Schakende Russen bijten niet iWÉNK GODWIN; oyer u in ais Donderdag '13 november 1958 f T OHNNY glimlachte shno. J J „Ik HacI al dadelijk uerdeaking j ley en O'Hara, toen hij verklaarde J dat de vermoorde man een bril J droeg," zei hij. een van zijn machti- J'ge sigaren 'opstekend, „Maar dat Mit- I chell het spelletje meespeelde, merk- t te ik pas, toen we die nacht het lijk J van. miss Bernstein opgroeven. Ik öe- J greep opeens De pendule wierp een zilveren i geluidje in. het vertrek en de man keek -uzt het -pocketboekje op. „Ktoart over een," constateerde hij. J „En. nog geen ppoor. Waar zioerjt j zo'n jong toch in hemelsvaam de hele f nacht rond?" Hij wilde verder lezen maar had opeens tabak van sluwe Johnny met zijn gangsters. Vermoeid stak hij een sigaret op en geeuwde, bij het in zuigen vari de rook, zo hevig dat 2yn in de war gebrachte organen er een grommende hoestbui van maakten, die hem bijna uit zijn stoel tilde. „Is hij thuis?" klonk de slaperige stem Dan zijn vrouw uit het neven-' vertrek. ,Ji'ij komt zcriep by terug. „Slaap nu maar dóór." Goed beschouwd was het toch meer dan. ergerlijk, dat hij hier elke nacht 1 kon zitten tcachten tot Het meneer beliefde thuis te komen, fin als je nu maar wist wat hij uitspookte. Maar nee. Je praatte tegen een muur. „Wat doe je daar nou böiten?" „Lopen. Met 'n vriend." „Wie is dat heerschap? „Ken-je toch niet." De vijandige blik toaa*. .~-.ee hi) je aankeek was iets van de' laatste maanden. De man kon er niet aan wennen. „Ting," zei de klok. Half twee. Dat .werd- toch te gek. Driftig stond hij- uit zijn leunstoel op Cn begon in de kamer heen en weer te lopen „Nou moet jij eens heel goed naar mij luisteren, Huub," zei hij halfluid. „Ik heb jou altijd veel vrijheid gela ten, omdat ik hoopte dat 'je die weel de kon dragen. Maar ik heb me deer lijk in je vergist. Nee,-»zwijg? Jfc ben aan het woord. Je bent nu zeventien jaar en je hebt in de laatste weken de vreemde neiging, dit huis te be schouwen als een hotel, waar je, bij nacht en ontij kunt binnenwandelen. Goed, ik heb dat een poosje.aange- zien, maar de maat is vol. Nu ga ik eens met jou uit een heel ander vaat- 1 je tappen. Van heden, af aan ben jij elke arond voor twaalven thuis. Én als jij niet thuis bent, op dat uur, dan doe ik de knip op dé deur en dan ga ik rustig naar bed. Dan ga. je maar in een portiek liggen slapen of zo. Je bent toch Zó graag 's nachts buiten Al' pratend ontmoette hij zichzelf, in de. spiegel, zag zijn gezicht waar op een uitdrukking van. verbeten heldhaftigheid had postgevat en schudde het hoofd. „Nee, dat is niks," dacht hy. „Dat is erger dan. de kicaal. Want als ik die. knip er op doe, blijft hij de hele nacht builen. Zo'n ijzeren Hein is 't wel. En dan? Da« pa ik rustig naar bed. He ja. Dat „rustig", is bepaald niet kwaad." Hij begon weer te ijsberen. Misschien was de gevoelstoon be ter. „fïuttb je, kom nou eens hier bij v<z- der'-zitten. Er is iets met jou aan de 'hand. he? Nou, voor de dag er mee'. Jk zal helemaal niet ktaaad zijn.-Ik wil je alleen maar helpen Hij stokte. Dat leek ook nergens op. 'ffij herinnerde zich scherp hoe walgelijk, gênant hij het zelf, als jon gen, altijd vond als zijn vader ?ich 'op deze joviaal, sentimentele manier toegang trachtte te'verschaffen tot zijn gevoel. Voor de spiegel begon hij opnieuw - nu meer under acting: „Huub. je hebt1 tegenwoordig de pewopnte. nogal laat te boemelen, he. Nou ja, ik ben zelf ook jong geweest, maar je moederjong die maakt zich rorpe» en je weet, moeder is niet zo sterk en je wilt haar toch geen'ver driet. doen?" „Nee pa," klonk het achter.hem. Bliksemsnel draaide hij zich om. Huub stond, met een brede grijns in de deuropening. ,JSen je er al lang?" vroeg de man, „Al vanaf: Hitubje, kom nov eens kier bij naderzitten" antwoordde de jongen. De man knikte. welke manier, vond je de beste?" vroeg hij. „Nou pa,- ze leken me peen ven tweeën zo sterk," zei Huub. Ze Zachte».. „Ga maar garno slape7j," zei de man. Voor het eerst, na vele maanden, voelde, hij weer .een beetje contact, KRONKEL De westelijke staten voelen daar niet voor en misschien hebben zij daar zelfs gelijk-in: „schaken is geen-we tenschap, maar een kostelijke beu zelarij", placht de voor enkele jaren overleden neistor yan het Neder- Advertentie IM MUN &R1ÉF AAN CAROL 1 Ml&PUNT 2E6 IK NIET, p)E IS VAN Mb EN U KRIJGT'M OOK NIET. ER STAAT NIETS U DAT SOMS M>wt| PAK ME 0AN.AL6 JE KUNT! PAK ME Ï>AN, AL& JE KUNT? t^A WACHT MAAR TOT JE VADER DIT TE .WETEN KOMT AHJ NAAR KIND.... IK L 2"AC JE 1 COLOMBO Vijf schoolkinderen en de vader vaft één van hen zijn woensdag verdronken bij het kap seizen van een veerboot in een sterk •gewassen rivier. iwialr om zulke 1 m->§.^aaa' SLECHTE. ®^D\NGEN OVER M'J M aan dat meisje ts SCMR'JVENWAAR IS DE &R1EP DIE ZU rAAN JOU HEEFT S&SCWREVEl 'OKt, 1 bmtrjO) MAAR DAN Moer HO ON5 Nltr MtERUiroCHelDÜi LUlórtR jOftóÉNJ. DIE ARME, jonotn wil DöüiRAAGeÊfi Afleer ZlJfLÊfl HIJ KAN NIêTOMDftTWij kRtU- PLLÖ- LAATHtAl WLT RU^Tl r JA, WAAROM MOütfi W£ Dt/CKY ftf£T T£ PAK- KtN NÊMtrt met z\\n piAK&oen, s. WLHOtW&ALltfo!^_y Ht SPRotULOot HitrzoftAOw! nen zij doen? Rob houdt hel stuurwiel omklemd j zich terugtrekken. Onmiddellijk drukt Rob de en let nauwkeurig op wat er gebeurt. Weer duikt gashandel naar voren. De motor begint de razen een monster uit de nevel op. Het vaartuig wordt en het lawaai schijnt de dieren at te schrikken, half onder water getrokken, maar even later lijkt De ..Waterjuffer" komt tenminste vrij en schiet het wel oni de reptielen;van de strijd afzien eis j naar voren. Ja, ze hebben het gehaald' 3401. Inderdaad blijken dc reptielen een enor me kracht te hebben. De ..Waterjuffer" wordt omhoog getild en weer in het water gesmakt. De grootste dieren zijn zeker vijftig meier lang cn het is nog ccn geluk, dat zit door een betrekkelijk klein exemplaar worden aangevallen. Wat kun-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1958 | | pagina 1