INGEZONDEN STUKKEN.
Bij inzage van het Wilton-Fijenoord-
Nieuws van October 1945, heb ik met stij
gende verwondering kennis genomen van
het artikel „Onze Plicht". Ik weet, dat ik
namens duizenden arbeiders spreek, die bij
onze firma werkzaam zijn, door het vol
gende naar voren te brengen. Na de be
vrijdingsfeesten zijn wij allen vol goeden
moed aan het werk gegaan, om onze ge
zinnen zoo spoedig mogelijk aan het aller-
noodigste te kunnen helpen. En al liepen
wij zonder kleeding en vrijwel op bloote
voeten, het was toch zomer. De oplossing
daarvoor zou vóór den winter wel gevonden
worden. Inderdaad verscheen al spoedig
een oproep om klompschoenen te bestellen,
waarvoor de firma zorg zou dragen. Velen
maakten daar een gretig gebruik van. Ook
verscheen een oproep om zich aan te mel
den voor een werkbroek en kon men zijn
schoenenmaat opgeven. Het ging dus den
goeden kant op.
Enkele arbeiders zijn inderdaad van
klompschoènen, schoenen of een overhemd
voorzien, maar dit was slechts een druppel
op een gloeiende plaat. Nu na 6 maanden
bevrijding en midden in regen, wind en
koude, is het met onze schoenen en klee
ding nog treuriger gesteld. Mijn vrouw heeft
in het geheel geen schoenen, terwijl ik zelf
een paar lage schoenen bezit, welke niet
meer te repareeren zijn. Met z'n tweeën
hebben wij twee directoirs, waarvan wij er
elk één dragen. Is het niet begrijpelijk, dat
de moed ons ontzinkt, Ergo, dat dit zijn
terugslag vindt in onze prestaties. Indien
men zoover afgetakeld is, heeft men niet
veel gevoel meer voor wederopbouw. Ergelijk
is het dat men ook thans nog materialen ziet
verkwisten, tetwijl er in de verwoeste gebieden
nog steeds menschen wonen, welke geen be
hoorlijk dak boven hun hoofd hebben. Wij
arbeiuers willen werken, zoonoodig harder
dan ooit tevoren. Maar van één kant kan
het niet meer komen; die tijd ligt achter
ons. Tezamen van hoog tot laag moeten wij
onze schouders eronder zetten, anders gaat
de zaak scheef. Men eischt van ons daden
en mede doordat volgens het schrijven van
onzen Directeur, onze arbeid zoo belangrijk
is voor den wederopbouw, vragen wij
dringend „Helpt ons aan schoenen", al is
het ook met houten zolen. Nu de koude
feller gaat worden, is ook het verstrekken
van de allernoodzakelijkste onderkleeding
een dringende eisch. Mijnheer de redacteur,
dringend verzoeken wij dit schrijven te
willen plaatsen, zoodat dit onder de oogen
komt van allen,» die schijnbaar nog niet ten
volle beseffen, dat wij vóór alles hulp noodig
hebben voor het vervullen van onzen plicht.
Dan met en voor elkaar op naar een betere
en gelukkiger toekomst, voor den bloei van
onze firma en voor het geluk van onze
gezinnen.
U, geachte redactie, dankend voor de
verleende plaatsruimte in onze mooie en
interessante maandcourant.
T. VAN DER HAVE,
Electrisch lasscher.
(Van redactiewege bekort).
Naschrift van de Redactie,
De Redactie heeft direct deze klacht te
bevoegder plaatse naar voren gebracht, daar
zij eveneens van meening is, dat waar hulp
mogelijk is, deze niet nagelaten mag worden.
Het is haar gebleken, dat van de zijde der
Directie deze zaak de volle aandacht heeft
en dat alles in het werk wordt gesteld om
in deze richting zooveel mogelijk te berei
ken. Helaas is de economische positie van
ons land nog zoodanig, dat vele volkomen
gerechtvaardigde eischen niet ingewilligd
kunnen worden, om de eenvoudige reden
dat er niet is. Dat er intusschen op dat
gebied reeds veel gedaan is, moge blijken
uit het volgende staatje, waarin aangegeven
is, wat na de bevrijding door onze firma
reeds gedistribueerd is onder onze employé's.
1073 paar schoenen
144 paar klompen
422 werkhemden
211 broeken
50 overalls
77 korte jassen
20 lange jassen
50 paar klompschoenen.
Buitendien is er een flink aantal ketel
pakken aangeschaft, welke voor vuile werk
zaamheden ter beschikking worden gesteld.
Wij hopen dat deze lijst spoedig zoo uit
gebreid moge worden, dat ieder van ons
tevreden zal kunnen zijn. De medewerking
daartoe is ons van alle kanten toegezegd.
ALWEER VERTROUWEN.
Eindigde het artikel uVertrouwen" in het
vorig nummer met een aansporing om ver
trouwen in elkander te hebben, dan wil ik
deze bijdrage beginnen met de woorden:
„Wij moeten vertrouwen in onszelf hebben".
Wij moeten vertrouwen, dat de Neder-
landsche geest niet is gebroken, dat wij uit
deze tijdelijke impasse zullen geraken en
dat wij tot betere dagen zullen komen, zoo
wel geestelijk als materieel.
Wij hebben 5 jaren vertrouwen in ons zelf
gehad, Dat geeft ons het recht om ook de
thanskomenue tijden met gerechtvaardigd
zelfvertrouwen tegemoet te treden.
Gelukkig zien we om ons heen den geest
van aanpakken bij velen onzer weer ont
waken. Een prachtvoorbeeld hiervan is het
volgende. Eén onzer industrieelen in de
rubberbranche pakte zelf aan. Met vertrou
wen legden zijn collega's hun belangen in
zijn handen en hij vertrok naar Amerika om
daar rubber-banden en arSlere artikelen aan
te koopen.
Dat is Nederlandsch. Dat is zelfvertrouwen
en wederzijdsch vertrouwen. Dat is een
hoopvol teeken.
Wanneer wij allen dit soort vertrouwen
aankweeken (natuurlijk niet allen naar Ame
rika gaan), kan het niet anders of Neder
land zal zijn plaats op de wereldmarkt weer
kunmen veroveren en behouden. In het binnen
land kan dit de welvaart brengen, waar
naar wij allen verlangen.
Zelfvertrouwen en arbeid zijn de twee
voornaamste factoren voor den wederop
bouw.
Een min of meer vaag pessimisme heeft
geen reden van bestaan en mag ons dus
niet weerhouden onzen plicht te doen ten
opzichte van de gemeenschap.
Vast staat, dat al onze verlangens slechts
werkelijkheid kunnen worden door arbeid.
Zelfs de gulle Moeder Aarde geeft ons haar
vruchten niet zonder dat wij op de een
of andere wijze arbeid verrichten.
Incasseer een geestelijken stomp op de
bekende sportieve manier en. ga verder
met Uw taak; WEDEROPBOUW.
G.
KINDERFEEST
aan boord van de Engelsche mijnenvegers.
Niet minder dan 268 kinderen waren op
3 November de gasten van de bemanning
van de 3 Engelsche mijnenvegers, welke op
onze werf diverse werkzaamheden hadden
ondergaan.
Alle werklieden, die aan deze booten
hadden gewerkt, kregen voor één hunner
kinderen, dat in de leeftijdsgroep 812 jaar
viel, een uitnoodiging voor dit feest. Het
Roode Kruis gaf zijn medewerking door ge
heel belangeloos auto's af te staan, om de
kinderen uit verschillende deelen der stad
naar de booten te brengen.
Voor de kinderen is het een onvergetelijke
middag geworden. Op eiken mijnenveger was
een attractie. Zoo was er op 2 booten een
bioscoopzaal ingericht, waar echte kinder
films gegeven werden, die zeer in den
smaak vielen, terwijl op den derden mijnen
veger een poppenkast aanwezig was. Hier
werd de vertooning van Jan Klaasen door
de kinderen met spanning en enthousiasme
gevolgd,
Naast de laatste boot lagen eenige motor-
booten, waarmede de kinderen een tochtje
op de Maas mochten maken. Ook hier stra
lende gezichtjes en bij vertrek zwaaiden
zij alsof zij een reis naar Amerika gingen
maken.
Aan boord waren nog eenige schommels
door de bemanning opgesteld, waar even
eens een druk gebruik van werd gemaakt.
Het hoogtepunt van den middag was de
feestmaaltijd. In de met vlaggen versierde
verblijven waren lange tafels neergezet,
waarop de meest uiteenloopende lekker
nijen te vinden waren. Bij den aanvang van
den maaltijd werd den kinderen gezegd, dat
ze mochten nemen wat ze wilden en dat ze
mochten eten zooveel ze konden. Dit was
niet aan doovemans-ooren gezegd. Niet één
liet zich onbetuigd en zij deden hun gast-
heeren dan ook het groote genoegen er
steeds voor te zorgen, dat de schalen op
nieuw gevuld moesten worden. Het was
jammer dat de buikjes niet alles konden
bergen, wat de oogen zagen.
Onder den maaltijd verscheen Sint Nico-
laas, deze keer niet met een zwarten Piet,
maar met Neptunus, die aan ieder kind
chocolade en fruit ronddeelde. Deze rollen
werden vertolkt door enkele officieren van
de booten. De taal was hier geenszins een
bezwaar, want de Hooge Gasten en de
kinderen begrepen elkaar opperbest. Ook
de thee en limonade lieten zij zich goed
smaken. Wat niet opgegeten werd, mocht
medegenomen worden en vele kinderen ver
trokken dan ook met de zakken en blouses
vol, zoodat ook thuis een broertje of zusje
kon mee genieten.
Alle lekkernijen waren door de scheeps
koks klaargemaakt op een wijze, waarop
zelfs een geroutineerde huisvrouw jaloersch
kon zijn. Zij hadden o.a. een geweldig
groote taart gemaakt, waarop met sierlijke
letters in het Hollandsch geschreven stond:
„Hartelijke groeten aan de Hollandsche kin
deren van Engeland." De bemanning was
den geheelen middag in touw om te helpen
waar zulks mogelijk was Om goed vijf uur
was het feest afgeloopen en gingen de
kinderen zeer voldaan van boord. Aan den
wal stonden de auto's klaar, die hen naar
de vastgestelde punten terugbrachten. Het
geheel was een uitstekend geslaagd kinder
feest.
Op verzoek van de ouders werd onder
staande dankbetuiging gezonden.
Schiedam, 5th November 1945.
To the Commanders, Officers and Crew.
of H.M. Ships
„Elfrida", „Tattoo" and „Gorgon".
Gentlemen,
The parents of the children who were on
board your ships on Saturday the 3rd. inst.