HET ZAKKENDKAGEUSGILDE EEN DAM I M POLLEPEL" In de industriestad nam het dragersgilde een voorname plaats in In 1577 durfden de gildeleden reeds in loonstaking te gaan een 'BE^cgj 8 'VJMS.il v>, *aKt$ÊmmÊÊmm0mÊumÊK&miÊm Dat in de Middeleeuwen de gilden in de steden een belangrijke plaats innamen, is alge meen bekend; doch dat de rol, die het Sint Anthonis-, arbeiders, dragers of zakkendragers- gilde in onze stad reeds toen speelde, zeer gewichtig was, is wellicht minder bekend. En toch was dit zo. Wij kunnen dit o.a. opmaken uit een verordening van het stadsbestuur van 22 Juni 1465, waarbij werd vastgesteld dat alle gilden van Schiedam, telkens wanneer er een processie werd gehouden, verplicht waren met brandende kaarsen mede te lopen en wel in een'vaste volgorde. Alle Schiedamse gilden worden dan opgesomd en bet dragers- gilde blijkt vooraan te moeten gaan, Reeds in Schiedams oudste keurboek komt dan ook een hoofdstuk voor „van den dragers". Om te beginnen wordt daarin bepaald, dat niemand „bier, turff off enich ander göet dragen mach binnen der stede", tenzij hij eerst poorter geworden is. Verder wordt vastgesteld, dat wanneer dragers of „werclude" aannemen te lossen „ijemants guet, als tarwe, harinc off ander dingh", zij dit "zullen moeten doen „ten eijnde toe", eer zij weer ander werk beginnen. 4 November 1525 nam ons stadsbestuur weer enige bésluiten ten .aanzien van de dragers. Er staat o.a. dit: „Soe wie mit zijn tween enige gueden anneemt tè wercken, tsij wat gueden dattet zijn, die zullen niet werpen, mer zullen altois elck een man wezen sonder werpen". Waren er dus twee personen voor een bepaalde karwei, dan konden zij dit samen doen zon der te „werpen", d.w.z. zonder, te „smakken" met de dobbelstenen. Verder worden de dragers vér plicht om, wanneer er haring schepen binnen de „Hoichbrug- ge" bij het einde van de Lange Haven -duszijn gearriveerd, die dadelijk te lossen en wel in dë volgorde 'van de ligplaats, van de schepen. v 23 Juli 1577 stelde het stads bestuur vast een nieuwe uitvoe rige .^Ordonnantie van de dra. gers van sinte Anthonis ghilde vant salaris van alrehande wer.- fcen"." Nauwkeurig, wordt hierin bepaald wat "het loon van de dragers zou zijn voor verschil lende „vrachtjes". In de eerste plaats gaat het natuurlijk om dè haring en hét loon verschilt naar de .afstand, die van het schip naar de haringplaats moest wor den afgelegd. Dan is er het graan, wat gelost moet worden. Ook hier hétzelfde verschil, waar'dan nog bijkomt dat wan neer hetgraan moest worden gebracht „een solder hooger", het loon dok iets meer was. Pre cies wordt ook omschreven wat Zal moeten betaald worden voor. het "dragen van de tonnen bier dat In hoofdzaak "'uit Delft kwam naar huizen 'in' 'verschillende straten. Het 'dragen van het bier zal overigens niet he't vervelendste werk zijn geweest, immers wij lezen: „zoe zullen de voorsereven dregèrs van de tappers noch hebben van elcke n tonne biers, die,zij daerln draegen zullen, een canne biers ende daermede moeten te vreden zijn, sonder dat zy eenicli ander ofte meerder bijer sullen moegen eijsschen". Vele goederen worden opgesomd in deze ordon-' nantiewijn, kalk, hout, zout, turf, „smidtscoolen",' hennip en teer. En tenslotte vinden wij weer vastgesteld: „Sullen oeck alle draegers aen eenieh werek, hoet sij, vallende, gehouden zijn tselve 'werek terstont aen ende aff 'te wercken, 'sonder daerüut te moégen scheijden, ofte om eenieh ander werek moegen wer pen, veel: min daeraen wercken nochte en zal ooek nijemant een ander in zijn plaetse moegen stellen ofte' voor hem moegén laèteh wercken". Maar deze ordonnantie is niet lang van kracht geweest. Want op 17 Juli 1581 kondigde het ste delijk bestuur af, dat er „daege- liex grote claehten ghecoemen zijn, dat veel van de gildebroe- ders van sinte-Anthonisgilde ófte draegers hem niet én vou- ghen te reguleren nae der keure ende. ordonnantie; 'tot heurluij- der ejghen presentie by den ballliu, burghemeesters, schepe nen ende regierders deser stede ghemaect,-ende opten 23en July anno 15.77 mitter clocke ghecon- Aan het dode eind van de Schie staat het Zakkendragershuisje. Het is een van de wei nige historische 'ge bouwen, die de stad ongeschonden uit het verleden overhield. mm stut» tn ni «1 «i m dicht'. Wat was het geval? Zjj namen geen „ghenuegen mittet loon, aldaer ghestelt, alsoock het vervolghen ende opwereken van de goederen henluyden aenbe- stelt". En, wat erger was, zij be letten onder Voorwendsel van hun gildebepalingen, „den ande ren, daer .toe well willich wesen- de, tselve werek opt besette loon aen te nemen ende aff te wer cken". Een loonstaking' dus in optima forma. Het stadsbestuur ken dit natuurlijk niet toelaten: het gilde werd ontbonden. Aan iedere burger of poorter van de stad, los van het feit of hij gilde- broeder was geweest of niet, werd toegestaan de dragers werkzaamheden te verrichten tegen -het in 1577 vastgestelde loon, dat nog eens werd aange plakt op het stadhuis. Het werd aan de voormalige gildebroeders ook verboden om werkwilligen daarover - lelijke woorden toe te voegen of het aan te vallen. Maar lang heeft men het toch niet zonder een' dragersgilde kunnen stellen. In de vergade ring -van de vroedschap van 30 Mei 1586 reeds "werd aan de burgemeesters opgedragen om, bijgestaan door'enkele leden van' de vroedschap, maatregelen te nemen ten aanzien van het'ver zoek van de dragers nopende; hun gildebrief en de salaris- kwestie. En 21 Juni 1594 was men zo ver'gevorderd, dat de zelfde personen de opdracht kre-" gen „ta verhoogen de lijstc van d'arberjtsloonen van de dragers ofte arberjders, sulx sij nae de redelickheijt ènde gelegentheijt. van der tjjt. zullen -b.evjiröèïïstè- behoiren". -'-l-: Augustus; ;dJ»;v.; werd beslptën;"ljëtj"arBeidèrsgUdê: weer óp'te'richten. *-"?■- -En zo vinden wjj; dan'ih 'hef derde' kèurboekjvarf de stad Schiedam in dé éérste plaats een riiéüwé ordonnantie .voor de dra-'" gergwan 7;.Augiistüs'l594.'JVóor; dé eigenlijke "bepalingen- van de, gildebrief staan nóg énkele"öp"- -rnérklngeri'van'hét-staidsbëstSiur, die het vermeld eaiwaard__zijn,_ Mén ging er van uit, dat de dra. gers J,;h"eur!uijder' b'róot dagë- lijcx aen alle poorters inwoon-; ders ende coopluijden desér stede- moeten winnen ende ovérsulcx heurë winst' ende héeringhe in deser stèdes.welvaren grootelicx bestaet". Niemand zal dan- ook ih het gilde mogen worden op4 genomen of hij moet eerst be-j loven „in alle noot ofte voorval van brandt, van watemoot ofte; andere nootzaken bij clockege- 'slach ofte kerckegeslach ofte be-: vel var. wegen deri Burghemees- terenjifte.pve£ichgij.t_.deser Stede allé neerstighe ende -getrouwe •hulpe' ende- brjstant' te.. doen om-: me dén brand .te.slessen (blus-:: Séri); dé waterriool ite helpeni schutten"; -.Bleef/iemand in. ge-; breke, dan moest boete wórden* betaald, eii herhaalde iich de na.? latigheid, dan stond jhet gild ei- niet meer voor tem ppen.' Zéeri merkwaardig is bok dè volgende," bepaling: Het zal èen ieder,:- poorter of niet, 'vrijstaan „zijn '«CL eygen goet ofte werek op te •wercken bij hem selven ofte bij den. ghenen daer mede hij sijn -werek ofte handel ghewoon is. te doen". Zo zal een lijndraaier het recht hebben „sijn touwen ofte cabelen ter waeghe ofte ter schepe te brengen bij den ghe nen, die hem spinnen, ende draijen"; de timmerman zal zijn hout mogen laten dragen of kruien door de knechts van zijn ambacht of door de zagers; schipper, reder of stuurman zul len tonnen óf andere schëëjpslast üït of in. het schip, bins of boot inogen doen brengén door dege-, nen „die hem int scheepswerck als Bootsgesellen dienen ofte die hem bij den hoop ofte bij den jacre ofte teelte dienen". Maar zij mogen daarvoor geen extra- .loon ontvangen; was dit wel de •opket. dan zouden de gildebroe ders -ér'4'óm moeten „smacken". ^Ta dèV niéuwe gildebrief volgde, dei lijst van lonen, vastgesteld Voor de yérs'chillende goederen: haring," .kórgn,bier, wijn, kalk, Hout, zout,turf, stèénkólên," hen-, nip, enz. 4.'.'-i 4 Èebniari J662. blegk het.no-: dig aan.de;gildebrief enkele be palingen i^e .te. v.oégen; Men had nl, geconstateerd, dat er -dege lijks- ,;grp_te ongeregelteden. on- dep de -gildebrpederen" voorkwa-. men, te weten ,,droneken..drin- cken, vloccken,-sweeren; gpdts heitjlige naem te lasteren" en Advertentie (i.M.) wangedrag. Nu 'werd bepaald „eoo wie des morgens ofte voor-, middag aan eenieh. werek soude mogen vallen, ende naer hujs gaende om sijn gereetschap in plaetse van dien bevonden, werf te gaen ofte sitten drincken in de herberge, dat den soodanigen. van dat werek niet alleen, ver- steecken sal sijn, maer oock dien' dachgeen smack hebben". Te gen vloeken, het 'jdei gébruiken van Gods naam, en andere wan daden, als b.v. het afnemen van eikaars hoed of andere kleding stukken, zou voortaan een boete worden vastgesteld. Wat. betreft'het aantal'gilde- broeders moge hier vermeld worden, dat'het college van de wetfi-ter Schiedam op 27 Octo ber 1698 een besluit nam „op het Eewetm teurt hetf iaatster.-m keiidrasejfi sfeerivam •dagenmi warmee r. 4 binnenirm laatste ra# braniiéiifS damMsl* laten uitriep beidera.^lbe tal". Kea voor betjsl niemtnd'lw het gilde;# opgenpaaaj ji een gil' leden.' 1700 MBtë CAFETISRIA-KE3TAPEANT S C HEv E NINGE N Gev. Deynoelplein 2223—24 Terrein '.'Volliszeebad (Boulevard) -■ ,r- z;.' heeft- metjlrigang van" 1 Maart j.l. overgenomen BALJON'S CAFETERIA Rotterdamsedijk 241'," 'Sehlcdahi;-'-'. Orize góede .naam; 'teScheyé- J. in ge n Is U" een waarborg voor prinia' kwaliteit- en per fecte bediening.'.J 8 Fig D. F. BART. 2 Wanneer oudheid- g kundigen onderzoe- B kingen doen in het p Westland warden vaak sporen gevon- B: den van Romeinse s nederzettingen, en' ook bij de bodem- B - kartering tussen m Schiedam en Delft, B die in de oorlogsjaren p plaats vond,- deed S zich een zelfde .ver- m schijnsei voor. Dat Vlaardingen reeds in. M de vroege middel- B eeuwen een helang- rijke rol speelde en m de dorpen Kethel en Ouerschie dat tn- m de jaren- voor het jj ontstaanvan Schie- m dam, Ouderschie g heette een hoge k ouderdom hebben, is - s misschien meer alge- g meen bekend dan dat K Ovcrschie eens een S grafelijke hof bezat. L- Op een zo oud ver- m -leden kan Schiedam S niet bogen.; Het; is g. ontstaan, zeker niet m' voor het midden van': g|;S'de dertiende eeuw. door bedijking!-; werkzaamhedeti}* ■de brede Schisfltihi die in hoofdzaak i danken zijn aai{H initiatief van - Aleydis. Terecht'kt men zeggen, dit Schiedams onisMi en eerste ontwikkt ting doelbewatt'm verderd is, en spreekt dan ookvz het - „kweken" w de stad. Dit; *W duidelijk, toctnneti.. men de volgejwtef?' beurienissenihdhf! oog houdt: het Af' gen van een-dek? de Schie in eenjSé1 .nader ..te precised!- tijd, maar vermoeit- lijk omstreeks -«<* -v het begin vaam kerkbouw £n l262ó® afscheiding parochie Overseme in rm, hefiotwel gen van het HiajM Riviere; Aleydti oudste bezit hsftM aan Moris Kï'enJM1 weer in teen onWffi gen van hetg&?M

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1950 | | pagina 14