Aanbeveling in bejaardenrapport:
Elk vierde nieuwe huis
aanpassen voor ouderen
ONZEDELIJK
Woontoestand
loopt zeer
sterk uiteen
Werkgroep bestudeert
oeververbindingen
in westen Rijnmond
Lof voor
hulpverlening
in Rijnmond
Vierjarige Henk spoort
jonge dief (9) op
Alcoa-fabriek
in Botlek
Prinses Margriet op
bezoek bij bejaarden
Soms iaat Chafes
zijn Royal Club lönic staan voor
een glas Champagne».
(maar dat nemen wij hem
niet kwalijk)
Royal Gob
Zoomse tunnel prioriteit
Verordening van
culturele raad
in behandeling
Kritisch
bekeken
Stal horloge van moeder
ROTTERDAM Als ik zonder
voorbehoud stel dat er een be-
jaardenvraagstuk is, zouden de
vele vitale mensen, die, hoewel
zij de mijlpaal van 65 jaar zijn
gepasseerd, actief en op verdien
stelijke wijze aan het maatschap
pelijk verkeer deelnemen, mij te
recht kunnen verwijten dat ik
problemen zie waar zij niet zijn.
Maar zou ik zonder voorbehoud
ontkennen dat er een bejaarden-
vraagstuk is, dan zou mij even
terecht het verwijt treffen dat ik
voorbijga aan het feit dat som
mige bejaarden in onaanvaard
baar moeilijke omstandigheden
verkeren.
DOEN
FEITEN
ONGELIJKMATIG
ALLEEN
Waarom zouden we. Champagne
hoort evengoed bij Charles ais Roya! Club Tonic
Want Charles is een kenner. Een liefhebber
van pure dranken. En Roya! Club Tonic
is puur goed. Echt manlijk
van smaak, vindt hij. Hij drinkt Royal
Club Tonic simpel met een schijfje
citroen of gemixt. En Charles weet
zo goed wat goed is, dat hij het ook zijn
gasten voorzet. Royal Club Tonic. De pittigste
tonicèver!
tjET EERSTE deel van het bejaarden-
li rapport, waarvan ieder reeds heel
lans wht 'lat het in de maak is, is ver-
schenen en het biedt weinig nieuwe ge-
lichtspunten, behalve een bedekte waar-
schuwt"? legen overschatting van de. ma-
""au een wezenlijk bejaardehprohleem,
Ju bijzondere maatregelen vraagt, is in
{{otterdam geen sprake. De oudere Rut-
.„Jammer is een heel normaal mens, hij
gevoelt zich in zijn stad en zijn woning
|é,t thuis en hij is terecht hele
maal niet gesteld op allerlei inmenging
Jié wel eens het karakter van hoogst 011-
betamelyke bevoogding zou kunnen krij
gen.
Wel >s <-r
«iteraard spra
ke van indivi
duele gevallen,
waar bijstand
noodzakelijk is.
Met welke bij
stand uiter
aard niet in de
eerste plaats
financiële bijstand is bedoeld.
Het probleem ligt elders en dat liet -er
ss pleit niet voor degenen, die het op
werpen.
Velen zijn verbaasd en zelfs verstoord
dat de elf proeent bejaarden, die immers
geen deel meer uitmaken van het ar
beidsproces, tezamen een kwart van Je
Rotterdamse hoeveelheid woningen be
zetten.
Een bejaarden gezm bestaat uit ten
hoogste twee personen. De gemiddelde
geiir.sstcrkte van de jongeren is veel ho-
gezinssterkte van de jongeren is veel ho
ger. Persoonlijke percentages zijn dus
géén maatstaf. Bovendien is het begrip
„woningvoorraad" dusdanig gevarieerd,
dat het begrip „woningvoorraad" dus
danig gevarieerd, dat het als kriterimn
onhanteerbaar is. Een twee-kamerwoning
is even goed een eenheid als de zes-
kamerwoning.
Bekend is, dat de overgrote meerder
heid van de Rotterdamse woningvoorraad
hestaat uit vter-kamerwoningeii. Welnu,
er ivn Rotterdammers, die een vier-ka-
mer bij het overschrijven van de grens
van 65 jaar van de bewoners willen la
ten vorderen en deze nu „bejaard" wor
denden naar elders, desnoods buiten Rot
terdam. willen doen overbrengen. Nu bet
Rijnmondgebied één geheel is voor wnt
betreft woonruimteverdeling, is gebon
denheid aan Rotterdam immers niet meer
noodzakelijk.
Een dergelijke .,deportaiie"-idee is on
zedelijk
Afgezien van de morele bezwaren Ie-
vert bet géén winst. Het zijn in de «eiste
plaats de grote gezinnen die in Rotterdam
aan woonruimte moeten worden gehol
pen". Met op deze wijze ..onteigende"
««kamerwoningen zijn die nog geen
stap verder.
HOEK VAN HOaaXD vrijdag
avond en zaterdagmorgen wordt eén col
lecte voor nel Anjerfonds gehouden. Vrij
dagavond worden de kom van het dorp en
het plan Oost bewerkt, zaterdagmorgen
komen de buitenwijken aart bod. De har-
monieverentglnz „Rotterdam aan Zee"
verleent medewerking.
Aldus burgemeester W. Thomassen
van Rotterdam in een Inleidend
woord bij het lang verwachte „bejaar-
denrapport", het eerste 'deel van een
rapport over de levensomstandighe
den en behoeften van de in Rotter
dam wonende bejaarden. Daarmee
heeft de heer Thomassen meteen „ge
prikt" midden in tic moeilijkheden
waarvoor de samenstellers van het
rapport zich zagen geplaatst
De heer Thomassen meent, dat het
helemaal niet nodig is, iemand, die
daar geen behoefte aan heeft, te om
ringen. met bijzondere gemeentelijke
zorg. Maar hij meent ook, dat die
gemeente de plicht heeft waar zulks
mogelijk is er toe hij te dragen dat
de oudere Rotterdammers kunnen le
ven in omstandigheden dia zijn af
gestemd op de bijzondere behoeften
die nu eenmaal voortvloeien uit het
feit van ouder worden.
De heer Thomassen zegt, dat het
eenvoudig constateren of er al dan
niet een bejaardenvraagstuk bestaat,
weinig zin heeft. Het gaat er om wat
er moet worden gedaan.
Welnu, hi het bejaardenrapport
wordt er voor gepleit in nieuw te
bouwen wijken ten minste 25 proeent
van de woningvoorraad het karakter
te geven van woningen die zijn aan
gepast aan deze bejaaifienbehoeften.
Dat behoeven niet steeds als zodanig
I" ANG niet alle Rotterdamse
'J bejaarden wanen in de om
standigheden waarin het hierbij
afgebeelde echtpaar verkeert:
een eenvoudige, overzichtelijke
woning met weinig maar ruime
kamers, centrale verwarming,
lift en zo nodig gemakkelijk te
krijgen hulp.
officieel erkende bejaardenwoningen
te zijn.
Maar zij moeten toegankelijk, zijn
zonder trappenlopen. Er moet centra
le verwarming in zijn. Zij moeten
zodanig zijn gesitueerd en beheerd
dat de kans op sociaal isolement van
de bewoners minimaal woddt. De af
metingen moeten beknopt zijn, de in
deling doelmatig en de huren moeten
zijn aangepast aan de gemiddeld vTij
lage inkomens der bejaarden,
De feiten waarmee de samenstel
lers van het rapport te maken kregen
waren dat op 1 januari 1966 van de
Rotterdamse bevolking 11,7 procent
bestond uit personen boven de 65
jaar. Het Rotterdamse percentage is
hoger dan het percentage bejaarden
van Nederland.
Na de tweede wereldoorlog is het
aantal bejaarden van. 75 jaar en ou
der duidelijk toegenomen, het per
centage van deze hoogbejaarden lag
in 1965 nog beneden het landelijke
gemiddelde.
Onder de bejaarden is een vrouwen
overschot, dat in Rotterdam hoger
ligt dan in Nederland als geheel.
Zestig tot zeventig jaar geleden was
echter dat vrouwenoverschot veel ho
ger dan nu.
Van de Rotterdamse bejaarde man
nen is 71,1 procent gehuwd, van de
bejaarde vrouwen 44,4 procent. Er
zijn naar verhouding veel meer be
jaarde weduwen dan bejaarde we
duwnaars. Ook het aantal nimmer i
gehuwden is bij bejaarde vrouwen
groter dan bij bejaarde mannen. Na
1947 steeg het percentage gehuwden.
De spreiding is hoogst ongelijkma
tig. Van de Hoogvlietse bevolking is
I,9 procent bejaard, van de bevolking
der Provenierswijk 18,6 procent. In
nieuwe wijken zijn er minder bejaar
den, in de vooroorlogse wijken meer.
Dat ligt ten dele aan het gemeente
lijke huisvestingsbeleid na de oorlog.
Van de totale Rotterdamse woning
voorraad wordt ongeveer 24 procent
bewoond door bejaarde hoofdbewo
ners, in sommige stadsdelen, is dat
zelfs 35 procent
Van de door bejaarden bewoonde
huizen datieren er onevenredig veel
van voor 1940, vooral in de woningen
tussen 1900 en 1920 wonen naar ver
houding veel bejaarden. Het percen
tage krotbewoners onder de bejaar
den wijkt echter nauwelijks af van
dat van de totale bevolking.
Hoe ouder de bejaarde hoofdbewo
ners zijn, hoe groter de kans is dat
zij In een otód huis wonen. Er is zelfs
een bepaalde verhouding geconsta
teerd tussen de ouderdom van de
buizen en de ouderdom van hun be
woners!
Van de Rotterdamse bejaarden wo
nen er 5500 of 6,7 procent in bij an
deren. Voor het merendeel zijn dat
alleenstaanden. Ruim 67 procent van
hen woont in bij familieleden.
Daarnaast zijn er ook ongeveer
II.000 bejaarde gezinnen, die inwo
ning verienen aan anderen. Daarbij
zijn er eveneens veel alleenstaanden,
dus éénpersoons-gezinnen, maar onder
hen. overwegen de mannen niet. De
leeftijdsopbouw van deze inwoning
biedenden wijkt nauwelijks af van
die van de bejaarde bevolking ais
geheel.
Van de zelfstandig wonende be
jaarden heeft 15.5 procent ruim
12.000 personen, geen huisgenoten.
Bijna zeventien procent van deze
alïeenwonenden, 2075 personen,
kan bij plotselinge ziekte of een on-
/"ANDER deze omstandigheden
leven nog te veel bejaarden
in Rotterdam: woningen zonder
comfort in oude buurten. Trap
penlopen, kachels verzorgen,
vaak eenzaamheid, tochtige en
moeilijk te verwarmen kamers.
geluk niet gemakkelijk iemand
waarschuwen. Onder deze laatste ca
tegorie zijn er velen die willen ver
huizen. Waarschijnlijk zijn vele be
jaarden gaan inwonen om te
ontsnappen aan de nadelen, van het
alleen wonen. Naarmate de desbe
treffende alïeenwonenden ouder wor
den, neemt de wens tot verhuizen af.
Van de in slechte huizen wonende
bejaarde hoofdbewoners wil 39 pro
cent verhuizen, tegen 64 procent van
alle hoofdbewoners van slechte wo
ningen.
In het rapport wordt daaruit ge
concludeerd dat men onder de min
derheid van bewoners van sane-
ringsgebieden, die liever niet zouden
j ROTTERDAM Het dagelijks
j bestuur van Rijnmond kreeg
j woensdag in de Rijnmondraad van
alle kanten lof voor zijn initiatief een
nieuwe organisatie voor hulpverle
ning bij ongevallen en calamiteiten
in het leven te roepen. Ir. J. A. Beu
kers (lib.) gaf het dagelijks bestuur
de welgemeende raad te profiteren
van de rijke ervaringen van de GG
en GD in Rotterdam.
De heer H. .Lamberts (soc) vreesde,
dat de indeling in districten in
Rotterdam. Vlaardingen, Krimpen
aan den IJssel, Ridderkerk, Schiedam
en Spijkenisse komen districtsposten
onder leiding van een arts wel
eens tot moeilijkheden zou kunnen
leiden.
Gecommitteerde mr. H. B. En
gelsman zag het echter allemaal niet
zo somber in. De in Rotterdam te
vestigen centrale post zal steeds vol
ledig inzicht in alle situaties hebben
en op de hoogte zijn van de plaatsen,
waar ambulances wel of niet onmid
dellijk beschikbaar zijn.
De heer Engelsman zal de artsen
op Voome-Putten benaderen om
alsnog_ medewerking aan de nieuwe
organisatie te verlenen. Deze artsen
zien' volgens mr. Engelsman nog niet
voldoende in, dat Voome-Putten door
de nieuwe opzet van hulpverlening in
de gehele ontwikkeling wordt meege
trokken.
willen -verhuizen, naar verhouding
veel bejaarden zal aantreffen.
Ruim 4300 bejaarden, die niet zon
der hulp van anderen een trap kun
nen belopen bleken te wonen in hui
zen Idïe niet zonder trappenlopen zijn
te bereiken. Niettemin wilde ruim 52
proeent van hen niet verhuizen!
In het rapport wordt dan ook te
recht gesteld, dat het .feit dat er naar
verhouding steeds igneer :rèenge-
zinshuizen en woningen" in hoogbouw
met lift worden gebouwd en steeds
minder woningen in middelhoge
bouw zonder lift een grote vooruit
gang is.
Het bejaardenrapport omvat drie
delen. Na het nu verschenen' eerste
deel, dat handelt over de woon
omstandigheden, komen er een deel
over de medische factoren, samen
gesteld door de GG en GD en een
deel over het relal iepatroon, samen
gesteld door de sociale dienst.
(Van een onzer verslagevers)
ROTTERDAM De minister
van verkeer en waterstaat heeft
een werkgroep ingesteld om de
oeververbindingen in het weste
lijk deel van het Rijnmondgebied
te bestuderen. Inmiddels heeft de
bewindsman als eerste prioriteit
de Zoomse tunnel (bij Spijke
nisse) aangewezen. De werk
groep zal zich vooral bezig hou
den met de Blankenburgsetün-
nel, de verbinding tussen de
Oude Maasoever en de tunnel
door Europoort (onder het Ga
land kanaal.
Dit deelde Rijnmondgecommit-
teeflde C. M. L. Roozemond
woensdagmiddag mee in de Rijn
mondraad tijdens de behandeling van
het' streekplan IJsselmomde. „Hope
lijk volgen spoedig meer streekplan
nen", merkte de heer P. J. Bliek (lib.)
op. Gecommitteerde P. Th. Biersma
kon hem dat toezeggen.
In de loop van 1969 krijgt de Rijn
mondraad het streekplan Rech-
ter-Maasoever op de lessenaars.
Daarna volgt het streekplan Voor-
ne-Putten. De in voorbereiding zijnde
ruilverkaveling is er de oorzaak van,
dat dit plan wat langer op zich zal
laten wachten.
De heer A. J. van den. Berghe
(kath.) sprak er z'n ongenoegen over
uit, dat van de honderden hectaren
open gebied aangegeven in het bij
Koninklijk Besluit van 2 april 1965
gedeeltelijk goedgekeurde streekplan
bij de herziening slechts enkele
tientallen hectaren zijn overgebleven.
Hij vond het voorts merkwaardig,
dat ten westen van Barendrecht twee
gebieden voor tuinbouwbedrijven
(kassenbouw) zijn. aangewezen. „De
tuinbouw wordt nu te veel verspreid,
ROTTERDAM - Dank zij de op
lettendheid van haar vierjarige zoon
tje heeft een mevrouw van de Klein-
polderkade haar armbandhorloge te
rug, nadat die tevoren door een onge
veer negen jaar oude jongen was
gestolen.
Samen met zijn moeder ging Henk,
die op het moment van de diefstal
even .alleen thuis was, naar de kin
derpolitie van het hoofdbureau. Het
jongetje had. gezien dat een onbeken
de jongen het sieraad had wegge
grist. Kennelijk had het knulletje het
beeld van de jongen goed in zijn
hoofd geprent, want toen hij terug
naar huis reed, zei hij tegen zijn
mamma dat de „dief op straat liep.
De moeder reed in allerijl terug
naar het bureau Overschie, waarna
een brigadier meeging naar de Bau-
mannlaanr waar de. „verdachte" nog
liep. Hij werd in de kraag gepakt en
na een kort verhoor op het bureau
bekende de jongen. Na een standje
mocht hij weer naar huis.
Woensdag is ingebroken in een
kantine aan de Vierhavenstraat. Ta
baksartikelen ter waarde van 800
worden vermist.
ROTTERDAM' In de Botlek is
de eerste fabriek in de EEG van de
Aluminium Company of America
(Alcoa) gereed gekomen. De ongeveer
7 miljoen dollar kostende fabriek
wordt in bedrijf gehouden door 29
mensen.
De fabriek produceert z.g. tabular
alumina, een grondstof voor de ver
vaardiging van vuurvaste stenen en
bekledingsmateriaal met een hoog
aluminium gehalte (o.a. toegepast in
de staalindustrie).
Het Botlek-bedrijf is de eerste pro-
duktie-eehheid van Alcoa bulten .de
Verenigde Staten. Voor dit doel is
opgericht. Alcoa Nederland NV. Naar
verwachting zal ongeveer 99 procent
van- de produktie worden uitgevoerd
naar o.m. de andeTe EEG-landen, En
geland, Australië, Scandinavië en Ja
pan.
Als plaats van vestiging was Rot
terdam voor Alcoa economisch gezien
i het geschiktst.
CAPELLE Prinses Margriet, die
op 18 oktober van het vorig jaar, om
een overigens verheugende reden,
verhinderd was de officiële opening
van het ïchtus-ziekenhuis voor
geestelijk gestoorde bejaarden te ver
richten, heeft woensdagmiddag een
informeel werkbezoek aan deze in
richting gebradht.
Tijdens een ruim vijf kwartier du
rende rondleiding door hét complex
bezichtigde zij o.a. de afdeling bezig
heidstherapie en zag zij bejaarde
mensen op allerlei toestellen bewe
gingstherapie uitoefenen. De Prinses
nam ook een kijkje in de ziekenzaal
en de verschillende dienstafdelingen.
Een van de patiënten bood haar een
boeket aan.
Geneesheer-directeur S. Hottentot
en directrice mejuffrouw A. G. Zel-
aenrust ontvingen, do Prinses in de
bestuurskamer. Burgemeester J. van
Dijk, voorzitter van het stich
tingsbestuur, gaf daar een uiteenzet
ting over de geschiedenis en het
ontstaan van de inrichting.
Aan het eind van de rondleiding
bezichtigde de Prinses de kapel van
het ziekenhuis die een bijzondere in
druk op haar maakte.
hoek VAJNT HOLLAND De heer J.
Bergen slaagde in Leiden voor het
ooctoraa! examen sociologie. De heer Van
die lid van de wijkraad voor de
kvp is, behaalde deze titel na acht jaar
«urne naast zijn normale dagtaak.
(Van een onzer verslaggevers)
VLAARDINGEN B. en W. heb
ben de verordening, die de bevoegd
heden, samenstelling en werkwijze
van de culturele raad regelt, nage
noeg ongewijzigd de gemeenteraad
ter vaststelling aangeboden. Het
voorstel staat op de agenda van de
gemeenteraadsvergadering, die vol
gende week woensdag wordt gehou
den.
De leden van de gemeenteraad
hadden in de meivergadering een
aantal bezwaren tegen de redactie
van de verordening. Ook wilden zij
de tekst op enkele punten gewijzigd
zien. B. en W. hebben deze bezwaren
van de hand gewezen om zowel tech
nische als praktische redenen.
De culturele raad zal bestaan uit 34
leden, van wie zes gemeenteraadsle
den. De niet-raadsleden zullen wor
den benoemd door B. en W. uit krin
gen, die het Vlaardingse culturele le
ven vertegenwoordigen. Voorzitter
wordt de wethouder van culturele
zaken, de heer G. Walstra.
f
terwijl een sterke concentratie meer
dan gewenst is. De zeer beperkte
open ruimte kan men in de toekomst
wellicht hard nodig hebben", aldus
de heer Van den Berghe, die zich
afvroeg of men met de huidige open
ruimte niet te kort zou komen.
Zijn fractiegenoot Joh. G. Löbker
dacht er geheel anders over. Het ge
projecteerde bassengebied is hard no
dig, omdat zich hier; tientallen tuin
ders uit de omgeving van Ridderkerk
zullen vestigen. Deze tuinders, die
hun bedrijven vlak langs de wegen
hebben, moeten verdwijnen in ver
band met verbreding vaar bestaande
of aanleg van leuwe wegen.
Gecommitteerde Biersma sloot zich
geheel bij de heer Löbker aan. „De
visie van de heer Van. den Berghe
betekent eert vermindering van het
tuinbouwgebied met zo'n 150 hecta
ren, ten gunste van het open midden
gebied. Dat is echter niet verant
woord ten opzichte van de vele tuin
ders uit de omgeving van Ridder
kerk, -die hun bedrijf moeten verla
ten."
De heer Biersma kon de liberaal
Bliek niets nieuws mededelen over
een eventuele de-annexatie van
Hoogvliet of over een grenswijziging
van Poortugaa! en Hoogvliet.
De heer B. Duijster (soc) kreeg te
horen, dat het Rijnmondbestuur af
wijzend staat tegenover de aanleg
van de „Punteakhaven" "in IJssel-
monde. Gecommitteerde Biersma
meende, dat men zich hierover niet
al te druk behoeft te maken omdat
het Rotterdamse havengebied zich
steeds meer naar het westen ver
plaatst en er mede daardoor meer
ruimte in de oudere havens beschik
baar komt.
A/TIJN in Amsterdam wonende
collega's en ik zijn héél andere
mensen. Dat weet ik, want dat
blijkt bij elk gesprek dat ik met
zo'n.Amsterdammer heb..
Prof. dr. H. J. Buiter,die vorige
week promoveerde en. tegelijkertijd
werd benoemd tot hoogleraar aan de
hogeschool in Rotterdam, is in zijn
proefschrift op die verschillen Inge
gaan en hij komt daarin tot allerlei
interessante conclusies.
Hij constateerde dat de Amster
dammer meer en ook langer staakt
en dat de Rotterdammer eerder te
vreden is.
Dat de Rotterdammer in doorsnee
een hogere waarde hecht aan zijn
vakorganisatie dan de Amsterdam
mer en ook dat er naar verhouding
heel wat meer Rotterdammers zijn
georganiseerd dan Amsterdammers.
Dat de Rotterdammer gunstiger
oordeelt over zijn welvaartsaandeel
dan de Amsterdammer, over de so
ciale zekerheden die hij heeft ver
worven en over de arbeidsverhou
dingen.
Dat het inkomen, dat hij noodza
kelijk oordeelt als minimum om re
delijk te kunnen rondkomen, wat
lager is dan hetgeen de Amster
dammer wenst.
De Rotterdammer is zakelijk,
hecht weinig waarde aan tradities
en hij loopt graag in een goed geor
dend gareel. Hij vindt Amsterdam
maar een lastige stad.
Verder houdt de Rotterdammer er
niet van, veel van werkkring te ver
anderen, maar een Amsterdammer
vindt dat je „overal wel een boter
ham kunt verdienen*'.
Prof. Buiter verklaart al die
verschillen door het grote verschil
in sociale geschiedenis van Rotter
dam en Amsterdam.
Amsterdam, industrialiseerde, veel
eerder dan Rotterdam en had dus
eerder te maken met proletariaat en
klassenstrijd.
Wat prof. Buiter allemaal consta
teert, doet m'n Jan Krant-hart "goed.
TIAAR er is één ding, waarin ik
het echt voor de Amsterdam
mers opneem: ik ben in Amsterdam
de nodige keren heel genoeglijk en
gezellig uitgeweest. Dat is niét het
geval in het naoorlogse Rotterdam.
Ik vind Amsterdam gezelliger, ge
noeglijker, kleurrijker.
Rotterdam vind ik een heel goede
stad om te werken. Men kan er vlot
zaken doen, men houdt niet van
overbodige omslag, het is al heel
gauw „nou, ga je gang maar".
Er wordt weinig ge-„palaverd", er
wordt aangepakt en. de Rotterdam
mers vrwachten van degene, die za
ken met hun wil doen, dat hij het zo
handelt.
Maar om gezellig stedelijk vertier
moet men naar Amsterdam gaan.
Daarvoor is Rotterdam te Europoor-
terlg, te wereldhaver.achtig. Boven-
tdien is er de laatste honderd jaar
geen dag geweest, dat niet op de een
of andere plaats de boel in Rotter
dam grondig overhoop lag.
Een Amsterdammer heeft me eens
gezegd, dat een Rotterdammer zich
alleen gelukkig gevoelt, als hij met
rubber laarzen aan een graafwerk-
tuig in een van de straten of pleinen
van zijn stad mag hanteren.
Goed. Vanavond ga ik naar
Amsterdam, Maar morgenochtend
moet ik heel vroeg weer in Rotter
dam zijn. Want daar wordt gewerkt.