Als Chiel de Boer niet naar Hilversum komt 1 ^jfèpka.' §ac legt Hilversum in zijn eetkamer een doolhof van snoeren Voor onze bridgers HARDENBERG: een teken aan de wand Weinig privé-leven voor de Indische Nederlanders (II) Uw fietslamp je alweer kapot? Voor onze schakers Pressie overwogen voor aannemen bepaald werk In Aerdeuhoutse villa wordt woonruimte soms toneelzaal Radio-opname voor genodigd „publiek" Moei eens hóren TE KLEINE RUIMTE VOOR TEVEEL MENSEN De J Zaterdag 8 November 1952 7 Van een onzer verslaggevers) AttentieOpname vijf tellen van nu!" Eén voor éen strekken zich vijf vingers van een hand, dan maakt die hand een gebiedend gebaarklinkt er geroezemoes, applaus, piano muziek en zingen en als dat laatste is overgegaan in zacht geneurie, leest een omroeper van een foliovel: Gaat u even mee met Chiel de Boer? Een programma getiteld Jagen en Jachten. Teksten van Chiel de Boer. met bijdragen vanOver de herkomst 1)071 deze stipte opeenvolging van bewegingen en geluiden lijkt nu geen twijfel meer mogelijk; vanwaar zouden ze anders komen dan van een radiostudio? Toch hebben wc ze niet opgevangen in Hilversum, maar in een. tussen vele andere, nauwelijks opvaltende Aerdeuhoutse villa, het huls van Chiel de Boer, de eerste Nederlandse tandarts di« het plomberen er aan gaf terwille van de cabarettekst, i'Advertentie LM.) m m MIJMHARDT De echte Chlorophyll Wmijmhardt tandpasta 120-91-70 cc. bij Apocfaeker» en Drogisten MAANDAG j.I. werden in Du blin de laatste wedstrijden in poul't A om het Eurooces Badge- kampioenschap gespeeld. Nederland kwam uit tegen Zweden in de op- stellingen Kramer— Cats en Goud- smit—Kater in de eerste helft en Goudsmit—Cats en Van Tuin— Kaiser na de pause. Deze wedstrijd had een sensationeel verloop. In de eerste helit namen onze landgenoten een voorsprong- van negentien matchpunten, Na "de pauze liep Zweden wel iets in, maar toch ze ker niet voldoende om' winst of een gelijk spel te behalen. Bij het opmaken van de eind stand bleek Nederland in deze helft negen matchpunten verloren te heb ben, zodat In totaal deze wedstrijd met tien matchpunten doar de on zen was gewonnen. 'Grote vreugde bü de Nederlanders, hoewel voor. het verdere verloop de behaalde VP tegen de' landen, die zich voor de demi-finale hebben geplaatst, niet meetellen. De Zweden protes teerden echter tegen deze uitslag, daar t^ieek, dat van een spel de Zuid- en West-kaarten waren ver wisseld. Het geval werd voorge legd aari de Tournament-director en deze besliste, dat het spel moést worden overgespeeld. De voorsprong van Nederland na 47 spellen was nu negen matchpunten en de Zwe den dienden dus minstens drie matchpunten te winnen om nog een gelijk spel te behalen. Het spel, dat - moest worden overgespeeld, zag er als volgt uit: - V x O A V 10 XXX A XX •A XX 4» A H XX H, B H B xxx Ju B' 10- B 10 x 9 XXX XX 4» A xx x x West gever. N—Z kwetsbaar. Het bied-verloop 'in de open kamer was: W N O ..Z 1 R 2 H pas pas 2 S pas 3 S pas pas pas Noord kwam uit met K 9, waarna West slechts acht slagen kon maken; resultaat 50 punten voor Zweden. In de gesloten kamer ging het bie den: W N O Z IR 1 H 2R pas pas pas Uitkomst Schoppen, resultaat West maakte acht slagen; SO punten voor Zweden. In totaal won Zweden dus 140 punten of drie matchpunten op dit spel, zodat het nog juist een gelijk spel uit het vuur sleepte. In de open kamer komt de Oost speler in moeilijkheden na het 2 S bod van West. Het is op zijn spel nog zeer goed mogelijk, dat O—W een manche kunnen spelen, terwijl, als West past, na 3 S de kans om dit contract te maken, zeer groot ia In de gesloten kamer durfde Noord met een voorsprong van drie matchpunten het risico van een dubbel op 2 H niet te nemen en trachtte de score zo laag mogelijk te houden. 2 H wordt in de. N-Z kaarten gemaakt. Ondanks dit fatale spel blijft een gelijk spel met een voorsprong van zes matchpunten te- Ken de sterke Zweden een fraai re sultaat. E, C. COUDSMIT 9 8 xx O xx O V 10 x H V xx De woonkamer van dit huis ver andert eens in de. drie weken in een theaterzaaltje dat plaats biedt aan een vijftig,.zestig bezoekers. Die betalen geen entree, integendeel: wanneer ze een uurtje hebben zit ten kijken en luisteren naar het nieuwste programma dat hun gast heer met zijn gezelschap heeft uit gevoerd, wacht hun in de gang een geïmproviseerde bar waar, nog steeds gratis, een glaasje wordt vol geschonken en een koekje geser veerd, De tegenprestatie die zij er voor leveren bestaat uit hun aan wezigheid en die is voor Chiel de Boer van onschatbare waarde: «Ik heb publiek nodig," beeft hij ons tijdens zijn laatste „matinée" verteld, „voor ons cabaret Is een studio te kil, te mechanisch. Daar om gaan wij niet meer naar Hilver sum, maar komt Hilversum bij ons; hiernaast, in de eetkamer, zitten Frans Muriloff, de productieleider, en twee technici. Zij nemen ons programma op Cja, altijd op Zater dagmiddag) en daarbij nodig ik een gehoor u»t, dat zijn kennissen, vrienden en vrienden van vrienden. Daarmee heb ik dan meteen nóg eenbeetje de sfeer terug die v'roe- ger in' de stal in Maarssen heerste, waar ik uitsluitend voor vrienden optrad." Terwijl de genodigden binnen druppelden en fluisterend in de hal wachtten, werd in beide kamers nog onder hoogspanning gewerkt aan de laatste voorbereiding voor de officiële opname. De techniek die, haar gewoonte getrouw, ook hier al flink gevor derd is, maakte van versprekingen, aarzelingen of al te lange stilten tussen twee nummers, op den duur snel te verhelpen futiliteiten; want methetzelfde gemak waarmee wij een schrijf- of tikfout uitvlakken, kan meestal een onregelmatigheid in de opname uit de geluidsband worden geknipt of zelfs „geveegd". Kijken en luisteren Wij hebben de opname van het programma dat Zondagavond over de radio wordt uitgezonden, in twee etappen gevolgd. De eerste In de huiskamer, dié Chiel de Boer heeft verrijkt met een podium, waarop we zijn gezelschap hebben kunnen zien spelen: hemzelf, de altijd wat nerveuze en bekommerde „oude-rot- in-het-vak" die nooit een routinier zal worden; zijn trouwste medewer ker Mustafa, die al meer dan twin tig jaar als_ Willem het zijne van de wereld zingt; Diny. (opoe Mum mel) van Amstel; de charmante Rény Boone, die nog maar kort bij Chiel de Boer werkt en stellig een van zijn beste krachten zou kunnen worden; Max van Santen Jr.. in an dere omgevingen bekend als Syl- vain Poons, en de meest uitgespro ken kleinkunstenaar van de groep: Jan Oradi. de enige mens ter we reld die een boom kan imiteren; en de onmisbare musici Peter Kellen- bach (aan de vleugel) en Koos Tig- ges (op de guitaar). „Veegje op de band" Het monteren begint, wanneer de gasten met een glaasje in de hand gezellig over het genotene nakaar ten. In schrille pieptonen passeert dan in de eetkamer het liedje van Mustafa nog eens huiveringwekkend snel de revue... van achteren naar voren; dan wordt de opname in haar geheel „getimed" en elke se conde die zij langer is dan dertig minuten door middel van een on belangrijke coupure (een „veegje" de band!) weggewerkt, zodat men er Zondag de klok op gelijk kan zetten. „Het is altijd weer een hele zorg," zei Chiel de Boer na afloop ver moeid» „nu zijn we klaar, maar OP DEZE MANIER kijken Chiel de Boer en de zijnen tijdens de opname van hun radio-uitzen ding de „zaal" in, die door het aanbrengen van eert. paar banken en wat extra stoelen is geboren uit een gezellig ingerichte tooon- kamer. Pleegkinderen en him pleegouders Over het gehele land verspreid zijn er vele pleegouders, die zich het lot hebben aangetrokken van een of meer talrijke kinderen, die zo node de zorg, warme liefde en toewijding van hun eigen ouders moeten missen. Door hun pleeg ouders worden deze kinderen ver zorgd en opgevoed als waren het hun eigen kinderen. Het pleeg kind leeft, woont en speelt in een normaal gezinsverband en noemt zijn pleegvader en pleegmoeder pappa en mamma. Pleegkinderen en pleegouders zijn overgelukkig met elkaar. En toch hangt er van ogenblik tot ogenblik een zware en. donkere schaduw gver deze kinderen en hun pleegouders. Elke minuut van de dag kan een scherp zwaard een wrede en onherroepe lijke scheiding tussen het kind en zijn pleegouders teweeg brengen. Immers in Nederland kennen wij nog geen adoptie. De mogelijkheid pleegkinderen te adopteren be staat in alle landen, behalve in Nederland en Portugal. Een ivet, waarbij de adoptie wordt geregeld zou door allé pleegouders met enthousiasme worden begroet, speciaal door diegenen onder hen, boven wier hoofd altijd de drei ging hangt, dat het pleegkind (soms na vele'jaren) door de na tuurlijke ouders wordt opgeëist. Mag ik, zelf pleegouder, in dit stukje de 'aandacht vragen voor de Nederlandse Vereniging van Pleegouders, wier voornaamste doel de totstandkoming van een adoptiewet is? Een ander doel: het geven van voorlichting en bij stand bij juridische problemen, die hét pleegouderschap met zich kan brengen. Het lidmaatschap sta3t open voor alle pleegouders. Het secretariaat is gevestigd Laan van Meerdervoort 653, Den Haag. D. SCHIPPER s 53S7S5P.»s:?ei:B>;nsaa ttïöuüüsü jsr-tii-:. 12ll!ilS!l!!l|S!('!i;ill:il!!illl»Siii!!ijéilR^niieil DEZER dagen heeft het Over- ijselse plaatsje Hardenberg de aandacht op zich gevestigd, doordat jongelieden er zich schuldig maakten aan zeer ern stige straatschenderijen en ze7 denmisdrijven. De rechtbank .heeft hen deswege straffen op gelegd en bovendien is aan deze Hardenbergse jeugd een uitgaansverbod voor de late avonduren opgelegd. Daarbij is het niet gebleven. De katholie ke geestelijkheid heeft dezer dagen zowel tot ouders en op voeders als tot de jongeren zelf een kanselboodschap gericht en ieder ander in Hardenberg. die ook maar in enig opzicht ver antwoordelijkheid draagt heeft zich het hoofd gebroken, wat er gedaan kan worden op het gebied van ontspanning en vrije tijdsbesteding om langs die weg de jeugd in goede ba nen te leiden. Maar wat onder de gegeven omstandigheden vóór alles nodig is, dat is een antwoord op de vraag, ivat de oorzaken zijn van het aan de dag getreden kwaad. In bij gaand artikel tracht prof. Sj. Groenman, hoogleraar in de so ciologie aan de Rijksuniversi teit te Utrechtdaar een bij drage toe te leveren. ALS het kalf verdronken is, J- dempt men de put. Het is niet eens zeker, dat men dit doet. Mis schien waagt men er nog een paar kalveren aan. Een dergelijke beeldspraak, ont leend aan een tijd, dat kalveren zomaar in putten konden lopen, dringt zich op, als men wordt op geschrikt door wat men zacht ge zegd afwijkende morele of crimi nele verschijnselen kan noemen, zoals zich blijkbaar hebben-kunnen ontwikkelen in een bepaalde streek of in een bepaalde groep van ons volk. Vandaag is het een dorp in het Noord-Oosten van Overijssel, morgen een buurtschap in een an dere provincie, ofwel een oud stad je, dat men ais een toonbeeld van deugdelijke levenswandel had be schouwd. Of een oord, dat als een lichtende kaars leek van godvruch tigheid. Criminaliteit en immoreel gedrag komen overal en in alle tij den voor, maar als hele groepen wet en moraal met de voeten tre den, en op het oog zo geheel on verwachts, dan is er iets aan de hand met het groepsleven. Dan moeten er sociale factoren in het spel zijn. En natuurlijk dat kan de maatschappij niet afdoen met wat vonnissen. Dan moet .ie put worden gedempt, de put, die men nu opeens ontwaart. Maar hoeveel putten zijn er riet, waarvan men geen vermoeden heeft? Waar zijn de kalveren, die men voor verdrinken moet behoe den? Men zal trachten in het ene Weinig gelegenheid voor privé- levenDat, is het gevolg van de omstandigheden, waaronder de Indische Nederlanders zijn gehuisvest, dicht bij elkaar in grote huizen en kampen. Maar het gaat wel, zo en het zou ook moeilik anders kun nen. Zeker niet, waar er nog 20.000 Indische Nederlanders in ons land tuorden verwacht. SOMS, in een paar verloren ogenblikjes fydens de repetitie wordt in ChieZ de Boer de ver waarloosde tandarts wakker en hanteert even de boor, om het niet te verleren... morgen moet ik weer beginnen aan de volgende uitzending, voor over drie weken." We konden ons nu voorstellen, waarom de voorstelling, die wij zo juist hadden bijgewoond, opende met de verzuchting: „Soms als er een nieuw programma geschreven moet worden, vraag je je af: Waar over nu weer?" En toch heeft Chiel de Boer al zoveel jaren lang elke drie weken zijn teksten, liedjes en sketches weer voor elkaar ge kregen. Maar ongetwijfeld heeft hij onder het werken' wel eens opgekeken naar de woor den van Montesquieu die hij, versierd met eigengemaakte schimmen, boven zijn podium heeft aangebracht: „Quand on court après l'esprit, on attrape la sottise", als je jacht maakt op de geest, vang je de dwaas heid (Van een onzer verslaggevers) DE Indische Nederlanders hebben het natuurlijk allemaal vrij moeilijk in dit voor hen nieuwe land. Maar wie werkt blijkt zich beter door de telkens opkomende moeilijkheden van. het begin heen te slaan. Daarom ook is de stemming in de te huizen en kampen voor Indische Nederlanders in het dicht bevolkte Westen aanzienlijk beter dan in de verafgelegen delen van het land. In het Westen is de mogelijkheid aan het werk te komen voor hen die willen, \'eel beter dan elders en daar werkt ook inderdaad wel bijna de helft van de Indisch-Neder- landse mannen. Inmiddels is het 'arbeidsprobleem onder de 80.000 gerepatrieerde In dische. Nederlanders echter zo groot geworden, dat nu op verzoek van de Dienst voor Maatschappelijke Zorg zeven enquêteurs van het Rijksarbeidsbureau hen. allen be zoeken en de werkkansen met hen bespraken. Aan de hand van de resultaten wil men een systeem opstellen vol gens hetwelk vele mensen, kunnen worden gedwongen bepaald werk te nemen. Ook in de normale Ne derlandse maatschappij is het zo, dat werklozen slechts ovefheids- steun krijgen, als zij inderdaad geen passend werk kunnen vinden. Kun nen. zij dat wél, maar ontbreekt de den. Op dezelfde wijze, zo stelt men zich voor in Den Haag, kun •nen de Indische Nederlanders, die boven hun eigen inkomentje een steun van overheidswege ontvan gen. aan het werk worden gezet. Er 'zijn nu 800Q0 Indische Neder landers in Nederland. Het onder brengen daarvan heeft uiteraard heel wat voeten in aarde gehad In het begin met kunst en vlieg werk en later met wat meer zeker heid en routine heeft de Dienst voor Maatschappelijke Zorg, die zich speciaal het lot van al deze mensen heelt aangetrokken, het toch alle maal voor elkaar kunnen brengen. Niet, dat zij -nu allen zo prettig en naar hun zin en comfortabel zijn wil, dan wordt de steun ingehou- ondergebracht. Maar aan de ele- maanden met de korte dagen zijn er weer en dat wil dus zeg gen dat duizenden fiet- I sers 's morgens en 's avonds weer hun verlichting moeten ontsteken willen zij geen bonnetje op htm dak krijgen. Blijkt het, dat één van de lampjes het begeven heeft, wees dan zo verstandig niet op de bonnefooi éen nieuw exemplaar te kopen en er in te draaien, want dan loopt men een prachtige kans te gaan behoren tot de grote groep, van wiel rijders, die of tobben met te zwak licht of wier lampjes om de haverklap doorbranden. Al dat getob en ook het gevaar lopen op de weg is beslist niet nodig als men maar bedenkt, ten eerste, dat er een groot verschil in stroomsterkto tussen Verschillende soor ten dynamo's bestaat en ten tweede, dat het lamp je in de koplamp sterker moet zijn dan dat in het achterlicht. Dat aan die stroomvariaties niet altijd wordt gedacht, moge wel blijken uit het feit, dat bij een steekproef in meer dan de helft van het aan tal onderzochte rijwielen verkeerde lampjes zaten gemonteerd! Op veel soorten dyna- Ier of winkelier een koud roo's is de fabrikant zo kunstje het passende voor- Soort I Dynamo-vermo gen 6 volt en 0.35 amp., waarbij hoort voorlamp 6 volt 0.3 amp. en achter lamp 0 volt 0.05 amp. Soort II Dynamo-ver mogen 6 volt en 0-5 amp. met voorlamp 6 volt en 0.45 amp. en achter lamp 8 volt en 0.05 amp. Soort IIT Dynamo-ver mogen 8 volt en 0.5 amp. met voorlamp van 8 volt en 0.45 amp. en achter lamp van 8 tot 10 volt en 0.05 amp. Soort TV Dynamo-ver mogen 10 volt en 0.45 amp. met voorlicht van 10 volt en 0.4 amp. en achterlicht 8 tot 10 volt en 0.05 amp. Wanneer men zich aap deze verhouding tussen Dynamo-vermogen en lampsterkte houdt is de kans op storing van de verlichting vrijwel uitge sloten, Het komt echter ook dikwijls voor, dat op de dynamo geen vermogen staat aangegeven.- Dat maakt de zaak natuurlijk wat ingewikkelder. Het zal in dat geval nodig zijn- enkele soorten lamp jes te proberen tot men het juiste gevonden heeft. Aan de hand van boven staand lijstje zal dit zeker spoedig lukken. Het is altijd beter zonder extra- sterkten in de handel en kosten direct wat moeite voor het gemak van onze te doen om de juiste com- behulpzaam geweest het en/of achterlampje te ie- fietsende lezers zullen, we binatie te vinden, dan la- vermogen aan te geven veren. Er zijn in het al- hiernaast een lijstje ge- ter .het risico te lopen het voor een gemeen genomen dyna- ven van de daarbij beho- van veel ergernis, opge- vakkundig rijwielherstel- mo's van vier stroom- rende lampjes. mak o£ zelö schade. mentaïre eisen is voldaan. Zolang zij nog geen eigén huis hebben, hebben de Indische Nederlanders in de opvangcentra en contract pensions heel weinig gelegenheid tot privé-leven. Zij zitten allemaal dicht bij elkaar in grote huizen en kampen en zij zien veel van elkaar en daarom misschien in dat be langrijke eerste stadium, te weinig van de Nederlanders in wier mid den zij verder zullen moeten wo nen, Maar iedere Nederlander en ook de „slachtoffers" zelf zullen toegeven, dat er onder de moei lijke en wat gedwongen omstandig heden weinig beters had kunnen worden georganiseerd. De meeste gezinnen moeten met teveel mensen in een eigenlijk te kleine ruimte leven en de kin deren, die gewend waren aan het buitenleven in Indonesië kunnen zich moeilijk aanpassen aan. de beperkingen, die een Nederlandse regendag hen oplegt. Daarom, gaat er veel kapot. Maar wie on der de Indische Nederlanders het geluk heefteen goede beheerder of directrice te treffen kan re kenen op begrip voor dergelijke problemen. Nog niet zo lang geleden Is er een Nederlandse commissie naar Indonesië geweest om contact op te nemen met de Indische Neder landers vóór zij naar Nederland zouden vertrekken. Er is hun ver teld hoe de zaken in ons land staan wat betreft de arbeidsmarkt, de bevolkingsdichtheid, de huisvesting en alle andere problemen, waarmee zij hier te kampen hebben. Het heeft weinig resultaat gehad. Nog steeds stromen de Indische Neder landers ons land binrten. F.n nog steeds zijn velen dag aan dag bezig om hen te helpen en te adviseren. Nederlaricl komt op voor zijn eigen landgenoten. Hel werkt er ook hard voor en doet oprecht zijn best. Al leen zucht het af en toe eens "even achter de hand. want het is alle maal erg moeilijk. En niemand vindt dit een ideale oplossing. Ook de Indische Nederlanders niet, die onder andere omstandigheden lie ver in hun geboorteland waren ge bleven. Hetgeen begrijpelijk is. Probleem nr. 1 van Josef Pospisil (Besedy Lidu 1902) gesignaleerde geval wat te doen, maar aanstonds is er nieuwe op schudding, héél ergens anders en weer in strijd met de uiterlijke schijn. I OEN Nagel een intensieve studie wijdde aan de crimina liteit van Oss, bleek hem, dat een belangrijke invloed moest worden toegekend aan de plotseling over gang van de bevolking naar de in dustrie. Men stond vreemd tegen over de orde en het strenge regiem van de fabriek; dacht, dat het haar niet.menens was met haar strakke werktijden, met haar strak beheer van eigendommen, die je zo maar niet zonder te vragen even kon lenen voor gebruik thuis. Er vie len ontslagen onder de nieuwe fa brieksarbeiders. Tegenover deze industrie geraakte men de kluts kwijt. Men kon dit alles niet ver werken en rebelleerde. Op de var- warring volgde de agressie. Een re bellerende agressie van een ge vaarlijker soort dan van de boeren bevolking, die in de vorige eeuw hier en daar al evenzeer geremd en verward de landbouwmachi nes van een enkele nieuwlichter vernielde. T-Tet gebeurde in Oss is één van de alarmsignalen voor de te genwoordige industrialisatie van het platteland. Men is in Den Haag en bij de stichtingen voor maat schappelijk werk in de provincie bedacht op ongewenste gevolgen van de komst van de industrie op het platteland. Maar hoe scha mel is onze kennis van. het volks leven in ons land en hoe willen we dan tijdig optreden, als rich tekenen van ontbinding voordoen in het geval, dat dit volksleven wordt geconfronteerd met indus trie niet alleen, maar ook met an dere verkeersmogelijkheden, snel toenemende contacten met andere levenssferen daardoor, met nieuwe mogelijkheden van vrije tijdsbeste-' ding, van behoeftenbevrediging, met ongekende sociale voorzienin gen? Wat overkomt ons in moreel opzicht bij de nieuwe werkloos heidsvoorziening? Wat voor morele verslapping staat ons te wachten bij de invoering van de Engelse Zondag? Kent men de gevolgen van de vrije Zaterdagmiddag voor landarbeiders? Is men er voldoen de van doordrongen, welk een achterstand er is in te halen qp het punt van het leren gebruiken van vrije tijd? Er is «sociaal" toe risme gelukkig. Maar het leren verkeren in de vrije natuur moet worden geleerd, zodat wij eigen lijk een sociaal toerisme hebben ontketend. Wij kennen onze maatschappij niet, we weten niet, wat er elke dag wordt ontketend door de snelle veranderingen in die maatschappij, en wij zijn niet ingeschoten op op vangen van die veranderingen. T-T R liggen op mijn schrijftafel twee gloednieuwe boeken. Hfet ene is het ontwikkelingsplan voor Zeeland van het Economisch Tech nologisch Instituut in die provin cie, het andere is het proefschrift van H a v e m a n over de onge schoeide arbeider. Het Zeeuwse boekt lijkt een degelijk stuk werfc, zoals een goed E.T.I. dat kan op leveren. Als ik in dit bode blatter door- Wit:Kb2. Dfl, Tc4, Ld7, Pe4, pion e3 (toiaal 6 stukken). Zwart: Kd5, Dh7, Lc2 en el, pion nen b4, c5, d6 en e5 itotaal 8 stuk ken). Wit begint en geeft in twee zetten .mat,- De oplossing' zullen wij in de vól gende rubriek geven. .H. KRAMER. Prof. dr Sj. Groenman buitengewoon hoogleraar in de sociologie te Utrecht en direc teur-secretaris van het Instituut ooor sociaal onderzoek van het Nederlandse volk. naar de mens, doe ik dat tever geefs. Hier is nu kennis verzamefÜ van de maatschappij, degelijk en deskundig, kennis zoals nu geluk kig al jarenlang in alle provincies is vergaard. Maar hier geldt het „dankbaar, maar niet voldaan?, want mens en maatschappij zijn in het halfduister gebleven. Straks wordt er gehandeld in de lijn van ontwikkelingsplannen, in Brabant, in Overijssel, in Friesland of waar ook en we weten eigenlijk niet goed wat er gaat gebeuren, als 'deze plannen aan mensen worden aangedaan. Volgt er verwarring en agressie? Het zal meestal wél los lopen. Dan het boek van Haveman. Ook een gced stuk werk. Een met „euro laude" bekroond proefschrift. Hier is dan een eerste studie over een belangrijke categorie arbeiders, Maar is. het niet erg, dat wij de arbeiders nog moeten leren ken nen. de i r«p, waarop zich onze gehele sociale wetgeving richt? Hebben wij wel het recht om ons te verbazen over gebeurtenissen in Dutten of Oss of oyer verkiezings uitslagen in Zuid-Oost-Friesland of Noord-Gost-Gromngen? Wie Hofstee's boek leest over het Old ambt verwondert zich niet over Finsterwolde, maar hoeveel studies bezitten wij van een dergelijke so ciologische diepgang? Wat in de gemeente Hardenberg is voorgevallen, en waarvoor na derhand (vooral naderhand) wel de sociale oorzaken zullen worden aangegeven misschien wel het verlies aan invloed van de kerk, maar als dit zou zijn, hoe kwam dit? misschien wel het geen raad weten met vrije tijd is weer eens een bewijs van de grote leemte aan kennis van onze sa menleving in al haar geledingen. \\f AAR geen kennis is, kan v geen beleid worden ge voerd. Het is typisch voor onze tijd, dat wij spreken van „fronten". Die fronten gaan we versterken of verdedigen. Om even hierop door te borduren: de goede veld heer kent de zwakke en de sterke plekken in zijn front. Men kan evenwel moeilijk zeggen, dat de zwakke' en de stgrke plekken in het front van de samenleving be kend zijn, ondanks een verheugen de kentering die valt te constate ren. Overheid, kerken, universitei ten, maatschappelijke, werkers, be drijven, zij zijn begonnen met het verzamelen van kennis omtrent de maatschappij. Hardenberg is een teken aan de wand om deze arbeid sterk uit de breiden en te ver snellen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1952 | | pagina 7