De Kunst komt tot ons.
14e Jaargang
21 September 1951
No 14
ORGAAN VAN EN VOOR HET PERSONEEL VAN WILTON-FIJENOORD, SCHIEDAM
Redactie-commissJei L. Giphart, C. Keyzer, J. Koppe, J. W. Weber. Redactie-adresi Afd. Sociale Zaken
Opening tentoonstelling op de werf
W ilton-Fijenoord.
Op Vrijdag, 14 September, opende één der
directeuren van W.F., de heer Ir B. Wilton,
een tentoonstelling, die wat de aard betreft de
eerste is in de geschiedenis van W.F.
De heer Wilton heette de genodigden welkom
en noemde deze tentoonstelling, die door de
Stichting „Kunst en Gezin" is georganiseerd,
een experiment. Hij hoopte echter, dat het bij
deze eersteling niet zal blijven, maar dat hangt
geheel af van ons zelf: is er genoeg belang
stelling van de zijde der werknemers in het
bedrijf, dan kan men zeker verder gaan op deze
weg.
Het doel is naast andere reeds bestaande
mogelijkheden buiten het dagelijks werk iets
te vinden, dat bevrediging en ontspanning kan
schenken. Daaraan werkt het bedrijf gaarne
mede.
Daarna sprak de heer Penning, die als kunst
insider enkele bijzonderheden vertelde over
kunst en over de nu geopende tentoonstelling.
Hij dankte allen, die hadden medegewerkt aan
de totstandkoming.
De animo voor de hedendaagse kunst aan te
kweken is de opzet van dit experiment, ofschoon
de tentoonstelling niet op een volledig beeld
van onze moderne kunst kan bogen. Met opzet
heeft men echter de ultra-moderne kunstuitin
gen nog niet tentoongesteld.
Tenslotte vroeg de spreker clementie van allen
voor eventueel gemaakte fouten.
Dan volgde de rondwandeling langs de ten
toongestelde kunstwerken en wie het geluk ten
deel viel om een bewonderaar in zijn omge
ving te hebben, kon genieten van diens
enthousiasme.
Op de redactie van een personeelsblad rust
tenslotte de plicht om de goedbedoelde pogin
gen van de Stichting „Kunst en Gezin" in de
mate van het mogelijke te ondersteunen en wij
willen niet nalaten om onze werknemers op te
wekken de tentoonstelling te bezichtigen en
daar eens te trachten zich in te leven in de
gevoelens (en gedachten!) van de scheppers
van de tentoongestelde werken en hen te be
grijpen. En al zal men dan niet dadelijk kun
nen zeggen: dat is de ware kunst en zó moet
het zijn, men zal toch zeker zijn geest ver
rijken, omdat er „gedachtenwisseling" heeft
bestaan tussen ons en „de Kunst". „Kunst zon
der Volk" is al even waardeloos als „Volk
zonder Kunst en dan bedoelen wij inderdaad
ook een zo groot mogelijk deel van het Volk.
G.
Het ligt in de bedoeling op Zaterdagmiddag,
22 September, van 36 uur, voor personeel en
familieleden de tentoonstelling open te stellen.
De heer Penning, van wiens hand in dit blad
een artikel over Schilderkunst is afgedrukt, zal
hier een inleiding houden.
Gedurende circa 4 weken blijven de tentoonge
stelde werken te bezichtigen in schafttijd voor
het gehele personeel.
WAT IS SCHILDEREN?
Schilderen, dat doen in ons land niet alleen
een groot aantal beroepskunstenaars, maar ook
nog een menigte amateurs. Hoe dikwijls hoort
een schilder, die ergens buiten zijn ezel heeft
opgezet en een landschap aan het maken is,
van één van de nieuwsgierigen, die steevast
door zijn bezigheid worden aangetrokken, de
bekentenis, dat hij er ook zo'n liefhebberij in
heeft. Meestal blijft het bij zulke liefhebbers
bij het naschilderen van plaatjes, maar dikwijls
worden toch ook ernstige pogingen gewaagd
om stillevens, landschappen of portretten naar
de natuur te maken. Hoe komt het, dat zoveel
mensen zich aldus met de schilderkunst bezig
houden? Is het voor de meesten niet meer dan
een hobby, zoals knutselen, vissen of kaart
spelen voor anderen? Natuurlijk is de vrije
tijdsbesteding niets anders. Toch is er nog een
andere reden, waarom de schilderenthousias
ten gegrepen worden. Ieder mens heeft de be
hoefte om van de dingen, die hij ziet en mooi
vindt, een blijvende herinnering te bewaren.
Tegenwoordig neem je daarom op je uitstapjes
een kiektoestel mee en je maakt op mooie
plekjes plaatjes van je bevallig gegroepeerde
familieleden of vrienden. Als je geen fototoestel
bezit koop je toch op zijn minst ansichtkaarten,
die later vergeten in de een of andere lade
blijven liggen. Hoeveel meer voldoening geeft
echter een zelf gemaakte tekening of schilderij,
waarop geploeterd is en waaruit tenslotte iets
groeit, dat met trots zélf gemaakt genoemd kan
worden.
Er is nog een reden voor de aantrekkelijkheid
van het schilderen. Ieder mens heeft óók de
behoefte om met anderen van gedachten te
wisselen. Alléén een reis, een uitstapje maken,
naar de bioscoop gaan, is maar half.
Je moet over wat je gezien en meegemaakt
hebt kunnen praten; je eigen indrukken verge
lijken met die van anderen. Welnu, schilderen
is óók een vorm van je mening, je gevoelens
uit te drukken. Juist dit laatste is vooral een
kenmerk van kunst. De eerstgenoemde reden,
het willen hebben van een souvenir aan iets
moois, dat je gezien hebt, kan alleen dan tot
kunst worden, als het erom gaat, de gevoelens
die bij dat zien ondergaan werden, uit te
beeldpri. Dat is het grote misverstand, waar-