IJE HALVE WERK
VERENIGING W.F.
GOEDl
GEAARD.
AFD. O. EN A.
AMATEURSAVONDEN FEBRUARI 1951.
Al zal in het algemeen over de avonden
van O. en A. uiteraard verschillende menin
gen bestaan, met de amateursavonden in
Febr. j.l. is het iets anders gesteld: daar
over heeft het Bestuur van vele zijden
grote lof mogen ontvangen, die zij hierbij
echter overbrengt op de medewerkers.
Was er dan geen critiek, zult U vragen?
Natuurlijk en wij mochten ook zeer op
bouwende critiek ontvangen, die het moge
lijk maakte om daarvan tijdens de drie
avonden dankbaar gebruik te maken.
Namen noemen van de medewerkers? Och
waarom? Men hoort bij het afleveren
van een gerepareerd of nieuw gebouwd
schip toch niet dat Jansen of Pietersen het
beter deden dan anderen of zich extra heb
ben gegeven. Laten wij ook het werk van
al deze medewerkers zo beschouwen: team
work!
Ook speelt een rol de geaardheid van de
luisteraar. Van de ene mens gaan de ver
langens en wensen uit naar een lieflijk en
goed gezongen „Ave Maria" (met zeer goede
piano-begeleiding); de ander vindt die tenor
stem zo mooi en heerlijk, vooral als zijn
lievelingsliedjes worden gebracht. Weer een
ander houdt van een vlotte conferencier, die
daarenboven nog aan elke vinger een muziek
instrument schijnt te hebben (kunnen de
tenen soms ook mee doen op een volgende
avond, fluitist?) en die ten overvloede nog
schetsen en een levensliedje goed weet te
brengen, soms alleen en dan weer in gezel
schap van zijn lieftallige, donkeroogige vrou
welijke partner.
En wat zoudt U denken van eigengemaakte
en getoonzette liedjes bij de guitaar gezon
gen door drie frisse jongemannenstemmen?
Of zoudt U liever eens verdedigd worden
door die vrouwelijke advocaat? Het moet
wel een vreselijk misdrijf zijn als deze advo
cate U niet weet vrij te pleiten. De andere
vlotte en vlot gebrachte schetsjes in ernst
en luim waren af en vielen zeer in de
smaak van het publiek, dat dikwijls heel gul
was met het applaus.
De rustige, bezadigde en levenswijze auto
wachter bracht zijn liedjes op de goede ma
nier. In volkomen berusting leert hij ons de
onontkoombaarheid van vele onzer mensen
belevenissen ende aanvaarding daarvan.
Dan hebben wij nog bewondering voor de
mezzo-sopraan die met haar nummer (be
heerst, maar met élan voorgedragen) de
zaal pakte en voldeed, terwijl de declama-
trice haar „Lied van de Zee" op waarlijk
sublieme wijze zegde.
Vele nummers werden gebracht op een ma
nier, die bewees, dat de eerste wankele
schreden op het glibberige amateurspad wa
ren afgelegd en veranderd in flinke stappen
naar het doel: een goed amateur worden.
Ook de accordeonist bewees zijn instrument
te beheersen en zijn populaire wijsjes wer
den al spoedig meegezongen, de aanwezigen
waren trouwens reeds in de juiste stemming
gebracht door de voorzitter, die alle avon
den in stijl wist te openen en iedereen mee
liet zingen van „Cheerio" en „Wie zal dat
betalen".
De cabaretliedjes van de jongedame die
(volgens haar liedje althans) een opinie-on
derzoek naar de waarde en de betekenis
van de kus instelde, vielen bijzonder in de
smaak van het publiek.
En zo werden alle nummers goed gebracht
van begin tot einde en het was jammer dat
op de derde avond één der spelers verstek
moest laten gaan door een aandoening van
de stembanden, waardoor het hem onmoge
lijk was enig geluid voort te brengen.
Wat zouden echter onze avonden zijn ge
weest zonder de muzikale begeleiding op de
piano? De solopartij van de pianist bewees
wel, dat hij niet alleen een goed begeleider
maar als solist niet minder was. Al zal niet
de bedoeling hebben voorgezeten, dat het
publiek de liedjes zou meezingen, het was
niet te verwonderen dat dit gebeurde; het
élan van het spel noodde als 't ware uit tot
meezingen.
Toen op de derde en laatste avond de Heer
C. Keyzer als voorzitter van het Hoofdbe
stuur der Vereniging „Wilton-Fijenoord" het
podium betrad om een kort slotwoord te
spreken, bracht hij een verrassing mede voor
alle medewerkers en wel een prachtige me
daille op naam, als geschenk van het Hoofd
bestuur en ter herinnering aan deze avon
den. Hij sprak zijn bewondering uit over de
prestaties en reikte persoonlijk de medailles
uit met enkele goed gekozen woorden.
Het bestuur van O. en A. maakt tevens van
de gelegenheid gebruik het Hoofdbestuur
dank te zeggen voor dit bewijs van harte
lijk medeleven en het zal zeer zeker de sug
gestie van de heer Keijzer over het geven
van meer dergelijke avonden niet vergeten
en kan tegelijkertijd nog wel verklappen dat
alle medewerkers deze geste van het H.B.
op hoge prijs stelt en het als bewijs zien,
dat hun pogen succes heeft gehad en dit dus
stimulans is om verder te gaan enhet
HANDSCHOENEN UIT!
Er zijn kraanmachinisten cp ons bedrijf, die
op vrij grote hoogte zitten. Die knapen
kunnen veel zien daarboven, maar als U
beneden staat en hem seinen geeft met een
handschoen aan Uw hand, dan kan hij dat
niet goed zien. Weest een heer in het verkeer
en trekt Uw handschoen uit als gij Uw hand
presenteert, ook voor de kraanmachinist.
Wanneer gij hem seinen geeft, laat het dan
doen door één man, niet door meerderen tege
lijk, want dit sticht verwarring. Neemt het ter
harte, lui, dan zijn we weer een stapje gena
derd tot veiliger werken.
DOXFORD-VOERING No. 100.
Hier ziet U de 100ste Doxfordvoering die de
eerste bewerking heeft ondergaan. Slaan wij
een ogenblik terug op nummer 1, dan zijn
tussen 1 en 100 al heel wat moeilijkheden
overwonnen.
Niet dat we er zijn, neen nog lang niet, maar
dat wij voldoende critiek kunnen weerstaan
is zeker. Allen, die hierbij van hoog tot laag
hun bijdrage hebben gegeven, moet No. 100
toch wel een dankbare gedachte geven. Onze
gieterij zat met de grootste problemen en ook
zij zijn de kinderziekten te boven.
Moeiten noch kosten zijn gespaard om dit
goede product zover te krijgen. Laten we
hopen dat we nog vele opdrachten mogen
krijgen van deze voeringen dan kunnen we
zeker buitenlandse concurrentie het hoofd bieden
en onze binnenlandse industrie versterken
A. B.