OP DE VERKEERDE WEG op 6,4 Velde Kil 6! utèthuuê De schaker een MENS, geen MACHINE RADIO DAY Maanlicht SIEMENS &H. tzê&l/iSLS. Bal te hard voor 'n sportieve Duitser Da\ door, 1 nd'Wright Callas: „fantastische aanbiedingen" Staatslening '58 Toewijzing 20 procent Echt smullen f ECHTE GELDERSE SUCROSE «ÖË1ÖPMK$- door FRANK GODWIN tm r Mtr Etn snamz Steinbeck laakt „rechters van Pasternak" Journalist Zuidema oveileden f Schrale huid J Kloosterbalsem Dinsdag 11 november '195 'SP iRztr in het geval van die Amsterdamse student, die door leden van oen Delftse' Tooms-katholiëko studentenvereniging werd ont- i voerdy mishandeld en gedeeltelijk kaalgeknipt, iets wat tot onbe hagen stemt. Aan do Lelrokkene werd te kennen gegeven, dat hier sprake was van een wraakoefening „namens katholiek Nederland". Nn is bet duidelijk, dar alleen maar de ent voerders aansprakelijk waren voor deze daad; maar het heeft torh de aandacht getrokken. d3i ..katholiek Nederland zirli al heel weinig duidelijk van deze jongelieden heeft ge- distancieerd. Uc Volkskrant vindt het gebeurde niet in orde, doch bij ral van andere bladen schemert hij de erkenning, dat zoiets natuurlijk niet mag, maar al te merkbaar voldoening door over bet feit dat het toch is gebeurd. Dè reden van de wraakoefening was een artikel in het studentenblad Propria Cures over de overleden Paus. Het artikel was kritisch en wat eigengereid, maar stellig niet opzettelijk beledigend. De schrijver er van meeude te mogen vaststellen, dal in politiek opricht d«: daden van Pins XII geen bewondering verdienen omdat ze getuigden van een al te grote ver draagzaamheid jegens het fascisme. Nu hoeft tnCn [iet met deze mening volstrekt niet eens te zijn; en cr is ook geen enkele reden om aan te jtcmen, dat Propria Cures plaatsruimte had geweigerd aar* een stuk, waarin het tegendeel werd betoogd. Het bedenkelijke is, dat mplaats van deze gemotiveerde tegenspraak de ontvoering volgde. Terreur is een groot voord, waarschijnlijk iets te groot in dit geval; maar er blijft toch van over, dat men iemand het schrijven van een onwelgevallig stuk flink heeft ingepeperd. Fen pak slaag inpl.iat? van polemiek; het lijkt geen goede Nederlandse «tijl. In ^dit vrije land met nogal aanzienlijke tegenstellingen moet men natuurlijk elkaar niet beledigen, tuaar men moet wel moeite doen eikaars opvattingen te verdragen. Dat deze opvattingen in studentenkringen iets onverbloetnder tot uiting komen dan elders, lijkt ons zeer normaal. Kr zijn Vel dingen in de studentenmaatschappij, die al= verouderd kunnen gelden (h.v. de groentijd! maar de. hemel beware ons voor studenten, die hun meningen verkondigen op de toon van bezadigde zeventig jarigen ET geval van de .ontvoerde student wint als symptoom aan be- tekenis door} de, wij kunnen wel zeggen, woedende klacht, die de journalist-schrijver-Godfried Bomans bij de Raad van Tucht voor de Journalistiek heeft ingediend tegen de correspondent van het Handelsblad te Rome. Deze correspondent heeft in enige artikelen, die ©ok in een aantal provinciale bladen zijn verschenen, uitvoerig de kritiek behandeld, die dc hoge prelaat mgr. Bacct in een toespraak op het beleid van Pius XII zou hebben uitgeoefend. Merkwaardigerwijs liep deze kritiek ongeveer parallel aan wat in Propria Cures stond. Achteraf is Intussen geblekéh, dat de Nederlandse correspondent wat al te vrijmoedig de woorden, die hij mgr. Bacci ia de mond. legde, en eigen commentaar heeft vermengd, waardoor zijn stukken een iet of wat tendentieus karakter kregen; maar nog veel tendentieuzer is de klacht van de. heer Bomans, die de correspondent laster en belediging van een volksdeel verwijt, r Nu stelt de Nederlandse wet. inderdaad laster en belediging .van een volksgroep strafbaar, maar klachten op grond van deze misdrijven moeten niet worden ingediend bij" de Raad van Tucht voor de Journalistiek. Ze koren thuis bij de gewone rechter. Het doet een beet je. vreemd aan, dat'de heer Godfried Bomans, die<;nu juist niet de eerste de beste is, dit niet heeft geweten'. Er is enige reden voor de veronderstelling, dat liij liet wel heeft geweten, maar dat hij zich over de formele kant van de zaak niet 10 druk heeft willen maken. Het ging vooral om het gebaar en om liet bericht in de bladen. Wie dat wil kan er een waarschuwing in lezen van „katholiek Nederland" adn het andere deel, rich van een berichtgeving te onthouden, die iets zou kunnen afdoen aan de. heiligheid van de Paus. Handen thuis! Op straffe waarvan? Wij weten het niet; maar gelet op het feit. dat de Paad van Tucht voor de Journaliriek niets met deze klacht kan aanvan gen en (We niet i» ingediend, waar dat behoorde, moeten wij toch wel weer even denken aan die student, die het op een wijze, welke in enkele landen meer gebruikelijk i$ geweest dan hier, ingepeperd beeft gekregen. MEN begrijpe mis goed; wij lu-bben geen <po«r van waardering voor een berichtgevtne. die naar toon en inhoud als onbehoorlijk raoct geJden. Evenmin «ensen wij het op te nemen voor -fukken in de krant, die krenkend zijn voor delen van bet volk. Maar de stelling, dat de politieke kanten van het pauselijk beleid niet vatbaar rijn voor -discussie, lijkt ons onhoudbaar. Wij willen bij ons onderwerp blijven en ons niet verdiepen in de vraag of het beleid van Fius Xll tegenover Spanje juist is geweest, en of de benoeming van mgr. Stcpinac tot kardinaal in staatkundig opzicht als verstandig kan gelden. Wij willen echter wel zéggen, dat punten al? de2e in een land als het onze onmogelijk tot verboden onderwerpen kunnen worden verklaard. Verbeelden wij het dat de rooms-kathotieke wereld in Nederland wel eens de neiging heeft, zicii plu« papiste que lo pape te gedragen? Gevoelens, zoals die zich thans uiten in Nederland, treft men b.v. in Belgie en Frankrijk nauwelijks aan. om van Italië maar helemaal re zwijgen. Als er ergens is gepolemiseerd, dan is het daar. Wie in dat land wraak had willen nemen, had hele scharen moeten ontvoeren. De stijl die (naar het lijkt) in ons land thans wordt beproefd, is onaanvaardbaar. De journali stiek kenne eerbiet!, maar geen taboe?; en het blijve zo dat de straffen berusten op wet of tuchtrecht en mier op particuliere wraakneming. '#£35 Misschien is het schaakspel een afspiegeling van het gewo ne, dagelijkse leven om ons heen. Daar vinden we de nuch tere realiteit maar ook de fan tasie, het geld en de schoon heid, de jachtige in dustrieel en de kun stenaar. Er zijn mensen wier hele leven gericht is op één doel: een eigen zaak, een overstelpende rijkdom of ken nis. Er zijn ook mensen, die zich slechts bekommeren om problemen die onbelangrijk lij ken voor het produktiesehema van een modern land. Een zelfde tegenstelling vin den we in het schaakspel: de jarige leeftijd leerde hij schaken in Schaken was zijn beroep maar hij besteedde veel van het. geld, dat hij ermee. vérdiende voor studie. Hij promoveerde! op één wiskundige stelling die van belang'is geweest voor het nageslacht. Hij leverde kri tiek op Einsleins relativiteitstheorie, schreef - toneelstukken en gedichten, bridgte en ontwierp een eigen filo sofisch systeem. Ten slotte geloofde hij het wel met het schaakspel. Zonder'zich bij zonder in te spannen speelde hij in 1921 een match' om zijn tlteL tegen de schaakautomaat Capablanea, een jonge Cubaan, en verloor. Het schaakspel als wetenschap zou weer hoogtij gaan vieren. kunstenaar die wonderlijke pa tronen breit op de velden en de strateeg die kijkt of hij over een piuspionnet je be schikt, dat-hij door solide be legging winst kan laten afwer pen. Vooral iii de eerste toernooitijd van het schaakspel - zo na het mid den van de vorige eeuw - is deze tegenstelling scherp tot uitdrukking gekomen. Vier wereldkampioenen 'stammen uit deze jaren; Steinitï, Lasker, Capablanea en Aljechin: schaakrobots en, kunstenaars. Vóór al die tientallen boekjes ver schenen waren ovt theorie, goede en slechte zetten, middenspel en eindspel, was het zo'n mooie tijd. Elkeen dreef op zijn eigen kennis en positiegevoel. Er ontstonden zo genaamde onsterfelijke partijen, waarin de een of andere ster een veel zwakkere tegenstander het mes op de keel zette, royaal stukken en pionnen offerde om hem ten slotte ergens mat te frutselen; prachtige effecten voorwaar, sensatie en er gernis voor wie er niet tegen kon. Er zijn mensen aan ten gronde ge gaan, er zijn mensen krankzinnig door geworden. Maar ook hebben duizenden van het spel genoten. Steinitz was de eerste wereldkam pioen, 28 jaar lang. Hij begon met het opschrijven van alles wat hij maar vinden kon. werd de eerste wiskundig berekenende automaat en won alles. Hij lag immers bij de start-een kopiengte voor op zijn te genstanders en was bekwaam ge noeg om voor te blijven. De eerste wereldkampioen had de strategie van het spel ontdekt, hij won vaak. zonder dat zijn tegenstan der echte fouten gemaakt hadden. Zij waren het slachtoffer van een nieuwe zienswijze geworden. Het. schaakspel dreigde in plaats van een plezierige ontspanning een stuk je wiskunde te worden, echter zon der de wetenschappelijke voordelen die de wiskunde biedt. Een beuze larij zonder zin. In Duitsland, ergens in Branden- burg was op 24 december 1368 als zoon van straatarme mensen. Ema- nuel Lasker geboren. Op twaalf-! Berlijn. Spoedig versloeg hij al zijn tegenstanders. Van honger üep hij de cafe's in de Duitse hoofdstad af, waar om. kleine geldsbedragen ge speeld werd. Hij bleef erdoor in le ven. Lasker was 26 jaar oud toen hij de wereldkampioen Steinitz onttroon de. Hij had het spel van zijn tegen stander uitvoerig onderzocht. Hij paste dezelfde principes toe maar week op een punt af; Lasker wist dat hij niet tegen een aantal boutjes speelde maar tegen een mens, met menselijke zwakheden. Lasker was een goed psycholoog, hij zou het oude spel nieuw maken5 Volgens de theorie van Lasker waren er net zoveel goede zetten als tegenstanders. Graag speelde hij openingen die zijn tegenstander goed De grote Vijf wit een voorbij tijd perk: Links wereldkampioen Ema nuel Lasker, de romanticus; naast ftem dr. Aljechin, toen nog militair, die nummer drie, Capablanea, de tite] af zou nemen, zes Jaar nadat deze hem van Lasker cadeau had ge kregen, Da vierde en vijfde van het rijtje waren geen wereldkampioenen, wel schakers, naar wie varianten in de oppningstheorie genoemd worden; Marshall en Xarrasch. De foto werd gemaakt tijdens het beroemde toer nooi van St. petersburg in 1914, dat door Lasker met een half puntje voorsprong gewonnen werd. kende om dan ineens af te wijken en met allerlei sluwigheidjes en zij paadjes diens leven zuur.te maken. Wereldkampioen Lasker had stalen zenuwen en was een meester in het uitbuiten van zwakheden. Hij heeft opvailend weinig toernooipartijen verloren. f Adverier'ie L.M. f.Van onze correspondent) VBNLO. Een sportieve Duitse bromfietser liep op de Heibeek te Venlo een zwaar gekwetste voet op toen hij dacht een dikke bal op straat onder het rijden door te kun nen wegschoppen. Dat viel zwaar tegen, aangezien het een afgedankte kegelbal breek, waarmee enige jon gens aanhet rollen, waren. Een pijnlijke vergissing derhalve... NEW YORK. „Ik heb fantasti sche aanbiedingen gekregen van de „Dallas Opera Company", zo ver klaarde gisteren -de even beroemde ais opvliegende sopraan Maria Cal las. Zij voegde er aan toe, dat zij dolgraag eens met deze „perfecte en frisse troep" in Parijs of Rome zou willen optreden. De vraag is'echter, of de zange res zelf wet precies weet wat zij wij. Italiaanse bladen schrijven van haar te hebben vernomen, dat zij een eigen operagezelschap gaat vor men. In ieder geval moet de prima donna nog tot het einde van de maand optreden voor de New York Metropolitan Opera, die, zoals be kend, het contract met haar per 30 november heeft beëindigd. DEN HAAG. Slechts 20 procent van het bedrag, op 10 november j-I. ingeschreven op de 44* procent* •J staatslening, wordt toegewezen. f Dit deelt het ministerie van Fi- nanciën mede. Het bev' dat de lening groot 250 rr. ijfmaal is overtekend. tAdvertentie LM.) Voor diabetici en slanke lijn! (Advertentie tM.) fWELGPAPPKBj DIT IS'VAN JENNlFEff/T )b M BEETJE GR0E2EU &-"2E WH i£ BEPANkÉN VOOS Gisteren olnk ix.hoe Je HAAS'? HEB JE ME SE ROePEN,PAUL? NtfcTb BbZONOEPZe, M ZAL DAAR TERUG- SOAW'JVEN.KiNOERÊN VINPEN RET PRACHTIG OH BRIEVEN TE KR'JGEN M AmtfiM intdtilt - Hthul, in d« Wi •nlhoaiisil tsl pRfcOEE> ALS HET HAAR UïTKOrTT, CAROL THU1& ze ONGENIETBAAR. DIE ARME TANTE VAN HAAR HEEFT GEEN LEVEN SÜ OR- HALSPROÊrit! WttT}t NOG DAT D lit KV HOnKBAlltfÜ "JfOWIt 5Pl£RBUf1D£.l5'rf<OtMDt? S NOU. KIJK Hltft 15 PlAKBOtK... Doe het nog maar mtr. Mp£R5W£KK£M WEMtf- .XHitrt VA15LH00P.IKWIL PKArtN zijn VOL WET KAMPIOENEN IK GA 5TRAK5 NAAR HET WEE5HUI5... ZAL IK DUCKV VERTELLEN VAN DltOPERATIE? MiiNCHEN. De beroemde Ame rikaanse schrijver John Steinbeck heeft maandag verklaard dat ..Pas ternak's rechters op dezelfde wijze zullen worden gestraft als de rech ter van Socrates hun namen worden vergeten, maar hun dom heden bljjven voortleven". In een verklaring die Steinbeck schreef voor radio Vrij Europa, zegt hij voorts dat de critici van Nobel prijswinnaar Boris Pasternak „de ware verraders van de litteratuur zijn". Radio Vrij Europa verzorgt programma's die tot de volken ach ter bet ijzeren gordijn zijn gericht. De Russische protesten tegen de toekenning van de Nobelprijs aan Pasternak „stemmen me droevig, maar niet voor Pasternak" zegt Steinbeck, „Mijn droefheid gaat uit naar de arme officiële schrijvers die een oordeel moeten vellen over een boek dat ze niet mogen lezen"- DEN HAAG. In de ouderdom van 79 jaar is in de nacht van zon dag op maandag te Goes overleden, de heer R. Zuidema. oud-hoofd redacteur van het „Zeeuwsch Dag blad", die zes en veertig jaar in de protestants-christelijke journalistiek werkzaam is geweest De heer Zuidema begon zijn loopbaan bij „de Veluwse Bladen". OM drie uur in de nacht werd dé man met een schok tcakker Hii stapte uit bed, maakte licht en 'gijm voor de spiegel staan. Lange lijd keek hij. aandachtig naar zijn week, viezig gezicht, dat éérst alleen.maar de spo ren. nan-de slaap i>ertoonde, maar spoedig een geërgerde uitdrukking aannam. „Ik lijk wel een wijf" dacht fin én wendde zich af. Nu deed fty snel zijn kleren actn en ging, met zijn schee- nen in de hand, uiterst voorzichtig" de trappen af, want hij ibïide de hou pita met wakker makenIn vredes- naam geen herrie. Daar had hu ge noeg van, Ze zochten hem toch al al lemaal. In de;, winkels, als hij -jrfftj boodschappen deed, merkte .fry- heus we I/dat erweer tegen hem gehetzt was. Maar hij hield zich-in. Er viel toch niets tegen te doen; Buiten,op de :$fóep trek, h(jkin schoenen; aan. De maan scheen on werkelijk helderMet de pas van een marcherende soldaaCging hij op pad. Hij wiet. precies de kortste weg. De Straat uit. De brug over. Even langs het water. £n dan doorsteken Toen hij op het plein kwam, bij het grote oude schoolgebouw, glimlachtehl! gelukkig, want de jongen stond of, voor de poort, in het maanlicht op hem te wachten. Dag Ger." „Dag pa." Hand in hand liepen ze samen door de nacht. „Hoe gaat het met moeder?" vroeg de man. „Goed pa," antwoordde het kind. ,.En die meneer. Is h\j aardig voor je?" „Dat gaat wel pa." „Je hoeft natuurlek geen vader tè- gen hem te zeggen," sprak de man en hij onderdrukte een gevoel fan drift. „Want hij ts je vader niet. Maar je moet niet brutaal zijn ofon- gezeggelijk. Dan doe je moeder ver driet." Ze passeerden een kruispunt waar een nachtploeg arbeiders bezig was met grondwerk. „Ze.maken de riolering, denk ik," sp.ak de man. ,JZie je, Gcr. Dat moet *s nachts gebeuren." „Kijk., daar heb je hem weer", zei i een der arbeiders. „Wie?" „Nou, die pent, die 'cliyd in z'n ei- i gen loopt te praten. Moet je kijken, Die mond gaat maarEn 't is net of hij iemand vast houdt, tnet z'n, j hand." „En hoe gaat het nu op school, Ger? 1 Nog altijd last met rekenen?" vroeg de man. De jongen verteld? dat 't itooruit ging. Maardie grote deel- sommen waren zo moeilijk. De man ■knikte vol begrip. Toen vroeg Ger i hoe' het hu 'met hern ging en of hij nog altijd zo zenuwachtig was. Nou, dat schikte wel. De dokter was te vreden. „Als ze maar niet- zo veel kwaad over ine spraken," zei de man, „Maar ze kunnen het niet laten. In die nieuwe kamer woon ik pas twee maanden. Maar ik merk ket al over al in de buurt. Ze zijn weer geweest. Ze hebben hun giftig werk weer ge daan. Ger. Als ze me toch maar ein delijk eens met rust wilden, laten. Maar nee hoor, ze moeten me kapot maken. Ze rusten niet Ze hadden lang gewandeld en.tca- j ren nu teruggekomen bu het opge- broken kruiapu-nt. Ergens sloeg een klok. De man voelde zich plotseling doodmoe. ,JVou Ger, 't wordt weer eem tijd," zei hij. *- I ,Ja pa," f „Tot morgen dan maar." ,ja pa. Tot morgen." .JVon staat hij te wuiven," zei een arbeider. „Kijk 'm is. Hij kan niet ophouden." „Hij is zat," constateerde een ander. I „Hij zwaait toch niet? Hij 'loopt gewoon. Nee. hij is getikt,'' i Snel liep de man vaar huis. Op zijn kamertje kleedde hij zich uit en ging in bed liggen.-■ ,JVu heb ik nog vergeten te vragen wat hii voor zijn verjaardag toil," dacht hij, Met een glimlach viel hij in slaap. KRONKEL (Advertentie I.M.) l kloven, gesjrrongen handtn. f j tmntervoetemKloosterbalscTn I maakt uw huid weer gaaf. 1 ontsmet en geneest keren!" Bas probeert de politiecommissaris tot rede te brengen. Wanneer ze nu terugkeren be- tekent dit, dat de hele expeditie is mislukt en iu»a maar «y Idat alle moeite en kosten vergeefs zijn geweest, Guyana »n als <io «-vangen» daar ontsnapt hob -Geef mij nog drie dagen, weneer Barbosa,«gx Ssmklifcm Ik sommeer u onmiddellijk terug te l Hij. „dan gaan we terug en dan kimt u met John 3459. Bas draait zich snel om. „Wat zijn dat voor grapjes, rignor Barbosa?" snauwt hij, „wij geen gangsters!" „Dat kan mii niet schelen." antwoordt" Barbosa. „maar wij naderen Brits doen wat u wilt." Barbosa houdt evenwel voet bij 1 stuk. Roberio. de piloot, zal de navigatie controle- ren. En duidelijk laat hij doorschemeren, dat hij geweld zat gebruiken ais Bos 2ich blijft verzet- ten tegen zijn orders. Nu ja, tegen pistoolkogels kan Bas niet redenereu „Nee merci," zei Maria, „ik blijf hier." Torrant keek haar vermoeid aan. J Ze maakte hem doodop. Hij wist, dat ïhij niet eerlijk was. Ze was er zich f helemaal niet van bewust, dat ze i' iets om zich heen had, waardoor hij voor haar moest zorgen. Hij begreep zelf niet eens waar net in 2at, Haar manier van lopen misschien of de blik in baar ogen. Hoe dan ook, het I was er en hij mocht haar niets laten- overkomen. Hij gebruikte het enige wapen dat shij bad. Koeltjes zei hij: „Het eni- Ige waar je zeker van kan zijn, is dat »je nicht onterfd werd. Ben je er wel l van overtuigd dat je wil weten waar- zei Maria, „daar ben ik van overtuigd." Ze pakte een sigaret en stak hem nogal ómslachtlg op. Toen vroeg ze laconiek: „Je had Martin Fennister in twee jaar niet gezien, hè?'" „Inderdaad." „Mensen veranderen," zei Maria tegen haar sigaret. Die was goed. Martin had, zonder dat iemand er erg in had zijn ver stand verloren en ging plotseling ge bukt onder de waanvoorstelling, dat zijn vader een langdurig ziekbed had gehadHij keek naar Maria's uit dagende ogen, boog ironisch en pakte zijn hoed. Er rolde iets van het boe kenkastje. Haar portefeuille, Torrant raapte hem op en dacht aan een an dere vrouw, die ook een portefeuille gehad en gebruikt moest hebben: Louise Mallow. Hij legde zijn hoed weer neer en bereidde zich erop voor, dat hij veel overtuigingskracht nodig zou heb ben. De Libliotheek was een klein ge bouwtje onder„donkere ahornbomen. Het was twee blokken van de Hazel- straat verwijderd, waar mevrouw Partridge doorgelopen was. door URSULA CURTISS Om één uur stond Torraut voor de hoofdingang, maar die bleek geslo ten te 2ijn. Hij ging een smal, stenen paadje af en kwam bij de zijdeur, die kennelijk de gewone ingang was. Binnen rook bet zoals alle biblio theken ruiken. Het was er droog, warm, stil en licht. Aan een bureautje was een vrouw- met een kaartenbak bezig. Torrant kreeg weer hoop. Ze zag er intelli gent en levendig uit en maakte de indruk, dat ze zich doodverveelde in 't lege, stille vertrek. Een kennis van hem, vertelde hij haar, een zekere ■juffrouw Blair, had beloofd een boek voor hem mee te brengent maar bij kon haar niet bereiken. Wist zij ook of juffrouw Blair nog in de biblio theek was geweest gisteravond? Terwijl hij praatte, dacht hij: „Twee blokken. Dat is niet ver. Heel gemakkelijk om even door te lopen toen de taxi haar bij de bibliotheek afgezet had „Ja, juffrouw Blair is wel geweest gisteravond," zei de bibliothecaresse, die zich voorstelde als mevrouw Bis- coe. ,.Ze is nogal iang gebleven ook. Als u me de titel van het boek op geeft, kan ik even nakijken of ze het meegenomen heeft." Torrant zat in de klem. Het duur de even voor hij kans zag ook maar één titel te bedenken. „Nee," zei mevrouw Biscoe onmiddellijk, „als 't thuis L; moet 't daar staan, tus sen de romans. Maar ik weet heel 7.'-ïat juffrouw Blair daar niet is geweest. Het boek, dat ze mee heeft genomen, heeft ze uit de rek ken gehaald." Torrant bedankte haar en ging plichtmatig bij de nieuwe romans kijken. In z'n fantasie had 't zo mooi in elkaar gezeten. Nu was er niets meer om op voort te bouwen behalve zijn haat. Hij stond wezen loos naar de hoeken te kijken. Anne- belle Blair was dus opmerkelijk lang gebleven en ze had al die tijd tus sen de rekken gescharr rid. Bij het bureau van de bibliothe caresse stond nu. een klein, oud man netje te. mopperen over een boete, want (zei hij redelijk) hij bad 't niet eens een mooi boek gevonden, Tor rant liep langs hem heen de gang in, die drie donkere zij-gangetjes had. Bij ieder gangetje was een licht knop en een getypt kaartje: „Licht uitdraaien als u weggaat s.v.p." Aan het eind van de gang was een deur, vanbinnen en vanbuiten ge grendeld, Zou het mogelijk zijn door de zijdeur binnen te komen, boeken in te leveren, naar de rekken te gaan, te wachten tot mevrouw Biscoe met iemand anders bezig was, weg te glippen en een half uur later weer onopgemerkt binnen te komen? Uit gesloten. Onder het waakzaam oog van de bibliothecaresse was dat niet mogelijk. Hier was de afdeling Geschiedenis en Medicijnen. Torrant knipte het licht aan en zag, dat het schijnsel tot ver in de gang viel. 's Avonds zou dat nog duidelijker zijn, een soort ad vertentie, dat er iemand was... Een aantrekkelijk idee, als de achter deur niét zo grondig afgesloten was. Nauwgezet, maar zonder er iets van te verwachten, doorzocht hij'de drie gangetjes. Aan het eind van het laatste vond hij het blad. Het was een klein, bruin blaadje, van een ahorn waarschijnlijk. Het zou hem niet eens opgevallen zijn, als 't niet plotseling tot hem doe -gedrongen was, dat een blad niet zo lang aan een schoen blijft kleven: de biblio theek, de gang en de zijgang door. Hij liep snel terug om de tweede zijgang beter te bekijken en zag toen. nagenoeg verborgen door het rek. een afstapje en weer een deur. In een hoekje stond een bezem en een emmer, met een zeemlap er broeder lijk naast. De ingang voor de werkster natuurlijk. Hij draaide aan de knop en de deur ging open. Aan de bui tenkant hing een bordje met "verJ boden toegang". Over uitgaan werd - niet gesproken. Een windvlaag deed de bomen ritselen. Torrant deed de deur voor zichtig dicht en liet de rekken voor wat ze waren. Mevrouw Biscoe aan haar bureau vroeg vriendelijk: ..Hebt u iets gevonden?" en hij antwoord' de: „Ja mevrouw Biscoe, maar ik ben bang dat ik het niet mee nemen." (wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1958 | | pagina 1