Aanbeveling in bejaardenrapport: Elk vierde nieuwe huis aanpassen voor ouderen ONZEDELIJK Woontoestand loopt zeer sterk uiteen Werkgroep bestudeert oeververbindingen in westen Rijnmond Lof voor hulpverlening in Rijnmond Vierjarige Henk spoort jonge dief (9) op Alcoa-fabriek in Botlek Prinses Margriet op bezoek bij bejaarden Soms iaat Chafes zijn Royal Club lönic staan voor een glas Champagne». (maar dat nemen wij hem niet kwalijk) Royal Gob Zoomse tunnel prioriteit Verordening van culturele raad in behandeling Kritisch bekeken Stal horloge van moeder ROTTERDAM Als ik zonder voorbehoud stel dat er een be- jaardenvraagstuk is, zouden de vele vitale mensen, die, hoewel zij de mijlpaal van 65 jaar zijn gepasseerd, actief en op verdien stelijke wijze aan het maatschap pelijk verkeer deelnemen, mij te recht kunnen verwijten dat ik problemen zie waar zij niet zijn. Maar zou ik zonder voorbehoud ontkennen dat er een bejaarden- vraagstuk is, dan zou mij even terecht het verwijt treffen dat ik voorbijga aan het feit dat som mige bejaarden in onaanvaard baar moeilijke omstandigheden verkeren. DOEN FEITEN ONGELIJKMATIG ALLEEN Waarom zouden we. Champagne hoort evengoed bij Charles ais Roya! Club Tonic Want Charles is een kenner. Een liefhebber van pure dranken. En Roya! Club Tonic is puur goed. Echt manlijk van smaak, vindt hij. Hij drinkt Royal Club Tonic simpel met een schijfje citroen of gemixt. En Charles weet zo goed wat goed is, dat hij het ook zijn gasten voorzet. Royal Club Tonic. De pittigste tonicèver! tjET EERSTE deel van het bejaarden- li rapport, waarvan ieder reeds heel lans wht 'lat het in de maak is, is ver- schenen en het biedt weinig nieuwe ge- lichtspunten, behalve een bedekte waar- schuwt"? legen overschatting van de. ma- ""au een wezenlijk bejaardehprohleem, Ju bijzondere maatregelen vraagt, is in {{otterdam geen sprake. De oudere Rut- .„Jammer is een heel normaal mens, hij gevoelt zich in zijn stad en zijn woning |é,t thuis en hij is terecht hele maal niet gesteld op allerlei inmenging Jié wel eens het karakter van hoogst 011- betamelyke bevoogding zou kunnen krij gen. Wel >s <-r «iteraard spra ke van indivi duele gevallen, waar bijstand noodzakelijk is. Met welke bij stand uiter aard niet in de eerste plaats financiële bijstand is bedoeld. Het probleem ligt elders en dat liet -er ss pleit niet voor degenen, die het op werpen. Velen zijn verbaasd en zelfs verstoord dat de elf proeent bejaarden, die immers geen deel meer uitmaken van het ar beidsproces, tezamen een kwart van Je Rotterdamse hoeveelheid woningen be zetten. Een bejaarden gezm bestaat uit ten hoogste twee personen. De gemiddelde geiir.sstcrkte van de jongeren is veel ho- gezinssterkte van de jongeren is veel ho ger. Persoonlijke percentages zijn dus géén maatstaf. Bovendien is het begrip „woningvoorraad" dusdanig gevarieerd, dat het begrip „woningvoorraad" dus danig gevarieerd, dat het als kriterimn onhanteerbaar is. Een twee-kamerwoning is even goed een eenheid als de zes- kamerwoning. Bekend is, dat de overgrote meerder heid van de Rotterdamse woningvoorraad hestaat uit vter-kamerwoningeii. Welnu, er ivn Rotterdammers, die een vier-ka- mer bij het overschrijven van de grens van 65 jaar van de bewoners willen la ten vorderen en deze nu „bejaard" wor denden naar elders, desnoods buiten Rot terdam. willen doen overbrengen. Nu bet Rijnmondgebied één geheel is voor wnt betreft woonruimteverdeling, is gebon denheid aan Rotterdam immers niet meer noodzakelijk. Een dergelijke .,deportaiie"-idee is on zedelijk Afgezien van de morele bezwaren Ie- vert bet géén winst. Het zijn in de «eiste plaats de grote gezinnen die in Rotterdam aan woonruimte moeten worden gehol pen". Met op deze wijze ..onteigende" ««kamerwoningen zijn die nog geen stap verder. HOEK VAN HOaaXD vrijdag avond en zaterdagmorgen wordt eén col lecte voor nel Anjerfonds gehouden. Vrij dagavond worden de kom van het dorp en het plan Oost bewerkt, zaterdagmorgen komen de buitenwijken aart bod. De har- monieverentglnz „Rotterdam aan Zee" verleent medewerking. Aldus burgemeester W. Thomassen van Rotterdam in een Inleidend woord bij het lang verwachte „bejaar- denrapport", het eerste 'deel van een rapport over de levensomstandighe den en behoeften van de in Rotter dam wonende bejaarden. Daarmee heeft de heer Thomassen meteen „ge prikt" midden in tic moeilijkheden waarvoor de samenstellers van het rapport zich zagen geplaatst De heer Thomassen meent, dat het helemaal niet nodig is, iemand, die daar geen behoefte aan heeft, te om ringen. met bijzondere gemeentelijke zorg. Maar hij meent ook, dat die gemeente de plicht heeft waar zulks mogelijk is er toe hij te dragen dat de oudere Rotterdammers kunnen le ven in omstandigheden dia zijn af gestemd op de bijzondere behoeften die nu eenmaal voortvloeien uit het feit van ouder worden. De heer Thomassen zegt, dat het eenvoudig constateren of er al dan niet een bejaardenvraagstuk bestaat, weinig zin heeft. Het gaat er om wat er moet worden gedaan. Welnu, hi het bejaardenrapport wordt er voor gepleit in nieuw te bouwen wijken ten minste 25 proeent van de woningvoorraad het karakter te geven van woningen die zijn aan gepast aan deze bejaaifienbehoeften. Dat behoeven niet steeds als zodanig I" ANG niet alle Rotterdamse 'J bejaarden wanen in de om standigheden waarin het hierbij afgebeelde echtpaar verkeert: een eenvoudige, overzichtelijke woning met weinig maar ruime kamers, centrale verwarming, lift en zo nodig gemakkelijk te krijgen hulp. officieel erkende bejaardenwoningen te zijn. Maar zij moeten toegankelijk, zijn zonder trappenlopen. Er moet centra le verwarming in zijn. Zij moeten zodanig zijn gesitueerd en beheerd dat de kans op sociaal isolement van de bewoners minimaal woddt. De af metingen moeten beknopt zijn, de in deling doelmatig en de huren moeten zijn aangepast aan de gemiddeld vTij lage inkomens der bejaarden, De feiten waarmee de samenstel lers van het rapport te maken kregen waren dat op 1 januari 1966 van de Rotterdamse bevolking 11,7 procent bestond uit personen boven de 65 jaar. Het Rotterdamse percentage is hoger dan het percentage bejaarden van Nederland. Na de tweede wereldoorlog is het aantal bejaarden van. 75 jaar en ou der duidelijk toegenomen, het per centage van deze hoogbejaarden lag in 1965 nog beneden het landelijke gemiddelde. Onder de bejaarden is een vrouwen overschot, dat in Rotterdam hoger ligt dan in Nederland als geheel. Zestig tot zeventig jaar geleden was echter dat vrouwenoverschot veel ho ger dan nu. Van de Rotterdamse bejaarde man nen is 71,1 procent gehuwd, van de bejaarde vrouwen 44,4 procent. Er zijn naar verhouding veel meer be jaarde weduwen dan bejaarde we duwnaars. Ook het aantal nimmer i gehuwden is bij bejaarde vrouwen groter dan bij bejaarde mannen. Na 1947 steeg het percentage gehuwden. De spreiding is hoogst ongelijkma tig. Van de Hoogvlietse bevolking is I,9 procent bejaard, van de bevolking der Provenierswijk 18,6 procent. In nieuwe wijken zijn er minder bejaar den, in de vooroorlogse wijken meer. Dat ligt ten dele aan het gemeente lijke huisvestingsbeleid na de oorlog. Van de totale Rotterdamse woning voorraad wordt ongeveer 24 procent bewoond door bejaarde hoofdbewo ners, in sommige stadsdelen, is dat zelfs 35 procent Van de door bejaarden bewoonde huizen datieren er onevenredig veel van voor 1940, vooral in de woningen tussen 1900 en 1920 wonen naar ver houding veel bejaarden. Het percen tage krotbewoners onder de bejaar den wijkt echter nauwelijks af van dat van de totale bevolking. Hoe ouder de bejaarde hoofdbewo ners zijn, hoe groter de kans is dat zij In een otód huis wonen. Er is zelfs een bepaalde verhouding geconsta teerd tussen de ouderdom van de buizen en de ouderdom van hun be woners! Van de Rotterdamse bejaarden wo nen er 5500 of 6,7 procent in bij an deren. Voor het merendeel zijn dat alleenstaanden. Ruim 67 procent van hen woont in bij familieleden. Daarnaast zijn er ook ongeveer II.000 bejaarde gezinnen, die inwo ning verienen aan anderen. Daarbij zijn er eveneens veel alleenstaanden, dus éénpersoons-gezinnen, maar onder hen. overwegen de mannen niet. De leeftijdsopbouw van deze inwoning biedenden wijkt nauwelijks af van die van de bejaarde bevolking ais geheel. Van de zelfstandig wonende be jaarden heeft 15.5 procent ruim 12.000 personen, geen huisgenoten. Bijna zeventien procent van deze alïeenwonenden, 2075 personen, kan bij plotselinge ziekte of een on- /"ANDER deze omstandigheden leven nog te veel bejaarden in Rotterdam: woningen zonder comfort in oude buurten. Trap penlopen, kachels verzorgen, vaak eenzaamheid, tochtige en moeilijk te verwarmen kamers. geluk niet gemakkelijk iemand waarschuwen. Onder deze laatste ca tegorie zijn er velen die willen ver huizen. Waarschijnlijk zijn vele be jaarden gaan inwonen om te ontsnappen aan de nadelen, van het alleen wonen. Naarmate de desbe treffende alïeenwonenden ouder wor den, neemt de wens tot verhuizen af. Van de in slechte huizen wonende bejaarde hoofdbewoners wil 39 pro cent verhuizen, tegen 64 procent van alle hoofdbewoners van slechte wo ningen. In het rapport wordt daaruit ge concludeerd dat men onder de min derheid van bewoners van sane- ringsgebieden, die liever niet zouden j ROTTERDAM Het dagelijks j bestuur van Rijnmond kreeg j woensdag in de Rijnmondraad van alle kanten lof voor zijn initiatief een nieuwe organisatie voor hulpverle ning bij ongevallen en calamiteiten in het leven te roepen. Ir. J. A. Beu kers (lib.) gaf het dagelijks bestuur de welgemeende raad te profiteren van de rijke ervaringen van de GG en GD in Rotterdam. De heer H. .Lamberts (soc) vreesde, dat de indeling in districten in Rotterdam. Vlaardingen, Krimpen aan den IJssel, Ridderkerk, Schiedam en Spijkenisse komen districtsposten onder leiding van een arts wel eens tot moeilijkheden zou kunnen leiden. Gecommitteerde mr. H. B. En gelsman zag het echter allemaal niet zo somber in. De in Rotterdam te vestigen centrale post zal steeds vol ledig inzicht in alle situaties hebben en op de hoogte zijn van de plaatsen, waar ambulances wel of niet onmid dellijk beschikbaar zijn. De heer Engelsman zal de artsen op Voome-Putten benaderen om alsnog_ medewerking aan de nieuwe organisatie te verlenen. Deze artsen zien' volgens mr. Engelsman nog niet voldoende in, dat Voome-Putten door de nieuwe opzet van hulpverlening in de gehele ontwikkeling wordt meege trokken. willen -verhuizen, naar verhouding veel bejaarden zal aantreffen. Ruim 4300 bejaarden, die niet zon der hulp van anderen een trap kun nen belopen bleken te wonen in hui zen Idïe niet zonder trappenlopen zijn te bereiken. Niettemin wilde ruim 52 proeent van hen niet verhuizen! In het rapport wordt dan ook te recht gesteld, dat het .feit dat er naar verhouding steeds igneer :rèenge- zinshuizen en woningen" in hoogbouw met lift worden gebouwd en steeds minder woningen in middelhoge bouw zonder lift een grote vooruit gang is. Het bejaardenrapport omvat drie delen. Na het nu verschenen' eerste deel, dat handelt over de woon omstandigheden, komen er een deel over de medische factoren, samen gesteld door de GG en GD en een deel over het relal iepatroon, samen gesteld door de sociale dienst. (Van een onzer verslagevers) ROTTERDAM De minister van verkeer en waterstaat heeft een werkgroep ingesteld om de oeververbindingen in het weste lijk deel van het Rijnmondgebied te bestuderen. Inmiddels heeft de bewindsman als eerste prioriteit de Zoomse tunnel (bij Spijke nisse) aangewezen. De werk groep zal zich vooral bezig hou den met de Blankenburgsetün- nel, de verbinding tussen de Oude Maasoever en de tunnel door Europoort (onder het Ga land kanaal. Dit deelde Rijnmondgecommit- teeflde C. M. L. Roozemond woensdagmiddag mee in de Rijn mondraad tijdens de behandeling van het' streekplan IJsselmomde. „Hope lijk volgen spoedig meer streekplan nen", merkte de heer P. J. Bliek (lib.) op. Gecommitteerde P. Th. Biersma kon hem dat toezeggen. In de loop van 1969 krijgt de Rijn mondraad het streekplan Rech- ter-Maasoever op de lessenaars. Daarna volgt het streekplan Voor- ne-Putten. De in voorbereiding zijnde ruilverkaveling is er de oorzaak van, dat dit plan wat langer op zich zal laten wachten. De heer A. J. van den. Berghe (kath.) sprak er z'n ongenoegen over uit, dat van de honderden hectaren open gebied aangegeven in het bij Koninklijk Besluit van 2 april 1965 gedeeltelijk goedgekeurde streekplan bij de herziening slechts enkele tientallen hectaren zijn overgebleven. Hij vond het voorts merkwaardig, dat ten westen van Barendrecht twee gebieden voor tuinbouwbedrijven (kassenbouw) zijn. aangewezen. „De tuinbouw wordt nu te veel verspreid, ROTTERDAM - Dank zij de op lettendheid van haar vierjarige zoon tje heeft een mevrouw van de Klein- polderkade haar armbandhorloge te rug, nadat die tevoren door een onge veer negen jaar oude jongen was gestolen. Samen met zijn moeder ging Henk, die op het moment van de diefstal even .alleen thuis was, naar de kin derpolitie van het hoofdbureau. Het jongetje had. gezien dat een onbeken de jongen het sieraad had wegge grist. Kennelijk had het knulletje het beeld van de jongen goed in zijn hoofd geprent, want toen hij terug naar huis reed, zei hij tegen zijn mamma dat de „dief op straat liep. De moeder reed in allerijl terug naar het bureau Overschie, waarna een brigadier meeging naar de Bau- mannlaanr waar de. „verdachte" nog liep. Hij werd in de kraag gepakt en na een kort verhoor op het bureau bekende de jongen. Na een standje mocht hij weer naar huis. Woensdag is ingebroken in een kantine aan de Vierhavenstraat. Ta baksartikelen ter waarde van 800 worden vermist. ROTTERDAM' In de Botlek is de eerste fabriek in de EEG van de Aluminium Company of America (Alcoa) gereed gekomen. De ongeveer 7 miljoen dollar kostende fabriek wordt in bedrijf gehouden door 29 mensen. De fabriek produceert z.g. tabular alumina, een grondstof voor de ver vaardiging van vuurvaste stenen en bekledingsmateriaal met een hoog aluminium gehalte (o.a. toegepast in de staalindustrie). Het Botlek-bedrijf is de eerste pro- duktie-eehheid van Alcoa bulten .de Verenigde Staten. Voor dit doel is opgericht. Alcoa Nederland NV. Naar verwachting zal ongeveer 99 procent van- de produktie worden uitgevoerd naar o.m. de andeTe EEG-landen, En geland, Australië, Scandinavië en Ja pan. Als plaats van vestiging was Rot terdam voor Alcoa economisch gezien i het geschiktst. CAPELLE Prinses Margriet, die op 18 oktober van het vorig jaar, om een overigens verheugende reden, verhinderd was de officiële opening van het ïchtus-ziekenhuis voor geestelijk gestoorde bejaarden te ver richten, heeft woensdagmiddag een informeel werkbezoek aan deze in richting gebradht. Tijdens een ruim vijf kwartier du rende rondleiding door hét complex bezichtigde zij o.a. de afdeling bezig heidstherapie en zag zij bejaarde mensen op allerlei toestellen bewe gingstherapie uitoefenen. De Prinses nam ook een kijkje in de ziekenzaal en de verschillende dienstafdelingen. Een van de patiënten bood haar een boeket aan. Geneesheer-directeur S. Hottentot en directrice mejuffrouw A. G. Zel- aenrust ontvingen, do Prinses in de bestuurskamer. Burgemeester J. van Dijk, voorzitter van het stich tingsbestuur, gaf daar een uiteenzet ting over de geschiedenis en het ontstaan van de inrichting. Aan het eind van de rondleiding bezichtigde de Prinses de kapel van het ziekenhuis die een bijzondere in druk op haar maakte. hoek VAJNT HOLLAND De heer J. Bergen slaagde in Leiden voor het ooctoraa! examen sociologie. De heer Van die lid van de wijkraad voor de kvp is, behaalde deze titel na acht jaar «urne naast zijn normale dagtaak. (Van een onzer verslaggevers) VLAARDINGEN B. en W. heb ben de verordening, die de bevoegd heden, samenstelling en werkwijze van de culturele raad regelt, nage noeg ongewijzigd de gemeenteraad ter vaststelling aangeboden. Het voorstel staat op de agenda van de gemeenteraadsvergadering, die vol gende week woensdag wordt gehou den. De leden van de gemeenteraad hadden in de meivergadering een aantal bezwaren tegen de redactie van de verordening. Ook wilden zij de tekst op enkele punten gewijzigd zien. B. en W. hebben deze bezwaren van de hand gewezen om zowel tech nische als praktische redenen. De culturele raad zal bestaan uit 34 leden, van wie zes gemeenteraadsle den. De niet-raadsleden zullen wor den benoemd door B. en W. uit krin gen, die het Vlaardingse culturele le ven vertegenwoordigen. Voorzitter wordt de wethouder van culturele zaken, de heer G. Walstra. f terwijl een sterke concentratie meer dan gewenst is. De zeer beperkte open ruimte kan men in de toekomst wellicht hard nodig hebben", aldus de heer Van den Berghe, die zich afvroeg of men met de huidige open ruimte niet te kort zou komen. Zijn fractiegenoot Joh. G. Löbker dacht er geheel anders over. Het ge projecteerde bassengebied is hard no dig, omdat zich hier; tientallen tuin ders uit de omgeving van Ridderkerk zullen vestigen. Deze tuinders, die hun bedrijven vlak langs de wegen hebben, moeten verdwijnen in ver band met verbreding vaar bestaande of aanleg van leuwe wegen. Gecommitteerde Biersma sloot zich geheel bij de heer Löbker aan. „De visie van de heer Van. den Berghe betekent eert vermindering van het tuinbouwgebied met zo'n 150 hecta ren, ten gunste van het open midden gebied. Dat is echter niet verant woord ten opzichte van de vele tuin ders uit de omgeving van Ridder kerk, -die hun bedrijf moeten verla ten." De heer Biersma kon de liberaal Bliek niets nieuws mededelen over een eventuele de-annexatie van Hoogvliet of over een grenswijziging van Poortugaa! en Hoogvliet. De heer B. Duijster (soc) kreeg te horen, dat het Rijnmondbestuur af wijzend staat tegenover de aanleg van de „Punteakhaven" "in IJssel- monde. Gecommitteerde Biersma meende, dat men zich hierover niet al te druk behoeft te maken omdat het Rotterdamse havengebied zich steeds meer naar het westen ver plaatst en er mede daardoor meer ruimte in de oudere havens beschik baar komt. A/TIJN in Amsterdam wonende collega's en ik zijn héél andere mensen. Dat weet ik, want dat blijkt bij elk gesprek dat ik met zo'n.Amsterdammer heb.. Prof. dr. H. J. Buiter,die vorige week promoveerde en. tegelijkertijd werd benoemd tot hoogleraar aan de hogeschool in Rotterdam, is in zijn proefschrift op die verschillen Inge gaan en hij komt daarin tot allerlei interessante conclusies. Hij constateerde dat de Amster dammer meer en ook langer staakt en dat de Rotterdammer eerder te vreden is. Dat de Rotterdammer in doorsnee een hogere waarde hecht aan zijn vakorganisatie dan de Amsterdam mer en ook dat er naar verhouding heel wat meer Rotterdammers zijn georganiseerd dan Amsterdammers. Dat de Rotterdammer gunstiger oordeelt over zijn welvaartsaandeel dan de Amsterdammer, over de so ciale zekerheden die hij heeft ver worven en over de arbeidsverhou dingen. Dat het inkomen, dat hij noodza kelijk oordeelt als minimum om re delijk te kunnen rondkomen, wat lager is dan hetgeen de Amster dammer wenst. De Rotterdammer is zakelijk, hecht weinig waarde aan tradities en hij loopt graag in een goed geor dend gareel. Hij vindt Amsterdam maar een lastige stad. Verder houdt de Rotterdammer er niet van, veel van werkkring te ver anderen, maar een Amsterdammer vindt dat je „overal wel een boter ham kunt verdienen*'. Prof. Buiter verklaart al die verschillen door het grote verschil in sociale geschiedenis van Rotter dam en Amsterdam. Amsterdam, industrialiseerde, veel eerder dan Rotterdam en had dus eerder te maken met proletariaat en klassenstrijd. Wat prof. Buiter allemaal consta teert, doet m'n Jan Krant-hart "goed. TIAAR er is één ding, waarin ik het echt voor de Amsterdam mers opneem: ik ben in Amsterdam de nodige keren heel genoeglijk en gezellig uitgeweest. Dat is niét het geval in het naoorlogse Rotterdam. Ik vind Amsterdam gezelliger, ge noeglijker, kleurrijker. Rotterdam vind ik een heel goede stad om te werken. Men kan er vlot zaken doen, men houdt niet van overbodige omslag, het is al heel gauw „nou, ga je gang maar". Er wordt weinig ge-„palaverd", er wordt aangepakt en. de Rotterdam mers vrwachten van degene, die za ken met hun wil doen, dat hij het zo handelt. Maar om gezellig stedelijk vertier moet men naar Amsterdam gaan. Daarvoor is Rotterdam te Europoor- terlg, te wereldhaver.achtig. Boven- tdien is er de laatste honderd jaar geen dag geweest, dat niet op de een of andere plaats de boel in Rotter dam grondig overhoop lag. Een Amsterdammer heeft me eens gezegd, dat een Rotterdammer zich alleen gelukkig gevoelt, als hij met rubber laarzen aan een graafwerk- tuig in een van de straten of pleinen van zijn stad mag hanteren. Goed. Vanavond ga ik naar Amsterdam, Maar morgenochtend moet ik heel vroeg weer in Rotter dam zijn. Want daar wordt gewerkt.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Trouw / De Rotterdammer | 1968 | | pagina 1