Is „ermijn (inbegrepen de verplichtingen wegens oorlogs- door de oorlog als Nederland dat de situatie niet rie^srtaatsschuld (ta ruime zin)" en" van de daartegen- schade) ad j 34,s milliard is ongeveer t 19 milliard al te onbevredigend te. Gezien echter de huidige de staaisscn ia i -v- Hnn» -i>i,tivs jiet nadelig saldo moge op het hoogte van het volksinkomen. gunstig beïnvloed l de nota van minis- aan, dat de huidige financiële positie van Nederland andere indruk. Het nationaal Inkomen voor 1949 wordt 1^"tóSïmseIvmI'dOT'M«Tis moet voornamelijk d'oeUde orde van grootte. worden Bezocht dat deze in beknopte vorm een Van het totaal der vej p..h....»a... -- u.- - -- nvScht seeft van de grootte en samenstelling van termijn (inbegrepen de verplichtingen wegens ™>riogs- door de oorlog als Nederland dat de situatie niet dl Saltsschuld (in ruime zin) en van de daartegen- schade) ad f 34,s milliard is ongeveer 19 milliard al te onbevredigend te. Gezien echter de huidige ouer^mie liaulde middelen, vorderingen en andere gedekt door -activa. Het nadelig saldo moge op het hoogte van het volksinkomen gunstig beïnvloed activa Mede door zijn grotere volledigheid verschaft eerste gezicht hoogst ongunstig lijken, indien wordt door de conjunctuur en gelet op demogelijkheid, beter inzicht ln de financiële positie bedacht dat wetenschappelijk wordt verdedigd, dat dat dit niveau niet gehandhaafd zal blijven, moet hier van destaatoD eenbSld tijdsUpdTn de tot dus- deniet door activa gedekte verplletitingen in normale uit worden geconcludeerd, dat het beleid er op ge- wEJ vebruikeSlkE publicaties van de staatsschuld, omstandigheden gelijk mogen staan met het nationaal richt moet zhn, het ongedekte gedeelte van de staats- Het beeld, dat hieruit oprijst, toont nog weer eens inkomen van één jaar, dan geven deze cijfers een schuld te reduceren. daartegenover onder de uitgaven tot een gelijk bedrag geraamde buiten gewone aflossing van nationale schuld zijn aaarbïj buiten beschou wing gelaten): Uitgaven: Gewon» dienst 2.417,005.514 Buitengewone dienst 1 t 815.862.106 Middelen; Gewone dienst 3.156.000.421 Buitengewone dienst 1 78.162.570 Nadelig saldo 704.629 Hierbij wordt aangetekend, dat in de ontwerp-begroting voor 1949 re kening moest worden gehouden met de nieuwe wet op de financiële verhouding tussen het rijk en de gemeenten, waardoor de laatste 100 millioen meer ontvangen, dan volgens de oude regeling. Een vergelijking met de vastge stelde begroting voor 1948 wijst uit, dat het nadelig saldo van de ge wone dienst en de buitengewone dienst 1 tezamen toen werd ge raamd op f 725,415.360. Het thans zoveel gunstiger eind resultaat is-voor 'n belangrijk deel een gevolg van de omstandigheid, dat het voor 1949 verantwoord kan worden geacht de middelen 440 millioen hoger te ramen dan voor 1948. Daarnaast zijn de uitgaven f 285 milLioen lager gesteld. Het nadelig saldo van het Land bouw -egalisatiefonds kwam op de begroting 1948 voor met f 498.235000 (het werkelijk nadelig saldo van dit fonds zal echter volgens een thans opgestelde berekening ongeveer 602 millioen belopen) tegenover 'n raming voor 1940 ad 364833-000. Een bijzondere omstandigheid, waarmede bij een vergelijking van de begrotingen 1948 en 1949 ter dege rekening moet worden gehou den, is. dat in de ontwerp-begroting voor 1949 niet onbelangrijke ver schuivingen van uitgaven van de Buitengewone dienst 1 naar de Ge wone dienst hebben plaats gevon den Deze bedroegen alleen al voor oorlog 75 millioen en voor marine ca. 20 millioen. Het saldo van de buitengewone dienst II was voor 1Ö4B op 423 015.484 geraamd, tegenover f 294.141.617 voor 1949. Rekening houdende met al de te verwachtingen suppletoire verho gingen op grond van wet of besluit cn op grond van te laag gebleken ramingen (tpzamen ad f 558 milli oen) b. de onbcchikfc blijvende be dragen 456 millioen) cn c. de Ho gere raming der belastingopbreng sten in 1948 (ruim 450 millioen. na aftrek van uitkeringen aan het gemeentefonds en aan het in te stellen provinciefonds ad resp. f 230 cn f 20 millioen) geeft een verge- Hiking van de ontwerp-begroting 1940 met de gecorrigeerde begroting I94S het volgende beeld (afgerond in millioeneri guldens): bezrotlng ontwerp- 1948 begroting 1949 Omschrijving Gewone dienst: Uiteaven Middelen Voordelig saldo 524 Builen gewone dienst 1: Uitgaven. 1141 Middelen 54 Nadelig saldo 1087 263 1 602 365 *865 ~3S6 2: 470 386 60 72 i ~429 Nadelig saldo Nadelig saldo landbomv-egal. fonds Budget-verbetering Volgens dit overzicht wijst de ont werp-begroting voor 1949 dus, wat het totaal der uitgaven betreft, een budgetverbetering aan YaTL f millioen. Dit resultaat is bereikt door een. lagere raming der uitga ven ten laste van de gewone en buitengewone dienst 1 ad 275 mil lioen, een lagere rair'flg van bet na delig saldo van hei landbouw-ega lisatlefonds ad 237 millioen en een vermindering der uitgaven op de buitengewone dienst 2 ad 113 mil lioen. De middelen zijn volgens de tabel voor 1949 in totaal 9 milli oen hoger geraamd dan voor 1948 nader verwacht mag worden. Hier bij dient echter te worden bedacht, dat in de 3.245 millioen middelen voor 1948 een bedrag van per saldo f 275 millioen is inbegrepen wegens het inhalen van de achterstand in dc directe belastingen en dat bij da raming voor 1949 geen rekening is gehouden met een bedrag wegens het inhalen van achterstand Het beeld van de uitgaven der ontwerp-begroting voor 1949 is in zoverre onvolledig, dat het om technische redenen nog niet mogelijk was, daarbij rekening te houden met de kosten van verschillende maatregelen ter verbetering van de salarispositie van het rijkspersoneel, waartoe reeds is of alsnog ral worden besloten, t.w.: a. verhoging van de bijdrage van het rijk aan bet algemeen burgerlijk pensioenfonds van 5.5 pet. tot 6.1 pet.; b. verlaging van, het Verhaal voor eigen pensioen van 4.5 pet. tot 2 pet.; c. verhoging van de garantie lonen voor gehuwden met 200 's jaars; d. vervanging van de geïn corporeerde tijdelijke toelage van 5—10 pet. op wedden tot 3000 door een geïncorporeerde tijdelijke toelago op alle wed den; e vervallen van de 5 pet. em- gehuwdenaftrek; f herziening militaire sala rissen. Voorts bestaat het voornemen een wetlelüke regeling in het leven te roepen, op prond waarvan arbeids contracten, die ten minste twee ja ren in rijksdienst z(jn en ook overi gens aan bepaalde voorwaarden vol doen. recht op pensioen zullen ver- k ril gen. Naar een zeer globale raming zul len de bovengenoemde maatregelen een bedrag van plm. 49 millioen vergen. Landbouwpolitiek Ton aanzien van dc begroting van bet Landbouw-egalisatlefonds merkt de minister van financiën op, dat deze door de daarin begrepen loon- en prijspolitiek zulke verstrekkende gevolgen voor de financieel-econo- mische toestand van Nederland heeft, dat het onmogelijk is haar te behandelen los van alle invloeden welke onze nationale en nauw daarmede samenhangend onze internationale positie bepalen. Door de internationale ver houdingen staat ons land voor de noodzaak de binnenlandse structuur van het economische leven aan te passen aan de wij zigingen. «welke de wereldstruc tuur ondergaat. In dit opricht Is spoed vereist, mede om te voor komen, dat wij bij beëindiging van de Marshall-hulp voor een. ernstige economische ineenstor ting komen te staan. (Vervolg op pag. 5)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1948 | | pagina 3