aatschappelijk Welzijn wil drempel wegnemen GEBBIN G'SMIT IN HAANTJES EN KLOKKEN... Viervoudig kampioene op de schrijfmachine o waó kei oude ^Q,o tier dam! O1 mms I [JE SERVICE VAN OVERHEID OP DE „FEMINA" LEIBBRANDT. VERTROUWD MAKEN MET CENTRALE TOEGANGS POORT Waar* en wat? LflERDAMMER ZATERDAG S OKTOBER 196$ p DE FEMINA heeft de Raad voor het Maatschappelijk J Welzijn in Rotterdam voor het eerst een stand ingericht om zo 'as informeel en gemakkelijk de Rotterdammers te kunnen in smeren over hetgeen de vele tientallen hulpinstellingen en instanties in Rotterdam kunnen doen. Men is hierbij van de ge- lachte uitgegaan, dat zeer veel mensen eigenlijk niet goed weten ju] wie ze terecht moeten wanneer zij zelf een bepaald probleem ®et kunnen oplossen. De ervaring heeft ook geleerd wanneer zich ten. uitermate vervelend probleem bij de mensen voordoet valse «broom, onbekendheid met allerlei hulpinstanties en ook vrees lat een of andere pottenkijker zich zal bemoeien met zaken die hem niet aangaan, verhinderen dat zo'n probleem snel uit de wereld wordt geholpen. OMSTREDEN ïfipfeüj SITA is een geweldige waak hond, zet dat er maar ge rust bij", adviseert de heer C. J. A. Smit, als we met enige ver- sm ÏGEL^itHEDEN wondering vragen naar de waar de van de kostbare inrichting van restaurant De Herberg aan de Kleiweg. De heer Smit heeft dit restaurant samen met de heer W. A. P. Gebbing onlangs overgenomen. Het is niet zo maar een restaurant. Geen handel.... Rijnmond-revue FUSIES DE „A1IDA" Pagina 3 r,. mensen, die in Botterdam op 8s mogelijke gebied deskundig hulp a. itrfjgen maar zelden de kans .«dwongen iets van hun mogelijk- Sen te vertellen aan belangstellen- i die niet geheel an beslag geno- I a worden door hun eigen zor- a® nu op de Femina huishoud- yjjj een plaatsje te bezetten hoopt Raad voor het Maatschappelijk ifelnjn een belangrijk stuk van de tespel weg te nemen, die nog altijd s hoog is, dat volgens een docent gjBSEoeiologie aan een academie nor sociale wetenschappen - er aar twee procent van de mensen in „gij hij het maatschappelijk werk st al zijn soorten van hulp aan- soppen. Ia een vraaggesprek met de direc tor van de afdeling maatschappelijk sfc van de Raad voor het Matschappelijk welzijn drs. J. A. M. tftorandt wordt geprobeerd wat kt greep te krijgen op wat die lijd nog wat geheimzinnige raad oor het Maatschappelijk Welzijn nu sdes wil, waar die raad mee bezig eawaar men naar toe wil. meer in Hoogvliet en Ommoord toe aan wat wij noemen: de gezamen lijke presentatie van het maatschap pelijk werk". De Sociaie raadslieden in Botter dam zijn eigenlijk nog voordat zij hun plaats in de Rotterdamse wijk hebben kunnen innemen al weer omstreden, althans in die zin, dat er gezegd wordt dat zij volkomen onaf hankelijk zouden moeten zijn in plaats van aan de hand van een of andere stichting of instelling te lo pen? Drs. Leibbrandt: „Dat is een erg actueel en ook wat gemeen vraagje. U moet dat zo zien. In Amsterdam en den als vrijblijvende adviseurs van Den Haag, waar de sociale raadslie- de buurt begonnen zijn heeft men met kunnen voorkomen, dat zij toch min of meer aan de leiband van de gemeentelijke sociale diensten liepen, die uiteindelijk hun salaris betaal den. In hun adviezen kon men dat nu en dan heel goed zien. Aan de andere kant waren er bepaalde gebieden, waar zij met eens aan toe kwamen wat in Ommoord gebeurd is. Daar is uit de samenwerking binnen de nog nauwelijks gestarte groepspraktijk van huisartsen en het gezamenlijk maatschappelijk werk voortgevloeid dat een maatschappelijk werkster voor alle instellingen in Ommoord te gelijk zal optreden. Zoiets is trou wens ook al op een nijverheidsschool gebeurd, waar men gevraagd had te helpen bij leer- en gedragsmoeilijk- heden van de leerlingen. De geza menlijke hulpinstellingen in Rotter dam hebben een kracht aangewezen, die weer namens alle optreedt". De vrijwilligers in de sociaal chari tatieve hulpverlening, de mensen dus die in hun vrije tijd proberen te hel pen waar zij maar kunnen, worden die niet door een steeds verder gaan de organisatie van het beroepswerk buiten spel gedwongen. En dat dan terwjjl opgemerkt wordt dat maar twee procent van de mensen in nood bij de bevoegde instanties aanklop pen? Drs. Leibbrandt: „Nu durf ik mijn Er moet geen taakverdeling voor beroepsmensen en vrijwilligers bin nen hetzelfde werk zijn. Je kunt het vrijwilligerswerk ook nog anders benaderen. Een huisvrouw, die haar kinderen niet aan kan heeft behoefte aan een praatpaal, een huisvrouw die die el lende ook kent en misschien raad kan geven. Of neem bijvoorbeeld een huisvrouw, die niet uitkomt met haar huishoudgeld, die wil best hulp heb ben van een hulsvrouw, die ook maar 150 gulden in de week krijgt maar het wel allemaal weet te financieren. Zo'n huisvrouw heeft in dit geval trouwens minder aan een direc teursvrouw, die duizend gulden in de week heeft te besteden. „Wanneer dit nu allemaal eens in een instituut georganiseerd zou kun nen worden, een instituut dat ook de juiste vrijwilligers samenbrengt met de juiste moeilijkheden en dan ook nog eens een beetje zou willen bege leiden dan komen we ergens. Dan wordt het vrijwilligerswerk een draagvlak, waarop het maatschappe lijk werk als beroepswerk terecht rust." F. J. v. d. H. rTO presenteert de Raad voor het ■MET NETTO 455 aanslagen per minuut sleepte mevrouw J. C. Machwrrth-Bijloo zaterdag op de Amsterdamse Efficiency-beurs voor de vierde keer in haar leven het Ne derlands kampioenschap machi- neschrijven in de wacht. Deze over winning leverde haar een gouden me daille, een kristallen bokaal en een geldbedrag van 500 op. De basis voor haar ongelofelijke snelheid werd gelegd in een secreta ressecursus bij Schoevers, nu alweer zo'n 22 jaar geleden. Mevrouw Mach- wirth: „Ja, bij dat type-examen haal de je misschien 200 of 250 aanslagen per minuut. Ik weet het niet precies meer, maar het tempo lag eeht niet hoog". Waarom is de raad voor het Matschappelijk Welzijn op de Femi- a komen staan en wat hoopt de - iid daar uit te richten. Men kan zich lts afvragen of het zelfs wel moge- ijk is om de bezoekers inzicht te i wot In wat alle mogelijke hulp- sstdlingen kunnen doen? Dis. Leibbrandt: „In de eerste tets geeft de Raad voor het üaatschappelijk Welzijn op de Femi- a een stukje service: voor de leasen, die iets willen weten en voor i il die instanties in Rotterdam, die op i ïmeentelijk niveau op de een of an- toe manier in de raad met elkaar i «leggen en samenwerken, ïu is het helemaal niet de bedoe- ng, dat op die stand van ons aan edereen uitgebreid verteld wordt bij Re hij allemaal terecht kan voor ijn 1001 problemen. Het is ons er om egonnsn de mensen een beetje ver- raiwd te maken met het idee van de ratrale toegangspoort tot het matschappelijk werk. aan. Die huisarts zorgt er voor dat a geholpen worden. Kan hij het zelf sn doet hij het ook, kan hij dat niet zorgt hij dat zijn patiënten zo nel mogelijk bij de juiste specialist ®nen. Nu zijn we in Rotterdam met dit fee nog met zo erg ver, maar het in lenst komen van de sociale raadslie- ta, die na de Femina voorgoed hun «ffiaus in de Lijnbaan bij de stich- ®S Goed Wonen en in zes Rotter- ■®se wijken zullen bezetten, is een aste stap. Ook zijn we nu onder MW zich: met een team so ciale raadslieden. bijvoorbeeld de sociaal culturele sec tor, waar zij geen contact mee had den. Wanneer nu een sociaal raadsman een wegwijzer moet zijn voor alles wat de maatschappij te bieden heeft dan was het Amsterdamse en Haagse systeem niet zo gelukkig, ook in de ogen van het ministerie voor Maatschappelijk werk niet Nu was m Rotterdam het bezwaar van het ministerie al een beetje op gevangen door de sociale raadslieden m dienst te nemen bij de Raad voor het Maatschappelijk Welzijn, die of ficieel niets met de gemeente te ma ken heeft, maar ook dit blijkt niet genoeg garantie te zijn. Daarom komt er nu in Rotterdam nog eens een extra commissie van deskundigen aan wie de Raad voor het Maatschappelijk Welzijn een stuk van zijn bevoegdheden zal delegeren om de sociale raadslieden absoluut onafhankelijk te maken van welke hulpinstantie dan ook". hand niet in het vuur te steken voor de betrouwbaarheid van dat getal, maar waar is, dat het gros van de mensen in moeilijkheden zich niet tot het maatschappelijk werk wendt. Een onderzoek „kennis en beeld van maatschappelijk werk" heeft dat dui delijk uitgewezen. In de eerste plaats vragen lang niet alle vormen van hulp die deskundige aanpak, die het maatschappelijk werk pretendeert te geven, let op-wat ik zeg, pretendeert te geven. Waar nu die vrijwilliger geplaatst? In een hulpcentrale voor handreiking kan hij veel en goed werk doen, maar onmiddellijk komt de vraag naar voren wanneer is een be roepsmatige aanpak nodig. Een ande re vraag is zijn de mensen binnen het team van een Algemene Hulp Centrale of Telefonische Hulp Dienst gezien hun scholing nog wel vrijwil ligers in de juiste betekenis van het Daarna heeft de Nederlandse kam pioene op het schrijfmachine in de loop der (kantoor)jaren langzaam maar zeker haar tempo opgevoerd. Ook thuis kreeg zij daar de gelegen heid voor. In haar flat aan de Hoogstraat staat een elektrische schrijfmachine, waarop zij nu al ja renlang werk typt voor de rec- tor-magnificus van de Nederlandse Economische Hogeschool, professor Slagter, en eveneens vele scripties voor studenten. Het samengaan van buitengewoon snel en foutloos typen leidde op een •dag tot het besluit om ook een gooi te wagen naar het Nederlands kam pioenschap. De eerste keer moest zij genoegen nemen met een vijfde plaats. Maar nu had mevrouw Mach- wirth de smaak te pakken. Tot drie keer toe werd zij Nederlands kam pioene en zaterdag was zij voor de vierde keer winnares Een prestatie? „Ach, het is dood vermoeiend. Een half uur lang in hetzelfde tempo. Hoe? Je laat gewoon je vingers glijden. Dit jaar ging het over de arbeidssituatie in Nederland. Er zaten nogal veel moeilijke woor den in. Ik neem zo'n stuk helemaal an me op. Daarom moet je eigenlijk ook vlug kunnen lezen." En lezen is ook eigenlijk de enige liefhebberij van mevrouw Mach- wirth. Haar vooikeur gaat uit naar studieboeken over oude geschiedenis, maar het moet louter ontspanning blijven. Eigenlijk net zoals dat Ne derlands kampioenschap voor haar geen doodernstige zaak is. gehad." Tikt mevrouw Machwirth na al die jaren nog precies volgens de regels van Schoevers. „Ja, helemaal, blind, met tien vingers en ik zet nog steeds mijn pink op de „a". JVDH iDe „ondertitel" Au vieux pendule zegt eigenlijk meer. De heren Smit en Gebbing (of Gebbing en Smit zo als het handelsmerk luidt) hebben in de loop van de tijd 120 antieke klok ken verzameld en die zijn bijna alle in het oude restaurant opgesteld. Die klokken zijn hun trots. Door middel van het restaurant kunnen zij hun hobby nuttig maken. Het tweetal is niet onbekend in de Rotterdamse horecawereld. Zij hebben samen on dermeer Review beheerd en zijn daarna een hotel in Vlijmen (bij Den Bosch) begonnen. De heimwee naar Rotterdam en de grote klantenkring die zij hier hadden achtergelaten dwong hen, volgens de heer Smit, terug te komen. „Er waren twee vrachtwagens van ieder zes ton nodig om alle spullen T INKS Smit, rechts Gebbing, in het midden Sita JNTERIEDR van De Herberg: slechts negen van de 129 zoekplaatjes.. uit Vlijmen over te brengen. In twee weken werd het hele pand schoonge maakt, vanaf de plinten, tot de mu ren, de parkeerplaats en de bomen", aldus de heer Smit die niet onder stoelen of banken steekt dat het een zwaar karwei was. Nu tikken er bijna 120 klokken, „Ze lopen nog niet allemaal, want ze hebben nogal geleden onder het ver voer. Ja, we maken ze zelf. Vaak koïnen hier leerling-klokkemakers kijken. Over de waarde mag ik mets zeggen". Kenners hebben evenwel bedragen genoemd met vijf nullen. „Ik ben ongeveer een uur per dag bezig om de klokken op te winden en op tijd te zetten". Het waren stukken waarmee een klokkemaker zijn meestersschap moest bewijzen. Van dergelijke klok ken bestaat dus steeds maar een exemplaar. Gebbing en Smit hebben er diverse. Als het stil is in het restaurant (dat is het alleen maar 's morgens vroeg) kan men er klokken tezamen een compleet tik-concert ho ren geven. Een andere trots is het antieke zil ver dat m een kast te pronk staat. Niet alleen te pronk, wij gebruiken het ook. Iedereen die een kopje kof fie vraagt, krijgt dat helemaal met oud zilver opgediend. Ook de wijn koelers zijn antiek", aldus de heer Smit die snel laat zien dat ook het grootste deel van het bestek antiek zilver is. „Veel van die klokken en van het zilver hebben we gekregen van goede kennissen", zegt hij met gepaste trots. „En (wijzend naar de gedekte tafels) dat is allemaal Frans batist. Ik heb zelfs enkele stukken Russisch ta fellinnen". Dat oude zilverwerk is zo uniek dat een bekende zilverfabriek er dol graag gipsafdrukken van zou willen hebben, om deze modellen in de han del te brengen. Maar net als met de belangstelling ven antiquairs voor de inboedel geeft ook nu de heer Smit als antwoord: „We hebben een restaurant geen handel in antiek". Toch is het bij de heren Gebbing (de man in de keuken) en Smit geen museum geworden. De sfeer is er bij zonder gezellig. „Geen dikdoenerij, "maar dineren m een gezellige sfeer volle omgeving waarbij vooral zorg'- wordt gegeven aan het opdienen van de gerechten," aldus de heer Smit Eten wordt bij hen tafelen met alles wat er bij hoort en toch, ondanks al die bijzonderheden vermeldt het me nu prijzen die echt niet te hoog lig gen. Dat de klantenkring de heren Geb bing en Smit niet is vergeten blijkt uit het feit dat enkele tafels al tot voorbij de kerstdagen zijn besproken. Specialiteit: haantjes, maar daar weet de heer Gebbing dan wel wat mee te doen. A. J. 8. We bedoelen daarmee dan dat de ®asen met moeilijkheden bij bu- ratJS voor maatschappelijk werk ko- 5® zoals zij ook naar hun huisarts j ti zo presenteert de Raad voor het MW zich ook: met het blad „Maasmondig". DRS. J. G. Leibbrandt ^EKELüKSE PAGINA 5e jaargang njmer 32 teksten van Frans J» v. d. JJfl-eii, J. van Khijn. Aad Beegemnnn, Nanette v. d. Hoek foto's -van Ary •oenveld, Henk Hartog, J. v. Rhijn c" redaktie van Kees Comelisse. Drs. Leibbrandt: „We willen in be paalde wijken en buurten nog maar een adres hebben, waar alle instellin gen vertegenwoordigd zijn en waar in overleg met degene die om hulp vraagt geprobeerd wordt uit te zoe ken wie nu het best iets voor hem kan doen. Met dit experiment zouden we in Hoogvliet al begonnen zijn wanneer we een goede ruimte hadden gehad. Overigens moeten we ons wel beper ken tot nog toe alle instellingen voor algemeen maatschappelijk werk. In de kringen van het Katholiek Maatschappelijk Centrum en Huma- nitas is men ai ver genoeg voor ver dergaande experimenten, in de pro testants christelijke kringen waar men niet tot een beleid vöor de gehe le stad kan komen loopt het allemaal veel moeizamer. Persoonlijk ben ik van mening, dat de gezamenlijke presentatie tenslotte moet leiden tot fusies van een groot aantal instellingen. Dit betekent met dat ik het belang van het le vensbeschouwelijke draagvlak van al deze instellingen ontken, in tegendeel zelfs, maar dit betekent wel dat in brede kring erkend wordt dat met alle organisaties perse hun eigen kleur behoeven te hebben. Heel opmerkelijk is in dit verband E'EN halve eeuw geleden in okto- ber 191S, werd de Rotterdamse Pers in de gelegenheid gesteld het „drijvende Huis Van Bewaring" in de Parkhaven te bezichtigen. Daar men op de Noordsingel een nijpend ge brek aan cellen had, en omdat er in de politiebureaus ook te weinig cel len waren, had het Ministerie van Justitie zijn toevlucht genomen tot een noodoplossing. Teneinde het steeds groeiende aantal gedetineer den onder dak te kunnen brengen was het binnenschip „Alida" als Nood-Huis van Bewaring" in ge bruik genomen. Het lag niet ver van het (drijvende) bureau van de Rivier politie. Aan de journalisten liet men zien, hoe proper de in het ruim inge richte gemeenschappelijke slaapzalen waren. Ook werd aan de pers de zoge naamde „luchtkaoi" getoond. Boven op het dek was een soort kippenren aangebracht die met kippengaas en prikkeldraad afgeschermd was. In deze ruimte konden de arrestanten enkele malen per dag „gelucht" wor den onder de hoede van tot de tan den gewagende politiemannen. Ze mochten er naar hun familieleden zwaaien, als die zich bij het Park op de kade vertoonden.,Wij konden ons er van overtuigen, dat het ver blijf der arrestanten nog zo slecht niet is" schreef een der kranten de volgende dag- Tijdens de persconferentie was het schip nog niet in gebruik. Als de journalisten de Alida een maand la ter bezocht hadden, nadat de boot intussen bevolkt was door een groot aantal arrestanten, zouden ze zonder twijfel minder enthousiast naar huis gegaan zijn. AL NA een week liet de stem- ming onder degenen, die er op kosten van de overheid logeerden, al les te wensen over. Er waren klach- woord". ten over de slechte verlichting in de slaapzalen, over het feit, dat er van „luchten" in de praktijk met veel terechtkwam (omdat er nooit meer dan twee arrestanten tegelijk op het dek mochten lopen), asmede over het euvel, dat er nergens een plaats was om rustig te zitten. De vermanende woorden waarmee een hoofdinspecteur van de Rivierpo litie de rust trachtte herstellen, baat ten niet. Meer en meer verslechterde de stemming. Het feit dat de porties stampot m de laatste moeilijke oor logsmaand met de dag kleiner wer den, droeg natuurlijk ook bij tot het vergroten van de opstandigheid. Op de middag van de 13e novem ber twee dagen na de sluiting van de Wapenstilstand waren de por ties zo klem, dat de gevangenen ver zochten met de hoofdinspecteur een onderhoud te mogen hebben. Hij kwam, zag de borden en gaf toe, dat het nodig uias, dot er nog een paar TIET schip Alida, me! kippenren in 1913: noodoplossing in dc Park- liaven-, gamellen gebracht werden. Hij be loofde, dat ze nog voor de avond zou den komen. TT7AS het uit verveling of was het baldadigheid, dat twee ge vangenen een uur later in een der slaapzalen enkele strozakken op el kaar stapelden en er met een ko lenschop twee gloeiende kolen uit de kachel op wierpen.... Op de vraag is nooit een duidelijk antwoord gege ven. Wat de gevangenen precies wil den, was niet zeker; maar wel was het zeker, dat binnen enkele ogen blikken het stro vlam vatte, de slaap zaal m brand geraakte, en het vuur zich snel over het hele schip ver breidde..... De kreet „Brand" bracht bewakers en gevangenen m paniek. Een ieder holde naar het dek. De „kippenren" werd vertrapt, en binnen enkele mi nuten waren enkele gevangenen al met een inderhaast gevonden bootje op weg naar de wal... Er volgden er meer, toen van olie kanten hulp toeschoot. Er bleek, dat een aantal gedetineerden brandwonden opgelo pen had; de bewakers zagen in, dat .zij de „Eerste Hulp" moesten laten voorgaan.... Voorzichting werden de gewonden met een politieboot naar het bureau van de Rivierpolitie ge bracht. Men legde hen voorlopig op de primitieve brancards die destijds in gebruik waren. Nadat de terreinchef van Muller en Co., de heer A. de Groot en de baas van het terrein, de heer Nouwens, er in geslaagd waren een brandslang over te brengen, arriveerde ook vnj spoedig de brandweer. (Hand)- brandspuit 24 was het eerst ter plaatse, weldra gevolgd door de spuiten 31 en 40, de reservewagen en de drijvende stoomspuiten Doktoer- ken en Havendienst 11. Onder leiding van hoofdman A. van Hattum Jzn. hadden de ijverige spuitgasten de felle brand na een uur onder de knie. Het middenschip van de Alida bleek geheel uitgebrand te zijn Voor de politie was toen het ogen blik gekomen om de balans op te maken. Van de 85 gedetineerden wa ren er dertien gewond; er werd voor hen gezorgdDe overigen wa ren er van door! Later bleek dat een aantal hunner dood-nuchter met de tram vertrokken was! Een klein groepje had ook kans gezien zich eni ge tijd verborgen te houden in het weiland bij de Westzeedijk (op de plaats waar thans de Puntegaalstraat is). De recherche stond dus wel voor een heel moeilijke taak; er moesten 72 ontvluchte arrestanten opgespoord worden..... (En radiowagens waren er nog niet!) Het was dan wel een hele prestatie dat zij er in slaagde gedu rende de nacht vijfendertig vluchte lingen op te pakken en weer op te sluiten (maar natuurlijk niet in de onbruikbaar geworden Alida!). Hoe het met de overige 37 man afgelopen is, weten uaij niet. Wat wij wel we ten, is dat men de proef met het „Drijvende Huis van Bewaring" niet voor herhaling vatbaar achtte! JVR INDERDAAD, een plastiek, sculptuur, kortom een kunstwerk bij het Ha venziekenhuis, Maasboulevard/hoek Oostmolenwerf, Rotterdam Het viel ons mee dat zovelen het mysterieuze heb ben herkend. Anderen waren mis met de „schroothoop" bij het Umleverge- bouw. Winnaar: M. Huis, Joh. de Win straat 39, Vlaardingen. TVfU gaan we een heel andere kant op. -■*Aan deze opgave is niets kunstigs te ontdekken. Waar... en wat? Onder dit motto inzenden per BRIEFKAART aan Rijnmond-revue, De Rotterdammer, postbus 948, Rotterdam - vóór 17, uit slag 19 oktober.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Trouw / De Rotterdammer | 1968 | | pagina 1