talenten rijk is. Het was een muzikaal
genot voor allen om naar de krachtige,
mannelijke en beschaafde stem van
dezen zanger te luisteren. De spanning
ontlaadde zich telkens in een krachtig,
lang aangehouden applaus. Natuurlijk
is de heer Goedhart lid van de Mannen-
Zangvereeniging „Wilton-Fijenoord".
Daarna volgde de filmvertooning.
Zooals elk goed bioscoop-programma
werd begonnen met een voorfilmpje. In
Dr. Bernard waren regisseur, operateur
en explicateur in één persoon vereenigd.
De voorfilm behandelde de feestelijk
heden te Rotterdam en Schiedam ter
gelegenheid van de geboorte van Prin
ses Beatrix. Wij zagen den historischen
optocht en de feestverlichting te Rot
terdam; benevens den historischen op
tocht te Schiedam waaraan het Harmo
nie-Gezelschap Wilton-Fijenoord" zijn
medewerking verleende. In deze stoet,
bij de vereenigingen, liep ook de Roode
Kruis Colonne van Wilton-Fijenoord
mee. Alle bezoekers genoten van de
mooie beelden en van de geestige expli
catie door Dr. Bernard. Groote hilariteit
verwekte het stilzetten en terugdraaien
van de film, juist op het oogenblik als
de reddingsploeg voorbij marcheert.
Velen herkenden zichzelf en anderen,
hetgeen tot groote vroolijkheid aanlei
ding gaf, vooral toen bleek, dat iemand
moeite had om in de maat te blijven
mee marcheeren.
Om negen uur begon het hoofdnum
mer te draaien. Eerst het uitvaren uit
de Wilton-haven van den flottieljeleider
„Tromp"; het blusschen van een benzi
nebrand het aanzetten van de motor
spuit en het blusschen met 4 stralen.
Direct hierna kwam de hoofdschotel.
Volgens het draaiboek werd aangeno
men, dat op een in aanbouw zijnd schip
een stelling was ingestort, met als ge
volg 6 zwaargewonden.
Wat het publiek thans te zien kreeg
was een spannend, goed aaneensluitend
verhaal van menschenleed en menschen-
liefde. Dr. Bernard maakte de film en
daar elke scène uiteraard slechts één
keer gespeeld kon worden, kunnen we
slechts groote bewondering koesteren
voor Dr. Bernard's filmisch kunnen. We
zagen hoe een kameraad van de slacht
offers bij den verbandmeester Molken-
boer komt waarschuwen en hoe daarna
Molkenboer kalm en doelbewust het
gansche apparaat van de redding in
werking brengt. Alarm aankomst
Roode Kruis mannen terreinauto's
als hulpziekenwagens uitrukken
brandweer opladen van reddings- en
verband materiaal hijschkranen als
soepele, zonder schokken werkende
transportmiddelen. En daarna het ver
eenen van de eerste hulp transport
naar de verbandkamer inspectie door
colonne-commandant en werfarts eva
cuatie door middel van ziekenauto's en het
inrukken van de colonne. De regisseur
operateur Bernard heeft letterlijk van
boven naar beneden en van den wal
naar het schip moeten hollen om met
slechts één apparaat alle belangrijke
momenten in beeld te kunnen brengen.
De film is zeer suggestief. Rust - ver
zorgdheid - orde - bezonnenheid en be
dachtzaamheid, waaraan elke reddings
ploeg moet voldoen, zijn hier aanwezig.
De film suggereert de ernst van den
toestand aan boord maar tevens, dat er
voortdurend leiding aanwezig is.
Om half tien werd door „Frans' de
koffie geserveerd.
Daarop volgde een demonstratie van
gasmaskers. Vijf personen waren elk
voorzien van één van de volgende vijf
maskers:
le. Drager zuurstofmasker, type K.G.
210.
Hierbij is de persoon geheel onaf
hankelijk van het milieu.
2e. het van der Grinten stofmasker
(bedrijfsmasker) aangesloten op het
fabrieksluchtnet. De hoog-bejaarde uit
vinder Van der Grinten is kortgeleden
begiftigd met de gouden medaille van
het Veiligheidsmuseum.
3. het Belgische Volksgasmasker (be
schermt ook tegen strijdgassen, prijs
ƒ4.50).
4e. het Hollandsche Gasmasker (fabri
kaat Veritex, prijs 3.75).
5e. het Drager-gasmasker tegen alle
strijdgassen (prijs 19.
De heer van der Jagt gaf van elk mas
ker een korte explicatie.
Het slotwoord werd door Dr. v. d.
Berg gesproken. Het was een dank
woord aan de Directie van Wilton-
Fijenoord, aan den gastheer Van der
Jagt, aan den geestigen regisseur-ope
rateur-explicateur Dr. Bernard en aan
de muzikale medewerkers Goedhart en
Mevr. Bernard.
Om half elf gingen allen, na een ge
notvollen en leerzamen avond huis toe.
OVER MODERNE WIJZEN VAN
STOOMVORMING.
(vervolg.)
De oplaadgroep. Deze bestaat uit de
gasturbine, den luchtcompressor en den
startmotor. Andermaal is hier een sterke
gelijkenis te zien tusschen den Velox-
generator en den Dieselmotor met op
lading. Vooral met den Dieselmotor
met Büchi-oplading is de analogie
groot. De eerste overeenkomst was de
toevoer van de verbrandingslucht onder
druk; de tweede is de wijze waarop
deze verbrandingslucht wordt verkre
gen. Nadat de rookgassen in den gene
rator hun stralingswarmte en convec-
tiewarmte hebben afgestaan, bezitten
ze nog een hooge temperatuur (500°C),
een tamelijken druk (2,3 kg/cm.2ab.)
en een groote snelheid.
Van deze eigenschappen wordt nu
gebruik gemaakt om deze stroomings-
energie om te zetten in mechanischen
arbeid. Het probleem van de gastur
bine, dat voornamelijk een materiaal-
vraagstuk was, kan als opgelost be
schouwd worden. Er varen ruim 100
schepen met Dieselmotoren met Büchi-
turbines tot volle tevredenheid van de
eigenaren.
Precies zóó als bij de Büchi-oplading
komt met een bepaalde belasting van
den Velox een bepaalde hoeveelheid
beschikbare rookgassen overeen. Deze
bezitten weer een bepaalde energie,
welke zij aan de gasturbine afgeven,
welke daardoor een bepaald toerental
verkrijgt, waaruit weer een bepaalde
luchthoeveelheid en luchtdruk van den
luchtcompressor volgt. De oplaadgroep
stelt zich dus automatisch voor elke be
lasting in. Dit is trouwens steeds het
geval bij elke oplading door middel van
een gasturbine. Een eigenlijke regeling
van de gasturbine en de verbrandings
lucht is dus overbodig.
De constructie van de gasturbine is
daardoor verbluffend eenvoudig zooals
uit de figuur is te zien. De afgebeelde
turbine is een reactieturbine met 4
rijen schoepen, dus te vergelijken met
een Parsonsturbine (overdrukturbine).
De gasturbines van de Büchi-installa-
ties hebben altijd een actierad met één
enkelen krans (soort van Curtis-wiel
dus). De luchtcompressor is een axiale
compressor met meerdere trappen. De
I *V'
A. J. Goedhart, Tenorzanger
Het programma werd besloten met
zang van den heer Goedhart. Gezongen
werd een drietal liederen: Aria uit de
opera „Het meisje uit het gouden
Westen" van Giacomo Puccini; „Wo-
hin?" van Schubert en „Standchen"
eveneens van Schubert. Vooral bij het
laatste lied waren de groote capacitei
ten van den zanger te bewonderen. Een
krachtig applaus beloonde zanger en
pianiste.
Rotor__van de gasturbine