-VOOR Al. VOOR Dl
5 VROUW
vrouw in
kan de man niet varen
Al die schoonheid is nog
geen echte hygiëne
Fantasierijke oplicliter-^weidoener
door politie ontmaskerd
Nieuw onderzoek naar
De Emmaüsgangers"
t "'j ttkn ja ar man en schip - gi
5DIEND 'V;1: -
Het is moeilijk wennen, als je
niet van het ufater bent
Jokkebrok
Belangstelling
Amerika ontbijt in
de keuken
Sfeer
Meneer .Vermij had negen beste jaren door
zibendel in erfenis-aandelen
Dreef handel in
imposant papier
Op da kohJisd
Nadere onthullingen
Vrijdag 12 Augustus 1949
3
Skip; de hond, heeft kleine Skip-
jcs. Een mand vol. Zoontje Is in
alle staten. En omdat hij er niet
mag aankomen, schrijft hij in een
schriftje zijn opwinding weg.
„Skippe drinke uit Skip zijn
flesse" staat er. En „Skippe hebbe
oge." En „Skippe piepe".
't Is na deze laatste vordering
dat de eerste klacht komt. Van het
hctel naast ons. Er wonen daar
veel kostbare gasten uit Engeland
en Zwitserland en laat die nu door
die Skipjes niet kunnen uitslapen.
Een dik heer staat op onze stoep
en gromt: „Als ze van mij waren
verzoop ik ze.''
Gelijk zo vaak weet ik ook nu
niet direct een lekker weerwoord.
Pas uren verder vind ik vlijm
scherpe zinnen. En 's avonds, aan
tafel, rollen die m'n mond uit
„En toen zei ik" roep ik fier
„Meneer wees blij dat we geen
Itfnen houden. Ik heb zin er direct
dertig te bestellen
Zoontjes vader, met journalis
tieke neus, ruikt het bedrog.
„Heb j ij dat gezegd?" spot hij.
Ijverig kiest zoontje partij: „Ja,
heus, Vader."
„Jij was er niet eens," 'roep ik,
„Jij was b|j Her.kie".
Enzoontje, glashard: „Maar ik
hoorde je praten. Mam".
„Jokkebrok," zeg ik. Maar ik
voel me dwaas en doorzien.
Luiheid en slordigheid zijn ner
veuze vormen van geldingsdrang; bij
voorkeur benut door kinderen die
teveel in.-, hét centrum van de be
langstelling '.hebben gestaan. Een
kind dat oorspronkelijk op de han
den gedragen is, doet niet graag af
stand van zijn machtige positie.
Komt er op zekere dag een situatie
tot stand, waarin do kleine plotse
ling niet meer het middelpunt van
de omgeving is (bijv. door de ge
boorte van een broertje of zusje, of
door ervaringen op school) dan
neemt hy dat niet En verweert zich
tegen die nieuwe en onluetverwek-
kendE stand van zaken. Luiheid en
slordigheid zijn geraffineerde mid
delen om de omgeving toch nog tot
een overmaat aan belangstelling te
dwingen. Daarom zijn de eindeloze
verwijten die wanhopige opvoeders
tot hun onwillige pupillen richten
niet alleen nutteloos, maar boven
dien koren op dé, molen van deze
kinderen. Ze horen niets liever dan
die geprikkelde klachten, waarmee
de doeltreffendheid van hun strijd
middelen bewezen la. De enig mo
gelijke oplossing ligt voor de ouders
in begrip van de achtergrond van
het gedrag, dat ze terecht als onge
wenst voelen.
Wanneer ze er in slagen het kind
in zijn nerveuze strijd om de macht
te begrijpen, kunnen ze het tevens
duidelijk maken, dat het zich niet.
gepasseerd behoeft te yoelen en dat
ook voor het kind in iedere nieuwe
situatie, een nieuwe waarde kan
liggen.
Ik kan twee maanden 'leven op een
sappig compliment Mark Twain.
Originaliteit is alleen maar een stel
eerlijke, jonge ogen. Edmun Fuller.
Tien jaar geleden trouwden ze. Hij was van het water; de binnenvaart.
Zij was van de wal: een aardige, gezonde dochter uit Winschoten. En door
dit huwelijk veranderde voor haar alles waaraan ze gewénd was. De huis
kamer, thuis, werd geruild'voor een kleine kajuit met petroleumlamp, de
slaapkamer voor een kooi en de tuin met het hek voor het dek en. het
ruim van haar schuit. De buurt voor de Hollandse wateren in sneeuw, in
zon, in regen. Een keuken, een gootsteen, een bad, een W.C.; 't is er allemaal
niet meer bij. Ze moet trapje op, .trapje af '.met. emmers en koken, op een
kacheltje dat vastgebonden wordt als 't buiten spookt Boodschappen-doen
bij parlevinkers (boten met levensmiddelen) -op 't water.
Ze heeft een. gevoelig' gezicht" en
bruine, zachte ogen. Aan de wand
van de kajuitkamer hangt een trouw
foto. Je herkent haar gauw in het
meisje met de bouquet. Alleen, is ze
wat dikker nu, wat gezonder, wat
koppiger. Tien jaar heeft ze nu. de
man en de schuit gediend, 't Eten
gekookt, aan het stuurwiel gestaan,
kinderen gekregen en groot gebracht.
De kleinste, het meisje, genoemd
naar de schuit en 's mans --moeder,
ligt in een houten wieg. De oudste,
een jongen, is acht geweest en is op
het schippersinternaat.
.-„Om de kindersf"- zegt ze; .jzouik
liever aan de wal komen. In wieg en
box gaat het nóg maar daarna grijpt
me de angst. Ik ben bang voor het
water, komt misschien omdat ik niet
zwemmen kan.., De oudste is twee
maar met lijn en al (we binden de
klnders vast) over boord geslagen.
Die was zo woelig dat ik 't niet uit
hield. hu is hij. acht en op het in
ternaat. Hij is nog maar klein, 't af
scheid valt zwaar."
De lamp boven de tafel, een kope
ren bol met glazen kralenslierten
schommelt. De Rildina ligt voor
anker doch roerloos liggen kan ze
niet.
„Die kleine houdt van slingeren,"
vertelt de moeder. „De oudste ook,
maar de tweede is net als ik. Die
moei dat niet, We slingeren nogal
gauw want onze schuit is vlak en
klem. Als de lamp gaat zwaaien be
gint hy te huilen, ,,'k Wil naar Oma,'
roept-ie "dap.
- „Dat heeft-l© van mij," zegt ze
stil, „ik lig soms op dc vloer van
zeeziekte en angst. Vooral op het IJs-
selmeer als het spookt."
Hoe stiller ik luister hoe meer zt
vertelt. .Van die angst vooral; aan
het stuur als het water woelig is, op
de plank als ze daar over móet, als
ze te koken staat en de kinderen zijn
op het dek, Ook van die drift in
haar als veel tegen zit. Als het ka
mertje vol rommel is, de motor af
slaat, do regen lektdoDr de kieren
op de bedden. Toch went ze aan dit
leven beter nog dan de schoonzus
ters, geboren en getogen op het wa
ter en door het huwelijk bewoon
sters van moderne schuiten. De jong
ste is zelfs zo bang dat ze voor goed
op de wal woont nuEn dat ter
wijl die moeder, die oude Hildïna,
een mensenleven aan het stuur stond.
To^j nog van de zeilschuit.
Die oude moeder was sterk net als
zij. Ziek zijn bestaat niet op een
schuit. Want als de vrouw in de kool
ligt kan de man niet varen. Staat hij
De dans van het kwik inspi
reerde. onze tekenares. „Kjjk naar
de lengte 'van het kwik-staafje en
dié van de 'blote benen" schreef zij
onder deze schets. De drie juffen
vitamine D. Variaties op dit the
ma zijn bekend. Nummer twee
koos een jurk met voorzichtige
blote hals en de derde voelde zich
happy bij wind en ktlte^ in lange"
zijn inderdaad op het weer gekleed broek plus blouse. Ook hierop kan
De ène;.'met zonnebrilen weinig men sappig varieren,
textiel profiteert van de gratis
Over Hollands wateren varen
scheven, bevracht niet ijzer, met
vodden, met papier, met van alles.
Ze varen van Noord naar Zuid
van Oost naar West. Op dié sche
pen wonen: vrouwen wier leven
door het huweiyk met schipper
en binnenvaart gans anders werd.
Er zijner meer zo. Elke uromo
verandert door het beroep van
haar manIn 'n serie „ontmoe
tingen" willen we die eens van
^dichtbij bekijken,
-:-w' J
aaii het stuur dan zorgt zij voor eten,
voor drinken, de was en de kinderen.
Eet hij dan stuurt zij. Ze hebben
ai die jaren in de vaart nooit «amen
gegeten. En elk kind beduidde een
dag of tien stil liggen dus tijdver
lies, dus geen .geld.
„Én de zonen? Moeten' die ook
schipper worden?"
„Ik zal ze er niet van terughou
den," zegt'ze peinzend. „Al is er op
een ouderwetse schuit als deze wei
nig toekomst,"
„En hoe vinden uw ouders dat
nu 7"
„M'n moeder kan d'er niet an wen
nen," zegt Ze stug. „Haar is 't hier
te klein, te, benauwdDie zit maar
op haar stoeltje als ze hier is en doet
niets,"-
D'r bruin gebrande wangen wor
den donker rood. Er is koppig.Verzet
in haar ogen. „Maarik heb er
geen spijt van," zegt ze. „En dat is
waar het om gaat."
Als waarlijk een! goed begin het
x ha»ve work is, dan hebben de
meeste Amerikaanse famitie's grote
kans .de dag tot een goed einde te
brengén, want wij beginnen de dag
in de vriendelijke, glanzend wit
gelakte keuken met een eenvoudig
ontbijt, waarbij leder gewend Is
zichzelf te bedienen.
Alles staat binnen ons bereik. De
vruchtenpers bereidt ons het dage
lijks glaasje sinaasappel- of grape
fruit-sap-, 'uit de broodrooster kalen
we de warme, goudgele toast en wij
schenken- ons een kop koffie uit de
pot,- die op het fornuis warm ge
houden wordL De zg. „cereal" (d.l.
shredded wheat of cornflakes) staat
in keurige verpakking klaar en de
melk vinden we ln de koelkast.
Na afloop van het ontbijt gooien
we ons papieren servetje weg en
het gebruikte servies vindt een
plaatsje in de daarvoor bestemde
wasmachine of in de gootsteen.
Geen ochtendkrant, geen post,
maar de weldadige sfeer van een
frisse, moderne keuken, waar het
ontbl.it minder tijdrovend, pracu-
scher en toch Intiemer is dan wij het
in Hnl.and gewend zijn tn een huls.
kamer. Waar dikwijls nog geen stof
ts afgenomen en waar al te vaak
verwelkte bloemen en ongeledigde
asbakjes aan de avond te voren
herinneren.
Sophie Hoedt-Wlnkler Prins.
„Gezellig dat je thuis .bent," zegt
mijn deelgenote in het leven en laat
met bijna dierlijke tevredenheid de
radio los op de zomeravondrust. Een
circusachtig tumult, onderverdeeld
door talloze bekkenslagen, onder
neemt een aanval op mijn gehoor
zenuwen.
„Leuk hè?" prijst ze haar pro-
grammakeus. Ik glimlach witjes. Er
wordt gebeld en ik snel naar het
balcon Dm te zien wie mijn smart
komt delen. Beneden staat de mu
zikale jeugdliefde van mijn vrouw:
iemand, die alles van toonkunst
weet- en verder ook niet oppervlak
kig is. Ikkondig zijn verschijnen
aan en duik in het trappenhuis om
onze gastvrije deur voor hem te
ooenen. Mijn hiertoe noodzakelijke
afwezigheid uit de kamer moet heel
kort zijn geweest. Des te meer over-
pelt mij de veranderde sfeer als ik
met onze goede vriend binnentreed.
Een serene rust hangt In de kamer.
De oppervlakkige .circusklanken zijn
met een haastige beweging in het
toestel teruggeduwd. „Zij" zit blo
zend in een andere stoel, achter
een zoeven nog leeg tafeltje, waar
op een raadselachtig snel versche
nen boekwerk van gedegen inhoud
waarvan ik de aanwezigheid in onze
boekerij nooit vermoed had.
„Jullie hebben me zeker niet ho
ren fluiten. De radio ging keihard,"
zegt de jeugdliefde bestraffend.
„Ach," antwoordt zij haastig doch
subtiel. „Sjors zat' een beetje voor
zijn plezier aan dat apparaat te
prutsen."
HOLLANDS NETHEIDS-COMPLEX
't Was aardig om eens bij een lerares van een huishoudschool te logé
ren. Een gescheiden vrouw met twee kinderen en een huishouden, flink
en sportief en verstandig en ik dacht, voor ik er heen ging: hemeltje, wat
zal het daar precies en pietepeuterig toegaan, Maar na een paar dagen
ging het gesprek zo;
Haal jij de bedden niet Iedere dag af, vroeg ik,
Nee, zei ze, .vind je 't heel schandelijk? Ik haal Be hoogstens tweemaal
per week af. Dat is heus' voldoende. De andere keren sla .ik de lakens
en de dekens.terug, de ramen staan natuurlijk open, het beddegoed lucht
dan toch net' zo goéd, als wanneer, je 't allemaal over een stoei hangt?
Dit is practischer en gemakkelijker.
I§ het;niet een beetje een voor-Maar ze schaffen wel een' wasma-
oordeepvan de Hollandse huisvrouw chine aan, die ook inderdaad .erg
det bedden afhalen, iedere dag en nodig is, maar veel duurder. In-
vaak ook nog 's Zondags? Het kost nieuwbouw huizen is er meestal
tijd, voor oudere vrouwen is het plaats voor een douche gemaakt, in
een inspanning, om ze weer op te arbeidershuizen inde bijkeuken,
maken en bovendien, de slijtage aan ook Iri Holland tegenwoordig. Dan
lakens en dekens! Je krijgt onder moest toch ook eigenlijk iedereen,
de bedden altijd vezeltjes en pluis- die er plaats voor heeft, zich. een
jes van linnen en wol, dat komt.
N.V.:„ERF EN WEDERERF VAN GESLACHT OP GESLACHT'
n -■ n«9m to wnemon want lit wil
.55
(Van onze correspondent)
AMSTERDAM Laurentius Vermü is zo te zien een vriendelijke be
jaarde oom, ëen man die graag met je kinderen stoeit en voor iedereen
een hartelijk woord heeft. Hjj Is dat misschien ook wel, maar nooit zou
h|j met de politie in aanraking zijn gekomen, als hy niet bovendien een
oplichter was, een oplichter van groot formaat zelfs.
Negen, jaar lang heèft hjj gelenrd met een verhaal" Van een heldhaftige
daad. Er was (volgens Vermij: „Er Is") een Dnltse gravin, von Schlos-
singen von Weh, die met haar auto onder een trein dreigde te geraken.
Vermij sprong naar voren, slaagde er in de trein te doen stoppen en de.
gravin wees hem aan als haar universele erfgenaam.
Vermij, die dit verhaal aan duizenden landgenoten, voornamelijk Am
sterdammers, heeft gedaan, zou dus op zekere dag een rijk man zijn. Als
onbaatzuchtig mens stelde hij op dat grote bezit voor hem zelf alleen
geen prijs,
Anderen zouden er ook van
moeten profiteren, en dus creëerde
hij. een kring van lieden, die. hoe
zeer ze ook naar rang en stand
mochten verschillen, dit met elkaar
gemeen hadden, dat zij tegen be
taling van een rijksdaalder werden
opgenomen, ••in*.-, zijn testament,
waardoor oak zij op zekere dag
vermogend1 zouden zijn.
"Vermij begint met hen te ver
enigen in leen N.V, „Erf en We-
dererf van' Geslacht op Geslacht",
Wie daarin aandeelhouder wordt, -
ontvangt van- Vermij een impo
sant papier, dat heet ,,Akte van
Hoofd- Vrucht- Verbruik- Erf-
Lïjfrente- Aandeelrecht"v De in-
komsten uit dit papieren lucht
kasteel moeten hem volgens ..de
Amsterdamse politie, waar hij nu
zijn kleurrijk verhaal moet naver
tellen tegenover een bar ongelovig
inspecteur, drieduizend gulden
hebben opgebracht.
Schoner zwendel is nog zijn vol
gende creatie, de „Internationale
Neutrale Verenigde Stichting Mor
genrood Zonsopgang". Wie
daarvan deel uitmaakt, kan te ge
legener tijd rekenen op een eigen
huisje. In vele gevallen reikt Ver
mij bij de afgifte van een deelheb-
borsbewiis meteen de bijbehoren
de huissleutel- uit, die de geluk
zalige droomtoestand van zijn
slachtoffers aanmerkelijk ver
hoogt.
Nu een Syndicaat
Volgende stap: Wie eem .huis
heeft, moet dit oo^c laten onder
houden en dus sticht Vermij een
„Woning Onderhouds-Syndicaaf'.
Het gaat goed, men bluft Vermij,
at moge het ongelofelijk schijnen,
vertrouwen schenken. Er moet dan
ook wel een haast hypnootische in
vloed van hém zijn uitgegaan.
Hoe is het anders te verklaren,
dat zelfs zijn volgende scheppingen
geen achterdocht hebben gewekt
bij zijn slachtoffers, die steeds
hebben gehoorzaamd aan de
zwijgbelofte, die Vermij van hen
eist, wanneer zij in de kring, der
toekomstige rijken worden opgeno
men.
Nu immers komt de „Stichting
Buitenlands- Binnenlandse Om
wissel- Herstel- en Rustoorden-
Kinderkoloonies Woonine- Tuin-
Landbouw Veeteelt- ACZNLF Van
Geslacht op Geslacht", Daarvan
begrijpt niemand meer het fijne,
maar dat betekent niet, dat het
geld niet langer binnenstroomt.
De laatste stunt van de vinding
rijke prater Vermij is, door nog
steeds op grondslag van de legen
darische erfenis een soort onder
linge pret vereniging te stichten,
waarvan de bewijzen van deelne
ming recht geven op „Feestdasen
met Rondrit en Vrij Hntelverbliif
en Consumptie naar Keuze en
Waarde der Bonnen".
De kosten die aan het deelger
nootschap van elk dezer wellui»
1 den de lichamen waren verbonden
varieerden sterk. Die van de reis-
verenïging bedroegen bij voor
beeld f 4.40. Hoewel het onderzoek,
.dat door de politie met stijgende
verbazing wordt gevoerd,.nog niet
is afgesloten, de boekhouding van
meneer Vermij is een ingewikkel
de aangelegenheid, staat reeds vast,
dat hij sommigen zijner deelgeno
ten meer dan. twee honderd gul
den lichter heeft weten tè maken.
Men vraagt zich af, hoe er men
sen geloof hebben kunnen hech
ten aan Vermij's verhalen. Een van
zijn -slachtoffers geeft hierop dit
antwoord: „U kunt ons nu wel
uitlachen, maar U bad zelf. maar
eens zo'n vergadering moeten bij
wonen, waarop Vermij van tijd
tot tijd zijn aandeelhouders verza
melde, U zoudt hem zelf ook ge
loofd hebben." Het waren trou
wens niet alleen kleine bescheiden
mensen, die van de slechtigheid
van deze wereld geen weet hebben,
die onder de ban van Vermij
kwamen.
Profetenmantel
Blijkens een register van zijn
„erven en wedererven van ge
slacht" dat bestaat uit tien volge-
pende schoolschriften waren er
onder hen. ook personen met lei
dinggevende functies op grote kan
toren. Vermij heeft dank zij de al
lure van profeet van het goede
leven, negen jaar lang kans ge
zien uit handen van de politie te
blijven.
Hij beschikte over een kleine
kring van bijzonder vertrouwden,
bij wie hij hy toerbeurt onder
dook, en pas een publicatie in een
der Amsterdamse dagbladen,
waarin Vermij's ware gestalte
werd geschilderd, heeft* enkelen,
tién op de twee duizend deelgeno
ten, er toe gebracht de gelofte tot
zwijgplicht, hen door Vermij op
gelegd te verbreken. Daardoor
slaagde de politie er dezer dagen
in, Laurentius Vermij te arreste
ren op een zijner onderduikver-
hlijven, waar hij innig op zijn ge
mak eén -weekblad zat. te lezen en.
een boterham verorberde, toén de
politie aanklopte,
omdat je er teveel mee sjouwt. En ï?A-,o}ion enrookt
dit is de Engelse manier, weinig af. Afi/eWoW öjjiwni,
halen, toch luchten. I
O, er z|jn meer dingen: de Hol- I
landsc huisvrouw' heeft, als ze zo I N
echt door en door Hollands-keurig J
is, een vreemde instelling! Zij is al-
tijd bang voor wat anderen zullen
zeggen of denken, zpdra er visite is douche aanschaffen, het ding kost
„...i. „j„ 4 i«
VAN VROUW
TOT VROUW
gaat zij zich excuseren over de rom
mel, (die er niet is) over het stof
(wat er niet ligt). „Je moet maar
niet om je heenkijken, hoort "t Is
hier 'n reuzenbende". Dat is een' zin,
die vele vrouwen op de mond be
storven ligt. Onnodig, want ieder
een heeft.het recht om rommel in
huis te maken, in zijn eigen huis
dan. Wanneer zullen de vrouwen
eens leren af te gaan op hun eigen
gezond verstand, inplaats van op de
eventuele mening van anderen?
Koper poetsen? Wat een werk! Je
kunt het veel beter vernissen. Pre
cies even mooi en het is voorgoed
klaar. Maar dat is ook al weer een
vooroordeel, het koper moet zo no
dig altijd gepoetst worden. En al6
d-.e schoonheid dan nog altijd sa
menging met werkelijke hygiëne.
Maar dal is het juist. Een douche,
bijvoorbeeld wordt in Engeland als
een dringende noodzaak gezien.
Ieder huis heeft een douche of een
badkamer- Oï> maar dat is te duur
voer ons, zeggen de mensen hiér.
zo, iets van 135 en gebruikt een
dertig liter water per keer.
Verder zijn de huizen te vol. Wist
je, zei ze, wist je dat het is uitge
maakt dat een te .volle kamer de
mensen de straat opjaagt?
Nou, ja. je moet het niet zo let
terlijk nemen, maar het schijnt een
psychologisch verschijnsel te zijn,
dat de mensen neiging hebben om
weg te gaan uit een te volle kamer.
Men heeft omgekeerd de neiging om
te blijven in een kamer waarin al
leen de nodige dingen staan en'
waarin ruimte is om je te bewegen.
Maar afgezien daarvan is een kamer,
die te vol is gepakt met onnodtge
meubelen en bazarprullen hopejoos
voor. een huisvrouw om schoon te
maken.
Ja, zei ze met een verontschuldi
gend lachje, laat ik nu ophouden,
met af te geven op een Hollandse
huishouding, want ik heb veel in
het buitenland om me hécn gekeken,
maar over hét algemeen is het hier
toch wel gezellig.
Charlotte von Stein,
een episode
„De minnebrieven van. Goethe
zijn. wonderen geltlk zijn gedich
ten, Uitgesproken heeft hij wei
nig, Hjj bepaalde zich tot de din
gen van de dag. Nam graag het
voor de hand liggende begrip, 't
voor de hand liggende woord. Her
haalde in elke brief met bijkans
koele onbewogenheid „ich llebe
dich" en ^,habe michf lieb".
Ton Naeff's boek „Charlotte von
Stein'.' is voor de derde maal har-
drukt. De liefde van deze vrouw
voor Goethe springt van de blad
zijden af. Vooral Charlotte wordt
scherp en eerlijk getekend. Als
Goethe zich tenslotte van haar
ontdoet is haar wrok volkomen
aanvaardbaar. Uitgever; Querido,
Amsterdam.
En nu is het dus zover dat Ver
mij tegenover een uiterst ciitisch
gehoor opheldering moet geven
over zijn zeepbel-instituten. Hij
blijkt daarbij een gemoedelijk pra
ter te zijn. Hij geeft toe, dat hii
wel eens een beetje overdreef.
„Och meneer, doen wa dat niet
allemaal op onze tijd?" Hii geeft
toe, dat die gravin niet von Schlos-
singen von Weh heette, maar wil
de illusie van haar bestaan niet zo
maar voetstoots prijsgeven. „Kijk
heren, ze heet eigenlijk -anders,
maar hoe, dat mag ik niet zeggen.
Ze zei tegen me: „Meneer Vermij,
ik verbied U in het openbaar mijn
naam te noemen, want Ik wil on
bekend blijven"".
Documenten
In kamer 127 van het. Amster
damse hoofdbureau aan de Mar-
nixstraat liggen de^ scherven van
een droom van twee* duizend men
sen. Ik graai met mijn hand in een
indrukwekkende hoeveelheid im
posante stempels. Ik blader in' boe
ken. waarin „stukken" zijn opge
nomen, die gesierd worden met
namen van ministers,, doktoren,
notarissen en personen in andere
vertrouwenwekkende ambten. Ik
vind er ook twee afbeeldingen.
Een van de gravin en een van haar
kasteel. De goede gravin blijkt een
knipsel te rijn uit een tijdschrift,
het- slot is een prentbriefkaart van
een nog niet geïdentificeerd, maar
daarom niet minder fraai pand in
een lommerrijke omgeving. Niet
voor niets heeft de uitgever van
deze kaart er in de linker onder
hoek opgedrukt »0ns mooie land".
Het volledige verhaal van deze
oplichtingsklucht zal wel worden
verteld voor de rechtbank, waar
voor de weldoener-beklaagde ont
daan van de mantel der profeten,
misschien nog nieuwe onthullingen,
in petto heeft.
(Ingez. Med. j
NATUUR AZIJN OP.Z'N^JISJ"
Prin? Margaret Rose heeft zwart
linnen strandkleren gecombineerd
met miBt grijs.
Goudkleurig satijn en
parels
Korte, gladde haren. Pony op het
voorhoofd en op de kruin ,een glan
zend goud-satönen kapje, bestikt
met allemaal glinsterende dingen:
kralen, steent jes, lgouddraad en pa
rels. Om de hals eengeraffineerde
ketting met een stralende ster eraan.
Donkere handschoenen en van bo
ven geen dfaad textiel. Tot waar een
béhaatje pleegt te beginnenDe jurk
zal wel kloppen met het kapje. Maar
dat vermeldt deze foto niet.
Arnhemse kassier wegens
oplichting gearresteerd
AHNHEM De Arnhemse poli
tie heeft Donderdag een juist van
vacantie terugkerende kassier, van
een, bekende bankinstelling aldaar
gearresteerd omdat hij ervan ver
dacht wordt zich te hebben schul
dig gemaakt aan oplichting.
Voordat de kassier met vacantie
ging had een loodgieter gedispo
neerd over een bedrag van
t 16.000.-, de som- van da eerste
afleveringstermijn voor loodgie
terswerkzaamheden, De kassier
had de loodgieter er toen opmerk
zaam op gemaakt, dat dit gel'd
reeds was uitbetaald. Hij legde een
door de loodgieter ondertekende
kwitantie over als bewijsstuk. De
politie dacht aanvankelijk,, dat
deze handtekening echt was. Bij
een voortgezet onderzoek rees
echter twijfel.
De omstandigheid, dat de kas
sier veel geld verteerde op uitstap
jes met allerlei vrienden, ver
sterkte het vermoeden, dat hij
ander geld dan zijn salaris voor dit
doel gebruikte. De kassier heeft
inmiddels een volledige bekentenis
afgelegd.
Lokkende emigratie
Tn deze na-oorlogse ja-
REN is de belangstelling voor
de emigratie en dq neiging om te
emigreren aanzienlijk toegenomen.
Men kan zeggen, dat deze belang
stelling er altijd is geweest en dat
de neiging toenam naarmate de
kansen om in het eigen land een
eerlijke boterham te verdienen ge
ringer waren. Dit is ongetwijfeld
waar. Wie emigreert, zoekt een
nieuw bestaan en een nieuwe toe
komst en ai moge in het verleden
de zucht naar verandering, naar
avontuur en andere wensdromen 'n.
woordje meegesproken hebben, in
deze nuchtere tijd is emigreren een
zeer nuchtere zaak. Over dc oor
zaak, die duizenden mensen naar
een vreemd land doet trekken, be
staat dan ook geen misverstand
meer. Het ontbreken van cultuur
grond voor de jonge boeren, van
een grondstoffenbasis voor een
grotere uitbreiding der industrie, de
kentering op de arbeidsmarkt en de
te verwachten bevolkingstoeneming
hebben deze bereidheid tot emigra
tie doen ontstaan. In ons land staat
het er zelfs zo voor, dat, wanneer
de werkgelegenheid zich niet vol
doende uitbreidt, Nederland genood
zaakt zal zijn. 7.0 niet in de eerst-
komen de 2 3 jaar, dan toch in de
volgende J5 jaar, een actieve emi-
gratiepolitiek te voeren.
Nu is de wereld, buiten het dicht
bevolkte West-Europa, groot genoeg
om aan vele mensen uit dit oude
werelddeel nieuwe bestaansmoge
lijkheden te bieden. Het zal echter
m.et veratand en overleg dienen te
geschieden om de kans op misluk
king, die helemaal niet" denkbeeldig
is als er maar lukraak geëmigreerd
wordt, te voorkomen. Uit de be
richten, die wij zo nu en dan onder
de ogen krijgen, weten wij» dat
Canada buitengewoon in trek ts.
In het Jsar 1948 vertrokken ruim
16.000 Nederlanders naar het buiten
land, met de bedoeling zich aldaar
blijvend te vestigen. .Volgens de
Canadese statistiek kwamen 9.866
Nederlanders dit land binnen, voor
het overgrote deel mensen van de
landbouw. Dit laat zich verstaan,
omdat de agrarische mogelijkheden
in Canada het grootst zijn. Het qou-
tum van 3153. door de Verenigde
Staten t.a.v. Nederland vastgesteld,
vermindert een uitbreiding van de
emigratie naar dit land. Naar Zuid-
Afrika loopt hrt nog stroef, al is
daar plaats voor flinke Nederlandse
vaklieden en technici.
De vraag, die velen nu zal bezig
houden, is: Vinden vreemdelingen
in hun nieuwe vaderland inderdaad
een lonend bestaan? Korrelschrijver
weet het niet. Hij heeft het zelf
nooit geprobeerd en verder heeft hij
zo het gevoel, dat het nergens ter
wereld, waar mer. ook komt. boter
tje tot de boom is, tenzij men, ma
terieel gezien, ontzettend veel ge
luk op zijn weg vindt. Dat Canada
een fascinerende invloed uitoefent,
teeft hij echter grif toe. Hem kwam
ezer dagen het maandblad „Coöpe
ratie" onder de ogen en daarin las
hij o.a. het volgende over een be
zoek, dat Iemand aan Canada had
gebracht.
..Welvarend, neen, ongelooflijk
rijk is Canada en is vooral Amerika.
Welvaart i3 moeilijk te meten en is
moeilijk aan te duiden. Het feit, dat
practisch ieder een koelkast en een
auto heeft, moge een aanduiding
zijn. Het vrijwel ontbreken van
surrogaten en van slechte kwalitei
ten eveneens. Het opvallend hoge
verbruik van voedings- en genot
middelen, alsmede de verbijsterende
verspilling in dit opzicht niet min
der. In treinen en ln hotels opval
lend veel nieuwe koffers. Overal
opvallend voel nieuwe kleren. Een
opvallende vlotheid, waarmee geld'
wordt uitgegeven. Ik zag heel wat
fabrieksarbeiders, die over een
auto beschikken en maakte kennis
met een melkknecht, die de trots©
eigenaar bleek van een Buick 1939.
Niet zozeer de luxe, maar wel de
welvaart heeft ons getroffen".
Tot zover. De indruk vormt een
echerp contrast met de verarming
ln ons werelddeel cn zal menigeen
doen likkebaarden. Mogelijkheden,
dit staat voor Korrelschrijver vast,
zullen alleen zij vinden, die* met
eigen kennis gewapend zün. Maar
zijn dit niet juist degenen, die wij
in ons eigen land zo herd nodig
hebben?
Het curatorium van de Btichtlng Boy
mans, zo verneemt Het Vrije Volk van
bevoegde zijde, heeft onlangs op een
vergadering besloten, een nieuw onder
zoek te doen Instellen naar de echtheid
van het befaamde schilderij „De Em
maüsgangers", dat oorspronkelijk was
aangekocht als een werk van do Delftse
meester Vermeer, maar later aan wijlen
Han van. Meegeren werd toegeschreven.
Het curatorium meent, dat het auteur
schap van Han van Meegeren nog tn
het geheel niet vaststaat en Is veeleer
de overtuiging toegedaan, dït Inderdaad
Vermeer „De Emmaüsgangers" ge
schilderd heeft Binnen afzienbare tijd
zal het onderzoek aanvangen en in
ieder geval kan men in het komend na
jaar nadere onthullingen over deze.
zaak verwachten.
Als deze mededelingen Juist zUn, en
wij hebben geen reden hieraan »e twij
felen, zal dus binnenkort dit schilderij
opnieuw ln. het centrum der publieke
belangstelling komen. Wij vernemen
nader, dat „De Emmaüsgangers" zich
op het ogenblik bevindt ln het pand
Parklaan 11 te Rotterdam. Het sou in.
de bedoeling liggen het schilderij om
streeks eind September terug te bren
gen in het museum Boymans. Twee ex
perts, n,L Coremans en de Belg De
Coen, ztjn werkzaam aan een uitvoerig
rapport, waarin hun opvattingen om
trent het vermoedelijk auteurschap van
het doek worden neergelegd. De me
ning van deze twee heren wordt met
een zekere spanning tegemoet gezien.
Of met hun uitspraak eën-definitief
einde zal komen aan de reeds zo lang
heersende onzekerheid, valt te bezien.
De duisterheden om dit schilderijzijn
ln de loop der Jaren =o dicht: gewor
den, dat het een wonder mag heten als
het nu plotseling lichj zou worden.